Common use of Sanctiebepalingen Clause in Contracts

Sanctiebepalingen. 1 De werkgever kan de medewerker op non-actief stellen, indien het dienstverband is opgezegd, tot aan het einde van het dienstverband. 2 Indien naar het oordeel van de werkgever de voortgang van de werkzaamheden, door welke oorzaak dan ook, ernstig wordt belemmerd, heeft hij het recht de medewerker maximaal vier weken op non-actief te stellen, tenzij de werkgever en de mede- werker een langere termijn overeenkomen. 3 Het besluit tot non-actiefstelling wordt door de werkgever zo spoe- dig mogelijk schriftelijk aan de medewerker medegedeeld onder vermelding van de redenen waarom deze maatregel is vereist. 4 Non- actiefstelling geschiedt steeds met behoud van alle overige rechten voortvloeiend uit de individuele arbeidsovereenkomst en deze overeenkomst. 5 De werkgever is gedurende de periode van non-activiteit gehou- den te bevorderen dat de medewerker zijn werkzaamheden kan hervatten, tenzij een ontslagvergunning bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UVW) is gevraagd dan wel de kanton- rechter om ontbinding van de individuele arbeidsovereenkomst is verzocht. 6 De medewerker kan tegen de beslissing om hem op non-actief te stellen, in beroep gaan bij de Geschillen- commissie. Het reglement van deze geschillencommissie is bijgevoegd als bijlage 2. 7 De werkgever kan de medewerker gedurende maximaal één week schorsen om zodanig ernstige redenen, dat Voortzetting van de werkzaamheden door de medewerker naar het oordeel van de werkgever niet langer verantwoord is. De schorsing wordt onverwijld, gemotiveerd aan de medewerker ter kennis gebracht of bevestigd. 8 De werkgever kan de schorsing eenmaal met ten hoogste één week verlengen. 9 Indien er sprake is van opzet, grove schuld of ernstige nalatigheid van de medewerker is de werkgever bevoegd om tijdens de schor- sing het salaris of een gedeelte ervan niet uit te betalen. 10 Xxxxxxx mocht blijken dat de medewerker kennelijk ten onrechte door de werkgever werd geschorst, zal de werkgever op verlangen van de medewerker deze openlijk rehabiliteren en hem de aan- toonbare schade vergoeden.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

Sanctiebepalingen. 1 De werkgever kan de medewerker op non-actief stellen, indien het dienstverband is opgezegd, tot aan het einde van het dienstverband. 2 Indien naar het oordeel van de werkgever de voortgang van de werkzaamheden, door welke oorzaak dan ook, ernstig wordt belemmerd, heeft hij het recht de medewerker maximaal vier weken op non-actief te stellen, tenzij de werkgever en de mede- werker medewerker een langere termijn overeenkomen. 3 Het besluit tot non-actiefstelling wordt door de werkgever zo spoe- dig spoedig mogelijk schriftelijk aan de medewerker medegedeeld onder vermelding van de redenen waarom deze maatregel is vereist. 4 Non- actiefstelling geschiedt steeds met behoud van alle overige rechten voortvloeiend uit de individuele arbeidsovereenkomst en deze overeenkomst. 5 De werkgever is gedurende de periode van non-activiteit gehou- den gehouden te bevorderen dat de medewerker zijn werkzaamheden kan hervatten, tenzij een ontslagvergunning bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UVW) is gevraagd dan wel de kanton- rechter om ontbinding van de individuele arbeidsovereenkomst is verzocht. 6 De medewerker kan tegen de beslissing om hem op non-actief te stellen, in beroep gaan bij de Geschillen- commissie. Het reglement van deze geschillencommissie is bijgevoegd als bijlage 2Geschillencommissie. 7 De werkgever kan de medewerker gedurende maximaal één week schorsen om zodanig ernstige redenen, dat Voortzetting van de werkzaamheden door de medewerker naar het oordeel van de werkgever niet langer verantwoord is. De schorsing wordt onverwijld, gemotiveerd aan de medewerker ter kennis gebracht of bevestigd. 8 De werkgever kan de schorsing eenmaal met ten hoogste één week verlengen. 