Schuldstructuur Voorbeeldclausules

Schuldstructuur. Eind 2012 bedroeg de schuldratio (in de zin van het KB van 7 december 2010) van de Vennootschap 56,19% op gecon- solideerd niveau en 57,87% op statutair niveau. Gezien de maximaal toegelaten geconsolideerde schuldgraad voor de vastgoedbevaks 65% van de totale activa bedraagt, beschikt de Vennootschap op datum van 31 december 2012 nog over een geconsolideerde schuldcapaciteit van 60 miljoen EUR bij constante activa (d.w.z. zonder groei van de vast- goedportefeuille) en van 170 miljoen EUR bij variabele activa (d.w.z. met groei van de vastgoedportefeuille). Omgekeerd zou de balansstructuur eind 2012, indien alle andere para- meters gelijk blijven, een vermindering van de reële waarde van de gebouwen met 90 miljoen EUR kunnen absorberen alvorens de maximale schuldratio te bereiken. Ten opzichte van de huidige bankcovenanten, waartoe de Vennootschap zich heeft verbonden en waarbij de schuldgraad tot 60% be- perkt wordt, bedragen de drie hiervoor vermelde drempels 26 miljoen EUR bij constante activa, 65,5 miljoen EUR bij variabele activa en 43 miljoen EUR. De Vennootschap heeft geen zekerheden verleend in het kader van haar financie- ring. Wanneer de geconsolideerde schuldgraad meer dan 50% bedraagt moet er een financieel plan met een uitvoerings- schema worden opgesteld waarin een beschrijving wordt gegeven van de maatregelen die genomen zullen worden om te verhinderen dat deze ratio meer dan 65% zou gaan bedragen (artikel 54 van het KB van 7 december 2010). De Vennootschap heeft een financieel plan opgemaakt waarvan de krachtlijnen worden weergegeven op p. 168 van het Registratiedocument. Eind maart 2013 bedroeg de schuldratio (in de zin van het KB van 7 december 2010) 53,69% op geconsolideerd niveau en 57,29% op statutair niveau. Bijgevolg bevond de gecon- solideerde schuldratio zich terug binnen de door de Raad van Bestuur van de Vennootschap vooropgestelde vork zijn- de 50%-55%. Deze daling van de schuldratio in het eerste kwartaal van 2013 is toe te schrijven aan de gerealiseerde verkopen en het resultaat van het eerste kwartaal. Gezien de maximaal toegelaten geconsolideerde schuld- graad voor de vastgoedbevaks 65% van de totale activa be- draagt, beschikt de Vennootschap op datum van 31 maart 2013 nog over een geconsolideerde schuldcapaciteit van 73,3 miljoen EUR bij constante activa (d.w.z. zonder groei van de vastgoedportefeuille) en van 209 miljoen EUR bij va- riabele activa (d.w.z. met groei van de vastgoedportefeuille). Omgekeerd zou de balansstruct...
Schuldstructuur. Zowel de geconsolideerde als de enkelvoudige schuldgraad van Montea mag wettelijk niet meer bedragen dan 65%4. Bovendien werd in de voorwaarden van de diverse obligatie-uitgiftes ((i) van 28 juni 2013 ten belope van in totaal EUR 30 miljoen, (ii) van 28 mei 2014 ten belope van in totaal EUR 30 miljoen, (iii) van 30 juni 2015 ten belope van in totaal EUR 50 miljoen, zijnde een obligatielening ten belope van EUR 25 miljoen met een variabele interestvoet en een obligatielening ten belope van EUR 25 miljoen met een vaste interestvoet) een maximale geconsolideerde schuldgraad bedongen van 65%. Indien Montea deze convenanten schendt, kan elke obligatiehouder, door middel van een schriftelijke kennisgeving aan de maatschappelijke zetel van Montea met een kopie aan de respectievelijke “agent”, eisen dat zijn of haar obligaties onmiddellijk opeisbaar en terug betaalbaar worden verklaard tegen de nominale waarde samen met verworven interest (indien er is) tot de datum van betaling, zonder verdere formaliteiten, tenzij dergelijke wanprestatie is rechtgezet vóór de ontvangst van dergelijke kennisgeving door Montea. Montea heeft met de financiële instellingen convenanten afgesloten die marktconform zijn en die onder andere voorzien dat de geconsolideerde schuldgraad (volgens het GVV KB) niet boven de 60% mag stijgen. Op Datum van deze Verrichtingsnota heeft Montea van alle financiële instellingen bekomen dat zij gedurende de komende twaalf maanden afstand doen van het recht om terugbetaling te vragen van de bestaande kredietlijnen indien de 60% drempel zou worden overschreden.. Montea beschikte op 30 juni 2017 over EUR 245 miljoen aan kredietlijnen, waarvan EUR 240,2 miljoen reeds is opgenomen. In juli 2017 heeft de Vennootschap EUR 10 miljoen aan bijkomende kredietlijnen afgesloten. Wanneer de geconsolideerde schuldgraad meer dan 50% bedraagt, moet in toepassing van het GVV-KB een financieel plan worden opgemaakt met een uitvoeringsschema waarin een beschrijving wordt weergegeven van de maatregelen die genomen zullen worden om te verhinderen dat deze ratio meer dan 65% zou bedragen. Op 31 december 2016 bedroeg de schuldgraad 51,6% waardoor Montea een financieel plan met het daarbij horende uitvoeringsschema heeft opgemaakt. De Commissaris heeft over het financieel plan een bijzonder verslag opgesteld en de wijze van opstelling ervan geverifieerd conform artikel 24, lid 2 van het GVV-KB (zie sectie

