Common use of SALARISCOMPONENTEN Clause in Contracts

SALARISCOMPONENTEN. 1. Van toepassing zijn de artikelen B-2 (voor de arts in opleiding tot huisarts), C-2 (voor de arts in opleiding tot specialist ouderengeneeskunde), D-2 (voor de arts in opleiding tot arts verstandelijk gehandicapten), E-2 (voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid), F-2 (voor de arts in opleiding tot forensisch arts) en G-2 (voor de arts in opleiding tot verslavingsarts). 2. Het salaris wordt maandelijks uiterlijk op de laatste dag van de maand aan de aios uitbetaald op het bankrekeningnummer dat bekend is bij SBOH. Dit rekeningnummer dient op naam van de aios te staan. De aios ontvangt iedere maand een loonstrook en eenmaal per jaar een jaaropgave via de portal van SBOH. 3. Wanneer een opleidingsovereenkomst van de aios eindigt en direct wordt opgevolgd door een andere opleidingsovereenkomst waarbij SBOH optreedt als werkgever, behoudt de aios de salaristrede en periodiekdatum. Voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid die niet direct met de 2e fase van de opleiding start na afronding van de 1e fase is in artikel E-2 een aanvullende regeling opgenomen. 4. Voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid is een salarisgarantieregeling opgenomen in artikel E-2. 5. Voor de arts in opleiding tot forensisch arts is een salarisgarantieregeling opgenomen in artikel F-2. 6. Aan de aios die op of na 1 januari 2019 bij SBOH in dienst treedt, wordt een hogere inschaling toegekend indien de aios ervaring heeft opgedaan in een functie als praktiserend arts. Daaronder wordt voor de aios die op of na 1 januari 2021 bij SBOH in dienst treedt ook verstaan de werkervaring als arts-onderzoeker. Voor het verkrijgen van een hogere inschaling geldt: 1 periodiek per vol jaar ervaring, ongeacht of de werkervaring als praktiserend arts is opgedaan binnen het eigen specialisme of daarbuiten. De inschaling is bij aanvang van het dienstverband maximaal 2 extra periodieken (d.w.z. salaris derde dienstjaar). Werkervaring die de aios heeft opgedaan tijdens een eerder dienstverband bij SBOH telt mee bij de vaststelling van het aantal ervaringsjaren. Als op de datum van indiensttreding het vereiste aantal maanden voor een ervaringsjaar niet is voltooid, wordt de periodiekdatum zodanig vastgesteld, dat de eerstvolgende periodiek wordt toegekend op het moment dat het ervaringsjaar voltooid is. 7. De aios die promoveert, komt in aanmerking voor een verhoging van het geldende salaris met drie periodieken. Het maximum salaris voor de gepromoveerde aios is het salaris van het achtste dienstjaar, zoals vermeld in bijlage 1 van de bij zijn opleiding behorende onderdeel van de cao. De hogere inschaling gaat in vanaf de eerste van de maand volgend op de maand waarin de aanvraag voor een hogere inschaling door SBOH is ontvangen, maar kan niet eerder ingaan dan vanaf de eerste van de maand volgend op de maand van de promotiedatum. De oorspronkelijke periodiekdatum blijft bij de toekenning van een hogere inschaling bij promotie ongewijzigd. Van aios die voor hun indiensttreding reeds zijn gepromoveerd en die dit bij de start van hun dienstverband bij SBOH kenbaar hebben gemaakt, wordt het salaris direct vanaf de datum van indiensttreding met drie periodieken verhoogd. 8. De aios heeft recht op een vakantietoeslag gelijk aan 8% over het genoten salaris over de maanden juni tot en met mei. De vakantietoeslag wordt achteraf één maal per jaar in de maand mei uitgekeerd. Wanneer de aios op een eerder moment uit dienst treedt, vindt de uitbetaling plaats uiterlijk in de maand volgend op de maand van uitdiensttreding 9. De aios heeft recht op een eindejaarsuitkering gelijk aan 4,5% over het genoten jaarsalaris, inclusief vakantietoeslag. De eindejaarsuitkering wordt achteraf één maal per jaar in december uitgekeerd. Wanneer de aios op een eerder moment uit dienst treedt, vindt de uitbetaling plaats uiterlijk in de maand volgend op de maand van uitdiensttreding 10. Als een opleidingsinstelling bereid is, onder nader tussen aios, opleidingsinstelling en SBOH overeen te komen voorwaarden, gedurende de opleiding aan de aios een aanvulling op het salaris te verstrekken, is SBOH bereid deze financiële bijdrage te faciliteren en aan de aios gelijktijdig met het salaris uit te betalen. 11. Er is per 1 januari 2024 een salarisverhoging van 6,69%, waarvan de opbouw als volgt is: a. Een structurele verhoging van 6,14%, waarvan 2,25% reeds is toegekend in de cao 2022/2023 waardoor er 3,89% overblijft. b. Een incidentele verhoging van 2,8% door een deel van de verwachte structurele loonsverhoging van 2025 naar voren te halen. Deze incidentele verhoging vervalt op het moment dat een structurele verhoging voor het jaar 2025 wordt doorgevoerd.

