Common use of (Tussentijdse) Beëindiging van de arbeidsovereenkomst Clause in Contracts

(Tussentijdse) Beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Het tussentijds beëindigen van een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dan wel het beëindigen van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd geschiedt: 1. door opzegging; 2. door onverwijlde opzegging wegens een dringende reden voor de werkgever of de werknemer, volgens de bepalingen van artikel 7:678 en 7:679, BW; 3. door ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van artikel 7:685, BW; 4. door beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden op het door de werkgever en de werknemer overeengekomen tijdstip; 5. door het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd van 65 jaar met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin de pensioengerechtigde leeftijd wordt bereikt, of de latere datum die krachtens artikel 3.10 door partijen is overeengekomen; 6. door overlijden van de werknemer met ingang van de dag volgend op die van het overlijden.

(Tussentijdse) Beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Het tussentijds beëindigen van een 1. De werkgever kan de (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd tijd, dan wel het beëindigen van een de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd geschiedt: 1. door opzegging;tijd, zoals bedoeld in artikel 7:669 BW (tussentijds) opzeggen indien daar een redelijke grond voor is en herplaatsing van de werknemer binnen een redelijke termijn niet in de rede ligt. 2. door onverwijlde opzegging wegens De werkgever of de werknemer kan de arbeidsovereenkomst onverwijld opzeggen om een dringende reden voor de werkgever of de werknemerzoals bedoeld in artikel 7:677 lid 1 BW, volgens de bepalingen van artikel 7:678 en 7:679, 7:679 BW;. 3. door ontbinding van De werkgever en de werknemer kunnen de arbeidsovereenkomst op grond van artikel 7:685, BW; 4. door beëindiging van de arbeidsovereenkomst beëindigen met wederzijds goedvinden op het door de werkgever en de werknemer hen overeengekomen tijdstip;. 54. De arbeidsovereenkomst eindigt door het bereiken van de pensioengerechtigde AOW-gerechtigde leeftijd van 65 jaar met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin de pensioengerechtigde AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt, bereikt of de latere datum die krachtens artikel 3.10 3.13 door partijen is overeengekomen;. 65. De arbeidsovereenkomst eindigt door overlijden van de werknemer met ingang van de dag volgend op die van het overlijden.

(Tussentijdse) Beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Het tussentijds beëindigen van een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dan wel het beëindigen van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd geschiedt: 1. door opzegging; 2. door onverwijlde opzegging wegens een dringende reden voor de werkgever of de werknemerwerk- nemer, volgens de bepalingen van artikel 7:678 en 7:679, 7:679 BW; 3. door ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van artikel 7:685, 7:685 BW; 4. door beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden op het door de werkgever en de werknemer overeengekomen tijdstip; 5. door het bereiken van de AOW-pensioengerechtigde leeftijd van 65 jaar met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin de AOW-pensioengerechtigde leeftijd wordt bereikt, bereikt of de latere datum die krachtens artikel 3.10 door partijen is overeengekomen; 6. door overlijden van de werknemer met ingang van de dag volgend op die van het overlijden.

(Tussentijdse) Beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Het tussentijds beëindigen van een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dan wel het beëindigen van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd geschiedt: 1. door opzegging; 2. door onverwijlde opzegging wegens een dringende reden voor de werkgever of de werknemer, volgens de bepalingen van artikel de artikelen 7:678 en 7:679, 679 van het BW; 3. door ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van artikel 7:685, 7:685 BW; 4. door beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden op het door de werkgever en de werknemer overeengekomen tijdstip;. 5. door het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd van 65 jaar met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin de pensioengerechtigde leeftijd wordt bereikt, of de latere datum die krachtens artikel 3.10 door partijen is overeengekomen; 6. door overlijden van de werknemer met ingang van de dag volgend op die van het overlijden.