Inleenkrachten. 1 De in het buitenland gevestigde bedrijven die tijdelijk arbeidskrachten ter beschikking stellen aan de werkgever zijn ingevolge de detacheringsrichtlijn aan deze arbeidskrachten de basisarbeidsvoorwaarden verschuldigd die worden toegekend aan werknemers, werkzaam in gelijke of gelijkwaardige functies in dienst van de werkgever. Indien er geen sprake is van een algemeen verbindend verklaarde CAO dan gelden de wettelijke minimum bepalingen.
2 De werkgever is gehouden in de overeenkomst met de in het buitenland gevestigde onderneming te bedingen dat de aan de werkgever ter beschikking gestelde arbeidskrachten de basisarbeidsvoorwaarden worden toegekend. Indien er geen sprake is van een algemeen verbindend verklaarde CAO dan gelden de wettelijke minimum bepalingen.
3. De werkgever is gehouden de in lid 1 en 2 van dit artikel genoemde arbeidskrachten te informeren over de op hen van toepassing zijnde basisarbeidsvoorwaarden.
4. Lid 1, 2 en 3 van dit artikel zijn niet van toepassing in geval arbeidskrachten worden ingeleend van in Nederland gevestigde bedrijven die rechtstreeks onder de werkingssfeer van deze cao vallen. Op hen is immers de gehele CAO van toepassing.
5. Op detacheringen die langer dan 12 maanden duren, is artikel 2a, leden 4, 5 en 6 van de Wet AVV van toepassing.
Inleenkrachten. De inlenende werkgever in de Tankstationbranche en de Wasbranche bespreekt met de inleenkracht voorafgaand aan de tewerkstelling van de inleenkracht, dat alle bepalingen uit deze cao van toepassing zijn. Werkgevers in de Tankstationbranche en de Wasbranche maken met ingang van 1 januari 2012 alleen gebruik van uitzendbureaus met een SNA keurmerk, die als zodanig geregistreerd zijn bij de Stichting Normering Arbeid (SNA). Indien er geen SNA Keurmerk is, zal het uitzendbureau tenminste moeten aantonen dat het de bepalingen van de cao Tankstations en Wasbedrijven volgt. Dit laatste geldt evenzo indien bedrijven onderling personeel inlenen.
Inleenkrachten. 1. Werkt iemand als inleenkracht voor een werkgever voor wie deze CAO geldt? Dan gelden voor deze inleenkrachten de volgende afspraken: - De afspraken over een werkweek van 38 uur, zoals we die beschrijven in artikel 18.1. - De toeslagen en vergoedingen die horen bij de werkweek van 38 uur, zoals we die beschrijven in hoofdstuk 5, 6 en 7. - Afspraken over de volgende onderwerpen: • Salaristabellen, artikel 33a, 33b, 33c en 33d. • Vakantiedagen, artikel 50. • Extra vakantiedagen voor oudere werknemers, artikel 51. • Vakantiegeld, artikel 59. • Minimum-vakantiegeld, artikel 60. Let op: • De afspraken uit de volgende artikelen gelden niet: 39 en 41a. • Heeft de onderneming vastgestelde eigen salaristabellen en/of eigen toeslagen in plaats van salaristabellen of toeslagen zoals in hoofdstuk 5, 6 en 7? Dan gelden voor de inleenkrachten de eigen salaristabellen en/ of toeslagen van de onderneming.
Inleenkrachten. Xxxxxxxxxxx werkzaam op basis van payroll-constructies en uitzendkrachten.
Inleenkrachten. 1. Werkt iemand als inleenkracht voor een werkgever voor wie deze cao geldt? Dan gelden voor deze inleenkrachten de volgende afspraken: - De afspraken over een werkweek van 38 uur, zoals we die beschrijven in artikel 18.1. - De toeslagen en vergoedingen die horen bij de werkweek van 38 uur, zoals we die beschrijven in hoofdstuk 5, 6 en 7. - Afspraken over de volgende onderwerpen: • Salaristabellen, artikel 33a, 33b, 33c en 33d. • Vakantiedagen, artikel 50. • Extra vakantiedagen voor oudere werknemers, artikel 51. • Vakantiegeld, artikel 59. • Minimum-vakantiegeld, artikel 60. Let op: • De afspraak uit artikel 39 geldt niet: • Heeft de onderneming vastgestelde eigen salaristabellen en/of eigen toeslagen in plaats van salaristabellen of toeslagen zoals in hoofdstuk 5, 6 en 7? Dan gelden voor de inleenkrachten de eigen salaristabellen en/of toeslagen van de onderneming. Heeft een werkgever inleenkrachten aan het werk? Dan moet hij zich ervan verzekeren dat het uitzendbureau zich bij deze inleenkrachten houdt aan de afspraken die volgens dit artikel gelden. Ook moet hij een verklaring vragen van het uitzendbureau, waarin staat dat het uitzendbureau zich houdt aan de wetten die gelden voor uitzendwerk. Heeft het uitzendbureau een NEN-certificaat? Dan is deze verklaring niet nodig.
