Resultaten. De resultaten van de Green Deal zijn dusdanige randvoorwaarden dat vanaf 2015, als de internationale emissie-eisen voor de scheepvaart (SECA-eisen) van kracht zijn, de toepassing van LNG als transportbrandstof is geaccepteerd en dat LNG breed beschikbaar is voor de scheepvaart en het zware wegtransport. Bij de juiste randvoorwaarden en geslaagde samenwerking is potentieel een (Nederlandse) markt te ontsluiten voor 2-3 miljoen ton LNG in 2030. Die betekent een reductie in CO2-emissie-equivalenten van ruim 1 Mton per jaar en voor fijnstof een reductie van 400 tot 600 ton per jaar. De initiatiefnemers vanuit het bedrijfsleven zetten zich in voor de realisatie van de uitrolscenario’s. Het gaat hierbij om afstemming voor de realisatie van demonstratieprojecten en afstemming voor de verdere investeringen die moeten zorgen dat aanbod en infrastructuur enerzijds en vraag (scheepvaart, zware trucks) anderzijds in balans worden ontwikkeld. De omvang en het tempo van de investeringen hangen deels af van de randvoorwaarden. Voor demonstratie en uitrol ligt de focus op 2 uitrolgebieden: - Rijnvaartgebied van de Rijnmond tot Basel inclusief Amsterdam en Vlissingen - het Waddenzeegebied in ruime zin (Waddenzee, landzijde Noord-Nederland en aansluitende vaarroutes naar West-Nederland, Duitsland en Scandinavië) De Rijksoverheid werkt mee aan de ontwikkeling van een robuust en toekomstgericht investeringsklimaat voor LNG, binnen de voor het Rijk geldende mogelijkheden en randvoorwaarden. Daarnaast zet de Rijksoverheid zich in voor coördinatie en harmonisatie met het relevante buitenland. In het bijzonder richt de Rijksoverheid zich op: - Afstemming van regionale, nationale en internationale wet- en regelgeving om toepassing van LNG mogelijk te maken. - Omgevingsmanagement, gericht op de communicatie rond LNG naar de plaatselijke overheden, ngo’s en burgers. - Onderzoek naar een stabiel en stimulerend investeringsklimaat voor LNG. Een dergelijk regime kan een snelle introductie van LNG bevorderen, waarna verdere uitrol kosteneffectief op eigen kracht kan plaatsvinden. xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxx B-125 Green Deal ‘Tussen Fiets en Auto’ (naar Betaalbare en Duurzame Elektrisch Aangedreven Binnenstedelijke Transportmiddelen) - PON Bicylce Group - Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie - Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Appears in 2 contracts
Samples: Green Deal, Green Deal
Resultaten. De resultaten gezamenlijke gemeenten constateren het volgende:
1. Met alle partijen is in een intensief traject gekomen tot dit akkoord inzake de regionale woningmarkafspraken en tot de gemeentelijke biedingen.
2. De biedingen laten zien dat er regionaal een voorzichtige beweging op gang is gekomen, om de doelstellingen en ambities uit het Regioakkoord wat betreft de regionale spreiding te realiseren. Deze beweging is zichtbaar wanneer gemeenten in absolute aantallen meer inspanningen toezeggen dan doorgerekend in het Referentiescenario dat door ABF is opgesteld. Hoewel iedereen begrijpt dat de disbalans niet in één keer gecorrigeerd kan worden, is de afstand tot het regionaal ‘sociaal gemiddelde’ en tot het “Meer Evenwicht”- scenario nog groot.
3. Ten behoeve van de Green Deal zijn dusdanige randvoorwaarden dat vanaf 2015doelstelling om per 2030 voldoende woningen in de totale voorraad te realiseren, als overstijgt het planaanbod van de internationale emissie-eisen voor veertien gemeenten in beperkte mate de scheepvaart (SECA-eisen) gewenste omvang van kracht zijn, de toepassing van LNG als transportbrandstof is geaccepteerd en dat LNG breed beschikbaar is voor de scheepvaart en het zware wegtransportwoningvoorraad. Bij minimale planuitval, nauwelijks vertraging en ruimte in meerdere opzichten om ‘zachte/voorwaardelijke’ plannen tot planologisch hard planaanbod om te vormen, lijkt de juiste randvoorwaarden doelstelling binnen handbereik. Bij doorlopende inzet op idee- en geslaagde samenwerking is potentieel een (Nederlandse) markt planontwikkeling moet het mogelijk zijn om de gewenste groei van de woningvoorraad te ontsluiten voor 2-3 miljoen ton LNG in 2030realiseren.
