Woningen Voorbeeldclausules

Woningen. De binnentrappen van bouwnummer 1 t/m 4 worden uitgevoerd als vurenhouten trap. Zowel de trap van de begane grond naar de 1e verdieping als de trap van de 1e naar de 2e verdieping wordt dicht uitgevoerd. De trap van de begane grond naar de 1e verdieping wordt voorzien van een bordes op circa 1500mm+ vloer. Langs de muurzijde van de trappen wordt een ronde leuning op leuningdragers aangebracht. Op de eerste en tweede verdieping wordt de trap voorzien van een houten traphek waar nodig. De vurenhouten binnentrappen worden fabrieksmatig gegrond in een wittint en zullen niet nader worden afgewerkt. De dichte trappen zijn aan de onderzijde onafgewerkt. Ter plaatse van de verdiepingsvloeren in een trapgat worden eventueel zichtbare vloerranden afgetimmerd en gegrond.
Woningen. De gevelkozijnen, ramen en deuren op de begane grond en de 1e verdieping worden uitgevoerd in aluminium. De gevelkozijnen, ramen en deuren op de 2e t/m 9e verdieping worden uitgevoerd in kunststof. De aluminium en kunststof gevelkozijnen, ramen, en deuren worden bij benadering uitgevoerd in dezelfde kleur. De kleur kan verschillen aangezien het twee verschillende materialen betreft. De gevelkozijnen en ramen hebben verschillende vlakverdelingen, zoals op de geveltekening is aangegeven. Hierop zijn ook de draai- en kieprichtingen van de te openen delen weergegeven. Ten behoeve van de tochtwering worden rondom alle te openen ramen en deuren tochtprofielen aangebracht. De voordeuren van de bouwnummers 1 t/m 4 worden uitgevoerd in aluminium voorzien van een glasstrook en een brievenbus. De voordeuren van de bouwnummers 5, 6, 10 t/m 13, 17 t/m 20, 24 t/m 27, 31 t/m 34, 38 t/m 41, 45 t/m 48, 52 en 53 worden uitgevoerd als samengestelde houten dichte deur voorzien van spion in een houten kozijn. De voordeuren van de bouwnummers 7 t/m 9, 14 t/m 16, 21 t/m 23, 28 t/m 30, 35 t/m 37, 42 t/m 44 en 49 t/m 51 worden uitgevoerd als dichte kunststofdeur met zijlicht in een kunststof kozijn. De voordeuren van de bouwnummers 5, 6, 9 t/m 13, 16 t/m 20, 23 t/m 27, 30 t/m 34, 37 t/m 41, 44 t/m 48, 51 t/m 53 worden voorzien van een vrijloopdranger. Bij bouwnummer 6, 13, 20, 27, 34, 41 en 48 wordt ter plaatse van slaapkamer 1, die grenst aan het balkon, ten behoeve van een geluidsluwe spui mogelijkheid, een gevelopening gemaakt. Deze gevelopening bestaat uit een laag raam voorzien van een dicht paneel die geopend kan worden (spuiraam).
Woningen. De bouwnummers 1 t/m 4 zijn meerlaagse woningen met verschillende plafondhoogtes. • Begane grond circa 4100mm hoog; • 1e verdieping circa 2600mm hoog; • 2e verdieping circa 3350mm hoog. De bouwnummers 5 t/m 53 zijn één-laagse woningen en hebben allemaal een plafondhoogte van circa 2600mm, uitgezonderd daar waar (indien nodig) een verlaagd plafond wordt aangebracht en ter plaatse van een betonbalk in het plafond.
