Overschrijding betalingstermijn. Bij niet tijdige betaling van de verschuldigde premie of het van hem te vorderen voorschot is de werkgever door het enkele verloop van de termijn in verzuim. Het pensioenfonds is dan bevoegd te vorderen:
a. de verschuldigde premie zoals bij de werkgever in rekening is gebracht; alsmede
b. rente over de verschuldigde premie vanaf de dag volgende op de dag dat de premie betaald had moeten zijn, waarbij de rente wordt berekend naar het percentage van de wettelijke handelsrente als bedoeld in de artikelen 6:119 a en 6:120, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, dat geldt op de datum waarop de rente door het pensioenfonds wordt gevorderd; alsmede
c. vergoeding van de buitengerechtelijke invorderingskosten zoals bedoeld in artikel 6:96, lid 2 sub c van het Burgerlijk Wetboek, onverminderd de overige kosten van vervolging verschuldigd volgens de wet, waarbij de buitengerechtelijke invorderingskosten worden gesteld op basis van een door het bestuur vastgestelde staffel; alsmede
d. vergoeding van de kosten van het vergaren en verstrekken van de door het pensioenfonds benodigde gegevens voor de vaststelling van de in te vorderen premie of het gevorderde voorschot; alsmede
e. een boete van een door het bestuur vast te stellen percentage van de verschuldigde premies met een door het bestuur vast te stellen maximum bedrag per jaar.
Overschrijding betalingstermijn. 9.1 Indien betaling niet binnen de overeengekomen termijn heeft plaatsgevon- den, is Xxxxxxx terstond en zonder nadere ingebrekestelling in verzuim. In dat geval is Afnemer een rente van 1% per maand over het factuurbedrag verschul- digd, tot de dag van algehele voldoening van het verschuldigde. Hierbij geldt een gedeelte van een maand als volledige maand.
9.2 In geval van verzuim is Xxxxxxx die handelt in het kader van de uitoefening van beroep of bedrijf, aan Leverancier verschuldigd een vergoeding van de kosten ter verkrijging van voldoening buiten rechte en eventuele gerechtelijke kosten van incasso. De buitengerechtelijke kosten worden forfaitair vastgesteld op tenminste 15% van de hoofdsom, met een minimum van € 250,-. De gerechtelijke kosten zullen niet beperkt zijn tot de door de rechter toegewezen bedragen aan verschot- ten en salaris of gemachtigde, maar zullen, voor zover de wet dat toelaat, omvat- ten de volledig door Leverancier gemaakte proceskosten, waaronder de werkelijke door Leverancier te betalen kosten aan salaris en verschotten van haar advocaat, of gemachtigde en de gerechtsdeurwaarder en overige kosten. Als bewijs van de kosten in rechte kunnen onder meer gelden de facturen van voornoemde ingeschakelde functionarissen en instanties.
Overschrijding betalingstermijn. 8.1. Bij niet (tijdige) betaling is Contractant van rechtswege, zonder dat aanmaning en/of in gebreke stelling is vereist, in verzuim en is Contractant over het te laat betaalde bedrag de wettelijke handelsrente verschuldigd.
8.2. De voor het incasso van enig door Contractant aan SafetyCom verschuldigd bedrag te maken kosten, zowel in als buiten rechte, komen voor rekening van Contractant.
8.3. De voor rekening van Contractant komende buitengerechtelijke kosten bedragen, tenminste 15% van het met inbegrip van rente, door Contractant verschuldigde bedrag, met een minimum van € 350,-- euro, tenzij Contractant een natuurlijk persoon is en niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf en de verbintenis tot betaling van een geldsom uit een overeenkomst voortvloeit.
Overschrijding betalingstermijn. 1. Afhankelijk van de verloningsperiode, maandelijks dan wel 4-wekelijks, zorgt het fonds er voor dat de werkgever de premienota binnen acht werkdagen na de uiterste aanleverdatum van de loonaangifte ontvangt.
2. De werkgever dient de premie te voldoen binnen 14 dagen na notadatum. Bij niet betalen van de premienota ontvangt de werkgever een herinnering van het fonds.
3. Indien de werkgever de premienota niet binnen 27 dagen na notadatum heeft betaald, ontvangt de werkgever een tweede herinnering van het fonds.
Overschrijding betalingstermijn. 12.1.1 Bij niet (tijdige) betaling is Opdrachtgever van rechtswege, zonder dat aanmaning en/of in gebreke stelling is vereist, in verzuim.
Overschrijding betalingstermijn. Bij niet tijdige betaling van de verschuldigde premie of het van hem te vorderen voorschot is de werkgever door het enkele verloop van de termijn in verzuim. Het fonds is dan bevoegd te vorderen:
a. de verschuldigde premie zoals bij de werkgever in rekening is gebracht; alsmede
b. rente over de verschuldigde premie vanaf de dag volgende op de dag dat de premie betaald had moeten zijn, waarbij de rente wordt berekend naar het percentage van de wettelijke rente als bedoeld in de artikelen 6:119a en 6:120, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, dat geldt op de datum waarop de rente door het fonds wordt gevorderd; alsmede
c. vergoeding van de buitengerechtelijke invorderingskosten zoals bedoeld in artikel 6:96, lid 2 sub c van het Burgerlijk Wetboek, onverminderd de overige kosten van vervolging verschuldigd volgens de wet, waarbij de buitengerechtelijke invorderingskosten worden gesteld op het volgende bedrag: € 250 € 37 € 500 € 75 € 1.250 € 150 € 2.500 € 300 € 3.750 € 450 € 5.000 € 600 € 10.000 € 700 € 20.000 € 800 € 40.000 € 1.000 € 100.000 € 1.500 € 200.000 € 2.500 € 400.000 € 3.500 € 1.000.000 € 4.500 meer € 5.500 alsmede
d. vergoeding van de kosten van het vergaren en verstrekken van de door het fonds benodigde gegevens voor de vaststelling van de in te vorderen premie of het gevorderde voorschot.