4. Die betekent een reductie in CO2-emissie-equivalenten Ten behoeve van ruim 1 Mton per jaar en voor fijnstof een reductie de doelstelling betreffende de gewenste omvang van 400 tot 600 ton per jaarde sociale voorraad gelden vergelijkbare kwalificaties als bij punt 3. De initiatiefnemers vanuit het bedrijfsleven zetten zich in voor de Bij realisatie van de uitrolscenario’sgemeentelijke biedingen blijft het sociale segment op regioniveau in voldoende mate behouden. Het gaat hierbij Er is wel behoefte aan goede monitoring en een extra stimulans om afstemming voor deze noodzakelijke voorraad beschikbaar te houden/krijgen. Relevant is hiervoor ook de realisatie gezamenlijke inzet op het Vestia-dossier!
5. Ten behoeve van demonstratieprojecten de doelstellingen rond beschikbaarheid en afstemming voor de verdere investeringen die moeten zorgen dat aanbod en infrastructuur enerzijds en vraag (scheepvaart, zware trucks) anderzijds in balans worden ontwikkeldbetaalbaarheid zijn ambitieuze streefpercentages gesteld. De omvang beweging naar meer balans in de regio op het gebied van betaalbaarheid en beschikbaarheid is stevig ingezet. Deze beweging vereist, ook, een goede monitoring. Tevens constateren de gezamenlijke gemeenten dat de biedingen nog onvoldoende resultaten geven op het bereiken van de gewenste samenstelling van de sociale voorraad, op het bijbuigen van de daling van de corporatievoorraad en op een goede afstemming in tijd en het tempo van de investeringen hangen deels af ontwikkelingen. De gemeenten zijn van mening, dat de concrete biedingen een eerste stap zijn in de richting van het bereiken van de randvoorwaardendoelen en ambities uit het regioakkoord, maar dat het noodzakelijk is verdere stappen te zetten om de doelen en ambities binnen handbereik te brengen. Voor demonstratie en uitrol ligt Samenvattende tabellen: Tabel 1: De regio realiseert voldoende woningen in de focus totale voorraad Gemeente Totale voorraad 2017 Totale voorraad 2030 o.b.v. biedingen Saldo 2030 t.o.v. 0000 Xxxxxxxxx 310.300 340.300 30.000 Vlaardingen 34.910 37.344 2.434 Schiedam 36.770 40.609 3.839 Maassluis 14.970 17.070 2.100 Brielle 7.810 9.644 1.834 Westvoorne 6.750 7.460 710 Hellevoetsluis 17.390 18.550 1.160 Nissewaard 39.210 42.122 2.912 Albrandswaard 10.300 11.477 1.177 Barendrecht 19.130 20.220 1.090 Ridderkerk 20.790 21.620 830 Krimpen 12.350 12.912 562 Capelle 30.750 32.100 1.350 Lansingerland 23.270 30.000 6.730 Tabel 2: De regio realiseert voldoende woningen in de sociale voorraad Gemeente Totale voorraad 2017 Totale voorraad 2030 o.b.v. biedingen Saldo 2030 t.o.v. 0000 Xxxxxxxxx 214.751 198.151 -16.600 Vlaardingen 21.443 19.468 -1.975 Schiedam 23.262 23.293 31 Maassluis 7.336 7.520 184 Brielle 2.166 917 -1.249 Westvoorne 1.641 1.915 274 Hellevoetsluis 6.744 7.075 331 Nissewaard 19.772 19.800 28 Albrandswaard 2.960 3.170 210 Barendrecht 4.576 4.225 -351 Ridderkerk 10.728 10.129 -599 Krimpen 4.774 5.079 305 Capelle 15.901 15.101 -800 Lansingerland 5.358 6.378 1.020 * XXXX heeft in haar onderzoek een extra (DAEB/niet-DAEB) perspectief aan het ABFperspectief toegevoegd. Als gevolg daarvan behoort ook de DAEB-voorraad boven de liberalisatiegrens (ca. 4.500 corporatiewoningen) in de definitie tot het sociale segment, want op 2 uitrolgebiedentermijn krijgen die woningen doorgaans een huur onder de liberalisatiegrens. Toen die nieuwe definitie werd vastgesteld, is afgesproken dat de krimp van het sociale segment (incl. die DAEB boven de liberalisatiegrens) dan maximaal ca. 19.000 zou mogen zijn: - Rijnvaartgebied de krimp die ABF passend vindt (14.700) plus die extra 4.500. Tabel 3: Evenwichtige spreiding van de Rijnmond sociale woningvoorraad. (cijfers incl. verlies van Vestia-voorraad uit het sociaal segment) Gemeente % sociaal t.o.v. totale voorraad 2017 % sociaal totale voorraad 2030 op basis van biedingen % sociaal gewenst bij scenario Meer Evenwicht Afstand in procentpunten tot Basel inclusief Amsterdam en Vlissingen - het Waddenzeegebied in ruime