9 Indien er sprake is van opzet, grove schuld of ernstige nalatigheid van de medewerker is de werkgever bevoegd om tijdens de schor- sing het salaris of een gedeelte ervan niet uit te betalen. 10 Xxxxxxx mocht blijken dat de medewerker kennelijk ten onrechte door de werkgever werd geschorst, zal de werkgever op verlangen van de medewerker deze openlijk rehabiliteren en hem de aan- toonbare schade vergoeden.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Sanctiebepalingen. 1 De werkgever kan 1. Bij de medewerker op non-actief stellen, indien het dienstverband is opgezegd, tot aan het einde beoordeling van het dienstverbandrecht op een invaliditeitspensioen of herplaat- singstoelage wordt onderzocht of een ontslag op grond van ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid wegens ziekte overeenkomstig de procedure vermeld in de bij dit reglement beho- rende bijlage c tot stand is gekomen. 2 2. Indien naar de beëindiging van de dienst- betrekking, bedoeld in het oordeel eerste lid, niet overeenkomstig de in het eerste lid bedoelde procedure tot stand is geko- men, kan het bestuur de kosten van het invaliditeitspensioen of de herplaat- singstoelage ten laste brengen van de werkgever die de voortgang deelnemer heeft ont- slagen. Van deze bevoegdheid kan het bestuur slechts gebruik maken binnen vijf jaar na het tijdstip van ingang van het invaliditeitspensioen of de herplaat- singstoelage. 3. Het tweede lid vindt geen toepassing ten aanzien van de werkzaamhedenvoor het leven benoemde leden van de rechterlijke macht. 1. De in artikel 15.1, door welke oorzaak dan tweede lid, bedoelde bevoegdheid heeft het bestuur ook, ernstig wordt belemmerd, heeft hij het indien de deelnemer is tewerkge- steld in strijd met een over hem uitge- bracht medisch advies en dientenge- volge recht op invaliditeitspensioen of herplaatsingstoelage ontstaat. 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van een of meer nabestaandenpensioenen indien de medewerker maximaal vier weken op non-actief te stellen, tenzij deel- nemer is overleden. Artikel 15.3 Indien de werkgever ten aanzien van de gedeeltelijk arbeidsongeschikte deelne- mer die door hem is ontslagen, geen suppletieregeling toepast die overeen- komt met de in de bij dit reglement behorende bijlage d neergelegde supple- tieregeling en daardoor hogere lasten voor het fonds veroorzaakt, kan het bestuur de mede- werker een langere termijn overeenkomenkosten van het invaliditeits- pensioen of de herplaatsingstoelage ten laste van die werkgever brengen. 3 Het besluit tot non-actiefstelling wordt door de werkgever zo spoe- dig mogelijk schriftelijk aan de medewerker medegedeeld onder vermelding van de redenen waarom deze maatregel is vereist. 4 Non- actiefstelling geschiedt steeds met behoud van alle overige rechten voortvloeiend uit de individuele arbeidsovereenkomst en deze overeenkomst. 5 De werkgever is gedurende de periode van non-activiteit gehou- den te bevorderen dat de medewerker zijn werkzaamheden kan hervatten, tenzij een ontslagvergunning bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UVW) is gevraagd dan wel de kanton- rechter om ontbinding van de individuele arbeidsovereenkomst is verzocht. 6 De medewerker kan tegen de beslissing om hem op non-actief te stellen, in beroep gaan bij de Geschillen- commissie1. Het bestuur kan beslissen dat een besluit van een aangesloten werkgever voor de toepassing van dit reglement van deze geschillencommissie is bijgevoegd als bijlage 2. 7 De werkgever kan de medewerker gedurende maximaal één week schorsen om zodanig ernstige redenengeheel of gedeeltelijk buiten beschou- wing blijft, indien dat Voortzetting van de werkzaamheden door de medewerker naar het oordeel besluit van de werkgever niet langer verantwoord is. De schorsing wordt onverwijld, gemotiveerd aan leidt tot een recht of een aanspraak op pensioen in strijd met de medewerker ter kennis gebracht of bevestigdkennelijke strekking van dit reglement. 