Looptijd en Aflossing Looptijd. De Looptijd van de Obligatielening bedraagt drie (3) jaar en zes (6) maanden (42 maanden in totaal) vanaf de Ingangsdatum. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, dient de Obligatielening geheel afgelost te zijn.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Looptijd van de Obligatielening bedraagt twee (2) jaar vanaf de Ingangsdatum. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, dient de Obligatielening geheel afgelost te zijn.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Looptijd van de Obligatielening bedraagt tien (10) jaar vanaf de Ingangsdatum. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, dient de Obligatielening geheel afgelost te zijn.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Looptijd van de Obligatielening bedraagt zes (6) jaar vanaf de Ingangsdatum. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, dient de Obligatielening geheel afgelost te zijn.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Looptijd van de Obligatielening bedraagt vier (4) jaar vanaf de Ingangsdatum. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, dient de Obligatielening geheel afgelost te zijn.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Obligatielening dient in zijn geheel afgelost te zijn op 1 januari 2032 (de ‘Aflossingsdatum’). Uitgaande van een Ingangsdatum van 6 december 2021 bedraagt de Looptijd derhalve ca. 10 (tien) jaar en 1 (één) maand. ▪ De Obligatielening wordt gedurende de Looptijd geheel afgelost conform het schema in paragraaf 3.3.3 (Schema van Rente- en Aflossingsbetalingen). ▪ Op de eerste twee Rente- en Aflossingsdata zal geen Aflossingsbetaling plaatsvinden. Vanaf 1 januari 2023 zal de Obligatielening afgelost worden volgens het schema in paragraaf 3.3.3 (Schema van Rente- en Aflossingsbetalingen). De eerste Aflossing vindt daarmee plaats op 1 januari 2024. ▪ De Uitgevende Instelling zal aan alle Obligatiehouders een gelijk bedrag per Obligatie aflossen. Alle Obligaties zullen dus op gelijke wijze worden afgelost, er zal geen sprake zijn van een ‘loting’ of vergelijkbaar proces om geselecteerde Obligaties af te lossen. Dit betekent dat, mocht de Uitgevende Instelling onvoldoende liquiditeit beschikbaar hebben om de Aflossing onder de Obligatielening volledig te voldoen, dan zal op elke Obligatie een even groot gedeelte van de Aflossing betaald worden en het overige niet betaalde deel onderdeel blijven van de Hoofdsom.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Looptijd van de Obligatielening bedraagt 15 (vijftien) jaar vanaf de Ingangsdatum. Aan het einde van de Looptijd, op de Aflossingsdatum, dient de Obligatielening geheel afgelost te zijn.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Achtergestelde Obligatielening dient in zijn geheel afgelost te zijn op 1 december 2031 (de ‘Aflossingsdatum’). Uitgaande van een Ingangsdatum van 1 december 2021 bedraagt de Looptijd derhalve 10 jaar. ▪ De Achtergestelde Obligatielening wordt gedurende de Looptijd geheel afgelost. ▪ Aflossing vindt vanaf 1 december 2023 plaats conform het schema in paragraaf 3.3.4 (Schema van Rente- en Aflossingsbetalingen). ▪ De Uitgevende Instelling zal aan alle Achtergestelde Obligatiehouders een gelijk bedrag per Achtergestelde Obligatie aflossen. Alle Achtergestelde Obligaties zullen dus op gelijke wijze worden afgelost, er zal geen sprake zijn van een ‘loting’ of vergelijkbaar proces om geselecteerde Achtergestelde Obligaties af te lossen. Dit betekent dat, mocht de Uitgevende Instelling onvoldoende liquiditeit beschikbaar hebben om de Aflossing onder de Achtergestelde Obligatielening volledig te voldoen, dan zal op elke Achtergestelde Obligatie een even groot gedeelte van de Aflossing betaald worden en het overige niet betaalde deel onderdeel blijven van de Hoofdsom.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Looptijd van de Obligatielening bedraagt zes (6) jaar vanaf de Ingangsdatum.
Looptijd en Aflossing Looptijd. De Obligatielening dient in zijn geheel afgelost te zijn op 1 juli 2027 (de ‘Aflossingsdatum’). Uitgaande van een Ingangsdatum van 1 juli 2022 bedraagt de Looptijd derhalve 5 (vijf) jaar. ▪ De Obligatielening wordt gedurende de Looptijd geheel afgelost conform het schema in paragraaf 3.3.3 (Schema van Rente- en Aflossingsbetalingen). ▪ Vanaf 1 juli 2023 zal de Obligatielening afgelost worden volgens het schema in paragraaf 3.3.3 (Schema van Rente- en Aflossingsbetalingen). De eerste Aflossing vindt plaats op 1 juli 2023. ▪ Op 1 juli 2027 zal naast de jaarlijkse Aflossing ook Aflossing van het nog uitstaande deel van de obligatielening in een keer plaatsvinden. De Uitgevende Instelling zal in 2027 herfinanciering aantrekken ter financiering van deze laatste aflossing. ▪ De Uitgevende Instelling zal aan alle Obligatiehouders een gelijk bedrag per Obligatie aflossen. Alle Obligaties zullen dus op gelijke wijze worden afgelost, er zal geen sprake zijn van een ‘loting’ of vergelijkbaar proces om geselecteerde Obligaties af te lossen. Dit betekent dat, mocht de Uitgevende Instelling onvoldoende liquiditeit beschikbaar hebben om de Aflossing onder de Obligatielening volledig te voldoen, dan zal op elke Obligatie een even groot gedeelte van de Aflossing betaald worden en het overige niet betaalde deel onderdeel blijven van de Hoofdsom.