zin (Waddenzee, landzijde Noord-Nederland en aansluitende vaarroutes naar West-Nederland, Duitsland en Scandinavië) De Rijksoverheid werkt mee aan de ontwikkeling percentage van het scenario Meer Evenwicht Rotterdam 69,2% 58,2% 56,6% -1,6% Vlaardingen 61,4% 52,1% 52,1% 0,0% Schiedam 63,3% 57,4% 52,2% -5,1% Maassluis 49,0% 44,1% 44,2% 0,2% Brielle 27,7% 9,5% 29,8% 20,3% Westvoorne 24,3% 25,7% 30,2% 4,5% Hellevoetsluis 38,8% 38,1% 39,0% 0,8% Nissewaard 50,4% 47,0% 47,1% 0,1% Albrandswaard 28,7% 27,6% 33,1% 5,5% Barendrecht 23,9% 20,9% 31,3% 10,4% Ridderkerk 51,6% 46,9% 47,5% 0,6% Krimpen 38,7% 39,3% 40,0% 0,7% Capelle 51,7% 47,0% 46,7% -0,4% Lansingerland 23,0% 21,3% 28,7% 7,5% Voor een robuust en toekomstgericht investeringsklimaat voor LNG, binnen de voor het Rijk geldende mogelijkheden en randvoorwaarden. Daarnaast zet de Rijksoverheid zich in voor coördinatie en harmonisatie met het relevante buitenland. In het bijzonder richt de Rijksoverheid zich op: - Afstemming van regionale, nationale en internationale wet- en regelgeving om toepassing van LNG mogelijk te maken. - Omgevingsmanagement, gericht op de communicatie rond LNG uitgebreide weergave wordt verwezen naar de plaatselijke overheden, ngo’s rapportages van ABF (18 mei 2018) en burgers. - Onderzoek naar een stabiel RIGO (7 juni 2018 en stimulerend investeringsklimaat voor LNG. Een dergelijk regime kan een snelle introductie van LNG bevorderen, waarna verdere uitrol kosteneffectief op eigen kracht kan plaatsvinden. xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxx B-125 Green Deal ‘Tussen Fiets en Auto’ (naar Betaalbare en Duurzame Elektrisch Aangedreven Binnenstedelijke Transportmiddelen) - PON Bicylce Group - Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie - Ministerie van Infrastructuur en Milieu23 januari 2019)
Appears in 1 contract
Samples: Regioakkoord
Resultaten. De resultaten van de Green Deal zijn dusdanige randvoorwaarden dat vanaf 2015, als de internationale emissie-eisen Gelijkspanning is een economische en wetenschappelijke kans voor de scheepvaart (SECA-eisen) van kracht zijn, de toepassing van LNG als transportbrandstof is geaccepteerd en dat LNG breed beschikbaar is voor de scheepvaart en het zware wegtransport. Bij de juiste randvoorwaarden en geslaagde samenwerking is potentieel een (Nederlandse) markt te ontsluiten voor 2-3 miljoen ton LNG in 2030. Die betekent een reductie in CO2-emissie-equivalenten van ruim 1 Mton per jaar en voor fijnstof een reductie van 400 tot 600 ton per jaar. De initiatiefnemers vanuit het bedrijfsleven zetten zich in voor de realisatie van de uitrolscenario’s. Het gaat hierbij om afstemming voor de realisatie van demonstratieprojecten en afstemming voor de verdere investeringen die moeten zorgen dat aanbod en infrastructuur enerzijds en vraag (scheepvaart, zware trucks) anderzijds in balans worden ontwikkeld. De omvang en het tempo van de investeringen hangen deels af van de randvoorwaarden. Voor demonstratie en uitrol ligt de focus op 2 uitrolgebieden: - Rijnvaartgebied van de Rijnmond tot Basel inclusief Amsterdam en Vlissingen - het Waddenzeegebied in ruime zin (Waddenzee, landzijde Noord-Nederland en aansluitende vaarroutes naar West-Nederland, Duitsland en Scandinavië) De Rijksoverheid werkt mee aan maakt de ontwikkeling van een robuust unieke innovatieve kennismarkt mogelijk. Het overgrote deel van alle apparaten in huizen en toekomstgericht investeringsklimaat voor LNGkantoren en elektrische voertuigen werkt intern al op gelijkspanning. Ook duurzame energiebronnen als zonnepanelen leveren gelijkspanning. Doordat we leven in een gelijkspanningswereld, binnen maar het transport nog op wisselspanning plaatsvindt, is er nog steeds omzettingen nodig. Iedere omzetting gaat gepaard met energieverlies in de voor vorm van warmte. Bij gelijkspanning zijn deze omzettingen van gelijkspanning naar wisselspanning niet meer nodig, wat energie bespaart. In de gehele keten kunnen de besparingen oplopen tot 20%. Het project DC=DeCent