8 De 2. Van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, kan het bestuur slechts gebruik maken binnen vijf jaar nadat het bestuur van dat besluit van de werkgever kan kennis heeft kunnen nemen. Deze termijn van vijf jaar geldt niet, indien de schorsing eenmaal met ten hoogste één week verlengenbelanghebbende een hem voor de afloop van deze termijn gestelde vraag naar feiten of omstan- digheden die van wezenlijke invloed zijn op een recht of een aanspraak op een recht krachtens dit reglement, niet of onjuist heeft beantwoord. 9 1. Indien er sprake het bestuur van oordeel is dat een besluit van opzeteen aangesloten werkge- ver ten aanzien van een deelnemer of groep van deelnemers lasten op het fonds legt of in uitzicht stelt die het fonds belangrijk zwaarder belasten dan voor overeenkomstige deelnemers in het algemeen het geval is, grove schuld kan het die zwaardere lasten in rekening brengen bij de betrokken werkgever. 2. Het bestuur kan het oordeel, bedoeld in het eerste lid, slechts uitspreken bin- nen een jaar nadat het van bedoeld besluit kennis heeft kunnen nemen en redelijkerwijs heeft kunnen onder- kennen dat dit besluit de in het vorige lid bedoelde gevolgen heeft. Artikel 15.6 Het bestuur kan een invaliditeitspen- sioen weigeren of ernstige nalatigheid verminderen indien ten aanzien van de medewerker arbeidsongeschikt- heidsuitkering een sanctie overeenkom- stig de WAO is de werkgever bevoegd om tijdens de schor- sing toegepast, zoveel moge- lijk met inachtneming van het salaris of een gedeelte ervan niet uit te betalen. 10 Xxxxxxx mocht blijken sanctiebeleid dat de medewerker kennelijk ten onrechte door de werkgever werd geschorst, zal de werkgever op verlangen aanzien van de medewerker deze openlijk rehabiliteren en hem de aan- toonbare schade vergoedenarbeidsongeschiktheidsuitkering is toe- gepast.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenovereenkomst

Sanctiebepalingen. 1 De werkgever kan 1. Bij de medewerker op non-actief stellen, indien het dienstverband is opgezegd, tot aan het einde beoordeling van het dienstverbandrecht op een invaliditeitspensioen of herplaatsingstoelage wordt onderzocht of een ontslag op grond van ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid wegens ziekte overeenkomstig de procedure vermeld in de bij dit reglement behorende bijlage c tot stand is gekomen. 2 2. Indien naar de beëindiging van de dienstbetrekking, bedoeld in het oordeel eerste lid, niet overeenkomstig de in het eerste lid bedoelde procedure tot stand is gekomen, kan het bestuur de kosten van het invaliditeitspensioen of de herplaatsingstoelage ten laste brengen van de werkgever die de voortgang deelnemer heeft ontslagen. Van deze bevoegdheid kan het bestuur slechts gebruik maken binnen vijf jaar na het tijdstip van ingang van het invaliditeitspensioen of de herplaatsingstoelage. 3. Het tweede lid vindt geen toepassing ten aanzien van de werkzaamhedenvoor het leven benoemde leden van de rechterlijke macht. 1. De in artikel 15.1, door welke oorzaak dan tweede lid, bedoelde bevoegdheid heeft het bestuur ook, ernstig wordt belemmerd, heeft hij het indien de deelnemer is tewerkgesteld in strijd met een over hem uitgebracht medisch advies en dientengevolge recht op invaliditeitspensioen of herplaatsingstoelage ontstaat. 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van een of meer nabestaandenpensioenen indien de medewerker maximaal vier weken op non-actief te stellen, tenzij deelnemer is overleden. Artikel 15.3 Indien de werkgever ten aanzien van de gedeeltelijk arbeidsongeschikte deelnemer die door hem is ontslagen, geen suppletieregeling toepast die overeenkomt met de in de bij dit reglement behorende bijlage d neergelegde suppletieregeling en daardoor hogere lasten voor het fonds veroorzaakt, kan het bestuur de mede- werker een langere termijn overeenkomenkosten van het invaliditeitspensioen of de herplaatsingstoelage ten laste van die werkgever brengen. 