Woningen. De woningen worden voorzien van een automatisch ventilatiesysteem met mechanische luchttoevoer en luchtafvoer en warmte terugwinning (WTW). Dit is per woning een centraal mechanisch gestuurd ventilatiesysteem. Ventilatie vindt plaats op basis van een 3-standen. T.b.v. de keuken en badkamer wordt een bediening meegeleverd (draadloos). Het systeem kent 3 standen en wordt ingeregeld op stand 2. Het systeem kan door de gebruiker worden ingesteld. De instelling die via de bediening gekozen wordt, geldt dan voor het totale systeem. Het systeem is onderhoudsarm. Zo zijn bijvoorbeeld de inblaas- en afzuigventielen eenvoudig te reinigen en de filters eenvoudig verwisselbaar. Ten behoeve van luchttoevoer in de woningen worden waar nodig in de verblijfsruimten (woonkamer en slaapkamer(s)) inblaasventielen in het plafond of de wand aangebracht. De lucht wordt afgevoerd via afzuigventielen in de keuken, badkamer, toilet en de berging/technische ruimte in het plafond of de wand. De installatie moet te allen tijde bereikbaar blijven voor onderhoud. De definitieve posities en aantal ventielen van de luchttoevoer en luchtafvoer wordt bepaald door de installateur. De inblaas- en afzuigventielen zijn niet aangegeven op de verkooptekeningen. Het is niet toegestaan in de keuken een afzuigkap met/of zonder motor op het ventilatiesysteem aan te sluiten. Het is wel mogelijk een recirculatiekap met motor toe te passen (deze wordt namelijk niet aangesloten op het ventilatiesysteem). De ventilatie-unit wordt in de berging/technische ruimte van de woning geplaatst. De installatie zal in de toekomst bereikbaar moeten blijven voor onderhoud. De kanalen en leidingen in de berging/technische ruimte worden uitgevoerd als opbouw en blijven in het zicht, deze worden niet nader afgewerkt.
Woningen. De woningen beschikken over een individuele water/water warmtepomp welke aangesloten is op een collectieve Warmte en Koude Opslag (WKO). De warmtepompinstallatie regelt het warme water, de verwarming en ook het (beperkt) koelen van de woning. De individuele water/water warmtepomp wordt geplaatst in de technische ruimte in de woning en bevat een geïntegreerde boiler ten behoeve van warm tapwater. Voor verdere informatie over verwarming en koeling zie paragraaf Verwarmingsinstallatie. Het boilervat heeft een bepaalde waterinhoud die per woningtype kan verschillen. De inhoud van het boilervat is onder andere gerelateerd aan het aantal slaapkamers van de betreffende woning. Het gebruik van warm water met een warmtepomp in combinatie met boilervat werkt enigszins anders dan bij een cv-ketel. Bij het gebruik van een warmtepomp dient u rekening te houden met de effecten bij gelijktijdigheid van gebruik van tapwater en de tijdsbeperking bij het douchen. U dient hier bij het tappen van warm water, bijvoorbeeld bij het douchen, dan ook rekening mee te houden. Indien er gelijktijdig bijvoorbeeld in de keuken tapwater wordt gebruikt, dan zal de douchetijd afnemen. De exacte uitvoering van het systeem wordt in samenspraak met de beoogde exploitant (Vaanster) en de installateurs geengineerd en bepaald. Voor meer informatie over het gebruik van de warmtepomp zie de informatiebrochure van Vaanster. Vanuit de warmtepomp (zie paragraaf Verwarmingsinstallatie) worden de warmwaterleidingen aangesloten op: • het aansluitpunt ter plaatse van de opstelplaats van de keuken; • de wastafelkraan in de badkamer; • de douchekraan in de badkamer. De koudwaterleidingen worden aangesloten op: • het aansluitpunt ter plaatse van de opstelplaats van de keuken (inclusief T-splitsing t.b.v. een vaatwasser); • de fonteinkraan in het separate toilet; • de closetcombinatie in het separate toilet (voor bouwnummer 1 t/m 4 ook in de badkamer); • de wastafelkraan in de badkamer; • de douchekraan in de badkamer; • het tappunt ter plaatse van de opstelplaats van de wasmachine; • de warmtepomp. Er mogen geen casco badkamers worden opgeleverd.