Appears in 2 contracts

Samples: Collectieve Arbeidsovereenkomst, Collective Labor Agreement (Cao)

SALARISCOMPONENTEN. 1. Van toepassing zijn de artikelen B-2 Het salaris tijdens het dienstverband staat vermeld in bijlage C-1a. Steeds na 12 maanden dienstverband vindt een periodieke verhoging plaats, totdat het maximum salaris (voor de arts in opleiding tot huisarts), C-2 (voor de arts in opleiding tot specialist ouderengeneeskunde), D-2 (voor de arts in opleiding tot arts verstandelijk gehandicapten), E-2 (voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid), F-2 (voor de arts in opleiding tot forensisch artshet salaris vijfde dienstjaar) en G-2 (voor de arts in opleiding tot verslavingsarts)is bereikt. 2. Het Voor aios die reeds in 2014 een dienstverband hebben met de SBOH gelden de salarisschalen zoals vermeld in bijlage C-1b. Ook deze aios ontvangen steeds na 12 maanden dienstverband een periodieke verhoging. Voor deze aios geldt echter niet dat het maximum salaris bij het vijfde dienstjaar wordt maandelijks uiterlijk op de laatste dag van de maand aan de aios uitbetaald op het bankrekeningnummer dat bekend is bij SBOH. Dit rekeningnummer dient op naam van de aios te staan. De aios ontvangt iedere maand een loonstrook en eenmaal per jaar een jaaropgave via de portal van SBOHbereikt. 3. Wanneer een opleidingsovereenkomst van de aios eindigt en direct wordt opgevolgd door een andere opleidingsovereenkomst waarbij SBOH optreedt als werkgever, behoudt de aios de salaristrede en periodiekdatum. Voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid die niet direct met de 2e fase van de opleiding start na afronding van de 1e fase is in artikel E-2 een aanvullende regeling opgenomen. 4. Voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid is een salarisgarantieregeling opgenomen in artikel E-2. 5. Voor de arts in opleiding tot forensisch arts is een salarisgarantieregeling opgenomen in artikel F-2. 6. Aan de aios die op of na 1 januari 2019 2015 bij de SBOH in dienst treedtzijn getreden, wordt een hogere inschaling toegekend indien de aios ervaring heeft opgedaan in een functie als praktiserend arts. Daaronder wordt voor Werkervaring die de aios die op heeft opgedaan tijdens een eerder dienstverband bij de SBOH telt mee bij de vaststelling van het aantal ervaringsjaren. In dat geval geldt: a. Ervaring als arts in de ouderengeneeskunde of na 1 januari 2021 bij SBOH in dienst treedt ook verstaan de werkervaring als arts-onderzoeker. Voor het verkrijgen van een hogere inschaling geldtsociale geriatrie: 1 periodiek per vol jaar ervaring, ongeacht of de werkervaring maximaal 2 extra periodieken b. Ervaring in andere functie als praktiserend arts is opgedaan binnen het eigen specialisme of daarbuiten. arts: 1 periodiek per twee volle jaren ervaring, maximaal 2 extra periodieken De inschaling is bij aanvang van het dienstverband maximaal 2 extra periodieken (d.w.z. salaris derde salaris.3• dienstjaar), ook al is het totaal van a. en b. hoger. 4. Werkervaring die Aan de aios die voor 1 januari 2015 bij de SBOH in dienst zijn getreden, wordt een hogere inschaling toegekend indien de aios ervaring heeft opgedaan tijdens in een eerder dienstverband functie als praktiserend arts. In dat geval geldt: a. Ervaring als arts in de ouderengeneeskunde of sociale geriatrie: 1 periodiek per vol jaar ervaring, maximaal 3 extra periodieken b. Ervaring in andere functie als arts: 1 periodiek per twee volle jaren ervaring, maximaal 3 extra periodieken De inschaling is bij SBOH telt mee bij de vaststelling aanvang van het aantal ervaringsjarendienstverband maximaal 3 extra periodieken (d.w.z. salaris vierde dienstjaar), ook al is het totaal van a. en b. hoger. 