Verhoging eindejaarsuitkering. De eindejaarsuitkering die in december van elk kalenderjaar wordt uitbetaald wordt vanaf 1 januari 2022 verhoogd van 2% naar 3%.
Verhoging eindejaarsuitkering. Vanaf 2022 is de eindejaarsuitkering in deze cao met 0,5% verhoogd voor de werkgevers die geen eigen regeling voor het beloningsbeleid hanteren conform artikel 4 lid 3 van deze cao. Werknemers waarvoor de stijging in de eindejaarsuitkering geldt kunnen dit gebruiken voor een eventueel nader door partijen af te spreken verhoging van de werknemersbijdrage in de pensioenregeling van BPZ.
Verhoging eindejaarsuitkering. Vanaf 2022 is de eindejaarsuitkering in deze cao met 0,5% verhoogd. In de cao-afspraak van 2022 hebben partijen gesproken over dat werknemers de stijging van de eindejaarsuitkering kunnen gebruiken voor een eventueel nader door partijen af te spreken verhoging van de werknemersbijdrage in de pensioenregeling van BPZ. Per 1 januari 2025 wordt de eindejaarsuitkering nogmaals verhoogd met 1%. Werkgevers bieden de mogelijkheid aan werknemers om een financieel gesprek aan te vragen. Een werknemer kan hier één keer per drie jaar gebruik van maken in eigen tijd. Het gesprek vindt plaats met een onafhankelijke deskundige die geen commercieel belang (geen financiële producten verkoopt) heeft en het gesprek bevat de volgende elementen: helpen met overzicht persoonlijke inkomsten en uitgaven, financiële planning naar de toekomst, eventueel pensioen. Werknemers kunnen gebruik maken van deze afspraak, zodra de inrichting definitief is; uiterlijk voor het einde van de looptijd van deze cao. Werkgevers en werknemers streven naar voldoende koopkracht voor de werknemers in de laagste salarisschalen. Hierbij wordt wel rekening gehouden met overheidsmaatregelen die de koopkracht van deze groep beïnvloeden. De werkgroep Tijd bestaat uit vertegenwoordiging van werkgevers en vakbonden. Cao- partijen geven een vervolgopdracht aan de werkgroep Tijd, namelijk dat zij met een advies komen over de volgende onderwerpen: - Overdrachtstijd - Samenloop roostervrij met feestdag. Hierbij worden ook de 58+ en 61+ roostervrije dagen betrokken - Consignatie: rusturen - 4 x 9 werken in HP cao - Vakantie-uren in volcontinu ploegendienst Cao-partijen richten een werkgroep in voor het beloningsbeleid van de sector. Hierin neemt vertegenwoordiging van werkgevers en vakbonden deel. Deze werkgroep komt met een advies over de volgende onderwerpen: - Loongebouw en aantal functiejaren - Differentiatie loonlijnen: hierin wordt ook de Arbeidsmarkttoeslag (AMT) betrokken - Gebruik artikel niet vakvolwassen zijn (“aanloopschaal”) - Waarnemingstoeslag Gedurende de looptijd van deze cao, gaan cao-partijen invulling geven aan de evaluatie door een opdracht te geven aan een werkgroep met vertegenwoordiging van de NZO en vakbonden. De werkgroep betrekt hierbij het beoogde effect dat cao-partijen willen bereiken met deze regeling en of de regeling daaraan bijdraagt. Werkgevers zijn bereid de regeling te verbeteren als blijkt dat de huidige, vergelijkbare 58+ regeling, substantieel heeft bijgedragen aan het verl...
Verhoging eindejaarsuitkering. Vanaf 2022 is de eindejaarsuitkering in deze cao met 0,5% verhoogd. In de cao-afspraak van 2022 hebben partijen gesproken over dat werknemers de stijging van de eindejaarsuitkering kunnen gebruiken voor een eventueel nader door partijen af te spreken verhoging van de werknemersbijdrage in de pensioenregeling van BPZ. Per 1 januari 2025 wordt de eindejaarsuitkering nogmaals verhoogd met 1%. Werkgevers bieden de mogelijkheid aan werknemers om een financieel gesprek aan te vragen. Een werknemer kan hier één keer per drie jaar gebruik van maken in eigen tijd. Het gesprek vindt plaats met een onafhankelijke deskundige die geen commercieel belang (geen financiële producten verkoopt) heeft en het gesprek bevat de volgende elementen: helpen met overzicht persoonlijke inkomsten en uitgaven, financiële planning naar de toekomst, eventueel pensioen. Werknemers kunnen gebruik maken van deze afspraak, zodra de inrichting definitief is; uiterlijk voor het einde van de looptijd van deze cao. Werkgevers en werknemers streven naar voldoende koopkracht voor de werknemers in de laagste salarisschalen. Hierbij wordt wel rekening gehouden met overheidsmaatregelen die de koopkracht van deze groep beïnvloeden.