Common use of Levenslang partnerpensioen Clause in Contracts

Levenslang partnerpensioen. 1. Het levenslange partnerpensioen gaat in op de eerste van de maand volgend op de maand waarin de gewezen deelnemer of de gepensioneerde overlijdt en het wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de partner overlijdt. De eventuele vergoeding van de premie welke de partner ingevolge de bepalingen van de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Nabestaandenwet verschuldigd is over het bedrag van de pensioenuitkering alsmede de eventuele vervangende overhevelingstoeslag, worden uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de partner overlijdt, doch uiterlijk tot de dag waarop de partner 65 jaar wordt. 2. De volgens de pensioenregeling van het pensioenfonds geldende kortingsregelingen blijven ongewijzigd van kracht: a. Bij hertrouwen van de gerechtigde op de uitkering van levenslang partnerpensioen vervalt het recht op uitkering van het levenslang partnerpensioen (hierna in dit lid: “de gerechtigde”) op de laatste dag van de derde maand na de maand waarin de gerechtigde hertrouwt. Na eventuele beëindiging van dat huwelijk door overlijden van de nieuwe huwelijkspartner van de gerechtigde, herleeft het recht op uitkering van het levenslange partnerpensioen, vanaf dat moment voor de toekomst. Op die uitkering wordt in mindering gebracht hetgeen de gerechtigde toekomt ingevolge pensioen of andere inkomsten uit het laatste huwelijk. b. Indien de gerechtigde op een uitkering van levenslang partnerpensioen meer dan tien jaar jonger is dan de gewezen deelnemer of gepensioneerde, wordt op het levenslange partnerpensioen een korting toegepast ten bedrage van 2% van het toegekende levenslange partnerpensioen voor ieder vol jaar dat het leeftijdsverschil groter was dan tien jaar. 3. Bij overlijden van een vrouwelijke gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen, wordt aan haar arbeidsongeschikte partner een partnerpensioen toegekend indien de vrouwelijk gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen ten tijde van haar overlijden kostwinster was. Arbeidsongeschikt in de zin van dit lid is hij, die naar het oordeel van een medisch adviseur een percentage arbeidsongeschiktheid heeft van 50% of meer. Er is sprake van kostwinnerschap indien de middelen om in de noodzakelijke kosten van het bestaan van haar partner te voorzien, grotendeels te haren laste kwamen.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Levenslang partnerpensioen. 1. Het levenslange levenslang partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de gewezen deelnemer of de gepensioneerde overlijdt en het wordt uitgekeerd tot het einde van overlijden van de maand waarin de partner overlijdt(gewezen) deelnemer. De eventuele vergoeding van de premie welke de partner ingevolge de bepalingen van de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Nabestaandenwet verschuldigd is over het bedrag van de pensioenuitkering alsmede de eventuele vervangende overhevelingstoeslag, worden uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de partner overlijdt, doch uiterlijk tot de dag waarop de partner 65 jaar wordt. 2. De volgens de pensioenregeling van het pensioenfonds geldende kortingsregelingen blijven ongewijzigd van kracht: a. Bij hertrouwen van de gerechtigde op de uitkering van levenslang partnerpensioen vervalt het recht op uitkering van het levenslang partnerpensioen (hierna in dit lid: “de gerechtigde”) Het eindigt op de laatste dag van de derde maand na de maand waarin de gerechtigde hertrouwt. Na eventuele beëindiging van dat huwelijk door overlijden van de nieuwe huwelijkspartner gerechtigde. a. Het jaarlijks levenslang partnerpensioen – bij overlijden op of na de pensioendatum - is gelijk aan: - de som van de gerechtigdehieronder bedoelde pensioenfracties. Bij