draagt bij aan het Rijk geldende mogelijkheden verder opbouwen van kennis over deze technologie en randvoorwaardenbiedt, dankzij concrete ervaringen, inzicht in de maatschappelijke haalbaarheid van de realisatie van gelijkspanningsnetten in Nederland en daarbuiten. Daarnaast zet de Rijksoverheid Einddatum: 31 december 2015 - De initiatiefnemers zetten zich in om het gebruik van energiebesparende gelijkspanning gemeengoed te maken in de distributie en opwekking. Dit project is daar een van de eerste stappen van. - De initiatiefnemers spannen zich in om standaarden en normeringen voor coördinatie gelijkspanningstechnologie vast te stellen. - De initiatiefnemers spannen zich in om gelijkspanning in het hoger technisch onderwijs een vast punt te maken en harmonisatie zullen dit vervolgens ondersteunen met het relevante buitenland(gast)colleges en lezingen. - Direct Current spant zich in om haar gelijkspanningskennis te koppelen aan de ontwikkelingen binnen DC=DeCent. In het bijzonder richt de Rijksoverheid zich op: - Afstemming gaat het hier om vermogenselektronica en kennis op het gebied van regionale, nationale en internationale wet- en regelgeving om toepassing van LNG mogelijk te makengelijkspanning. - OmgevingsmanagementJoulz spant zich in om de energie-infrastructuur te ontwerpen, gericht op de communicatie rond LNG naar de plaatselijke overheden, ngo’s aan te leggen en burgerste onderhouden. Tevens staat Joulz dag en nacht paraat om storingen te verhelpen. - Onderzoek naar een stabiel Siemens spant zich in om oplossingen te vinden voor convertertechnologie voor de koppeling van AC- en stimulerend investeringsklimaat DC-netten op middenspanningsniveau (MVDC/MVAC), de demand-side en capaciteitsmanagement. Indien nodig wendt Siemens ook haar kennis aan voor LNGelektriciteitsopslag, automatiseringssystemen en oplossingen voor intelligente laadinfrastructuur. Een dergelijk regime kan een snelle introductie - Op het gebied van LNG bevorderen, waarna verdere uitrol kosteneffectief op eigen kracht kan plaatsvinden. xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxx B-125 Green Deal ‘Tussen Fiets de levering en Auto’ (naar Betaalbare en Duurzame Elektrisch Aangedreven Binnenstedelijke Transportmiddelen) - PON Bicylce Group - Ministerie het verbruik van gelijkspanning zal het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) zich inspannen om breed toe te passen resultaten van het project DC=DeCent een vervolg te laten krijgen. Hiervoor zal EL&I de gezamenlijke netbeheerders raadplegen en verzoeken om te onderzoeken of en op welke wijze in de technische codes regels zouden moeten worden opgenomen over het leveren en meten van gelijkspanning. - Ministerie EL&I zal zich inspannen om – met hulp van Infrastructuur de resultaten van het project DC=DeCent – private partijen ertoe te bewegen via het Nederlands Normerings Instituut een NEN-norm aan gelijkspanning toe te kennen. - EL&I zal zich inspannen om met behulp van de resultaten van het project DC=DeCent eventuele belemmeringen met betrekking tot het verkrijgen van een European Article Numbering (EAN)-code waar mogelijk weg te nemen, zodat zakelijke verrekening van uitgewisselde energie mogelijk wordt. xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxx B-128 Green Deal Landgoed De Logt - Eco-Energy Oirschot BV - Biogas Plus BV - Gemeente Oirschot - Provincie Noord-Brabant - Zuidelijke Land- en MilieuTuinbouworganisaties - Natuurmonumenten - Scholt Energy Control BV - Vakantiepark De Reebok Oisterwijk BV - Samenwerkingsverband Regio Eindhoven - Landgoed De Rozephoeve Partijen realiseren gezamenlijk het nieuw te ontwikkelen Landgoed De Logt. Onderdeel daarvan is de realisatie van een biogasinstallatie. Deze Green Deal helpt om de samenwerking te structureren. Het is een uitdaging om een optimale toepassing te vinden voor de geproduceerde duurzame energie. Daarom draagt de Green Deal ook bij aan het in beeld brengen van lokale toepassingen, zoals levering aan vakantiepark De Reebok.
