RENTE EN AFLOSSING. 6.1 De Uitgevende Instelling is over het niet afgeloste deel van de Hoofdsom, en eventueel achterstallige Rente, een Rente verschuldigd aan de Obligatiehouder van 7,50% op jaarbasis, te rekenen vanaf de Ingangsdatum. De Rentebetaling geschiedt jaarlijks op de Rente‐ en Aflossingsdatum, voor het eerst op 1 april 2024, op welke datum de Rente over het daaraan voorafgaande (gedeelte van een) jaar dient te zijn voldaan. 6.2 De Obligatielening heeft een Looptijd van 3 jaar vanaf 1 april 2023. De Uitgevende Instelling zal per jaar, op de Rente‐ en Aflossingsdatum, naast Rente betalen, ook een deel van de Obligatielening Aflossen, voor het eerst op 1 april 2024. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, zijnde 1 april 2026, dient de Obligatielening geheel te zijn afgelost (terugbetaald te zijn). Het schema van Rente‐ en Aflossingsbetalingen voor één (1) Obligatie is hieronder opgenomen. 1 april 2023 1 april 2024 250,00 18,75 10,87 239,13 29,62 1 april 2024 1 april 2025 239,13 18,14 21,74 217,39 39,88 1 april 2025 1 april 2026 217,39 16,71 217,39 ‐ 234,10 ▪ Bovenstaande tabel toont de jaarlijkse Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd (3 jaar) aan een Obligatiehouder per Obligatie, uitgaande van de Ingangsdatum op 1 april 2023. ▪ Alle bedragen zijn in euro’s (€), afgerond naar twee decimalen. ▪ De Obligatielening wordt conform het bovenstaande schema afgelost. De betalingen aan een Obligatiehouder worden telkens gecorrigeerd voor het aantal Obligaties dat een Obligatiehouder houdt. Het totaal te betalen bedrag wordt afgerond op twee cijfers achter de komma. In onderstaande tabel zijn de Rente‐ en Aflossingsbetalingen uit hoofde van één Obligatie weergegeven. De som van de Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd bedraagt €303,60 per Obligatie met een nominale waarde van €250,00. Verlenging van de Looptijd als onderdeel van een Herstelplan In geval van een Herstelplan als bedoeld in Artikel 10.3 kan de Looptijd worden verlengd met een periode van 5 jaar waardoor deze maximaal 8 jaar zal worden. In geval van een verlenging van de Looptijd zal het schema van Rente‐ en Aflossingsbetalingen worden gewijzigd zoals in overleg met de Algemene Vergadering van Obligatiehouders. 6.3 De Uitgevende Instelling is gerechtigd om op enig moment (een deel van) de Obligatielening vervroegd af te lossen. Indien de Uitgevende Instelling besluit tot vervroegde Aflossing is zij een Obligatiehouder een boete verschuldigd waarmee de Uitgevende Instelling Obligatiehouders compenseert voor het negatieve effect van de vervroegde aflossing op het jaarlijks effectief rendementspercentage (berekend als gemiddelde rendement op jaarbasis (IRR) op basis van de rente‐ en aflossingsbetalingen na aftrek betaalde Transactiekosten). Als vervroegde Aflossing geldt elk bedrag dat in een jaar, per Obligatie, wordt Afgelost boven de aflosverplichting van het betreffende jaar conform het overzicht in Artikel 6.2. Vervroegde Aflossingen worden pro‐rata in mindering gebracht op toekomstige aflossingsverplichtingen. 6.4 De Uitgevende Instelling zal bij het niet geheel of tijdig kunnen voldoen aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouder deze – uiterlijk één werkdag voorafgaand aan de Rente‐ en Aflossingsdatum in een jaar ‐ informeren over de kasstroom die de Uitgevende Instelling kent en aannemelijk maken dat deze niet afdoende is om (volledig) aan haar betalingsverplichtingen te voldoen. 6.5 Alle betalingen aan een Obligatiehouder, waaronder Rente en (vervroegde) Aflossing, zullen worden gedaan op de door de Obligatiehouder gebruikte rekening bij de initiële storting van de Hoofdsom op de kwaliteitsrekening van de Notaris. Betaling door de Uitgevende Instelling middels storting op dat rekeningnummer werkt bevrijdend, ook ingeval van overdracht of overgang van (een) Obligatie(s), tenzij door de Obligatiehouder tijdig per e‐mail of aangetekende post een andere tenaamstelling en/of rekeningnummer is/zijn meegedeeld aan de Uitgevende Instelling en de Uitgevende Instelling het passeren van deze wijziging heeft bevestigd. 6.6 De administratie van de Uitgevende Instelling is leidend voor het leveren van bewijs voor betaling van Rente en Aflossing met uitzondering van door de Obligatiehouder te leveren tegenbewijs.