een volledig dienstverband van 100% van de normaal geldende werktijd wordt voor elk kalenderjaar van de deelneming een pensioenfractie partnerpensioen verkregen op basis van een streefopbouwpercentage van 1,313% van de voor dat jaar geldende pensioengrondslag. Voor een gedeelte van een jaar, herleeft vastgesteld in maanden nauwkeurig, wordt vorenbedoelde fractie tot een evenredig deel verminderd. Indien geen sprake is van een volledig dienstverband van 100% van de normaal geldende werktijd, geldt het recht op uitkering bepaalde in artikel 13; - het eventuele partnerpensioen uit hoofde van het levenslange partnerpensioen, vanaf dat moment voor de toekomst. Op die uitkering wordt in mindering gebracht hetgeen de gerechtigde toekomt ingevolge pensioen of andere inkomsten uit het laatste huwelijkartikel 22. b. Indien Bij overlijden van een deelnemer vóór de gerechtigde op een uitkering pensioendatum dan wel de overeengekomen datum van latere pensionering, is het levenslang partnerpensioen meer gelijk aan het partnerpensioen dat tot het moment van overlijden is opgebouwd, vermeerderd met het partnerpensioen dat de deelnemer had kunnen opbouwen vanaf het moment van overlijden tot de pensioendatum dan tien jaar jonger wel de overeengekomen datum van latere pensionering, met een pensioengrondslag gelijk aan de laatst vastgestelde pensioengrondslag en een opbouwpercentage van 1,313%. c. Bij overlijden van een gewezen deelnemer vóór de pensioendatum is dan het levenslang partnerpensioen gelijk aan het premievrije partnerpensioen waarop de gewezen deelnemer of gepensioneerde, wordt op het levenslange partnerpensioen een korting toegepast ten bedrage van 2% bij beëindiging van het toegekende levenslange partnerpensioen voor ieder vol jaar dat het leeftijdsverschil groter was dan tien jaardeelnemerschap aanspraak heeft verkregen, vermeerderd met toeslagen als bedoeld in artikel 9. 3. Bij Het partnerpensioen wordt slechts uitgekeerd wanneer de partner als bedoeld in artikel 1, lid 7, derde liggend streepje (samenwonende partners) aan de hand van een uittreksel uit het bevolkingsregister kan aantonen op het tijdstip van overlijden met de (gewezen) deelnemer te hebben samengewoond alsmede wanneer op het tijdstip van overlijden van de (gewezen) deelnemer de notarieel verleden samenlevingsovereenkomst minimaal een vrouwelijke gerechtigde op levenslang ouderdomspensioenhalf jaar bestond. 4. Indien en voor zover de deelnemer gebruik maakt van de mogelijkheid tot het opnemen van onbetaald verlof, wordt aan haar arbeidsongeschikte partner een partnerpensioen toegekend indien de vrouwelijk gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen ten tijde van haar overlijden kostwinster was. Arbeidsongeschikt zoals neergelegd in de zin van dit lid is hijCAO Banken, die naar dan heeft het oordeel opnemen van een medisch adviseur periode van onbetaald verlof door de deelnemer gedurende een percentage arbeidsongeschiktheid heeft periode van 50% of meer. Er is sprake van kostwinnerschap indien maximaal 18 maanden geen invloed op de middelen om in de noodzakelijke kosten dekking uit hoofde van het bestaan partnerpensioen. De hiermee samenhangende kosten komen geheel voor rekening van haar partner te voorzien, grotendeels te haren laste kwamende vennootschap.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Levenslang partnerpensioen. 1. Het levenslange levenslang partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de gewezen deelnemer of de gepensioneerde overlijdt en het wordt uitgekeerd tot het einde van overlijden van de maand waarin de partner overlijdt(gewezen) deelnemer. De eventuele vergoeding van de premie welke de partner ingevolge de bepalingen van de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Nabestaandenwet verschuldigd is over het bedrag van de pensioenuitkering alsmede de eventuele vervangende overhevelingstoeslag, worden uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de partner overlijdt, doch uiterlijk tot de dag waarop de partner 65 jaar wordt. 