Bedrag van de uitkering Voorbeeldclausules

Bedrag van de uitkering. Het bedrag van de uitkering is gedurende de eerste twee maanden gelijk aan 87% van de bezoldiging, gedurende de volgende twee maanden 77% en vervolgens 67% van de bezoldiging.
Bedrag van de uitkering. Hoofdstuk 1 is niet van toepassing op de ambtenaar of arbeidscontractant die ontslagen is met ingang van 1 januari 2001 of later. (Zie ook artikel 11:32 lid 1.)
Bedrag van de uitkering. Wanneer de verzekerde overlijdt voor de voorziene einddatum van het contract, dan keert de verzekeringsonderneming één van de volgende bedragen uit aan de begunstigde(n) bij overlijden : a) de waarde van de belegging. b) de waarde van de belegging, met een minimum van 130 % van de som van de stortingen. De waarde van de belegging wordt bepaald op het moment van het overlijden van de verzekerde. 2 Te verrichten formaliteiten De begunstigde(n) dient/dienen volgende documenten aan de verzekeringsonderneming te bezorgen: • een uittreksel uit de overlijdensakte van de verzekerde; • het origineel contract, inclusief de eventuele bijvoegsels; • een bewijs van leven van de begunstigde(n) of een akte van bekendheid waarin de rechten van de begunstigde(n) zijn aangegeven wanneer zij niet met naam in de overeenkomst genoemd zijn; • een medisch attest met vermelding van de oorzaak van het overlijden (door het onderschrijven van het verzekeringscontract verklaart de verzekerde uitdrukkelijk de geneesheer, die hem gedurende zijn laatste ziekte en/of op het ogenblik van overlijden verzorgd heeft, van het beroepsgeheim te ontslaan opdat aan deze vereiste zou kunnen voldaan worden). Indien vastgesteld wordt dat de opgegeven geboortedatum van de verzekerde onjuist is, wordt de eventuele aanvullende zekerheid bij overlijden herberekend in functie van de juiste geboortedatum.
Bedrag van de uitkering. 1. Het bedrag van de uitkering is gedurende de eerste twee maanden gelijk aan 87% van de bezoldiging, gedurende de volgende twee maanden 77% en vervolgens 67% van de bezoldiging. 2. Het bedrag van de uitkering is gedurende de termijn van de bijzondere verlenging ingevolge artikel 11:8, vierde lid 67% van de bezoldiging. 3. Bij intrekking van de Wet van 20 december 1984 (Stb. 1984, 657) worden de percentages, genoemd in het eerste en tweede lid met 3 procentpunten verhoogd.