Overschrijding betalingstermijn. 1. Bij niet betalen van de maandnota ontvangt de werkgever 28 dagen na de notadatum een herinnering van het pensioenfonds.
2. Indien de werkgever de maandnota niet binnen 35 dagen na de notadatum heeft betaald, ontvangt de werkgever een tweede herinnering van het pensioenfonds.
3. Indien de betaling van de premie door de werkgever na 42 dagen na de notadatum nog steeds uitblijft, kan het pensioenfonds gebruik maken van alle rechtsmiddelen die het pensioenfonds ter beschikking staan om de nog verschuldigde premie bij de werkgever te incasseren. Het pensioenfonds is in dat geval ook gerechtigd de aansluitovereenkomst met onmiddellijke ingang op te zeggen en de aansluiting van de aangesloten werkgever bij het pensioenfonds onmiddellijk te beëindigen.
4. Onverminderd het bepaalde in het vorige lid van dit artikel blijft de werkgever ook na de opzegging van de aansluitovereenkomst door het pensioenfonds de nog niet betaalde premie aan het pensioenfonds verschuldigd.
Overschrijding betalingstermijn. De werkgever ontvangt na de vervaldatum van de premienota eerst een betalingsherinnering. Als de werkgever de premies dan nog niet heeft betaald, wordt een aanmaning naar de werkgever verzonden en is het fonds bevoegd de vordering uit handen te geven aan een externe incasso partij. Daarbij is werkgever verschuldigd: - de premie zoals bij de aangesloten werkgever in rekening is gebracht; alsmede - rente over de verschuldigde premie vanaf de dag volgende op de dag dat de premie betaald had moeten zijn waarbij de rente wordt berekend naar het percentage van de wettelijke handelsrente als bedoeld in artikel 6:119a van het Burgerlijk Wetboek. - De buitengerechtelijke invorderingskosten worden vastgesteld conform onderstaande staffel. De invorderingskosten als bedoeld in de vorige volzin, worden berekend ten aanzien van elke verschuldigde premie die niet tijdig is betaald. € 250,00 € 37,00 € 500,00 € 75,00 € 1.250,00 € 150,00 € 2.500,00 € 300,00 € 3.750,00 € 450,00 € 5.000,00 € 600,00 € 10.000,00 € 700,00 € 20.000,00 € 800,00 € 40.000,00 € 1.000,00 € 100.000,00 € 1.500,00 € 200.000,00 € 2.500,00 € 400.000,00 € 3.500,00 € 1.000.000,00 € 4.500,00 Meer € 5.500,00 H O O F D S T U K 4 V E R P L I C H T I N G V A N D E A A N G E S L O T E N W E R K G E V E R O M I N F O R M A T I E T E V E R S T R E K K E N
Overschrijding betalingstermijn. Bij niet tijdige betaling van de verschuldigde bedragen is de werkgever door het enkele verloop van de termijn in verzuim. Het fonds is dan bevoegd te vorderen:
i. de verschuldigde bedragen zoals bij de werkgever in rekening zijn gebracht; alsmede
ii. rente over de verschuldigde bedragen vanaf de dag volgende op de dag dat de bedragen betaald hadden moeten zijn, waarbij de rente wordt berekend naar het percentage van de wettelijke rente als bedoeld in de artikelen 6:119 en 6:120, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, dat geldt op de datum waarop de rente door het fonds wordt gevorderd; alsmede
iii. vergoeding van de buitengerechtelijke invorderingskosten zoals bedoeld in artikel 6:96, lid 2 sub c van het Burgerlijk Wetboek, onverminderd de overige kosten van vervolging verschuldigd volgens de wet, waarbij de buitengerechtelijke invorderingskosten worden gesteld op 15% van het verschuldigde bedrag, met een minimum van € 50,-; alsmede
iv. vergoeding van de kosten van het vergaren en verstrekken van de door het fonds benodigde gegevens voor de vaststelling van de in te vorderen bedragen; alsmede
v. een boete van een door het bestuur vast te stellen bedrag.
Overschrijding betalingstermijn. Bij niet tijdige betaling van de verschuldigde premie is de aangesloten werkgever door het enkele verloop van de termijn in verzuim. Het fonds is dan bevoegd te vorderen: - dat de premie over een door het fonds vastgestelde tijdvak van ten hoogste een jaar tot een door het fonds naar beste weten vast te stellen bedrag bij vooruitbetaling wordt voldaan binnen een door het fonds vast te stellen termijn ; alsmede - rente over de verschuldigde premie vanaf de dag volgende op de dag dat de premie betaald had moeten zijn waarbij de rente wordt berekend naar het percentage van de wettelijke rente als bedoeld in de artikelen 6:119 a en 6:120, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, dat geldt op de datum waarop de rente door het fonds wordt gevorderd; alsmede - vergoeding van de buitengerechtelijke invorderingskosten zoals bedoeld in artikel 6:96, lid 2 sub c van het Burgerlijk Wetboek, onverminderd de overige kosten van vervolging verschuldigd volgens de wet, waarbij de buitengerechtelijke invorderingskosten worden gesteld op 15% van het verschuldigde bedrag, met een minimum van € 50,=; alsmede - vergoeding van de kosten van het vergaren en verstrekken van de door het fonds benodigde gegevens voor de vaststelling van de in te vorderen bijdrage; alsmede - een boete van €500,00 voor ondernemingen, met minder dan 25 werknemers, en van €1.000,00 voor ondernemingen met 25 werknemers of meer. H O O F D S T U K 4