Woningen. De woningen worden voorzien van lichtpunten, wandcontactdozen en (bedrade) leidingen. Er wordt inbouw schakelmateriaal toegepast van het merk Jung type AS500, alpine wit. Op de wanden binnen de woningen worden dubbele wandcontactdozen horizontaal geplaatst op circa 30cm boven de dekvloer, met uitzondering van de ruimten waar een andere hoogte wordt vereist in verband met de opstelling van apparatuur, sanitair en het aanrecht in de keuken. Ter plaatse van een eventuele keukenopstelling worden de volgende elektrapunten op een standaard positie aangebracht: • een enkele wandcontactdoos t.b.v. een koel/vriescombinatie; • een enkele wandcontactdoos t.b.v. een recirculatie afzuigkap; • een enkele wandcontactdoos op een aparte groep t.b.v. een vaatwasmachine; • een enkele wandcontactdoos op een aparte groep t.b.v. een combi magnetron/oven; • een perilex (2 fasen) aansluiting t.b.v. een elektrisch kooktoestel; • twee dubbele wandcontactdozen boven het aanrecht t.b.v. algemeen gebruik; • een loze leiding. Op de verkooptekeningen is de positie van de keuken en de bijbehorende elektrapunten indicatief aangegeven. Ter plaatse van de opstelling ten behoeve van een wasmachine en wasdroger worden twee enkele wandcontactdozen aangebracht, beide aangesloten op een aparte groep. In de meterkast wordt een dubbele wandcontactdoos aangebracht voor algemeen gebruik. De lichtpunten in de woningen worden bediend door inbouwschakelaars, die zijn aangebracht op de wanden circa 105cm boven de vloer. Eventuele enkele wandcontactdozen die gecombineerd zijn met een schakelaar worden eveneens circa 105cm boven de vloer aangebracht. De woningen worden, waar nodig, uitgerust met rookmelder(s) aangesloten op het elektriciteitsnet volgens advies van de installateur en de brandweer (plaats en aantal zijn indicatief aangegeven op de verkooptekening). Bij de bouwnummers 1 t/m 4 wordt er ter plaatse van de woningtoegangsdeuren een deurbel aangebracht, uitgevoerd met drukknop aan de buitenzijde en een schel op of nabij de meterkast. Bij de bouwnummers 1 t/m 4 worden er twee buitenwandlichtpunten met armatuur aangebracht, één ter plaatse van de woningentree en één bij het balkon op de 2e verdieping. Deze worden beide apart bediend met een schakelaar vanuit de woning. Bij de bouwnummers 5 t/m 53 wordt er ter plaatse van de woningtoegangsdeuren een deurbel aangebracht, uitgevoerd met drukknop aan de buitenzijde die in verbinding staat met de videofooninstallatie in de woning. De videofooninstallati...
Woningen. Voor de levering van warmte, koude en warm tapwater wordt de woning door de energie-exploitant (Vaanster) voorzien van een warmtepomp per woning met warmwater boiler. De warmtepomp is aangesloten op een collectieve warmte-/koude-opslag (WKO) en maakt voor de levering van warmte en koude aan de woning gebruik van warmte en koude uit de bodem. Voor de afgifte van warmte en koude aan uw woning wordt in de dekvloer van de woning vloerverwarming/-koeling aangelegd. Voor de vloerverwarming/-koeling zijn één of meerdere verdelers nodig die tegen de wand gemonteerd worden. De positie van de verdelerunits staan indicatief op de verkooptekening aangegeven. De definitieve plaats, afmeting en aantallen van deze verdeelunits en het leidingplan zullen worden bepaald aan de hand van de berekeningen en toetsing van de installateur. In de koude wintermaanden zorgt de vloerverwarming voor verwarming van de woning en in de warme zomermaanden voor (beperkte) vloerkoeling. Hierdoor kunnen in de winter de ruimtetemperaturen op de volgende pagina behaald worden en in de zomer kan de temperatuur in de woning met enkele graden worden verlaagd. Doordat aan de warmtepomp ook een boiler gekoppeld is zorgt het systeem het hele jaar door ook voor warm tapwater t.b.v. keuken en badkamer. In de woning wordt lage temperatuur vloerverwarming als hoofdverwarming toegepast. De verwarmingsleidingen zijn niet zichtbaar (uitgezonderd ter plaatse van een verdelerunit). De verdelerunit wordt voorzien van een omkasting. In de badkamer wordt, naast vloerverwarming, een witte elektrische radiator aangebracht. In de badkamer heeft de vloerverwarming namelijk onvoldoende warmte-afgevend vermogen en is de toevoeging van een elektrische radiator nodig. Deze radiator is niet gekoppeld aan de centrale verwarmingsinstallatie van de warmtepomp waardoor deze onafhankelijk hiervan aangeschakeld kan worden. Het op de verkooptekening aangegeven verwarmingselement is ter indicatie aangegeven. De definitieve plaats, afmeting en positie van de elektrische radiator wordt bepaald aan de hand van de transmissieberekeningen van de installateur. De vloerverwarming in de badkamer wordt uitgesloten van koude i.v.m. condensvorming. De temperatuurregeling in de woning vindt plaats door middel van een thermostaat per verblijfsruimte waarop de gewenste ruimtetemperatuur ingesteld kan worden. In de woonkamer komt een bedrade thermostaat te hangen en in de slaapkamers een onbedrade thermostaat. Voor de berekening van de capaci...
