Beloning. Bij dit hoofdstuk horen overgangsregels (zie bijlage 3).
Beloning. Paragraaf 1 -
Beloning. 7.1 Het salaris, de vakantietoeslag en de overige beloningsbestanddelen 7.1.1
Beloning. Dit hoofdstuk gaat over de beloning van de werknemer, zoals: - het salaris en de jaarlijkse verhogingen; - de vergoeding voor overwerk; - het Individueel Keuze Budget (IKB); - toelagen bij wachtdiensten, nachtdiensten, onregelmatige diensten en overige toelagen; - vergoedingen en verstrekkingen zoals reiskosten, verhuiskosten en ambtsjubileum.
Beloning. Tijdens de looptijd van de cao zal een salarisonderzoek worden verricht, met name gericht op in hoeverre de knip – het niet gelden van cao-loonsverhogingen voor bovenschaligen - wordt toegepast en of de beloning in de branche de knip noodzakelijk maakt.
Beloning. Tot 3 januari 2022 luidt artikel 16 als volgt:
Beloning. 2.1 Werknemers die op grond van hun arbeidsovereenkomst niet een volledige normale dagtaak verrichten en/of minder dan het normale aantal dagen per week arbeid verrichten - zogenaamde deeltijd werknemers - ontvangen een maandinkomen dat is vastgesteld op grond van het aantal door deze werknemers gewerkte uren per dag, dan wel dagen per week, in verhouding tot het aantal uren per dag en/of dagen per week dat door werknemers in een vergelijkbare categorie die een volledige dagtaak vervullen als regel gewerkt wordt.
Beloning. 7.1 Het salaris, vakantietoeslag en overige beloningsbestanddelen 12 7.2 De salarisschalen 12
Beloning. 18.1 De beloningen die van toepassing zijn worden aangegeven in bijlage 1 van deze cao.
Beloning a. Salarisgroep 21 t/m 28 Op volgens xxxxxxx te werken dagen ontvangt de medewerker die is ingedeeld in salarisgroep 21 t/m 28 voor het verrichten van overwerk over het 9e en het daaropvolgende uur overwerk: * 25% boven op het schaalsalaris voor de eerste twee uren aansluitend op of voorafgaand aan de dienst; * 50% boven op het schaalsalaris voor de overige uren. De ploegendienstmedewerker ontvangt voor de extra gewerkte uren ook de ploegendiensttoeslag. Op niet volgens rooster te werken dagen ontvangt de medewerker die is ingedeeld in salarisgroep 21 t/m 28 voor het verrichten van overwerk 200% van het schaalsalaris. De ploegendienstmedewerker ontvangt over deze gewerkte uren geen ploegentoeslag. (zie tabel in Berekeningsregister, bijlage III). Overwerk kan, indien de voortgang van de werkzaamheden in het bedrijf niet wordt geschaad, voortschrijdend worden gecompenseerd in vrije tijd die, in overleg met de werkgever, binnen 6 maanden nadat het overwerk is verricht moet worden opgenomen. Wordt compenserende tijd genoten, dan zijn er twee mogelijkheden: - of alleen de toeslag voor overwerk wordt uitbetaald en over de compenserende vrije tijd wordt het salaris doorbetaald; - of de toeslag wordt omgezet in extra te compenseren vrije tijd. Voor overwerkvergoeding tijdens feestdagen: zie hoofdstuk 5, art. 5.1.4.