Appears in 1 contract
Samples: Obligatielening
RENTE EN AFLOSSING. 6.1 De Uitgevende Instelling is over het niet afgeloste deel van de Hoofdsom, en eventueel achterstallige Rente, een Rente verschuldigd aan de Obligatiehouder van 7,507,00% op jaarbasis, te rekenen vanaf de Ingangsdatum. De Rentebetaling geschiedt jaarlijks op de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum, voor het eerst op 1 april 2024oktober 2023, op welke datum de Rente over het daaraan voorafgaande (gedeelte van een) jaar dient te zijn voldaan.
6.2 De Obligatielening heeft een Looptijd van 3 2 jaar en 11 maanden vanaf 1 april 2023november 2022. De Met uitzondering van het eerste (1) jaar na de Ingangsdatum zal de Uitgevende Instelling zal per jaar, op de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum, naast Rente betalen, ook een deel van de Obligatielening Aflossen, voor het eerst op 1 april november 2024. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, zijnde 1 april 2026november 2025, dient de Obligatielening geheel te zijn afgelost (terugbetaald te zijn). Het schema van Rente‐ Rente- en Aflossingsbetalingen voor één (1) Obligatie is hieronder opgenomen. 1 april 2023 1 april 2024 250,00 18,75 10,87 239,13 29,62 1 april 2024 1 april 2025 239,13 18,14 21,74 217,39 39,88 1 april 2025 1 april 2026 217,39 16,71 217,39 ‐ 234,10 ▪ Bovenstaande tabel toont de jaarlijkse Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd (3 jaar) aan een Obligatiehouder per Obligatie, uitgaande van de Ingangsdatum op 1 april 2023. ▪ Alle bedragen zijn in euro’s (€), afgerond naar twee decimalen. ▪ De Obligatielening wordt conform het bovenstaande schema afgelost. 1-Nov-22 1-Oct-23 1,000.00 63.97 - 63.97 63.97 1,000.00 2-Oct-23 1-Oct-24 1,000.00 70.00 66.67 70.00 136.67 933.33 2-Oct-24 1-Oct-25 933.33 65.33 933.33 65.33 998.67 - De betalingen aan een Obligatiehouder worden telkens gecorrigeerd voor het aantal Obligaties dat een Obligatiehouder houdt. Het totaal te betalen bedrag wordt afgerond op twee cijfers achter de komma. In onderstaande tabel zijn de Rente‐ Rente- en Aflossingsbetalingen uit hoofde van één Obligatie weergegeven. De som van de Rente‐ Rente- en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd bedraagt €303,60 1.199,30 per Obligatie met een nominale waarde van €250,001.000,00. Verlenging van de Looptijd als onderdeel van een Herstelplan In geval van een Herstelplan als bedoeld in Artikel 10.3 kan de Looptijd worden verlengd met een periode van 5 jaar waardoor deze maximaal 8 7 jaar en 11 maanden zal worden. In geval van een verlenging van de Looptijd zal het schema van Rente‐ Rente- en Aflossingsbetalingen worden gewijzigd zoals in overleg met de Algemene Vergadering van Obligatiehouders.
6.3 De Uitgevende Instelling is gerechtigd om op enig moment (een deel van) de Obligatielening vervroegd af te lossen. Indien de Uitgevende Instelling besluit tot vervroegde Aflossing is zij een Obligatiehouder een boete verschuldigd waarmee de Uitgevende Instelling Obligatiehouders compenseert voor het negatieve effect van de vervroegde aflossing op het jaarlijks effectief rendementspercentage (berekend als gemiddelde rendement op jaarbasis (IRR) op basis van de rente‐ rente- en aflossingsbetalingen na aftrek betaalde Transactiekosten). Als vervroegde Aflossing geldt elk bedrag dat in een jaar, per Obligatie, wordt Afgelost boven de aflosverplichting van het betreffende jaar conform het overzicht in Artikel 6.2. Vervroegde Aflossingen worden pro‐rata pro-rata in mindering gebracht op toekomstige aflossingsverplichtingen.
6.4 De Uitgevende Instelling zal bij het niet geheel of tijdig kunnen voldoen aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouder deze – uiterlijk één werkdag voorafgaand aan de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum in een jaar ‐ - informeren over de kasstroom die de Uitgevende Instelling kent en aannemelijk maken dat deze niet afdoende is om (volledig) aan haar betalingsverplichtingen te voldoen.