Woningen. Voor het houden van huisdieren moet steeds schriftelijke toelating worden gevraagd aan de Molse Bouwmaatschappij. Indien de Molse Bouwmaatschappij hiervoor toestemming geeft, is er een maximum. Ofwel één hond + één poes, ofwel twee poezen. Voor de andere huisdieren dient men ook schriftelijke toestemming te vragen. Huisdieren moeten ‘s nachts binnen in de woning, gezien zij lawaaihinder veroorzaken. Huisdieren die binnen vertoeven mogen in geen geval beschadigingen aan de woning veroorzaken. Er mogen geen hondenrennen of –hokken in de tuin geplaatst worden. Uitwerpselen van honden moeten op de gemeenschappelijke gronden door de eigenaar van de hond zelf worden verwijderd. Indien de huisdieren op een of andere manier overlast bezorgen zal de Molse Bouwmaatschappij eisen om het huisdier te verwijderen, indien nodig via de Vrederechter.
Woningen. De bouwnummers 1 t/m 4 worden uitgevoerd met stalen binnenkozijnen zonder bovenlicht en zijn voorzien van opdek dichte deuren met een deurhoogte van circa 2315mm. De bouwnummers 5 t/m 53 worden uitgevoerd met stalen binnenkozijnen met bovenlicht en zijn voorzien van opdek dichte deuren met een deurhoogte van circa 2315mm. De binnenkozijnen die zich bevinden in een betonwand worden uitgevoerd zonder bovenlicht. Dit laatste geldt voor de woningtypes MB02 (kozijn woonkamer/keuken en kozijn badkamer), MB04 (kozijn woonkamer/keuken en kozijn berging/technische ruimte), MB05 (kozijn woonkamer/keuken en kozijn badkamer). De bovenlichten worden voorzien van enkele beglazing. Het bovenlicht t.p.v. de meterkast en berging/technische ruimte in de woning wordt voorzien van een dicht paneel. Beide geldt alleen voor de woningtypes XX00, XX00, XX00, XX00 en MB05. De binnenkozijnen en de binnendeuren worden fabrieksmatig afgewerkt in een wit tint. Ter plaatse van het toilet en de badkamer wordt een kunststeen dorpel geplaatst. De binnendeuren zijn fabrieksmatig voorzien van de benodigde sloten, zoals vrij- en bezetsloten (in het toilet en de badkamer) en loopsloten van het merk Buvalux. De meterkastdeur wordt voorzien van een kastslot. Tussen de onderkant van de binnendeuren en bovenkant van de toekomstige - door koper na oplevering aan te brengen - vloerafwerking is rekening gehouden met voldoende ventilatieruimte op voorwaarde dat de koper een toekomstige vloerafwerking toepast met een maximale dikte van 15mm. De ventilatieruimte onder de deur is benodigd voor de zogenaamde ‘overstroomcapaciteit’ van het mechanisch ventilatiesysteem. Waar nodig worden binnendeuren toegepast met hogere geluidseisen.
Woningen. Forse uitbreiding portefeuille