Common use of Uittreding Clause in Contracts

Uittreding. 1. Een deelnemer kan besluiten uit de regeling te treden. 2. Voor uittreding uit de regeling wordt een opzegtermijn van ten minste één jaar in acht genomen. 3. Uittreding kan slechts plaatsvinden nadat het algemeen bestuur, in overleg met de deelnemer die wenst uit te treden, de financiële en overige gevolgen van de uittreding heeft bepaald. 4. Een besluit tot uittreding kan niet worden genomen gedurende de eerste vijf jaar na toetreding. 5. De uittreding gaat in met ingang van een nader te bepalen datum, vastgesteld door het algemeen bestuur en de uittredende deelnemer, een en ander met inachtneming van bekendmaking van de benodigde besluiten conform artikel 44 van deze regeling. 6. In afwijking van het vierde lid kan het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland binnen de eerste vijf jaar na toetreding, een besluit tot uittreding nemen.

Uittreding. 1. Een deelnemer kan besluiten uit de regeling te treden. 2. Voor uittreding uit de regeling wordt een opzegtermijn van ten minste één jaar in acht genomen. 3. Uittreding kan slechts plaatsvinden nadat het algemeen bestuur, in overleg met de deelnemer die wenst uit te treden, de financiële en overige gevolgen van de uittreding heeft bepaald. 4. Een besluit tot uittreding kan niet worden genomen gedurende de eerste vijf jaar na toetreding. 5. De uittreding gaat in met ingang van een nader te bepalen datum, vastgesteld door het algemeen bestuur en de uittredende deelnemer, een en ander met inachtneming van bekendmaking van de benodigde besluiten conform artikel 44 van deze regeling. 6. In afwijking van het vierde lid kan het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland binnen de eerste vijf jaar na toetreding, een besluit tot uittreding nemen. Ongewijzigd.

Uittreding. 1. Een deelnemer kan besluiten uit de regeling te treden. 2. Voor uittreding uit de regeling wordt een opzegtermijn van ten minste één jaar in acht genomen. 3. Uittreding kan slechts plaatsvinden nadat het algemeen bestuur, in overleg met de deelnemer die wenst uit te treden, de financiële en overige gevolgen van de uittreding heeft bepaald. 4. Een besluit tot uittreding kan niet worden genomen gedurende de eerste vijf jaar na toetreding. 5. De uittreding gaat in met ingang van een nader te bepalen datum, vastgesteld door het algemeen bestuur en de uittredende deelnemer, een en ander met inachtneming van bekendmaking van de benodigde besluiten conform artikel 44 van deze regeling. 6. In afwijking van het vierde lid kan het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland binnen de eerste vijf jaar na toetreding, een besluit tot uittreding nemen. De procedures voor toetreding, uittreding en wijziging van de regeling zijn geüniformeerd en in overeenstemming gebracht met de Wgr. Inschrijving in registers is geen wettelijke eis voor inwerkingtreding, 53 Wgr.

Uittreding. 1. Een deelnemer kan besluiten uit de regeling te tredentreden door een daartoe strekkend besluit van de betreffende bestuursorganen. 2. Voor uittreding uit de regeling wordt een opzegtermijn van ten minste één jaar in acht genomen. 3. Uittreding kan slechts plaatsvinden nadat het algemeen bestuur, bestuur in overleg met de deelnemer die wenst uit te treden, treden de financiële en overige gevolgen van de uittreding heeft bepaald. 43. Een besluit tot uittreding kan niet worden genomen gedurende de eerste vijf jaar na toetreding. 54. De uittreding gaat in vindt eerst plaats met ingang van een nader te bepalen datum, vastgesteld door 1 januari volgend op het algemeen bestuur en de uittredende deelnemer, een en ander met inachtneming van bekendmaking jaar waarin het besluit tot uittreding is ingeschreven in het gemeentelijk dan wel provinciaal register als bedoeld in artikel 27 juncto artikel 52 van de benodigde besluiten conform artikel 44 van deze regelingWet gemeenschappelijke regelingen. 65. In afwijking van het vierde derde lid kan het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland binnen de eerste vijf jaar na toetreding, een besluit tot uittreding nemen. Bepaling blijft vrijwel ongewijzigd.

Uittreding. 1. Een deelnemer kan besluiten uit de regeling te tredentreden door een daartoe strekkend besluit van de betreffende bestuursorganen. 2. Voor uittreding uit de regeling wordt een opzegtermijn van ten minste één jaar in acht genomen. 3. Uittreding kan slechts plaatsvinden nadat het algemeen bestuur, bestuur in overleg met de deelnemer die wenst uit te treden, treden de financiële en overige gevolgen van de uittreding heeft bepaald. 43. Een besluit tot uittreding kan niet worden genomen gedurende de eerste vijf jaar na toetreding. 54. De uittreding gaat in vindt eerst plaats met ingang van een nader te bepalen datum, vastgesteld door 1 januari volgend op het algemeen bestuur en de uittredende deelnemer, een en ander met inachtneming van bekendmaking jaar waarin het besluit tot uittreding is ingeschreven in het gemeentelijk dan wel provinciaal register als bedoeld in artikel 27 juncto artikel 52 van de benodigde besluiten conform artikel 44 van deze regelingWet gemeenschappelijke regelingen. 65. In afwijking van het vierde derde lid kan het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland binnen de eerste vijf jaar na toetreding, een besluit tot uittreding nemen.