Appears in 1 contract
Samples: Green Deal
Resultaten. De resultaten gezamenlijke gemeenten constateren het volgende:
1. Met alle partijen is in een intensief traject gekomen tot dit akkoord inzake de regionale woningmarkafspraken en tot de gemeentelijke biedingen.
2. De biedingen laten zien dat er regionaal een voorzichtige beweging op gang is gekomen, om de doelstellingen en ambities uit het Regioakkoord wat betreft de regionale spreiding te realiseren. Deze beweging is zichtbaar wanneer gemeenten in absolute aantallen meer inspanningen toezeggen dan doorgerekend in het Referentiescenario dat door ABF is opgesteld. Hoewel iedereen begrijpt dat de disbalans niet in één keer gecorrigeerd kan worden, is de afstand tot het regionaal ‘sociaal gemiddelde’ en tot het “Meer Evenwicht”- scenario nog groot.
3. Ten behoeve van de Green Deal zijn dusdanige randvoorwaarden dat vanaf 2015doelstelling om per 2030 voldoende woningen in de totale voorraad te realiseren, als overstijgt het planaanbod van de internationale emissie-eisen voor veertien gemeenten in beperkte mate de scheepvaart (SECA-eisen) gewenste omvang van kracht zijn, de toepassing van LNG als transportbrandstof is geaccepteerd en dat LNG breed beschikbaar is voor de scheepvaart en het zware wegtransportwoningvoorraad. Bij minimale planuitval, nauwelijks vertraging en ruimte in meerdere opzichten om ‘zachte/voorwaardelijke’ plannen tot planologisch hard planaanbod om te vormen, lijkt de juiste randvoorwaarden doelstelling binnen handbereik. Bij doorlopende inzet op idee- en geslaagde samenwerking is potentieel een (Nederlandse) markt planontwikkeling moet het mogelijk zijn om de gewenste groei van de woningvoorraad te ontsluiten voor 2-3 miljoen ton LNG in 2030realiseren.
4. Die betekent een reductie in CO2-emissie-equivalenten Ten behoeve van ruim 1 Mton per jaar en voor fijnstof een reductie de doelstelling betreffende de gewenste omvang van 400 tot 600 ton per jaarde sociale voorraad gelden vergelijkbare kwalificaties als bij punt 3. De initiatiefnemers vanuit het bedrijfsleven zetten zich in voor de Bij realisatie van de uitrolscenario’sgemeentelijke biedingen blijft het sociale segment op regioniveau in voldoende mate behouden. Het gaat hierbij Er is wel behoefte aan goede monitoring en een extra stimulans om afstemming voor deze noodzakelijke voorraad beschikbaar te houden/krijgen. Relevant is hiervoor ook de realisatie gezamenlijke inzet op het Vestia-dossier!
