De politie Voorbeeldclausules

De politie. De politie is belast met de handhaving van wet- en regelgeving en de openbare orde onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag: 1. De politie heeft actief contact met alle samenwerkingspartners en wordt op de hoogte gehouden van incidenten, waarbij informatie in een zo vroeg mogelijk stadium wordt gedeeld. 2. De politie houdt de samenwerkingspartners, voor zover mogelijk, op de hoogte van de voortgang van de zaak waar zij aangifte hebben gedaan. 3. De politie spant zich in om bij melding van crimineel gedrag prioriteit te geven aan een zo snel mogelijke en passende interventie en afhandeling, waar nodig in overleg met partners. 4. De politie verstrekt alleen gegevens die zijn vastgelegd voor de dagelijkse politietaak (art. 8 en 13 Wpg) en verstrekt niet meer dan noodzakelijk. 5. De gegevens worden uitsluitend aangewend voor het doel waarvoor zij zijn verstrekt. Gegevens worden niet overgedragen of ter beschikking gesteld aan niet- samenwerkingsverbandpartners. 6. De politie maakt afspraken met de school over aanhoudingen in school en, als daartoe aanleiding is, over surveillance rond de school. Aanhoudingen in school worden, zo mogelijk van tevoren gemeld bij de schoolleiding en zo onopvallend mogelijk uitgevoerd. 7. Op verzoek en indien mogelijk ondersteunt de politie de school bij controles van kluisjes op aanwezigheid/in bezit hebben van onder meer wapens, vuurwerk, alcohol en drugs. 8. De politie adviseert de school over de voorkoming en bestrijding van overlast, vandalisme en criminaliteit. 9. De politie geeft prioriteit aan een snelle interventie en afhandeling van een melding of aangifte van (een vermoeden van) strafbare feiten waar jeugdigen bij zijn betrokken.
De politie. De politie geeft prioriteit aan een snelle interventie en afhandeling van een melding of aangifte van crimineel gedrag binnen de aan dit convenant deelnemende scholen (rekening houdend met meldingen en aangiften die zich kunnen voordoen bij politie/justitie die vragen om een hogere prioritering).
De politie. 4.1 En school wisselen actief informatie uit over incidenten met betrekking tot de school, personeel en leerlingen zodat in een zo vroeg mogelijk stadium kan worden gereageerd en worden opgetreden. 4.2 Zorgt ervoor dat de afspraken voortvloeiend uit dit convenant tussen de school en de politie intern bekend worden gesteld bij de betrokkenen zoals; wijkagenten. 4.3 Houd de school actief op de hoogte over de voortgang van zaken waarover aangifte is gedaan. 4.4 Zal bij een melding van crimineel gedrag zo snel mogelijk, en waar nodig samen met de schoolleiding en ouders, interveniëren.

Related to De politie

  • Aanvullende Polisbepalingen Dit hoofdstuk behandelt een aantal algemene zaken, zoals de privacybepalingen en het klachtrecht.

  • Einde van de aanvulling 4.1 Wanneer heeft de verzekerde geen recht (meer) op een aanvulling? 4.2 Wat zijn de gevolgen voor de aanvulling als de module wordt beëindigd? 4.3 Wat zijn de gevolgen voor de aanvulling als uw arbeidsongeschikte verzekerde uit dienst gaat?

  • Einde van de uitkering In de Algemene voorwaarden Inkomen en hoofdstuk 3.b ‘Einde van de uitkering’ van deze polisvoorwaarden leest u wanneer de uitkering stopt. De uitkering stopt ook: • op de dag dat uw werknemer niet meer ziek is. • op de dag dat de arbeidsovereenkomst met uw werknemer eindigt. • op de dag dat u geen loondoorbetalingsplicht meer heeft.

  • Locatie Artikel 1 lid 8 Maatregelen in het kader van arbeidsongeschiktheid Artikel 60 e.v.