2. De volgens de pensioenregeling van het pensioenfonds geldende kortingsregelingen blijven ongewijzigd van kracht: a. Bij hertrouwen van de gerechtigde op de uitkering van levenslang partnerpensioen vervalt het recht op uitkering van het levenslang partnerpensioen (hierna in dit lid: “de gerechtigde”) Het eindigt op de laatste dag van de derde maand na de maand waarin de gerechtigde hertrouwt. Na eventuele beëindiging van dat huwelijk door overlijden van de nieuwe huwelijkspartner gerechtigde. a. Het jaarlijks levenslang partnerpensioen – bij overlijden op of na de pensioendatum - is gelijk aan de som van de gerechtigdehieronder bedoelde pensioenfracties. Bij een volledig dienstverband van 100% van de normaal geldende werktijd wordt voor elk kalenderjaar van de deelneming een pensioenfractie partnerpensioen verkregen gelijk aan 1,47% van de voor dat jaar geldende pensioengrondslag. Voor een gedeelte van een jaar, herleeft het recht op uitkering van het levenslange partnerpensioenvastgesteld in maanden nauwkeurig, vanaf dat moment voor de toekomst. Op die uitkering wordt in mindering gebracht hetgeen de gerechtigde toekomt ingevolge pensioen of andere inkomsten uit het laatste huwelijkvorenbedoelde fractie tot een evenredig deel verminderd. b. Indien Bij overlijden van een deelnemer vóór de gerechtigde op een uitkering pensioendatum dan wel de overeengekomen datum van latere pensionering, is het levenslang partnerpensioen meer gelijk aan het partnerpensioen dat de deelnemer had kunnen opbouwen indien hij/zij tot de pensioendatum dan tien jaar jonger wel de overeengekomen datum van latere pensionering zou hebben deelgenomen, met een pensioengrondslag gelijk aan de laatst vastgestelde pensioengrondslag. c. Bij overlijden van een gewezen deelnemer vóór de pensioendatum is dan het levenslang partnerpensioen gelijk aan het premievrije partnerpensioen waarop de gewezen deelnemer of gepensioneerde, wordt op het levenslange partnerpensioen een korting toegepast ten bedrage van 2% bij beëindiging van het toegekende levenslange partnerpensioen voor ieder vol jaar dat het leeftijdsverschil groter was dan tien jaardeelnemerschap aanspraak heeft verkregen, vermeerderd met toeslagen als bedoeld in artikel 9. 3. Bij Het partnerpensioen wordt slechts uitgekeerd wanneer de partner als bedoeld in artikel 1, lid 7, derde liggend streepje (samenwonende partners) aan de hand van een uittreksel uit het bevolkingsregister kan aantonen op het tijdstip van overlijden met de (gewezen) deelnemer te hebben samengewoond alsmede wanneer op het tijdstip van overlijden van de (gewezen) deelnemer de notarieel verleden samenlevingsovereenkomst minimaal een vrouwelijke gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen, wordt aan haar arbeidsongeschikte partner een partnerpensioen toegekend indien half jaar bestond. 4. Indien en voor zover de vrouwelijk gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen ten tijde deelnemer gebruik maakt van haar overlijden kostwinster was. Arbeidsongeschikt de mogelijkheid tot het opnemen van onbetaald verlof zoals neergelegd in de zin van dit lid is hijAlgemene Bank CAO, die naar dan heeft het oordeel opnemen van een medisch adviseur periode van onbetaald verlof door de deelnemer gedurende een percentage arbeidsongeschiktheid heeft periode van 50% of meer. Er is sprake van kostwinnerschap indien maximaal 18 maanden geen invloed op de middelen om in de noodzakelijke kosten dekking uit hoofde van het bestaan partnerpensioen. De hiermee samenhangende kosten komen geheel voor rekening van haar partner te voorzien, grotendeels te haren laste kwamende vennootschap.