6.5 Alle betalingen aan een Obligatiehouder, waaronder Rente en (vervroegde) Aflossing, zullen worden gedaan op de door de Obligatiehouder gebruikte rekening bij de initiële storting van de Hoofdsom op de kwaliteitsrekening van de Notaris. Betaling door de Uitgevende Instelling middels storting op dat rekeningnummer werkt bevrijdend, ook ingeval van overdracht of overgang van (een) Obligatie(s), tenzij door de Obligatiehouder tijdig per e‐mail e-mail of aangetekende post een andere tenaamstelling en/of rekeningnummer is/zijn meegedeeld aan de Uitgevende Instelling en de Uitgevende Instelling het passeren van deze wijziging heeft bevestigd.
6.6 De administratie van de Uitgevende Instelling is leidend voor het leveren van bewijs voor betaling van Rente en Aflossing met uitzondering van door de Obligatiehouder te leveren tegenbewijs.
Appears in 1 contract
Samples: Obligatielening
RENTE EN AFLOSSING. 6.1 De Uitgevende Instelling is over het de nog uitstaande (niet afgeloste deel van de terugbetaalde) Hoofdsom, en inclusief eventueel achterstallige betalingen van Rente, een Rente verschuldigd aan de Obligatiehouder van 7,505,0% op jaarbasis, te rekenen vanaf de Ingangsdatum.
6.2 De Obligatielening heeft een totale Looptijd van 36 maanden (3 jaar) vanaf de Ingangsdatum. De Obligatielening zal conform het schema zoals opgenomen in Artikel 6.4 worden afgelost.
6.3 De Rentebetaling geschiedt jaarlijks per half jaar (6 maanden) op de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum, voor het eerst op 1 april 2024in 2019, op welke datum de Rente over het daaraan voorafgaande (gedeelte van een) halve jaar dient te zijn zal worden voldaan.
6.2 De Obligatielening heeft een Looptijd van 3 jaar vanaf 1 april 2023. De Uitgevende Instelling zal per jaar, op de Rente‐ en Aflossingsdatum, naast Rente betalen, ook een deel van de Obligatielening Aflossen, voor het eerst op 1 april 2024. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, zijnde 1 april 2026, dient de Obligatielening geheel te zijn afgelost (terugbetaald te zijn). Het schema van Rente‐ en Aflossingsbetalingen voor één (1) Rentebetalingen per Obligatie is hieronder opgenomen. 1 april 2023 1 april 2024 250,00 18,75 10,87 239,13 29,62 1 april 2024 1 april 2025 239,13 18,14 21,74 217,39 39,88 1 april 2025 1 april 2026 217,39 16,71 217,39 ‐ 234,10 ▪ Bovenstaande tabel toont opgenomen in Artikel 6.4.
6.4 In de jaarlijkse Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd (3 jaar) aan een Obligatiehouder per Obligatie, uitgaande van de Ingangsdatum op 1 april 2023. ▪ Alle bedragen zijn in euro’s (€), afgerond naar twee decimalen. ▪ De Obligatielening wordt conform het bovenstaande schema afgelost. De betalingen aan een Obligatiehouder worden telkens gecorrigeerd voor het aantal Obligaties dat een Obligatiehouder houdt. Het totaal te betalen bedrag wordt afgerond op twee cijfers achter de komma. In onderstaande onderstaand tabel zijn de Rente‐ halfjaarlijkse Rente- en Aflossingsbetalingen uit hoofde van één Obligatie weergegeven. De som van (in euro’s) opgenomen die de Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd bedraagt €303,60 Uitgevende Instelling per Obligatie met een nominale waarde van €250,001.000 aan een Obligatiehouder verschuldigd is. Verlenging van de Looptijd als onderdeel van een Herstelplan In geval van een Herstelplan als bedoeld in Artikel 10.3 kan de Looptijd worden verlengd met een periode van 5 jaar waardoor deze maximaal 8 jaar zal worden. In geval van een verlenging van de Looptijd zal het schema van Rente‐ en Aflossingsbetalingen worden gewijzigd zoals in overleg met de Algemene Vergadering van Obligatiehouders.Jaar Halfjaar Hoofdsom (€) Rente (€) Aflossing (€) Totaal (€) Cumulatief (€) 1 1 1000 25,00 5,00 30,00 30,00 2 995 24,88 5,00 29,88 59,88 2 1 990 24,75 5,00 29,75 89,63 2 985 24,63 5,00 29,63 119,25 3 1 980 24,50 5,00 29,50 148,75 2 975 24,38 975,00 999,38 1.148,13 Totaal €148,13 €1.000 €1.148,13
6.3 6.5 De Uitgevende Instelling is gerechtigd om op enig moment (een deel van) de Obligatielening vervroegd af te lossen. Indien In geval de Uitgevende Instelling besluit tot vervroegde Aflossing (een deel van) de Obligatielening vervroegd af te lossen, is zij een aan de Obligatiehouder een boete vergoeding verschuldigd waarmee de Uitgevende Instelling Obligatiehouders compenseert voor zodanig dat het negatieve effect van de vervroegde aflossing Aflossing op het jaarlijks effectief rendementspercentage (berekend als gemiddelde rendement op jaarbasis (IRR) op basis van Gemiddeld Netto Effectief Rendement teniet wordt gedaan. Deze vergoeding zal de rente‐ en aflossingsbetalingen na aftrek betaalde Transactiekosten)Uitgevende Instelling gelijktijdig met de vervroegde Aflossing aan Obligatiehouder betalen. Als vervroegde Aflossing vervroegd afgelost bedrag geldt elk bedrag dat in een jaar, per Obligatie, wordt Afgelost boven de aflosverplichting van het betreffende jaar conform het overzicht in Artikel 6.2. Vervroegde Aflossingen worden pro‐rata in mindering gebracht op toekomstige aflossingsverplichtingen.
