Interestvoetrisico Voorbeeldclausules

Interestvoetrisico. Het interestvoetrisico wordt gemeten volgens de IFRS-normen, nl. het type rentevoet van de oorspronkelijke financiering (schulden en vorderingen), de achteraf afgesloten derivaten niet inbegrepen. De voornaamste blootstellingen aan interestvoeten voor de Vennootschap zijn het gevolg van financieringen in EUR en USD. Per 31 december 2011 was gemiddeld 67% (2010 = 79%) van de bruto schuld van de Vennootschap aangegaan door middel van variabele interestvoeten en 33% door middel van vaste interestvoeten (2010 = 21%). De kasoverschotten van de Vennootschap worden op korte (lange) termijn belegd, tegen een variabele (vaste) interestvoet. Handelsvorderingen en overige debiteuren 746.231.046,00 000.000.000,78 Overige financiële activa 1.351.076.950,84 1.521.151.784,40 Geldmiddelen en kasequivalenten 0,00 0,00 Financiële schulden 2.586.159.866,43 2.964.266.097,27 Handelsschulden 0,00 0,00 Overige schulden 0,00 2.021.482,11 Handelsvorderingen en overige debiteuren 67.508.987,00 00.000.000,49 Overige financiële activa 1.050.776.134,00 000.000.000,70 Geldmiddelen en kasequivalenten 974.676.874,00 000.000.000,77 Financiële schulden 3.151.432.114,28 2.695.300.475,28 Handelsschulden 0,00 0,00 Overige schulden 798.958.265,00 000.000.000,26
Interestvoetrisico. Het interestvoetrisico wordt gemeten volgens de IFRS-standaarden, nl. het type rentevoet van de oorspronkelijke financiering (schulden en vorderingen), de achteraf afgesloten derivaten niet inbegrepen. De voornaamste blootstelling aan interestvoeten voor de Vennootschap zijn het gevolg van de financieringen in EUR en USD. . Per 31 december 2013 vertegenwoordigen de financiële instrumenten tegen vaste interestvoet een netto actief terwijl de instrumenten tegen variabele interest een netto passief vertegenwoordigen. De kasoverschotten van de Vennootschap werden belegd met in acht name van de voorschriften van de financiële politiek. Boek waarde 31/ 12/ 2013 Boek waarde 31/ 12/ 2012 Vaste interestvoet F inanciële activa 1.774.449.458,11 2.148.464.400,99 Handelsvorderingen en overige debiteuren 1.038.246.577,00 000.000.000,76 Overige financiële activa 736.202.880,24 1.284.542.631,23 Geldmiddelen en kasequivalenten 0,00 0,00

Related to Interestvoetrisico

  • Functiegroepen en salarisschalen a. De functies die onder de werkingssfeer van de cao-Mediq BV vallen, zijn ingedeeld in tien functiegroepen. De indeling is vermeld in bijlage 1 van deze overeenkomst. b. Bij elke functiegroep behoort een salarisschaal zoals opgenomen in bijlage 2 van deze overeenkomst. De schalen hebben betrekking op een gemiddelde werktijd van 38 uur per week. De salarissen voor werknemers met een normale gemiddelde werktijd van minder dan 38 uur per week worden vastgesteld in overeenstemming met het bepaalde in lid 5 van dit artikel. De salarissen voor jeugdigen in de salarisschaal 1 tot en met 8 worden verkregen volgens de gegevens vermeld bij de salarisschalen opgenomen in bijlage 2 van deze overeenkomst. c. Iedere werknemer ontvangt schriftelijk mededeling van zijn functieprofiel en de daarbij behorende functiegroep, alsmede van de van toepassing zijnde salarisschaal waarin hijzelf is ingedeeld, het maandinkomen alsmede de wijze waarop dit maandinkomen is bepaald. a. Als een werknemer in het voorafgaande kalenderjaar 25% van de arbeidsduur arbeidsongeschikt is geweest, dan wel meer dan 8 ziekmeldingen deel uitmaakten van de totale periode van zijn arbeidsongeschiktheid, is de werkgever niet verplicht het salaris te herzien. In deze gevallen beslist de werkgever pas nadat hij advies heeft ingewonnen van de Arbodienst. b. De werkgever kan per 1 januari het salaris bezien op basis van een percentage dat is bepaald door het resultaat van de beoordeling en de relatieve salarispositie. Aan de OR zal jaarlijks, en wel zo spoedig mogelijk na 1 januari, een overzicht worden verstrekt van de mate waarin geen salarisverhoging is toegekend, zonder dat de persoonlijke positie van de medewerker in het schalensysteem daarin herkenbaar is. a. Indien een medewerker bij indiensttreding een hogere leeftijd heeft dan de vakvolwassen leeftijd en elders de nodige ervaring voor de functie heeft opgedaan, zal hij in overeenstemming hiermee worden ingedeeld in de hiervoor relevante positie. b. Indien de indiensttreding heeft plaatsgevonden na 30 juni van enig jaar, dan is de werkgever op 1 januari van het daaropvolgende jaar niet verplicht het salaris te herzien. 4. Het percentage waarmee het salaris kan worden verhoogd is opgenomen in het RSP- model; bijlage 2.