Waar geldt de verzekering? In alle landen op de groene kaart.
Grondslag van de verzekering De verzekeringsovereenkomst is gebaseerd op de door u aan ons verstrekte informatie en verklaringen, in welke vorm dan ook. Deze informatie en verklaringen vormen één geheel met de verzekeringsovereenkomst.
Voorwerp van de verzekering Met deze overeenkomst dekt de verzekeraar overeenkomstig voornoemde wet van 21 november 1989 of in voorkomend geval de toepasselijke buitenlandse wetgeving en volgens de bepalingen van deze overeenkomst, de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de verzekerden als gevolg van een door het verzekerde motorrijtuig veroorzaakt schadegeval.
Einde verzekering Naast de redenen genoemd in de Algemene Voorwaarden van CompleetVerzekerd Mijn bedrijf geldt dat:
Wie zijn de verzekerden? Verzekeringnemer = u. De eigenaar van het motorrijtuig. De houder van het motorrijtuig. De bestuurder van het motorrijtuig. De passagiers.
Duur van de verzekering 1. De verzekering kan op ieder moment onafhankelijk van de hoofdverzekering worden stopgezet.
Wie zijn verzekerd? Verzekerd zijn: • u als verzekeringnemer; • de personen die op uw reisverzekering zijn (mee)verzekerd; • de nabestaanden van een verzekerde persoon. Maar alleen als de verzekerde persoon is overleden door een gebeurtenis die verzekerd is met deze rechtsbijstandverzekering. De nabestaande krijgt dan juridische hulp bij het opeisen van een vergoeding voor de kosten van levensonderhoud en de begrafeniskosten. Hier heeft hij recht op volgens artikel 6:108 van het Burgerlijk Wetboek.
Voor wie geldt deze verzekering? Deze verzekering geldt voor de personen hieronder. Maar alleen als de eigenaar van de auto het goedvindt dat zij in de auto rijden. In deze voorwaarden spreken we hen aan met ‘u’. Het gaat om: • De bestuurder van de auto die op de polis staat. Of van de vervangende auto. • De passagiers van de auto die op de polis staat. Of van de vervangende auto. Let op: u bent in de situaties hieronder ook verzekerd als u even niet in de auto zit. Maar alleen als u dit doet tijdens een rit met de auto: • U stapt in of uit de auto. Of u stapt op of van de motor. • U repareert of controleert iets aan de auto. Of u staat erbij als iemand anders dit doet. • U verleent eerste hulp bij een ongeluk.