5. Als op de datum van indiensttreding het vereiste aantal maanden voor een ervaringsjaar niet is voltooid, wordt de periodiekdatum zodanig vastgesteld, dat de eerstvolgende periodiek wordt toegekend op het moment dat het ervaringsjaar voltooid is. 76. De Voor aios die promoveertop of na 1 januari 2017 gedurende de opleiding promoveren, komt in aanmerking voor een verhoging van wordt het geldende salaris met drie periodiekenperiodieken verhoogd. Het maximum salaris voor de een gepromoveerde aios is het salaris van het achtste dienstjaar, zoals vermeld in bijlage C-1 a (of het zevende dienstjaar zoals vermeld in bijlage C-1b als de aios al voor 1 van januari 2015 bij de bij zijn opleiding behorende onderdeel van de caoSBOH in dienst is getreden). De hogere inschaling gaat in vanaf de eerste van de maand volgend op de maand waarin de aanvraag voor een hogere inschaling door de SBOH is ontvangen, maar kan niet eerder ingaan dan vanaf de eerste van de maand volgend op de maand van de promotiedatum. De oorspronkelijke periodiekdatum perdiodiekdatum blijft bij de toekenning van een hogere inschaling bij promotie ongewijzigd. Van aios die op of na 1 januari 2017 bij de SBOH in dienst treden en die voor hun indiensttreding reeds zijn gepromoveerd en die dit bij de start van hun dienstverband bij de SBOH kenbaar hebben gemaakt, wordt het salaris direct vanaf de datum van indiensttreding met drie periodieken verhoogd. 7. Vanaf 1 januari 2017 geldt dat de aios de salaristrede en periodiekdatum behoudt wanneer een opleidingsovereenkomst eindigt en direct aansluitend wordt opgevolgd door een andere opleidingsovereenkomst waarbij de SBOH optreedt als werkgever. 8. De aios heeft recht op een vakantietoeslag gelijk aan 8% over het genoten salaris over de maanden juni tot en met mei. De vakantietoeslag wordt achteraf één maal per jaar in de maand mei uitgekeerd. Wanneer de aios op een eerder moment uit dienst treedt, vindt de uitbetaling plaats uiterlijk in de maand volgend op de maand van uitdiensttreding. 9. De aios heeft recht op een eindejaarsuitkering gelijk aan 4,53% over het genoten jaarsalaris, inclusief vakantietoeslag. De aios die reeds in 2014 een dienstverband hebben met de SBOH hebben recht op een eindejaarsuitkering gelijk aan 4% over het genoten jaarsalaris, inclusief vakantietoeslag; dit tot het moment dat de eindejaarsuitkering voor de andere aios hierboven uit komt. De eindejaarsuitkering wordt achteraf één maal per jaar in december uitgekeerd. Wanneer de aios op een eerder moment uit dienst treedt, vindt de uitbetaling plaats uiterlijk Als het dienstverband in de maand volgend op loop van het jaar aanvangt dan wel eindigt, wordt de maand van uitdiensttredingeindejaarsuitkering naar rato uitbetaald. 10. Als een opleidingsinstelling stage-instelling bereid is, onder nader tussen aios, opleidingsinstelling stage-instelling en SBOH overeen te komen voorwaarden, gedurende de opleiding aan de aios een aanvulling op het salaris te verstrekken, is de SBOH bereid deze financiële bijdrage te faciliteren en aan de aios gelijktijdig met het salaris uit te betalen. 11. Er is per 1 januari 2024 De aios die in 2016 een salarisverhoging van 6,69%, waarvan dienstverband had met de opbouw als volgt is: a. Een structurele verhoging van 6,14%, waarvan 2,25% reeds is toegekend SBOH ontvangt in de cao 2022/2023 waardoor er 3,89maand januari 2017 een eenmalige uitkering van 1,17% overblijftover het jaarsalaris van 2016, inclusief vakantietoeslag en eindejaarsuitkering. b. Een incidentele verhoging van 2,8% door een deel van de verwachte structurele loonsverhoging van 2025 naar voren te halen. Deze incidentele verhoging vervalt op het moment dat een structurele verhoging voor het jaar 2025 wordt doorgevoerd.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement (Cao)