5. Ten behoeve van demonstratieprojecten de doelstellingen rond beschikbaarheid en afstemming voor de verdere investeringen die moeten zorgen dat aanbod en infrastructuur enerzijds en vraag (scheepvaart, zware trucks) anderzijds in balans worden ontwikkeldbetaalbaarheid zijn ambitieuze streefpercentages gesteld. De omvang beweging naar meer balans in de regio op het gebied van betaalbaarheid en beschikbaarheid is stevig ingezet. Deze beweging vereist, ook, een goede monitoring. Tevens constateren de gezamenlijke gemeenten dat de biedingen nog onvoldoende resultaten geven op het bereiken van de gewenste samenstelling van de sociale voorraad, op het bijbuigen van de daling van de corporatievoorraad en op een goede afstemming in tijd en het tempo van de investeringen hangen deels af ontwikkelingen. De gemeenten zijn van mening, dat de concrete biedingen een eerste stap zijn in de richting van het bereiken van de randvoorwaardendoelen en ambities uit het regioakkoord, maar dat het noodzakelijk is verdere stappen te zetten om de doelen en ambities binnen handbereik te brengen. Voor demonstratie en uitrol ligt Samenvattende tabellen: Tabel 1: De regio realiseert voldoende woningen in de focus totale voorraad Gemeente Totale voorraad 2017 Totale voorraad 2030 o.b.v. biedingen Saldo 2030 t.o.v. 0000 Xxxxxxxxx 310.300 340.300 30.000 Vlaardingen 34.910 37.344 2.434 Schiedam 36.770 40.609 3.839 Maassluis 14.970 17.070 2.100 Brielle 7.810 9.644 1.834 Westvoorne 6.750 7.460 710 Hellevoetsluis 17.390 18.550 1.160 Nissewaard 39.210 42.122 2.912 Albrandswaard 10.300 11.477 1.177 Barendrecht 19.130 20.220 1.090 Ridderkerk 20.790 21.620 830 Krimpen 12.350 12.912 562 Capelle 30.750 32.100 1.350 Lansingerland 23.270 30.000 6.730 Tabel 2: De regio realiseert voldoende woningen in de sociale voorraad Gemeente Totale voorraad 2017 Totale voorraad 2030 o.b.v. biedingen Saldo 2030 t.o.v. 0000 Xxxxxxxxx 214.751 198.151 -16.600 Vlaardingen 21.443 19.468 -1.975 Schiedam 23.262 23.293 31 Maassluis 7.336 7.520 184 Brielle 2.166 917 -1.249 Westvoorne 1.641 1.915 274 Hellevoetsluis 6.744 7.075 331 Nissewaard 19.772 19.800 28 Albrandswaard 2.960 3.170 210 Barendrecht 4.576 4.225 -351 Ridderkerk 10.728 10.129 -599 Krimpen 4.774 5.079 305 Capelle 15.091 15.101 -800 Lansingerland 5.358 6.378 1.020 * XXXX heeft in haar onderzoek een extra (DAEB/niet-DAEB) perspectief aan het ABFperspectief toegevoegd. Als gevolg daarvan behoort ook de DAEB-voorraad boven de liberalisatiegrens (ca. 4.500 corporatiewoningen) in de definitie tot het sociale segment, want op 2 uitrolgebiedentermijn krijgen die woningen doorgaans een huur onder de liberalisatiegrens. Toen die nieuwe definitie werd vastgesteld, is afgesproken dat de krimp van het sociale segment (incl. die DAEB boven de liberalisatiegrens) dan maximaal ca. 19.000 zou mogen zijn: - Rijnvaartgebied de krimp die ABF passend vindt (14.700) plus die extra 4.500. Tabel 3: Evenwichtige spreiding van de Rijnmond sociale woningvoorraad. (cijfers incl. verlies van Vestia-voorraad uit het sociaal segment) Gemeente % sociaal t.o.v. totale voorraad 2017 % sociaal totale voorraad 2030 op basis van biedingen % sociaal gewenst bij scenario Meer Evenwicht Afstand in procentpunten tot Basel inclusief Amsterdam en Vlissingen - het Waddenzeegebied in ruime zin (Waddenzee, landzijde Noord-Nederland en aansluitende vaarroutes naar West-Nederland, Duitsland en Scandinavië) De Rijksoverheid werkt mee aan de ontwikkeling percentage van het scenario Meer Evenwicht Rotterdam 69,2% 58,2% 56,6% -1,6% Vlaardingen 61,4% 52,1% 52,1% 0,0% Schiedam 63,3% 57,4% 52,2% -5,1% Maassluis 49,0% 44,1% 44,2% 0,2% Brielle 27,7% 9,5% 29,8% 20,3% Westvoorne 24,3% 25,7% 30,2% 4,5% Hellevoetsluis 38,8% 38,1% 39,0% 0,8% Nissewaard 50,4% 47,0% 