6.4 De Uitgevende Instelling zal bij het niet geheel of tijdig kunnen voldoen aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouder deze – uiterlijk één werkdag voorafgaand aan de Rente‐ en Aflossingsdatum in een jaar ‐ informeren over de kasstroom die de Uitgevende Instelling kent en aannemelijk maken in een half jaar aflost bovenop het in Artikel 6.4 opgenomen bedrag in het aflossingsschema voor een specifiek half jaar, gecorrigeerd voor het aantal Obligaties dat deze niet afdoende is om (volledig) aan haar betalingsverplichtingen te voldoeneen Obligatiehouder houdt.
6.5 6.6 Alle betalingen aan een de Obligatiehouder, waaronder Rente en (vervroegde) Aflossing, zullen worden gedaan op de door de Obligatiehouder gebruikte rekening bij waarbij gedurende de Inschrijving de initiële storting van de Hoofdsom op de kwaliteitsrekening Kwaliteitsrekening van de Notaris. Betaling door de Uitgevende Instelling middels storting op dat rekeningnummer werkt bevrijdend, ook ingeval van overdracht of overgang van (een) Obligatie(s), tenzij door de Obligatiehouder tijdig per e‐mail e-mail of aangetekende post een andere tenaamstelling en/of rekeningnummer is/zijn meegedeeld aan de Uitgevende Instelling en de Uitgevende Instelling het passeren van deze wijziging heeft bevestigdInstelling.
6.6 6.7 De administratie van de Uitgevende Instelling leidend is leidend voor het leveren van bewijs voor betaling van Rente en Aflossing met uitzondering van door de Obligatiehouder te leveren tegenbewijs.
6.8 De Uitgevende Instelling zal bij het niet geheel of tijdig kunnen voldoen aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouder deze – uiterlijk één werkdag voorafgaand aan de betreffende Rente- en Aflossingsdatum – hierover berichten.
Appears in 1 contract
Samples: Obligatielening
RENTE EN AFLOSSING. 6.1 De Uitgevende Instelling is over het niet afgeloste deel van de Hoofdsom, en eventueel achterstallige Rente, een Rente verschuldigd aan de Obligatiehouder van 7,507,00% op jaarbasis, te rekenen vanaf de Ingangsdatum. De Rentebetaling geschiedt jaarlijks op de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum, voor het eerst op 1 april januari 2024, op welke datum de Rente over het daaraan voorafgaande (gedeelte van een) jaar dient te zijn voldaan.