Appears in 1 contract

Samples: Algemeen Pensioenreglement

Levenslang partnerpensioen. 1. Het levenslange partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin datum waarop de gewezen (gewezen) deelnemer of de gepensioneerde overlijdt met achterlating van een partner is overleden en het wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de zijn of haar partner overlijdt. De eventuele vergoeding van de premie welke de partner ingevolge de bepalingen van de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Nabestaandenwet verschuldigd is over het bedrag van de pensioenuitkering alsmede de eventuele vervangende overhevelingstoeslag, worden uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de partner overlijdt, doch uiterlijk tot de dag waarop de partner 65 jaar wordt. 2. De Het jaarlijkse levenslange partnerpensioen is gelijk aan 70% van het jaarlijkse levenslange ouderdomspensioen. Voor de tijdens het deelnemerschap overleden deelnemer is dit het ouderdomspensioen, waarop hij/zij bij deelneming tot de pensioendatum volgens de pensioenregeling laatst vastgestelde pensioengrondslag aanspraak zou hebben verkregen. 3. Na een voorgaande echtscheiding van de deelnemer wordt het partnerpensioen voor de volgende partner gekort met het krachtens artikel 12 aan de voorgaande ex- partner(s) toegekende partnerpensioen. Deze korting vindt niet plaats als de ex- partner(s) op het moment van ingang van het pensioenfonds geldende kortingsregelingen blijven ongewijzigd van kracht:partnerpensioen zelf inmiddels is (zijn) overleden. a. Bij hertrouwen 4. Indien de partner van de gerechtigde op de uitkering van levenslang partnerpensioen vervalt het recht op uitkering van het levenslang partnerpensioen (hierna in dit lid: “de gerechtigde”gewezen) op de laatste dag van de derde maand na de maand waarin de gerechtigde hertrouwt. Na eventuele beëindiging van dat huwelijk door overlijden van de nieuwe huwelijkspartner van de gerechtigde, herleeft het recht op uitkering van het levenslange partnerpensioen, vanaf dat moment voor de toekomst. Op die uitkering wordt in mindering gebracht hetgeen de gerechtigde toekomt ingevolge pensioen of andere inkomsten uit het laatste huwelijk. b. Indien de gerechtigde op een uitkering van levenslang partnerpensioen deelnemer meer dan tien 10 jaar jonger is dan de gewezen (gewezen) deelnemer of gepensioneerdezelf, wordt op het levenslange partnerpensioen een korting toegepast ten bedrage van 2bij ingang verminderd met 2,5% van het toegekende levenslange partnerpensioen voor ieder elk vol jaar dat het leeftijdsverschil groter was verschil in leeftijd meer bedraagt dan tien 10 jaar. 35. Bij overlijden De aanspraak op partnerpensioen ten behoeve van de partner van een vrouwelijke gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen(gewezen) deelnemer of gepensioneerde kan zonder toestemming van de partner niet bij overeenkomst tussen de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde en het fonds of de verzekeraar worden verminderd, wordt aan haar arbeidsongeschikte partner een partnerpensioen toegekend indien anders dan bij afkoop zoals voorzien bij of krachtens de vrouwelijk gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen ten tijde van haar overlijden kostwinster wasPensioenwet. Arbeidsongeschikt Elk beding strijdig met het bepaalde in de zin vorige volzin, is nietig. 6. Geen recht op partnerpensioen ontstaat ingeval een gepensioneerde in het huwelijk treedt c.q. een gemeenschappelijke huishouding gaat voeren. 7. Gedurende een periode van tussen de werkgever en de deelnemer overeengekomen onbetaald verlof houdt de deelnemer gedurende maximaal 18 maanden aanspraak op het nabestaandenpensioen dat voor hem was verzekerd onmiddellijk voorafgaand aan het onbetaald verlof. Voorzover dit lid is hij, die naar partnerpensioen uitgaat boven het oordeel van een medisch adviseur een percentage arbeidsongeschiktheid heeft van 50% of meer. Er is sprake van kostwinnerschap indien partnerpensioen dat de middelen om in de noodzakelijke kosten gewezen deelnemer bij het einde van het bestaan deelnemerschap heeft behouden, gaat dit partnerpensioen uitsluitend in als de gewezen deelnemer gedurende de periode van haar partner te voorzienonbetaald verlof, grotendeels te haren laste kwamendoch uiterlijk binnen 18 maanden na ingang van het onbetaald verlof, overlijdt.