47,1% 0,1% Albrandswaard 28,7% 27,6% 33,1% 5,5% Barendrecht 23,9% 20,9% 31,3% 10,4% Ridderkerk 51,6% 46,9% 47,5% 0,6% Krimpen 38,7% 39,3% 40,0% 0,7% Capelle 51,7% 47,0% 46,7% -0,4% Lansingerland 23,0% 21,3% 28,7% 7,5% Voor een robuust en toekomstgericht investeringsklimaat voor LNG, binnen de voor het Rijk geldende mogelijkheden en randvoorwaarden. Daarnaast zet de Rijksoverheid zich in voor coördinatie en harmonisatie met het relevante buitenland. In het bijzonder richt de Rijksoverheid zich op: - Afstemming van regionale, nationale en internationale wet- en regelgeving om toepassing van LNG mogelijk te maken. - Omgevingsmanagement, gericht op de communicatie rond LNG uitgebreide weergave wordt verwezen naar de plaatselijke overheden, ngo’s rapportages van ABF (18 mei 2018) en burgers. - Onderzoek naar een stabiel RIGO (7 juni 2018 en stimulerend investeringsklimaat voor LNG. Een dergelijk regime kan een snelle introductie van LNG bevorderen, waarna verdere uitrol kosteneffectief op eigen kracht kan plaatsvinden. xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxx B-125 Green Deal ‘Tussen Fiets en Auto’ (naar Betaalbare en Duurzame Elektrisch Aangedreven Binnenstedelijke Transportmiddelen) - PON Bicylce Group - Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie - Ministerie van Infrastructuur en Milieu23 januari 2019)
Appears in 1 contract
Samples: Regioakkoord
Resultaten. De resultaten van de Green Deal zijn dusdanige randvoorwaarden dat vanaf 2015, als de internationale emissie-eisen Gelijkspanning is een economische en wetenschappelijke kans voor de scheepvaart (SECA-eisen) van kracht zijn, de toepassing van LNG als transportbrandstof is geaccepteerd en dat LNG breed beschikbaar is voor de scheepvaart en het zware wegtransport. Bij de juiste randvoorwaarden en geslaagde samenwerking is potentieel een (Nederlandse) markt te ontsluiten voor 2-3 miljoen ton LNG in 2030. Die betekent een reductie in CO2-emissie-equivalenten van ruim 1 Mton per jaar en voor fijnstof een reductie van 400 tot 600 ton per jaar. De initiatiefnemers vanuit het bedrijfsleven zetten zich in voor de realisatie van de uitrolscenario’s. Het gaat hierbij om afstemming voor de realisatie van demonstratieprojecten en afstemming voor de verdere investeringen die moeten zorgen dat aanbod en infrastructuur enerzijds en vraag (scheepvaart, zware trucks) anderzijds in balans worden ontwikkeld. De omvang en het tempo van de investeringen hangen deels af van de randvoorwaarden. Voor demonstratie en uitrol ligt de focus op 2 uitrolgebieden: - Rijnvaartgebied van de Rijnmond tot Basel inclusief Amsterdam en Vlissingen - het Waddenzeegebied in ruime zin (Waddenzee, landzijde Noord-Nederland en aansluitende vaarroutes naar West-Nederland, Duitsland en Scandinavië) De Rijksoverheid werkt mee aan maakt de ontwikkeling van een robuust unieke innovatieve kennismarkt mogelijk. Het overgrote deel van alle apparaten in huizen en toekomstgericht investeringsklimaat voor LNGkantoren en elektrische voertuigen werkt intern al op gelijkspanning. Ook duurzame energiebronnen als zonnepanelen leveren gelijkspanning. Doordat we leven in een gelijkspanningswereld, binnen maar het transport nog op wisselspanning plaatsvindt, is er nog steeds omzettingen nodig. Iedere omzetting gaat gepaard met energieverlies in de voor vorm van warmte. Bij gelijkspanning zijn deze omzettingen van gelijkspanning naar wisselspanning niet meer nodig, wat energie bespaart. In de gehele keten kunnen de besparingen oplopen tot 20%. Het project DC=DeCent draagt bij aan het Rijk geldende mogelijkheden verder opbouwen van kennis over deze technologie en randvoorwaardenbiedt, dankzij concrete ervaringen, inzicht in de maatschappelijke haalbaarheid van de realisatie van