6.2 De Obligatielening heeft een Looptijd van 3 jaar vanaf 1 april januari 2023. De Uitgevende Instelling zal per jaar, op de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum, naast Rente betalen, ook een deel van de Obligatielening Aflossen, voor het eerst op 1 april januari 2024. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, zijnde 1 april januari 2026, dient de Obligatielening geheel te zijn afgelost (terugbetaald te zijn). Het schema van Rente‐ Rente- en Aflossingsbetalingen voor één (1) Obligatie is hieronder opgenomen. 1 april januari 2023 31 december 2023 1,000.00 70.00 43.48 956.52 1 april januari 2024 250,00 18,75 10,87 239,13 29,62 31 december 2024 956.52 66.96 69.57 886.96 1 april 2024 1 april januari 2025 239,13 18,14 21,74 217,39 39,88 1 april 31 december 2025 1 april 2026 217,39 16,71 217,39 ‐ 234,10 ▪ Bovenstaande tabel toont de jaarlijkse Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd (3 jaar) aan een Obligatiehouder per Obligatie, uitgaande van de Ingangsdatum op 1 april 2023. ▪ Alle bedragen zijn in euro’s (€), afgerond naar twee decimalen. ▪ De Obligatielening wordt conform het bovenstaande schema afgelost. 886.96 62.09 886.96 - De betalingen aan een Obligatiehouder worden telkens gecorrigeerd voor het aantal Obligaties dat een Obligatiehouder houdt. Het totaal te betalen bedrag wordt afgerond op twee cijfers achter de komma. In onderstaande tabel zijn de Rente‐ Rente- en Aflossingsbetalingen uit hoofde van één Obligatie weergegeven. De som van de Rente‐ Rente- en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd bedraagt €303,60 1.199,04 per Obligatie met een nominale waarde van €250,001.000,00. Verlenging van de Looptijd als onderdeel van een Herstelplan In geval van een Herstelplan als bedoeld in Artikel 10.3 kan de Looptijd worden verlengd met een periode van 5 jaar waardoor deze maximaal 8 jaar zal worden. In geval van een verlenging van de Looptijd zal het schema van Rente‐ Rente- en Aflossingsbetalingen worden gewijzigd zoals in overleg met de Algemene Vergadering van Obligatiehouders.
6.3 De Uitgevende Instelling is gerechtigd om op enig moment (een deel van) de Obligatielening vervroegd af te lossen. Indien de Uitgevende Instelling besluit tot vervroegde Aflossing is zij een Obligatiehouder een boete verschuldigd waarmee de Uitgevende Instelling Obligatiehouders compenseert voor het negatieve effect van de vervroegde aflossing op het jaarlijks effectief rendementspercentage (berekend als gemiddelde rendement op jaarbasis (IRR) op basis van de rente‐ rente- en aflossingsbetalingen na aftrek betaalde Transactiekosten). Als vervroegde Aflossing geldt elk bedrag dat in een jaar, per Obligatie, wordt Afgelost boven de aflosverplichting van het betreffende jaar conform het overzicht in Artikel 6.2. Vervroegde Aflossingen worden pro‐rata pro-rata in mindering gebracht op toekomstige aflossingsverplichtingen.
6.4 De Uitgevende Instelling zal bij het niet geheel of tijdig kunnen voldoen aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouder deze – uiterlijk één werkdag voorafgaand aan de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum in een jaar ‐ - informeren over de kasstroom die de Uitgevende Instelling kent en aannemelijk maken dat deze niet afdoende is om (volledig) aan haar betalingsverplichtingen te voldoen.
6.5 Alle betalingen aan een Obligatiehouder, waaronder Rente en (vervroegde) Aflossing, zullen worden gedaan op de door de Obligatiehouder gebruikte rekening bij de initiële storting van de Hoofdsom op de kwaliteitsrekening van de Notaris. Betaling door de Uitgevende Instelling middels storting op dat rekeningnummer werkt bevrijdend, ook ingeval van overdracht of overgang van (een) Obligatie(s), tenzij door de Obligatiehouder tijdig per e‐mail e-mail of aangetekende post een andere tenaamstelling en/of rekeningnummer is/zijn meegedeeld aan de Uitgevende Instelling en de Uitgevende Instelling het passeren van deze wijziging heeft bevestigd.
6.6 De administratie van de Uitgevende Instelling is leidend voor het leveren van bewijs voor betaling van Rente en Aflossing met uitzondering van door de Obligatiehouder te leveren tegenbewijs.
Appears in 1 contract
Samples: Obligation Agreement
RENTE EN AFLOSSING. 6.1 De Uitgevende Instelling is over het niet afgeloste deel van de Hoofdsom, en eventueel achterstallige Rente, een Rente verschuldigd aan de Obligatiehouder van 7,505,0% op jaarbasis, te rekenen vanaf de Ingangsdatum. De Rentebetaling geschiedt jaarlijks op de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum, voor het eerst op 1 april 2024, op welke datum de Rente en Aflossing over het daaraan voorafgaande (gedeelte van een) jaar dient te zijn voldaan.