SALARISCOMPONENTEN. 1. Van toepassing zijn de artikelen B-2 (voor de arts in opleiding tot huisarts), C-2 (voor de arts in opleiding tot specialist ouderengeneeskunde), D-2 (voor de arts in opleiding tot arts verstandelijk gehandicapten), gehandicpaten) en E-2 (voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid), F-2 (voor de arts in opleiding tot forensisch arts) en G-2 (voor de arts in opleiding tot verslavingsartsmaatschappij+gezondheid). 2. Het salaris wordt maandelijks uiterlijk op de laatste dag van de maand aan de aios uitbetaald op het bankrekeningnummer dat bekend is bij SBOH. Dit rekeningnummer dient op naam van de aios te staan. De aios ontvangt iedere maand een loonstrook en eenmaal per jaar een jaaropgave via de portal van SBOH. 3. Wanneer een opleidingsovereenkomst van de aios eindigt en direct wordt opgevolgd door een andere opleidingsovereenkomst waarbij SBOH optreedt als werkgever, behoudt de aios de salaristrede en periodiekdatum. Voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid die niet direct met de 2e fase van de opleiding start na afronding van de 1e fase is in artikel E-2 een aanvullende regeling opgenomen. 4. Voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid is een salarisgarantieregeling opgenomen in artikel E-2. 5. Voor de arts in opleiding tot forensisch arts is een salarisgarantieregeling opgenomen in artikel F-2. 6. Aan de aios die op of na 1 januari 2019 bij SBOH in dienst treedt, wordt een hogere inschaling toegekend indien de aios ervaring heeft opgedaan in een functie als praktiserend arts. Daaronder wordt voor de aios die op of na 1 januari 2021 bij SBOH in dienst treedt ook verstaan de werkervaring als arts-onderzoeker. Voor het verkrijgen van een hogere inschaling geldt: 1 periodiek per vol jaar ervaring, ongeacht of de werkervaring als praktiserend arts is opgedaan binnen het eigen specialisme of daarbuiten. De inschaling is bij aanvang van het dienstverband maximaal 2 extra periodieken (d.w.z. salaris derde dienstjaar). Werkervaring die de aios heeft opgedaan tijdens een eerder dienstverband bij SBOH telt mee bij de vaststelling van het aantal ervaringsjaren. Als op de datum van indiensttreding het vereiste aantal maanden voor een ervaringsjaar niet is voltooid, wordt de periodiekdatum zodanig vastgesteld, dat de eerstvolgende periodiek wordt toegekend op het moment dat het ervaringsjaar voltooid is. 76. De aios die promoveert, komt in aanmerking voor een verhoging van het geldende salaris met drie periodieken. Het maximum salaris voor de gepromoveerde aios is het salaris van het achtste dienstjaar, zoals vermeld in bijlage 1 van de bij zijn opleiding behorende onderdeel van de cao. Deze regeling geldt voor aios ouderengeneeskunde alleen als de aios op of na 1 januari 2017 is gepromoveerd. De hogere inschaling gaat in vanaf de eerste van de maand volgend op de maand waarin de aanvraag voor een hogere inschaling door SBOH is ontvangen, maar kan niet eerder ingaan dan vanaf de eerste van de maand volgend op de maand van de promotiedatum. De oorspronkelijke periodiekdatum blijft bij de toekenning van een hogere inschaling bij promotie ongewijzigd. Van aios die voor hun indiensttreding reeds zijn gepromoveerd en die dit bij de start van hun dienstverband bij SBOH kenbaar hebben gemaakt, wordt het salaris direct vanaf de datum van indiensttreding met drie periodieken verhoogd. 