  • Einde van de arbeidsovereenkomst 1. Voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst gelden de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek. 2. Met inachtneming van artikel 7 geldt dat indien een werkgever en een werknemer een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd voor de eerste of tweede maal aansluitend hebben verlengd, voor deze verlengde tijdelijke arbeidsovereenkomsten, geen opzegging nodig is (d.w.z. dat geen voorafgaande toestemming nodig is van het UWV in de regio waar de werknemer arbeid (heeft) verricht). Ingeval er een arbeidsovereenkomst is aangegaan van zes maanden of langer informeert de werkgever de werknemer schriftelijk uiterlijk een maand voordat een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van rechtswege eindigt of de arbeidsovereenkomst wordt voortgezet of niet. In aanvulling op de wettelijke bepaling geldt het volgende. Ingeval er een arbeidsovereenkomst is aangegaan voor korter dan zes maanden en ingeval de werkgever, dan wel de werknemer deze arbeidsovereenkomst niet wenst voort te zetten, dient hij hiervan tijdig, voor het van rechtswege aflopen van de arbeidsovereenkomst, mededeling te doen aan de wederpartij welke schriftelijk wordt bevestigd. Als tijdige mededeling wordt beschouwd een termijn van een week. 3. Indien een partij de in het vorige lid neergelegde verplichting niet nakomt, heeft de wederpartij aanspraak op schadevergoeding conform de wettelijke bepalingen. 4. De arbeidsovereenkomst van een werknemer, eindigt van rechtswege op de dag van het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd waarin op grond van de Algemene Ouderdomswet recht op ouderdomspensioen bestaat, tenzij werkgever en werknemer anders overeenkomen. Indien werkgever en werknemer xxxxxx xxxxxxxxxxxx, dan is de cao van toepassing op deze werknemer. 5. De werkgever kan gedurende maximaal drie maanden geen gebruik maken van toestemming voor ontslag indien de aanvang van de arbeidsongeschiktheid wegens een fysiek arbeidsongeval intreedt nadat het verzoek om toestemming voor ontslag door het UWV in de regio waar de werknemer arbeid (heeft) verricht is ontvangen.

  • De eindafrekening 1. Binnen een redelijke termijn na de oplevering dient de ondernemer bij de consument de eindafrekening in. 2. De eindafrekening geeft een duidelijke omschrijving van de werkzaamheden, uitgesplitst naar de oorspronkelijke opdracht, en van het eventueel opgedragen meer- en/of minderwerk. 3. In de eindafrekening wordt een specificatie gegeven van de gebruikte materialen en de kosten daarvan, van de gewerkte uren en de uurtarieven en van de overige kosten. Indien van toepassing wordt verder een specificatie van meer- en/of minderwerk opgenomen. 4. De in het vorige lid genoemde specificatie vindt niet plaats voor zover het werk is uitgevoerd voor een aanneemsom, behoudens opgedragen meer en/of minder- werk. 5. Indien de ondernemer bij de prijsvormingsmethode regie een richtprijs afgeeft, mag deze richtprijs met niet meer dan 10% worden overschreden, be- houdens meerwerk met inachtneming van het bepaalde in artikel 7. De reden van een eventuele overschrijding van de richtprijs dient uit de specificatie duidelijk te blijken. 6. Betaling van de eindafrekening vindt plaats binnen drie weken na ontvangst van de rekening.

  • De aanbieding De aanbieding van de verkoper wordt mondeling, schriftelijk, of elektronisch uitgebracht en is -indien een termijn voor aanvaarding is gesteld- van kracht gedurende de daarbij aangegeven termijn. De aanvaarding van de aanbieding door de koper is slechts geldig indien deze binnen de gestelde termijn plaatsvindt. De elektronische aanvaarding van de aanbieding door de koper is voorts slechts geldig als deze door de verkoper is bevestigd. Indien geen termijn voor aanvaarding is gesteld, blijft het aanbod gedurende twee werkdagen van kracht, mits de tweewieler onverkocht is gebleven.

  • Vervroegde aflossing 8.1. Tijdens de looptijd van de Overeenkomst Lening mag de Geldnemer niet gedeeltelijk vervroegd aflossen. De Geldnemer mag de Overeenkomst Lening tijdens de looptijd alleen in één keer in zijn geheel vervroegd aflossen met bijbetaling van een bedrag gelijk aan 12 maal de maandrente over het op dat moment nog niet afgeloste deel van de Lening. Daarvan komt de Investeerders 10 maanden rente en Xxxxxxxxxxxxxx.xx 2 maanden rente toe. 8.2. Indien de resterende looptijd van de Lening minder dan 10 maanden bedraagt, is de Geldnemer bij vervroegde gehele aflossing van de Lening een bijbetaling verschuldigd aan de Investeerders die gelijk is aan het aantal resterende maanden van de looptijd van de Lening maal de maandrente over het op dat moment nog niet afgeloste deel van de lening. Bij de berekening van dit bedrag wordt het aantal resterende maanden van de Lening naar beneden afgerond (als voorbeeld: een resterende looptijd van 4 maanden en 15 dagen, geldt bij de berekening van het verschuldigde bedrag als een looptijd van 4 maanden). Xxxxxxxxx is daarnaast aanvullend altijd een bijbetaling van 2 maal de maandrente verschuldigd aan Xxxxxxxxxxxxxx.xx. 8.3. In geval van overlijden van de Geldnemer [(in dit geval niet zijnde een Medegeldnemer), zijnde een natuurlijk persoon,] mogen de erven de Lening (inclusief de hoofdsom en de opgebouwde rente tot het moment van overlijden) ineens geheel aflossen. Gedeeltelijke aflossing is niet toegestaan. 8.4. Xxxxxxxxxxxxxx.xx brengt voor vervroegde aflossing administratiekosten in rekening bij de Geldnemer. Het tarief van de administratiekosten staat vermeld op het Tarievenblad Geldnemer.