6.2 De Obligatielening heeft een Looptijd looptijd van 3 10 jaar (120 maanden) vanaf 1 april 2023. De Uitgevende Instelling zal per jaar, op de Rente‐ en Aflossingsdatum, naast Rente betalen, ook een deel van de Obligatielening Aflossen, voor het eerst op 1 april 2024Ingangsdatum. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, zijnde 1 april 2026, Looptijd dient de Obligatielening Hoofdsom, alsmede de daarover verschuldigde Rente geheel te zijn afgelost (terugbetaald te zijn)door de Uitgevende Instelling. Het schema van Rente‐ en Aflossingsbetalingen voor één (1) Obligatie is hieronder opgenomen. 1 april 2023 1 april 2024 250,00 18,75 10,87 239,13 29,62 1 april 2024 1 april 2025 239,13 18,14 21,74 217,39 39,88 1 april 2025 1 april 2026 217,39 16,71 217,39 ‐ 234,10 ▪ Bovenstaande tabel toont de jaarlijkse Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd (3 jaar) aan Jaarlijks zal een Obligatiehouder per Obligatie, uitgaande deel van de Ingangsdatum op 1 april 2023. ▪ Alle bedragen zijn in euro’s (€), afgerond naar twee decimalen. ▪ De Obligatielening wordt worden afgelost conform het bovenstaande schema afgelost. De betalingen aan een Obligatiehouder worden telkens gecorrigeerd voor het aantal Obligaties dat een Obligatiehouder houdt. Het totaal te betalen bedrag wordt afgerond op twee cijfers achter de komma. In onderstaande tabel zijn de Rente‐ en Aflossingsbetalingen uit hoofde van één Obligatie weergegeven. De som van de Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd bedraagt €303,60 per Obligatie met een nominale waarde van €250,00. Verlenging van de Looptijd als onderdeel van een Herstelplan In geval van een Herstelplan als bedoeld overzicht in Artikel 10.3 kan de Looptijd worden verlengd met een periode van 5 jaar waardoor deze maximaal 8 jaar zal worden. In geval van een verlenging van de Looptijd zal het schema van Rente‐ en Aflossingsbetalingen worden gewijzigd zoals in overleg met de Algemene Vergadering van Obligatiehouders6.4.
6.3 De Vervroegde Aflossing, geheel of gedeeltelijk, van de Obligatielening door de Uitgevende Instelling is gerechtigd om op enig moment (een deel van) in beginsel, mogelijk vanaf 12 maanden na de Obligatielening vervroegd af te lossen. Indien de Uitgevende Instelling besluit tot vervroegde Aflossing is zij een Obligatiehouder een boete verschuldigd waarmee de Uitgevende Instelling Obligatiehouders compenseert voor het negatieve effect van de vervroegde aflossing op het jaarlijks effectief rendementspercentage (berekend als gemiddelde rendement op jaarbasis (IRR) op basis van de rente‐ en aflossingsbetalingen na aftrek betaalde Transactiekosten)Ingangsdatum. Als vervroegde Aflossing geldt elk bedrag dat in een jaar, per Obligatie, wordt Afgelost boven de aflosverplichting van het betreffende jaar hetgeen zou worden Afgelost conform het overzicht in Artikel 6.26.4. Vervroegde Aflossingen worden pro‐rata in mindering gebracht op toekomstige aflossingsverplichtingenOver het vervroegd afgeloste bedrag is de Uitgevende Instelling aan de Obligatiehouder een boete verschuldigd van 2,0%. De verschuldigde boete zal tegelijk met de vervroegde Aflossing voldaan worden.
6.4 In onderstaande tabel zijn de jaarlijkse Aflossing en Renteverplichtingen uit hoofde van één Obligatie weergegeven. Gedurende de looptijd ontvangt de Obligatiehouder jaarlijks hetzelfde bedrag aan rente en aflossing (annuïteit). De som van de Rente- en Aflossingsbetalingen over de Looptijd van de Obligatielening bedraagt €1.295.05 per Obligatie met een nominale waarde van €1.000. Rente 50,00 46,02 41,85 37,47 32,87 28,03 22,96 17,63 12,04 6,17 Aflossing 79,50 83,48 87,65 92,04 96,64 101,47 106,54 111,87 117,46 123,34
6.5 De Uitgevende Instelling zal bij het niet geheel of tijdig kunnen voldoen aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouder deze – uiterlijk één werkdag voorafgaand aan dag voor de Rente‐ Rente- en Aflossingsdatum in een jaar ‐ – informeren over de kasstroom die de Uitgevende Instelling kent en aannemelijk maken dat deze niet afdoende is om (volledig) aan haar betalingsverplichtingen te voldoen.