2. Werkgevers in de Metaal en Techniek werken alleen met uitzendbureaus die een geregistreerd keurmerk hebben van de Stichting Normering Arbeid (SNA), behalve als het uitzendbureau niet valt onder de uitzonderingen die staan bij artikel 4c Meer informatie over inlenersbeloning staat op de volgende websites: - xxx.xxx.xx - xxx.xxxx.xx - xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxx-xxx-xxxxxxx-xxxxx-xx-xxxxxxxxxxxxxxx
Inleenkrachten. 1. De in het buitenland gevestigde bedrijven die tijdelijk arbeidskrachten ter beschikking stellen aan de werkgever zijn ingevolge de detacheringsrichtlijn aan deze arbeidskrachten de basisarbeids- voorwaarden verschuldigd die worden toegekend aan werknemers, werkzaam in gelijke of gelijkwaardige functies in dienst van de werkgever.
2. De werkgever is gehouden in de overeenkomst met de in het buitenland gevestigde onderneming te bedingen dat de aan de werkgever ter beschikking gestelde arbeidskrachten de basisarbeids- voorwaarden worden toegekend.
3. De werkgever is gehouden de in lid 1 en 2 van dit artikel genoemde arbeidskrachten te informeren over de op hen van toepassing zijnde basisarbeidsvoorwaarden.
4. Lid 1, 2 en 3 van dit artikel zijn niet van toepassing in geval arbeidskrachten worden ingeleend van in Nederland gevestigde bedrijven die rechtstreeks onder de werkingssfeer van deze cao vallen. Op hen is immers de gehele CAO van toepassing.
Inleenkrachten. Op de inleenkracht die werkzaam is ten behoeve van de werkgever die valt onder deze cao, zijn de bepalingen ten aanzien van de salaristabellen, vakantie- en seniorendagen, de vakantie bijslag en de minimum vakantie bijslag van deze cao van toepassing. Ook zijn de werktijden van een gemiddelde 38-urige werkweek van toepassing zoals bedoeld in artikel 25 lid 1 cao en de daarbij passende toeslagen cq. vergoedingen, genoemd in de hoofdstukken VI en VII van deze cao. Als in de onderneming sprake is van (een) vastgestelde bedrijfseigen loontabel(len) en/of de hiervoor genoemde toeslag (en) dan gelden deze. Het moet de inlenende werkgever bekend zijn dat de uitzendwerkgever op de inleenkrachten de in dit artikel genoemde arbeidsvoorwaarden toepast. De inlenende werkgever vraagt aan de uitzendwerkgever een verklaring waaruit blijkt dat deze de wettelijke bepalingen toepast. Deze aparte verklaring is niet nodig als de uitzendwerkgever NEN- gecertificeerd is.
Inleenkrachten. De werkgever als bedoeld in artikel 1 van deze CAO heeft zich vóór die tewerkstelling ervan vergewist dat tussen die werknemer en diens werkgever is overeengekomen dat deze CAO wordt toegepast. Werkgevers in de Tankstationbranche en de Wasbranche maken met ingang van 1 januari 2012 alleen gebruik van uitzendbureaus met een SNA keurmerk, die als zodanig geregistreerd zijn bij de Stichting Normering Arbeid (SNA). Indien er geen SNA Keurmerk is, zal het uitzendbureau tenminste moeten aantonen dat het de bepalingen van de CAO Tankstations en Wasbedrijven volgt. Dit laatste geldt evenzo indien bedrijven onderling personeel inlenen.
Inleenkrachten. Zonder voorafgaand overleg met de OR draagt de werkgever aan inleenkrachten die niet vallen onder de bepalingen van de cao, geen werkzaamheden op die naar hun aard door de werknemer worden verricht. Een en ander geldt voor zover die werkzaamheden van een zodanige omvang zijn dat verwacht kan en mag worden dat deze tijdig, onder normale werkcondities en met het bestaande werknemersbestand kunnen worden uitgevoerd.
Inleenkrachten. 1. Op de inleenkracht die is aan te merken als een vakkracht en werkzaam is ten behoeve van de werkgever die ressorteert onder deze CAO, zijn de bepalingen ter zake de sala- ristabellen, vakantie- en seniorendagen, de vakantiebijslag en de minimum- vakantiebijslag van deze CAO van toepassing. Evenzo zijn ten aanzien van de werktij- den de 38-urige werkweek als bedoeld in artikel 18 lid 1 CAO en de daarbij passende toeslagen c.q. vergoedingen, genoemd in de hoofdstukken V en VI van deze CAO met uitzondering van de artikelen 36a, 38, 40, 41, van toepassing, alsmede de vergoedin- gen bedoeld in de artikelen 59 en 60 van deze CAO. De (inlenende) werkgever moet zich ervan verzekeren dat de uitzendwerkgever op de inleenkrachten de conform dit lid van toepassing zijnde arbeidsvoorwaarden toepast en een verklaring vraagt dat de uit- zendwerkgever de wettelijke bepalingen toepast. Deze aparte verklaring is niet vereist als de uitzendwerkgever NEN-gecertificeerd is.
2. Vakkracht is de werknemer die in het bezit is van een voor de functie relevant VMBO- diploma of een in het buitenland voor de functie relevant verkregen diploma op gelijk of gelijkwaardig niveau.
3. Met ingang van 1 januari 2012 zullen werkgevers in de Metaal en Techniek alleen gebruik maken van uitzendbureau’s met een SNA-keurmerk die als zodanig geregi- streerd zijn bij de Stichting Normering Arbeid (SNA). Voor gebruikmaking van een uitzendbureau dat niet valt onder de uitzondering zoals bepaald in artikel 4c geldt het in de vorige volzin bepaalde niet.