  • Organisatorische positie De Woonbegeleider ressorteert hiërarchisch onder de leidinggevende van de afdeling waarbinnen de functie is gepositioneerd. De Woonbegeleider geeft zelf geen leiding. Resultaatgebieden Hulpvraag inventariseren • Verzamelt in de thuissituatie informatie over de cliënt en de leefomgeving, brengt daarmee de situatie, de hulpvraag en/of behoeften en mogelijkheden van de cliënt in beeld; • Vormt zich een beeld van de hulpvraag, behoefte en mogelijkheden; • Verstrekt informatie, bijvoorbeeld over de werkwijze van de hulpverlening; • Verwijst cliënten zo nodig extern door. Resultaat: Hulpvraag en/of behoeften en mogelijkheden geïnventariseerd, zodanig dat op basis van de verzamelde gegevens een analyse en woonbegeleidingsplan kan worden opgesteld. Woonbegeleidingsplan opstellen • Stelt een diagnose, waarbij de hulpvraag wordt geanalyseerd en de mogelijkheden van een behandelaanbod worden nagegaan, rekening houdend met de mogelijkheden en het niveau van functioneren van de cliënt, eventueel in overleg met interne en/of externe disciplines; • Stelt in overleg met de cliënt een woonbegeleidingsplan op waarin aangegeven is wat het doel is, hoe dit bereikt kan worden en wat de evaluatiemomenten zijn; • Verwijst cliënten door, bijvoorbeeld in gevallen waar buiten de eigen discipline vallende specialistische hulp nodig is; • Indiceert andere voorzieningen en instellingen. Resultaat: Woonbegeleidingsplan opgesteld, zodanig dat de hulp- en dienstverlening, ook door een functionaris die het plan niet heeft opgesteld, efficiënt en adequaat kan worden verleend. Woonbegeleidingsplan uitvoeren • Begeleidt de cliënt adequaat en efficiënt zowel kort- als langdurend, waarbij de functionaris erop gericht is functies van de cliënt in stand te houden, te veranderen, te verbeteren of te herstellen, of invloed uit te oefenen op persoonlijk en sociaal functioneren; • Geeft cliënt inzicht in financiële situatie onder andere door inventarisatie van inkomsten, uitgaven en schulden; • Adviseert de cliënt, bijvoorbeeld over zijn of haar bestedingspatroon. Verstrekt bijvoorbeeld leefgeld ten behoeve van budgetbeheer en begeleidt de gedragsverandering met betrekking tot het huishoudelijk management; • Verleent overige concrete diensten, zoals begeleiden naar instanties, formulieren invullen en brieven schrijven in naam van de cliënt; • Verstrekt informatie over regelingen en voorzieningen; • Betrekt de leefomgeving zo nodig bij de uitvoering van het plan; • Adviseert cliënt, bijvoorbeeld over mogelijke handelswijzen bij instanties; • Informeert cliënt over mogelijke oorzaken van materiële en/of immateriële problemen; • Geeft trainingen om sociale en praktische vaardigheden te vergroten; • Bemiddelt bij conflicten en belangentegenstellingen; • Rapporteert over de verrichte werkzaamheden ten behoeve van de cliënt en zijn omgeving; • Verricht bijbehorende administratieve werkzaamheden; • Gaat contact aan en onderhoudt dit met andere hulpverleners, instanties en organisaties in het kader van de directe hulpverlening op lokaal niveau; • Evalueert het woonbegeleidingsplan en stelt dit zo nodig bij. Resultaat: Woonbegeleidingsplan uitgevoerd, zodanig dat het doel op een inzichtelijke en methodische manier (bijna) is behaald.

  • Beëindiging van de arbeidsovereenkomst 1. Een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan tussentijds worden beëindigd. 2. Het tussentijds beëindigen van een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dan wel het beëindigen van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, geschiedt: a. door opzegging; b. door onverwijlde opzegging wegens een voor de werkgever of de werknemer dringende reden als bedoeld in art. 7:678 c.q. art. 7:679 van het Burgerlijk Wetboek; c. door ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van art.7:671b c.q. artikel 7:671c dan wel wegens wanprestatie als bedoeld in art. 7:686 van het Burgerlijk Wetboek; d. met wederzijds goedvinden op het door de werkgever en werknemer overeengekomen tijdstip; e. op verzoek van de werknemer voor het geheel of een gedeelte van de voor hem geldende betrekkingsomvang met het oog op een uitkering als bedoeld in het pensioenreglement van de Stichting ABP of een FPU-uitkering, zoals geregeld in het FPU-reglement van het VUT-fonds. 3. Van rechtswege eindigt: a. de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd door het verstrijken van de tijd waarvoor het is aangegaan; b. de arbeidsovereenkomst van de werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt een en ander met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin voornoemde leeftijd is bereikt, met dien verstande dat de werkgever in overleg met de werknemer deze ontslagdatum telkenmale met maximaal een jaar kan opschorten; c. de arbeidsovereenkomst bij overlijden van de werknemer;