6.5 Alle betalingen aan een Obligatiehouder, waaronder Rente en (vervroegde) Aflossing, zullen worden gedaan op de door de Obligatiehouder gebruikte rekening bij de initiële storting 6.6 Betaling van gelden uit hoofde van de Hoofdsom op de kwaliteitsrekening van de Notaris. Betaling Obligatie door of namens de Uitgevende Instelling middels storting op dat rekeningnummer werkt bevrijdend, ook ingeval van overdracht of overgang van (een) Obligatie(s), tenzij door de Obligatiehouder tijdig per e‐mail of aangetekende post een andere tenaamstelling en/of rekeningnummer is/zijn meegedeeld aan in het Register vermelde bankrekening bevrijdt de Uitgevende Instelling en jegens de Obligatiehouder. De Obligatiehouder verleent de Uitgevende Instelling het passeren van deze wijziging heeft bevestigdhiervoor bij voorbaat kwijting.
6.6 De administratie van de Uitgevende Instelling is leidend voor het leveren van bewijs voor betaling van Rente en Aflossing met uitzondering van door de Obligatiehouder te leveren tegenbewijs.
Appears in 1 contract
Samples: Obligatielening
RENTE EN AFLOSSING. 6.1 De Uitgevende Instelling is over het de nog uitstaande (niet afgeloste deel van de terugbetaalde) Hoofdsom, en inclusief eventueel achterstallige betalingen van Rente, een Rente verschuldigd aan de Obligatiehouder van 7,506,5% op jaarbasis, te rekenen vanaf de Ingangsdatum. De Rentebetaling geschiedt jaarlijks Naast de Rente van 6,5% betaalt de Uitgevende Instelling een eenmalige Bonusrente van 8,0% over de Hoofdsom. Deze Bonusrente wordt uitgekeerd op de Rente‐ Aflossingsdatum als aan een van de twee volgende voorwaarden wordt voldaan:
a. het bedrijfsresultaat voor afschrijvingen en Aflossingsdatumamortisatie (EBITDA) over het boekjaar 2024 EUR 3,0 miljoen of meer is geweest; of
b. het project GIGA Elephant voor 30 juni 2025 voor minimaal 100 MW Financial Close heeft bereikt.
6.2 De Rentebetalingen geschieden achteraf per periode van zes (6) kalendermaanden op de Rentedatum, voor het eerst op 1 april 2024de datum zes maanden na de Ingangsdatum, op welke datum de Rente over het de daaraan voorafgaande (gedeelte periode van een) jaar dient te zijn zes maanden zal worden voldaan.
6.2 6.3 De Obligatielening heeft een Looptijd van 3 5 jaar vanaf 1 april 2023de Ingangsdatum. De Uitgevende Instelling Obligatielening zal per jaarconform het schema in Artikel 6.4, op de Rente‐ en Aflossingsdatum, naast Rente betalen, ook een deel van de Obligatielening Aflossen, voor het eerst op 1 april 2024. Aan aan het einde van de Looptijd, op Looptijd geheel worden afgelost.
6.4 In onderstaande tabellen zijn de Aflossingsdatum, zijnde 1 april 2026, dient periodieke (per zes (6) kalendermaanden) betalingen van Xxxxx en Aflossing opgenomen die de Obligatielening geheel te zijn afgelost (terugbetaald te zijn). Het schema Uitgevende Instelling per Obligatie met een nominale waarde van Rente‐ en Aflossingsbetalingen voor één (1) Obligatie is hieronder opgenomen. 1 april 2023 1 april 2024 250,00 18,75 10,87 239,13 29,62 1 april 2024 1 april 2025 239,13 18,14 21,74 217,39 39,88 1 april 2025 1 april 2026 217,39 16,71 217,39 ‐ 234,10 ▪ Bovenstaande tabel toont de jaarlijkse Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd (3 jaar) EUR 500 aan een Obligatiehouder per Obligatie, uitgaande verschuldigd is. De eerste tabel geldt indien de EBITDA van de Ingangsdatum op 1 april 2023Uitgevende Instelling over het boekjaar 2024 lager is dan EUR 3.000.000 en de tweede tabel geldt indien de EBITDA van de Uitgevende Instelling dan hoger is dan EUR 3.000.000. ▪ Alle bedragen zijn in euro’s Begin periode Einde periode (€), afgerond naar twee decimalen. ▪ De Obligatielening wordt conform het bovenstaande schema afgelost. Betaaldatum) A B C C Hoofdsom Einde Periode Obligatiehouder ontvangt Hoofdsom Begin Periode Betaalde Rente Bonus rente Aflossing A - D B + C + D 30-7-2021 € -510.00 30-7-2021 30-1-2022 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2022 30-7-2022 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-7-2022 30-1-2023 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2023 30-7-2023 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-7-2023 30-1-2024 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2024 30-7-2024 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-7-2024 30-1-2025 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2025 30-7-2025 