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Levenslang partnerpensioen. 1. Het levenslange levenslang partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de gewezen deelnemer of de gepensioneerde overlijdt en het wordt uitgekeerd tot het einde van overlijden van de maand waarin de partner overlijdt(gewezen) deelnemer. De eventuele vergoeding van de premie welke de partner ingevolge de bepalingen van de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Nabestaandenwet verschuldigd is over het bedrag van de pensioenuitkering alsmede de eventuele vervangende overhevelingstoeslag, worden uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de partner overlijdt, doch uiterlijk tot de dag waarop de partner 65 jaar wordt. 2. De volgens de pensioenregeling van het pensioenfonds geldende kortingsregelingen blijven ongewijzigd van kracht: a. Bij hertrouwen van de gerechtigde op de uitkering van levenslang partnerpensioen vervalt het recht op uitkering van het levenslang partnerpensioen (hierna in dit lid: “de gerechtigde”) Het eindigt op de laatste dag van de derde maand na de maand waarin de gerechtigde hertrouwt. Na eventuele beëindiging van dat huwelijk door overlijden van de nieuwe huwelijkspartner gerechtigde. a. Het jaarlijks levenslang partnerpensioen – bij overlijden op of na de pensioendatum - is gelijk aan de som van de gerechtigdehieronder bedoelde pensioenfracties. Bij een volledig dienstverband van 100% van de normaal geldende werktijd wordt voor elk kalenderjaar van de deelneming een pensioenfractie partnerpensioen verkregen gelijk aan 1,313% van de voor dat jaar geldende pensioengrondslag. Voor een gedeelte van een jaar, herleeft het recht op uitkering van het levenslange partnerpensioenvastgesteld in maanden nauwkeurig, vanaf dat moment voor de toekomst. Op die uitkering wordt in mindering gebracht hetgeen de gerechtigde toekomt ingevolge pensioen of andere inkomsten uit het laatste huwelijkvorenbedoelde fractie tot een evenredig deel verminderd. b. Indien Bij overlijden van een deelnemer vóór de gerechtigde op een uitkering pensioendatum dan wel de overeengekomen datum van latere pensionering, is het levenslang partnerpensioen meer gelijk aan het partnerpensioen dat de deelnemer had kunnen opbouwen indien hij/zij tot de pensioendatum dan tien jaar jonger wel de overeengekomen datum van latere pensionering zou hebben deelgenomen, met een pensioengrondslag gelijk aan de laatst vastgestelde pensioengrondslag. c. Bij overlijden van een gewezen deelnemer vóór de pensioendatum is dan het levenslang partnerpensioen gelijk aan het premievrije partnerpensioen waarop de gewezen deelnemer of gepensioneerde, wordt op het levenslange partnerpensioen een korting toegepast ten bedrage van 2% bij beëindiging van het toegekende levenslange partnerpensioen voor ieder vol jaar dat het leeftijdsverschil groter was dan tien jaardeelnemerschap aanspraak heeft verkregen, vermeerderd met toeslagen als bedoeld in artikel 9. 3. Bij Het partnerpensioen wordt slechts uitgekeerd wanneer de partner als bedoeld in artikel 1, lid 7, derde liggend streepje (samenwonende partners) aan de hand van een uittreksel uit het bevolkingsregister kan aantonen op het tijdstip van overlijden met de (gewezen) deelnemer te hebben samengewoond alsmede wanneer op het tijdstip van overlijden van de (gewezen) deelnemer de notarieel verleden samenlevingsovereenkomst minimaal een vrouwelijke gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen, wordt aan haar arbeidsongeschikte partner een partnerpensioen toegekend indien half jaar bestond. 4. Indien en voor zover de vrouwelijk gerechtigde op levenslang ouderdomspensioen ten tijde deelnemer gebruik maakt van haar overlijden kostwinster was. Arbeidsongeschikt de mogelijkheid tot het opnemen van onbetaald verlof zoals neergelegd in de zin van dit lid is hijAlgemene Bank CAO, die naar dan heeft het oordeel opnemen van een medisch adviseur periode van onbetaald verlof door de deelnemer gedurende een percentage arbeidsongeschiktheid heeft periode van 50% of meer. Er is sprake van kostwinnerschap indien maximaal 18 maanden geen invloed op de middelen om in de noodzakelijke kosten dekking uit hoofde van het bestaan partnerpensioen. De hiermee samenhangende kosten komen geheel voor rekening van haar partner te voorzien, grotendeels te haren laste kwamende vennootschap.

Appears in 1 contract

Samples: Algemeen Pensioenreglement