gelijkspanningsnetten in Nederland en daarbuiten. Daarnaast zet de Rijksoverheid Einddatum: 31 december 2015 - De initiatiefnemers zetten zich in om het gebruik van energiebesparende gelijkspanning gemeengoed te maken in de distributie en opwekking. Dit project is daar een van de eerste stappen van. - De initiatiefnemers spannen zich in om standaarden en normeringen voor coördinatie gelijkspanningstechnologie vast te stellen. - De initiatiefnemers spannen zich in om gelijkspanning in het hoger technisch onderwijs een vast punt te maken en harmonisatie zullen dit vervolgens ondersteunen met het relevante buitenland(gast)colleges en lezingen. - Direct Current spant zich in om haar gelijkspanningskennis te koppelen aan de ontwikkelingen binnen DC=DeCent. In het bijzonder richt gaat het hier om vermogenselektronica en kennis op het gebied van gelijkspanning. - Joulz spant zich in om de energie-infrastructuur te ontwerpen, aan te leggen en te onderhouden. Tevens staat Joulz dag en nacht paraat om storingen te verhelpen. - Siemens spant zich in om oplossingen te vinden voor convertertechnologie voor de koppeling van AC- en DC-netten op middenspanningsniveau (MVDC/MVAC), de demand-side en capaciteitsmanagement. Indien nodig wendt Siemens ook haar kennis aan voor elektriciteitsopslag, automatiseringssystemen en oplossingen voor intelligente laadinfrastructuur. - Op het gebied van het meten van de levering en het verbruik van gelijkspanning zal de Rijksoverheid zich op: - Afstemming inspannen om breed toe te passen resultaten van regionale, nationale het project DC=DeCent een vervolg te laten krijgen. Hiervoor zal EL&I de gezamenlijke netbeheerders raadplegen en internationale wet- verzoeken om te onderzoeken of en regelgeving om toepassing op welke wijze in de technische codes regels zouden moeten worden opgenomen over het leveren en meten van LNG mogelijk te makengelijkspanning. - Omgevingsmanagement, gericht op de communicatie rond LNG naar Rijksoverheid zal zich inspannen om – met hulp van de plaatselijke overheden, ngo’s en burgersresultaten van het project DC=DeCent – private partijen ertoe te bewegen via het Nederlands Normerings Instituut een NEN-norm aan gelijkspanning toe te kennen. - Onderzoek naar de Rijksoverheid zal zich inspannen om met behulp van de resultaten van het project DC=DeCent eventuele belemmeringen met betrekking tot het verkrijgen van een stabiel en stimulerend investeringsklimaat voor LNG. Een dergelijk regime kan een snelle introductie European Article Numbering (EAN)-code waar mogelijk weg te nemen, zodat zakelijke verrekening van LNG bevorderen, waarna verdere uitrol kosteneffectief op eigen kracht kan plaatsvindenuitgewisselde energie mogelijk wordt. xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxx B-125 B-128 Green Deal ‘Tussen Fiets Landgoed De Logt - Eco-Energy Oirschot BV - Biogas Plus BV - Gemeente Oirschot - Provincie Noord-Brabant - Zuidelijke Land- en Auto’ (naar Betaalbare en Duurzame Elektrisch Aangedreven Binnenstedelijke Transportmiddelen) Tuinbouworganisaties - PON Bicylce Group Natuurmonumenten - Ministerie Scholt Energy Control BV - Vakantiepark De Reebok Oisterwijk BV - Samenwerkingsverband Regio Eindhoven - Landgoed De Rozephoeve Partijen realiseren gezamenlijk het nieuw te ontwikkelen Landgoed De Logt. Onderdeel daarvan is de realisatie van Economische Zakeneen biogasinstallatie. Deze Green Deal helpt om de samenwerking te structureren. Het is een uitdaging om een optimale toepassing te vinden voor de geproduceerde duurzame energie. Daarom draagt de Green Deal ook bij aan het in beeld brengen van lokale toepassingen, Landbouw en Innovatie - Ministerie van Infrastructuur en Milieuzoals levering aan vakantiepark De Reebok.
Appears in 1 contract
Samples: Green Deal