87. De aios heeft recht op een vakantietoeslag gelijk aan 8% over het genoten salaris over de maanden juni tot en met mei. De vakantietoeslag wordt achteraf één maal per jaar in de maand mei uitgekeerd. Wanneer de aios op een eerder moment uit dienst treedt, vindt de uitbetaling plaats uiterlijk in de maand volgend op de maand van uitdiensttreding 98. De aios heeft recht op een eindejaarsuitkering gelijk aan 4,5% over het genoten jaarsalaris, inclusief vakantietoeslag. De eindejaarsuitkering wordt achteraf één maal per jaar in december uitgekeerd. Wanneer de aios op een eerder moment uit dienst treedt, vindt de uitbetaling plaats uiterlijk in de maand volgend op de maand van uitdiensttreding 109. Als een opleidingsinstelling bereid is, onder nader tussen aios, opleidingsinstelling en SBOH overeen te komen voorwaarden, gedurende de opleiding aan de aios een aanvulling op het salaris te verstrekken, is SBOH bereid deze financiële bijdrage te faciliteren en aan de aios gelijktijdig met het salaris uit te betalen. 1110. Er is De salarissen worden structureel verhoogd met 1,7% per 1 december 2022 en met 3,77% per 1 januari 2023. In de bedragen die in bijlage 1 van het bij de opleiding van de aios behorende onderdeel van de cao staan vermeld, zijn deze structurele salarisverhogingen verwerkt. 11. De structurele salarisverhoging die naar verwachting voor het jaar 2024 een salarisverhoging van 6,69%zal worden toegekend, waarvan de opbouw als volgt is: a. Een structurele verhoging van 6,14%, waarvan 2,25% reeds is toegekend wordt al gedeeltelijk per 1 januari 2023 doorgevoerd in de cao 2022/2023 waardoor er 3,89% overblijft. b. Een vorm van een incidentele verhoging van 2,8% door een deel van de verwachte structurele loonsverhoging van 2025 naar voren te halenbruto salarissen met 2,25%. De vergoedingen die volgens de cao met hetzelfde percentage als de salarissen worden verhoogd, zullen ook dienovereenkomstig worden aangepast. Deze incidentele verhoging van salaris en vergoedingen vervalt op het moment dat een structurele verhoging salarisverhoging voor het jaar 2025 2024 wordt doorgevoerd. In de bedragen die in bijlage 1 van het bij de opleiding van de aios behorende onderdeel van de cao staan vermeld, is deze incidentele salarisverhoging verwerkt. 12. De aios ontvangt een eenmalige uitkering van 1,7% over het totaal van de bruto maandsalarissen, inclusief vakantietoeslag en eindejaarsuitkering, over de maanden januari t/m november 2022. Deze eenmalige uitkering wordt uitbetaald in de maand december 2022. 13. SBOH laat – in nauwe afstemming met de LAD – gedurende de looptijd van deze cao een beloningsonderzoek uitvoeren door een externe partij, zodat inzichtelijk wordt hoe de primaire arbeidsvoorwaarden van aios in dienst van SBOH zich verhouden tot de primaire arbeidsvoorwaarden van aios die niet in opleiding zijn via een dienstverband bij SBOH.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement (Cao)

