Common use of Nuttige feiten ter beoordeling van de zaak Clause in Contracts

Nuttige feiten ter beoordeling van de zaak. Op 17 april 2023 dient de verzoeker, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, een verzoek om internationale bescherming in bij de Belgische autoriteiten. Op 20 april 2023 wordt een terugnameverzoek gericht aan de Bulgaarse autoriteiten, die op 26 april 2023, in toepassing van artikel 18, lid 1, onder b), van de verordening nr. 604/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend (hierna: de Dublin III-verordening), instemmen met dit verzoek om terugname. Op 9 mei 2023 neemt de gemachtigde van de bevoegde staatssecretaris een beslissing tot weigering van verblijf met bevel om het grondgebied te verlaten (bijlage 26quater). De verweerder besluit met name dat niet België, maar Bulgarije, de bevoegde lidstaat is om het verzoek om internationale bescherming te behandelen. Dit is de thans bestreden beslissing, die op 10 mei 2023 aan de verzoeker werd ter kennis gebracht. Zij is als volgt gemotiveerd: “In uitvoering van artikel 51/5, § 4, eerste lid, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wordt aan de heer(1), die verklaart te heten(1):

Nuttige feiten ter beoordeling van de zaak. Op 17 april 2023 7 maart 2024 dient de verzoeker, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, een verzoek om internationale bescherming in bij de Belgische autoriteiten. Op 20 april 2023 wordt Nadat was gebleken dat de verzoeker op 2 februari 2024 reeds een verzoek om internationale bescherming had ingediend in Bulgarije, richten de Belgische autoriteiten op 14 maart 2024 een terugnameverzoek gericht aan de Bulgaarse autoriteiten, die op 26 april 202321 maart 2024, in toepassing van artikel 18, lid 1, onder b), van de verordening nr. 604/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend (hierna: de Dublin III-verordening), instemmen met dit verzoek om tot terugname. Op 9 mei 2023 2 april 2024 neemt de gemachtigde van de bevoegde staatssecretaris een beslissing tot weigering van verblijf met bevel om het grondgebied te verlaten (bijlage 26quater). De verweerder besluit met name dat niet België, maar Bulgarije, Bulgarije de bevoegde lidstaat is om het verzoek om internationale bescherming te behandelen. Dit Deze bijlage 26quater is de thans bestreden beslissingakte, die op 10 mei 2023 april 2024 aan de verzoeker werd ter kennis gebracht. Zij is als volgt gemotiveerd: “In uitvoering van artikel 51/5, § 4, eerste lid, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wordt aan de heer(1), die verklaart te heten(1)::

Nuttige feiten ter beoordeling van de zaak. Op 17 11 april 2023 dient de verzoeker, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, een verzoek om internationale bescherming in bij de Belgische autoriteiten. Op 20 14 april 2023 wordt een terugnameverzoek gericht aan de Bulgaarse autoriteiten, die op 26 21 april 2023, in toepassing van artikel 18, lid 1, onder b), van de verordening nr. 604/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend (hierna: de Dublin III-verordening), instemmen met dit verzoek om terugname. Op 9 8 mei 2023 neemt de gemachtigde van de bevoegde staatssecretaris een beslissing tot weigering van verblijf met bevel om het grondgebied te verlaten (bijlage 26quater). De verweerder besluit met name dat niet België, maar Bulgarije, de bevoegde lidstaat is om het verzoek om internationale bescherming te behandelen. Dit is de thans bestreden beslissing, die op 10 8 mei 2023 aan de verzoeker werd ter kennis gebracht. Zij is als volgt gemotiveerd: “In uitvoering van artikel 51/5, § 4, eerste lid, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wordt aan de heer(1heer (1), die verklaart te heten(1):heten:

Nuttige feiten ter beoordeling van de zaak. Op 17 april 2023 dient de verzoeker1.1. Xxxxxxxxx, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, komt volgens zijn verklaringen op 24 april 0000 Xxxxxx binnen zonder enig identiteitsdocument, en verzoekt op 25 april 2023 om internationale bescherming. Vingerafdrukkenonderzoek toont aan dat hij op 27 februari 2023 in Bulgarije een verzoek om internationale bescherming in bij de Belgische autoriteitenhad ingediend. Op 20 28 april 2023 wordt een terugnameverzoek gericht aan verzoeker gehoord in het kader van de Bulgaarse autoriteiten, die op 26 april 2023, in toepassing van artikel 18, lid 1, onder b), van de verordening nr. 604/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend (hierna: de Dublin III-verordening). Op 2 mei 2023 wordt een terugnameverzoek gericht aan de Bulgaarse overheden, die op 5 mei 2023 op grond van artikel 18.1, b), van de Dublin III-verordening instemmen met dit verzoek om terugnameverzoek. Op 9 11 mei 2023 neemt de gemachtigde van de bevoegde staatssecretaris een beslissing tot weigering van verblijf met bevel om het grondgebied te verlaten (bijlage 26quater). De verweerder besluit met name dat niet België, maar Bulgarije, de bevoegde lidstaat is om het verzoek om internationale bescherming te behandelen. Dit is de thans bestreden beslissing, beslissing die op 10 mei 2023 aan verzoeker de verzoeker werd volgende dag ter kennis wordt gebracht. Zij is Deze beslissing luidt als volgt gemotiveerdvolgt: “(…) In uitvoering van artikel 51/5, § 4, eerste lid, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wordt aan de heer(1)heer, die verklaart te heten(1):