3 Het besluit tot non-actiefstelling wordt door de werkgever zo spoe- dig mogelijk schriftelijk aan de medewerker medegedeeld onder vermelding van de redenen waarom deze maatregel is vereist. 4 Non- actiefstelling geschiedt steeds met behoud van alle overige rechten voortvloeiend uit de individuele arbeidsovereenkomst en deze overeenkomst. 5 De werkgever is gedurende de periode van non-activiteit gehou- den te bevorderen dat de medewerker zijn werkzaamheden kan hervatten, tenzij een ontslagvergunning bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UVW) is gevraagd dan wel de kanton- rechter om ontbinding van de individuele arbeidsovereenkomst is verzocht. 6 De medewerker kan tegen de beslissing om hem op non-actief te stellen, in beroep gaan bij de Geschillen- commissie1. Het bestuur kan beslissen dat een besluit van een aangesloten werkgever voor de toepassing van dit reglement van deze geschillencommissie is bijgevoegd als bijlage 2. 7 De werkgever kan de medewerker gedurende maximaal één week schorsen om zodanig ernstige redenengeheel of gedeeltelijk buiten beschouwing blijft, indien dat Voortzetting van de werkzaamheden door de medewerker naar het oordeel besluit van de werkgever niet langer verantwoord is. De schorsing wordt onverwijld, gemotiveerd aan leidt tot een recht of een aanspraak op pensioen in strijd met de medewerker ter kennis gebracht of bevestigdkennelijke strekking van dit reglement. 8 De 2. Van de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, kan het bestuur slechts gebruik maken binnen vijf jaar nadat het bestuur van dat besluit van de werkgever kan kennis heeft kunnen nemen. Deze termijn van vijf jaar geldt niet, indien de schorsing eenmaal met ten hoogste één week verlengenbelanghebbende een hem voor de afloop van deze termijn gestelde vraag naar feiten of omstandigheden die van wezenlijke invloed zijn op een recht of een aanspraak op een recht krachtens dit reglement, niet of onjuist heeft beantwoord. 9 1. Indien er sprake het bestuur van oordeel is dat een besluit van opzeteen aangesloten werkgever ten aanzien van een deelnemer of groep van deelnemers lasten op het fonds legt of in uitzicht stelt die het fonds belangrijk zwaarder belasten dan voor overeenkomstige deelnemers in het algemeen het geval is, grove schuld kan het die zwaardere lasten in rekening brengen bij de betrokken werkgever. 2. Het bestuur kan het oordeel, bedoeld in het eerste lid, slechts uitspreken binnen een jaar nadat het van bedoeld besluit kennis heeft kunnen nemen en redelijkerwijs heeft kunnen onderkennen dat dit besluit de in het vorige lid bedoelde gevolgen heeft. Artikel 15.6 Het bestuur kan een invaliditeitspensioen weigeren of ernstige nalatigheid verminderen indien ten aanzien van de medewerker arbeidsongeschiktheidsuitkering een sanctie overeenkomstig de WAO is toegepast, zoveel mogelijk met inachtneming van het sanctiebeleid dat ten aanzien van de werkgever bevoegd om tijdens de schor- sing het salaris of een gedeelte ervan niet uit te betalenarbeidsongeschiktheidsuitkering is toegepast. 10 Xxxxxxx mocht blijken 1. Indien het bestuur van oordeel is dat een besluit van een aangesloten werkgever om een werktijduitbreiding naar het fonds te verantwoorden met een hoger inkomen in de medewerker kennelijk ten onrechte door de werkgever werd geschorst, zal de werkgever normwerktijd zwaardere lasten op verlangen het fonds legt of in uitzicht stelt dat indien die werktijduitbreiding zou zijn verantwoord in een aanpassing van de medewerker deze openlijk rehabiliteren en hem deeltijdfactor bij een ongewijzigde normwerktijd, kan het die zwaardere lasten in rekening brengen bij de aan- toonbare schade vergoedenbetrokken werkgever. 2. Het bestuur kan het oordeel, bedoeld in het eerste lid, uitspreken tot een jaar na ingang van het pensioen.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement