| HOOGTE AANVULLENDE UITKERING Voorbeeldclausules

| HOOGTE AANVULLENDE UITKERING. De WW-uitkering wordt na het beëindigen van de arbeidsovereenkomst gedurende de eerste twaalf maanden per dag aangevuld tot 80% van het ongemaximeerd dagloon en tijdens de resterende uitkeringsduur tot 70% van het ongemaximeerd dagloon waarbij eventuele andere inkomsten verrekend worden volgens de verrekeningssystematiek die geldt voor de WW-uitkering.
| HOOGTE AANVULLENDE UITKERING. 1 De grondslag voor de aanvullende uitkering is: het salaris, de salaristoelage(n), de TOR en het IKB uit artikel 4.2 lid 1, onder a en b. Deze grondslag is het gemiddelde maandbedrag over de periode van 12 maanden: a direct voorafgaand aan de start van het Van werk naar werk-traject in geval van opzegging op grond van artikel 7:669 lid 3, onder a BW, of b direct voorafgaand aan de datum van opzegging op grond van artikel 7:669 lid 3, onder d BW. 2 De aanvullende uitkering is een percentage van de grondslag uit lid 1 over het aantal uren dat de oud-werknemer werkloos is. De aanvullende uitkering kent 2 fases. 3 In fase 1 is de aanvullende uitkering: Hoogte grondslag van de oud-werknemer Percentage van de grondslag tot € 4.375,- 10% van € 4.375,- tot € 5.250, 20% vanaf € 5.250,- 30% 4 In fase 2 is de aanvullende uitkering: Hoogte grondslag van de oud-werknemer Percentage van de grondslag van € 4.375,- tot € 5.250 10% van € 5.250,- tot € 6.560,- 20% vanaf € 6.560,- 30%
| HOOGTE AANVULLENDE UITKERING. 1 De grondslag voor de aanvullende uitkering is: het salaris, de salaristoelage(n), TdOe Ren het IKB uit artikel 4.2 lid 1, onder a en b. Deze grondslag is het gemiddelde maandbedrag over de periode van 12 maanden: a direct voorafgaand aan de start van hetVan werk naar werk-traject in geval van opzegging op grond van artikel 7:669 lid 3, onder a BWo,f
| HOOGTE AANVULLENDE UITKERING. 1. De uitkering op grond van hoofdstuk II, A van de Werkloosheidswet wordt na ontslag gedurende de eerste 12 maanden per dag aangevuld tot 80% van het dagloon en tijdens het restant van de uitkeringsduur, be- doeld in artikel 2, eerste lid, tot 70% van het dagloon. 2. In afwijking van het eerste lid bedraagt het percentage 77 en 67 in plaats van achtereenvolgens 80 en 70 zolang de Wet van 20 december 1984, (Stb. 1984, 657) op betrokkene van toepassing is. 3. Voor de berekening van de termijn van 12 maanden, bedoeld in het eerste lid, wordt een op grond van arti- kel 4 gegeven aanvulling per dag tot 80% van het dagloon mede in aanmerking genomen.
| HOOGTE AANVULLENDE UITKERING. 1 De grondslag voor de aanvullende uitkering is: het salaris, de salaristoelage(n), de TOR en het IKB uit artikel 4.2 lid 1, onder a en b. Deze grondslag is het gemiddelde maandbedrag over de periode van 12 maanden direct vooraf aan de start van het Van werk naar werk-traject. Deze grondslag volgt de generieke salarisverhoging in de sector gemeenten. 2 De aanvullende uitkering is een percentage van de grondslag uit lid 1 over het aantal uren dat de oud- werknemer werkloos is. De aanvullende uitkering kent 2 fases. 3 In fase 1 is de aanvullende uitkering: Hoogte grondslag van de oud-werknemer Percentage van de grondslag 4 In fase 2 is de aanvullende uitkering: Hoogte grondslag van de oud-werknemer Percentage van de grondslag
| HOOGTE AANVULLENDE UITKERING. 1 De grondslag voor de aanvullende uitkering is: het salaris, de salaristoelage(n), de TOR en het IKB uit artikel 4.2 lid 1, onder a en b. Deze grondslag is het gemiddelde maandbedrag over de periode van 12 maanden direct vooraf aan de start van het Van werk naar werk-traject. Deze grondslag volgt de generieke salarisverhoging in de sector gemeenten. 2 De aanvullende uitkering is een percentage van de grondslag uit lid 1 over het aantal uren dat de oud-werknemer werkloos is. De aanvullende uitkering kent 2 fases. 3 In fase 1 is de aanvullende uitkering: tot € 4.375,- 10% van € 4.375,- tot € 5.250, 20% vanaf € 5.250,- 30% 4 In fase 2 is de aanvullende uitkering: van € 4.375,- tot € 5.250 10% van € 5.250,- tot € 6.560,- 20% vanaf € 6.560,- 30%
| HOOGTE AANVULLENDE UITKERING. De aanvullende uitkering kent twee fases. De hoogte van deze aanvulling is een bepaald percentage van de laatste bezoldiging van de ambtenaar. Gedurende de eerste fase is dit percentage is 10% voor mensen met een bezoldiging per maand tot € 4.375, 20% voor mensen met een bezoldiging per maand vanaf € 4.375 tot € 5.250 en 30% voor mensen met een bezoldiging per maand vanaf € 5.250. Bij werkloosheid voor minder dan 36 uur wordt de hoogte van de aanvullende uitkering berekend naar rato van de mate van werkloosheid. De hogere percentages compenseren het inkomensverlies voor de mensen die meer verdienen dan het wettelijk gemaximeerde dagloon. Gedurende de tweede fase is dit percentage 10% voor de mensen met een bezoldiging per maand vanaf € 4.375 tot € 5.250, 20% voor de mensen met een bezoldiging per maand vanaf € 5.250 tot € 6.560 en 30% voor mensen met een bezoldiging per maand vanaf € 6.560.

Related to | HOOGTE AANVULLENDE UITKERING

  • Diefstal van het verzekerde motorrijtuig De schade die voortvloeit uit de betrokkenheid van het verzekerde motorrijtuig nadat personen door diefstal, geweldpleging of heling de macht erover hebben verkregen, is uitgesloten.