Rudimentaire begroting. Dit document bevat de kaders waarbinnen de nieuwe organisatie financieel zal moeten functioneren. Daarnaast zal een (grove) inschatting worden gemaakt van de te verwachten eenmalige kosten en mogelijke dekking hiervan. Het laatste product dat wordt opgeleverd aan het einde van fase 1, is een vervolg op de nu voorliggende routekaart. Hierin worden de stappen en activiteiten voor fase 2 beschreven aan de hand van negen thema's: core business en contracten, organisatie, personeel, communicatie, financieel, informatievoorziening, huisvesting en facilitair, inkoop en juridisch. In september 2024 besluiten de algemeen besturen over het richtingsplan, één nieuwe gemeenschappelijke regeling en de rudimentaire begroting. Ook besluiten zij over het verlenen van de opdracht voor de start van fase 2 ‘inrichten’ aan de hand van een routekaart voor fase 2. De algemeen besturen van de ODRU en RUD Utrecht vragen vervolgens aan alle colleges instemming op de gemeenschappelijke regeling. De colleges leggen op hun beurt de gemeenschappelijke regeling voor zienswijze voor aan de raden/staten. De documenten uit fase 1 vormen de kaders voor fase 2 ‘inrichten’. In deze fase gebruiken we de uitgangspunten bij het uitwerken van de negen thema's. Op die manier wordt de Omgevingsdienst Utrecht stukje bij beetje opgebouwd. De deelproducten liggen volgens afspraak voor aan de besluitvormende organen. Het resultaat van deze fase is een organisatie die op 1 januari 2026 klaar is om van start te gaan. In fase 3 ‘verrichten’ vindt verdere verdieping, integratie en doorontwikkeling van de organisatie plaats. De routekaart gaat over het traject vanaf opdrachtverlening voor het fusietraject tot de daadwerkelijke oprichting van de nieuwe omgevingsdienst. Fase 3 begint zodra de nieuwe omgevingsdienst formeel start, en zelfstandig de taken uit gaat voeren. Op dat moment is het einddoel, één robuuste omgevingsdienst in de provincie Utrecht, nog niet bereikt. Ook na de formele start wordt hier nog aan gewerkt.