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-7-2025 30-1-2026 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2026 30-7-2026 € 500.00 € 16.25 € 500.00 € - € 516.25 TOTAAL € 662.50 Begin periode Einde periode (Betaaldatum) A B C C Hoofdsom Einde Periode Obligatiehouder ontvangt Hoofdsom Begin Periode Betaalde Rente Bonus rente Aflossing A - D B + C + D 30-7-2021 € -510.00 30-7-2021 30-1-2022 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2022 30-7-2022 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-7-2022 30-1-2023 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2023 30-7-2023 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-7-2023 30-1-2024 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2024 30-7-2024 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-7-2024 30-1-2025 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2025 30-7-2025 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-7-2025 30-1-2026 € 500.00 € 16.25 € - € 500.00 € 16.25 30-1-2026 30-7-2026 € 500.00 € 16.25 € 40.00 € 500.00 € - € 556.25 TOTAAL € 702.50 De betalingen aan een Obligatiehouder worden telkens gecorrigeerd voor het aantal Obligaties dat een Obligatiehouder houdt. Het totaal te betalen bedrag wordt zal vervolgens worden afgerond op twee 2 cijfers achter de komma. In onderstaande tabel zijn de Rente‐ en Aflossingsbetalingen uit hoofde van één Obligatie weergegeven. De som van de Rente‐ en Aflossingsbetalingen gedurende de Looptijd bedraagt €303,60 per Obligatie met een nominale waarde van €250,00. Verlenging van de Looptijd als onderdeel van een Herstelplan In geval van een Herstelplan als bedoeld in Artikel 10.3 kan de Looptijd worden verlengd met een periode van 5 jaar waardoor deze maximaal 8 jaar zal worden. In geval van een verlenging van de Looptijd zal het schema van Rente‐ en Aflossingsbetalingen worden gewijzigd zoals in overleg met de Algemene Vergadering van Obligatiehouders.
6.3 6.5 De Uitgevende Instelling is gerechtigd om de Obligatielening geheel, doch niet gedeeltelijk, op enig moment (een deel van) de Obligatielening vervroegd af te lossen. Indien Als vervroegd afgelost bedrag geldt (per Obligatie) elk bedrag dat de Uitgevende Instelling besluit tot vervroegde Aflossing is zij in een jaar aflost bovenop de reguliere aflossing zoals opgegeven in de tabel in Artikel 6.4. Over het vervroegd afgeloste bedrag per Obligatie zal de Uitgevende Instelling de Obligatiehouder een boete verschuldigd waarmee de Uitgevende Instelling Obligatiehouders compenseert voor het negatieve effect van betalen, tegelijk bij de vervroegde aflossing op het jaarlijks effectief rendementspercentage (berekend als gemiddelde rendement op jaarbasis (IRR) op basis van de rente‐ en aflossingsbetalingen na aftrek betaalde Transactiekosten). Als vervroegde Aflossing geldt elk bedrag dat in een jaar, per Obligatie, wordt Afgelost boven de aflosverplichting van het betreffende jaar conform het overzicht in Artikel 6.2. Vervroegde Aflossingen worden pro‐rata in mindering gebracht op toekomstige aflossingsverplichtingen.
6.4 De Uitgevende Instelling zal bij het niet geheel of tijdig kunnen voldoen aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouder deze – uiterlijk één werkdag voorafgaand aan de Rente‐ en Aflossingsdatum in een jaar ‐ informeren over de kasstroom die de Uitgevende Instelling kent en aannemelijk maken dat deze niet afdoende is om (volledig) aan haar betalingsverplichtingen te voldoen.
6.5 Alle betalingen aan een Obligatiehouder, waaronder Rente en (vervroegde) Aflossing, zullen worden gedaan op de door de Obligatiehouder gebruikte rekening bij de initiële storting van de Hoofdsom op de kwaliteitsrekening van de Notaris. Betaling door de Uitgevende Instelling middels storting op dat rekeningnummer werkt bevrijdend, ook ingeval van overdracht of overgang van (een) Obligatie(s), tenzij door de Obligatiehouder tijdig per e‐mail of aangetekende post een andere tenaamstelling en/of rekeningnummer is/zijn meegedeeld aan de Uitgevende Instelling en de Uitgevende Instelling 1,5% over het passeren van deze wijziging heeft bevestigdvervroegd afgeloste bedrag.
6.6 De administratie van de Uitgevende Instelling is leidend voor het leveren van bewijs voor betaling van Rente en Aflossing met uitzondering van door de Obligatiehouder te leveren tegenbewijs.
Appears in 1 contract
Samples: Informatiememorandum