SALARISCOMPONENTEN. 1. Van toepassing zijn de artikelen B-2 Het salaris tijdens het dienstverband staat vermeld in bijlage B-1. Steeds na 12 maanden dienstverband vindt een periodieke verhoging plaats, totdat het maximum salaris (voor de arts in opleiding tot huisarts), C-2 (voor de arts in opleiding tot specialist ouderengeneeskunde), D-2 (voor de arts in opleiding tot arts verstandelijk gehandicapten), E-2 (voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid), F-2 (voor de arts in opleiding tot forensisch artshet salaris vijfde dienstjaar) en G-2 (voor de arts in opleiding tot verslavingsarts)is bereikt. 2. Het salaris wordt maandelijks uiterlijk op de laatste dag van de maand aan de aios uitbetaald op het bankrekeningnummer dat bekend is bij SBOH. Dit rekeningnummer dient op naam van de aios te staan. De aios ontvangt iedere maand een loonstrook en eenmaal per jaar een jaaropgave via de portal van SBOH. 3. Wanneer een opleidingsovereenkomst van de aios eindigt en direct wordt opgevolgd door een andere opleidingsovereenkomst waarbij SBOH optreedt als werkgever, behoudt de aios de salaristrede en periodiekdatum. Voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid die niet direct met de 2e fase van de opleiding start na afronding van de 1e fase is in artikel E-2 een aanvullende regeling opgenomen. 4. Voor de arts in opleiding tot (profiel)arts Maatschappij + Gezondheid is een salarisgarantieregeling opgenomen in artikel E-2. 5. Voor de arts in opleiding tot forensisch arts is een salarisgarantieregeling opgenomen in artikel F-2. 6. Aan de aios die op of na 1 januari 2019 bij SBOH in dienst treedt, wordt een hogere inschaling toegekend indien de aios ervaring heeft opgedaan in een functie als praktiserend arts. Daaronder wordt voor de aios die op of na 1 januari 2021 bij SBOH in dienst treedt ook verstaan de De werkervaring als arts-onderzoeker. Voor het verkrijgen van een hogere inschaling geldt: 1 periodiek per vol jaar ervaring, ongeacht of de werkervaring als praktiserend arts is opgedaan binnen het eigen specialisme of daarbuiten. De inschaling is bij aanvang van het dienstverband maximaal 2 extra periodieken (d.w.z. salaris derde dienstjaar). Werkervaring die de aios heeft opgedaan tijdens een eerder dienstverband bij de SBOH telt mee bij de vaststelling van het aantal ervaringsjaren. Als op de datum van indiensttreding het vereiste aantal maanden voor een ervaringsjaar niet is voltooid, wordt de periodiekdatum zodanig vastgesteld, dat de eerstvolgende periodiek wordt toegekend op het moment dat het ervaringsjaar voltooid isis voltooid. 7a. Voor de aios die op of na 1 januari 2019 bij de SBOH in dienst treedt geldt: 1 periodiek per vol jaar werkervaring als praktiserend arts, ongeacht of deze ervaring is opgedaan binnen het eigen specialisme of daarbuiten. De inschaling is bij aanvang van het dienstverband maximaal 2 extra periodieken (d.w.z. salaris derde dienstjaar). b. Voor de aios die in de periode 1 januari 2017 t/m 31 december 2018 bij de SBOH in dienst treedt geldt: i) Ervaring als arts in de huisartsgeneeskunde: 1 periodiek per vol jaar ervaring, maximaal 2 extra periodieken ii) Ervaring in een andere functie als arts: 1 periodiek per twee volle jaren ervaring, maximaal 2 extra periodieken. De inschaling is bij aanvang van het dienstverband maximaal 2 extra periodieken (d.w.z. salaris derde dienstjaar) ook al is het totaal van i) en ii) hoger. c. De aios die promoveertin de periode 1 maart 2014 t/m 31 december 2016 bij de SBOH in dienst is getreden gaat één maand eerder naar de volgende periodiek per 2 maanden ervaring. Maximaal worden bij indiensttreding 2 extra periodieken toegekend (d.w.z. salaris derde dienstjaar). 