Uitlooprisico. Het risico van uitkeringsschade voor werknemers die (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn op het moment dat de verzekering eindigt.
Uitlooprisico. Als de verzekering op grond van artikel 2.4 van de algemene voorwaarden VvE Verzekerd eindigt, geldt voor de verzekeringnemer en/of de verzekerden het aanbod de termijn van aanmelden met maximaal vijf jaar te verlengen voor aanspraken, die voortvloeien uit een handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden vóór de beëindigingsdatum. De voor deze verlenging verschuldigde premie wordt door de verzekeraar vastgesteld. • Als verzekeraar de verzekering, anders dan op grond van artikel 2.2, van de algemene voorwaarden VvE Verzekerd opzegt, geldt voor de verzekeringnemer en/of de verzekerden het aanbod de termijn van aanmelden met maximaal vijf jaar te verlengen voor aanspraken, die voortvloeien uit een handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden vóór de beëindigingsdatum. De voor deze verlenging verschuldigde premie wordt door de verzekeraar vastgesteld. • Wanneer verzekeringnemer en/of verzekerde(n) van dit aanbod gebruik wens(t)(en) te maken, dient men dit schriftelijk binnen drie maanden aan verzekeraar mede te delen en tevens binnen de gestelde termijn de verschuldigde premie voor de gehele uitloopperiode (ten bedrage van 20% van de laatst verschuldigde jaarpremie per uitloopjaar), de eventueel nog openstaande premie(s) van verstreken verzekeringsjaren, de kosten en de assurantiebelasting te betalen. • De dekking blijft van kracht zoals deze gold voor de beëindiging van de verzekering ten aanzien van aanspraken, die tijdens de uitlooptermijn schriftelijk aan verzekeraar zijn gemeld ter zake van een handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden voor de ingangsdatum van de overeengekomen uitlooptermijn. De dekking gedurende de gehele uitlooptermijn bedraagt maximaal eenmaal het verzekerd bedrag voor alle verzekerden tezamen zoals dat was overeengekomen in het laatste verzekeringsjaar. • Voor aanspraken aangemeld binnen de termijn van vijf jaar als genoemd in de eerste en tweede bullit van dit artikel, geldt dat deze worden toegerekend aan het verzekeringsjaar direct voor de beëindigingsdatum. • Deze nameldingsdekking geldt niet als blijkt, dat de door deze verzekering gedekte aansprakelijkheid eveneens op (een) andere polis(sen), al dan niet van oudere datum, is gedekt of daarop zou zijn gedekt als de onderhavige verzekering niet zou hebben bestaan. • Als sprake is van een reeks handelingen of nalatigheden, die met elkaar verband houden of uit elkaar voortvloeien, is voor de toepasselijkheid van het gestelde in de eerste en tweede bullit van dit artikel bepalend...
Uitlooprisico. 7.1 Indien als gevolg van de artikelen 15.4 en 15.5 de verzekering eindigt, geldt voor verzekerde(n) gedurende drie maanden daarop aansluitend een aanbod van verzekeraars tot het verzekeren van het uitlooprisico voor een termijn van maximaal vijf jaren.
7.2.1 Indien verzekeraars de verzekering, anders dan op grond van artikel 15.3 en/of anders dan wegens het opzet van verzekeringnemer en/of verzekerde(n) verzekeraars te misleiden, opzeggen, geldt voor verzekeringnemer en/of verzekerde(n) gedurende drie maanden daarop aansluitend een aanbod van verzekeraars tot het verzekeren van het uitlooprisico voor een termijn van maximaal vijf jaren.
7.2.2 Indien verzekeringnemer - anders dan op grond van artikel 7:929 lid 3 BW - de verzekering opzegt, geldt voor verzekeringnemer en/of verzekerde(n) gedurende drie maanden daarop aansluitend een aanbod van verzekeraars tot het verzekeren van een uitlooprisico voor een termijn van maximaal vijf jaren.
Uitlooprisico. Het risico dat een uitkering moet worden verstrekt aan één of meer werknemers met een eerste ziekteverzuimdag die ligt vóór de datum waarop de verzekering is beëindigd. Het uitlooprisico is standaard meeverzekerd, tenzij anders vermeld op de polis of in de betreffende speciale voorwaarden.
Uitlooprisico. Indien de verzekering, anders dan door wanbetaling, hetzij door Verzekeringnemer, hetzij door de Maatschappij - wordt beëindigd, geschiedt dat onverminderd de eventuele rechten ter zake van al ingetreden ziekte of arbeids- ongeschiktheid, met dien verstande dat daarna:
a. onder de WIA wordt verstaan de desbetreffende wet zoals deze onmiddellijk voor de datum van de beëindiging van kracht was;
b. de in deze voorwaarden opgenomen verplichtingen van de verzekeringnemer en verzekerde blijven bestaan.
Uitlooprisico. 31.1 Bij beëindiging van de verzekering zullen de voor de beëindiging ontstane rechten op uitke- ring wegens arbeidsongeschiktheid doorlopen.
31.2 Het gestelde in het eerste lid geldt niet als de verzekering wordt beëindigd vanwege roye- ment, Wet Schuldsanering Natuurlijke Perso- nen, surseance van betaling, faillissement of bedrijfsbeëindiging van de verzekeringnemer en in het geval van fraude.
31.3 Als een uitkering voor een werknemer eindigt na het beëindigen van de verzekering kan daarna niet opnieuw recht op uitkering bestaan. Dit geldt niet als de werknemer binnen 4 weken na herstel opnieuw arbeidsongeschikt wordt. Xxx wordt dit als één periode beschouwd. Voor het bepaalde in dit artikel worden tijdvakken van ongeschiktheid samengeteld indien zij elkaar met een onderbreking van minder dan 4 weken opvolgen.
31.4 Na beëindiging van de verzekering moeten wijzigingen in de arbeidsongeschiktheid aan Sazas worden doorgegeven.
Uitlooprisico a. beëindiging van de verzekering geschiedt onverminderd de rechten ter zake van voor beëindiging van de verzekering begonnen onge- schiktheid tot werken, tenzij: - het beëindigen door Generali op grond van artikel 9 lid 2 van deze Bijzondere Voorwaarden betreft; - de verzekeringnemer of diens rechtsopvolger verzoekt de verzekering te beëindigen omdat er sprake is van bedrijfsovername of fusie; - het beëindiging bij faillissement of betalingsonmacht betreft;
b. indien de uitkering uit hoofde van dit artikel eindigt bij herstel van de betreffende werknemer, dan zal een eventuele hernieuwde periode van ongeschiktheid tot werken, ook indien deze binnen 4 weken na het herstel begint, niet leiden tot een uitkering uit hoofde van deze verzekering.
Uitlooprisico. Na het stoppen van de verzekering kan blijken dat tijdens de looptijd van de verzekering zich een hande- len of nalaten heeft voorgedaan, dat tot een schade- claim leidt. Het uitlooprisico is niet verzekerd. Dit betekent dat je dan geen recht op ver- goeding van de schade hebt, omdat een handelen of nalaten altijd binnen de looptijd van de verzekering als omstandigheid moet worden gemeld. In de volgende gevallen kan de verzekeringnemer het uitlooprisico wel verzekeren. In dat geval is er toch dekking is ook al is de omstandigheid niet gemeld tijdens de looptijd.
Uitlooprisico. Slotbepalingen
Uitlooprisico. Het risico dat verzekerde loopt om na de verzekeringsperiode aansprakelijk te worden gesteld voor beroepsfouten, gemaakt tijdens de verzekeringsperiode, inclusief de (eventuele) inloopperiode.