3. Voor de aios die voor 1 maart 2014 in dienst getreden is bij de SBOH geldt: bij de vaststelling van de datum waarop de aios het salaris voor het tweede jaar van het dienstverband ontvangt, komt wordt rekening gehouden met de werkervaring die de aios voorafgaand aan de huisartsopleiding heeft opgedaan. Indien de RGS op grond van eerder opgedane ervaring een vrijstelling verleent van x maanden, bereikt de aios het salaris voor het tweede jaar van het dienstverband na 12 maanden minus x maanden. 4. Aios die voor 1 maart 2014 met de huisartsopleiding zijn gestart en met toepassing van het gestelde in lid 2c per 1 maart 2014 in aanmerking zouden komen voor een verhoging van hogere inschaling dan het huidige, worden op hun verzoek per 1 maart 2014 ingeschaald volgens het gestelde in lid 2c. 5. Voor aios die gedurende de huisartsopleiding promoveren, wordt het geldende salaris met drie periodiekenperiodieken verhoogd. Het maximum salaris voor de een gepromoveerde aios is het salaris van het achtste dienstjaar, zoals vermeld in bijlage 1 van de bij zijn opleiding behorende onderdeel van de caoB-1. De hogere inschaling gaat in vanaf de eerste van de maand volgend op de maand waarin de aanvraag voor een hogere inschaling door de SBOH is ontvangen, maar kan niet eerder ingaan dan vanaf de eerste van de maand volgend op de maand van de promotiedatum. De oorspronkelijke periodiekdatum perdiodiekdatum blijft bij de toekenning van een hogere inschaling bij promotie ongewijzigd. Van aios die voor hun indiensttreding reeds zijn gepromoveerd en die dit bij de start van hun dienstverband bij de SBOH kenbaar hebben gemaakt, wordt het salaris direct vanaf de datum van indiensttreding met drie periodieken verhoogd. 86. De aios heeft recht op een vakantietoeslag gelijk aan 8% over het genoten salaris over de maanden juni tot en met mei. De vakantietoeslag wordt achteraf één maal per jaar in de maand mei uitgekeerd. Wanneer de aios op een eerder moment uit dienst treedt, vindt de uitbetaling plaats uiterlijk in de maand volgend op de maand van uitdiensttreding. 97. De aios heeft recht op een eindejaarsuitkering gelijk aan 4,53,6% over het genoten jaarsalaris, inclusief vakantietoeslag. Vanaf 1 juni 2020 is de eindejaarsuitkering gelijk aan 4% over het genoten jaarsalaris, inclusief vakantietoeslag. De eindejaarsuitkering wordt achteraf één maal per jaar in december uitgekeerd. 8. Wanneer Als het dienstverband in de loop van het jaar eindigt, wordt de uitkering als bedoeld in lid 7 naar rato uitbetaald. 9. De aios die op een eerder moment uit 1 juni 2020 in dienst treedtis of in de periode 1 januari 2020 tot en met 31 mei 2020 in dienst is geweest, vindt de uitbetaling plaats uiterlijk ontvangt in de maand volgend op de maand juni 2020 een eenmalige uitkering van uitdiensttreding 10. Als een opleidingsinstelling bereid is, onder nader tussen aios, opleidingsinstelling en SBOH overeen te komen voorwaarden, gedurende de opleiding aan de aios een aanvulling op 2,7% over het salaris te verstrekken, is SBOH bereid deze financiële bijdrage te faciliteren en aan de aios gelijktijdig met het salaris uit te betalen. 11. Er is per 1 januari 2024 een salarisverhoging van 6,69%, waarvan de opbouw als volgt is: a. Een structurele verhoging van 6,14%, waarvan 2,25% reeds is toegekend in de cao 2022/2023 waardoor er 3,89% overblijft. b. Een incidentele verhoging van 2,8% door een deel totaal van de verwachte structurele loonsverhoging van 2025 naar voren te halen. Deze incidentele verhoging vervalt op het moment dat een structurele verhoging voor het jaar 2025 wordt doorgevoerdbruto maandsalarissen (inclusief vakantietoeslag en eindejaarsuitkering) over de maanden januari 2020 tot en met mei 2020.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement (Cao)