Related to Schuldstructuur

  • Schulden Op meer dan één jaar Op hoogstens één jaar

  • Schuldvergelijking De koper kan geen enkele schuldvergelijking inroepen tussen zijn koopprijs en één of meer schuldvorderingen, van welke aard dan ook, die hij tegen de verkoper zou kunnen hebben.

  • geheimhouding en kosteloze klachtbehandeling 1. De klachtenfunctionaris en degene over wie is geklaagd nemen bij de klachtbehandeling geheimhouding in acht. 2. De klager is geen vergoeding verschuldigd voor de kosten van de behandeling van de klacht.

  • Voortdurende verplichtingen Beëindiging van de Overeenkomst ontslaat partijen niet van verplichtingen daaruit die naar hun aard doorlopen. Tot deze verplichtingen behoren in ieder geval: vrijwaring voor schending van intellectuele eigendomsrechten, garanties, aansprakelijkheid, geheimhouding, geschillen en toepasselijk recht.

  • Verplichtingen verhuurder 1. De verhuurder levert het voertuig met de overeengekomen accessoires en specificaties en voorzien van de in Nederland verplichte uitrusting, schoon, goed onderhouden, met een volledig gevulde brandstoftank en, voor zover verhuurder kenbaar is of zou moeten zijn, in technisch goede staat af. 2. Indien geen voertuig uit de overeengekomen categorie geleverd kan worden, zal op verzoek van huurder een upgrade in categorie voertuig plaatsvinden zonder dat hiervoor extra kosten in rekening kunnen worden gebracht. Aan een verzoek om een upgrade kan niet worden voldaan indien het overeengekomen voertuig zich reeds in de hoogste categorie bevindt. 3. Verhuurder stelt samen met huurder voorafgaand aan de verhuur een rapport op waarbij eventuele schade die zich al aan het voertuig bevindt, wordt aangegeven. 4. Verhuurder overhandigt huurder voorafgaand aan de huurperiode de vereiste documenten. 5. Verhuurder dient ervoor te zorgen dat er in het voertuig een Nederlandstalige instructie aanwezig is, alsmede een overzicht van telefoonnummers waar huurder zich binnen en buiten openingstijden kan melden. 6. Verhuurder vermeldt duidelijk op de auto bij voorkeur in de nabijheid van de brandstof- vulopening welk type brandstof plus eventuele toevoegingen voor het voertuig moet worden gebruikt. 7. In de Nederlandstalige instructie wordt vermeld op welke niveaus het oliepeil en de ban- denspanning dienen te worden gehouden. 8. Verhuurder draagt zorg voor adequate pechhulp zowel in Nederland als in het buitenland. Pechhulp in het buitenland geldt alleen als is afgesproken dat het voertuig ook in het buitenland gebruikt mag worden. 9. Onder adequate hulp wordt in ieder geval verstaan dat er vervangend, zoveel mogelijk gelijkwaardig, vervoer wordt aangeboden door de verhuurder indien het voertuig wegens een tekortkoming voor reparatie moet worden aangeboden en de geschatte reparatieduur langer dan twee werkdagen is. Indien pech het gevolg is van eigen schuld, dan worden de kosten van de hulp niet door verhuurder vergoed. 10. Verhuurder inspecteert het voertuig direct bij inlevering door huurder op eventuele schade. Dit geldt zowel bij inlevering van het voertuig bij de eigen vestiging als bij inlevering van het voertuig op een andere vestiging.

  • AFWIJKENDE BEPALINGEN KLEINVERBRUIKAANSLUITINGEN In afwijking van artikel 10 lid 2 zijn Klanten met een Kleinverbruikaansluiting een opzegvergoeding verschuldigd conform de Richtsnoeren Redelijke Opzegvergoedingen.

  • Algemene verplichtingen Opdrachtnemer 4.1. De Opdrachtnemer zal zijn verplichtingen voortvloeiend uit de Overeenkomst in nauwe samenwerking met de Opdrachtgever nakomen, onverminderd de eigen verantwoordelijkheid van de Opdrachtnemer. Tenzij schriftelijk anders is overeengekomen is de Overeenkomst niet exclusief. Opdrachtgever is gerechtigd om met andere Partijen soortgelijke Overeenkomsten te sluiten. 4.2. De Opdrachtnemer zal de Opdrachtgever op de hoogte houden van de uitvoering van de Overeenkomst en desgevraagd inlichtingen geven. De Opdrachtnemer is onder meer, doch niet uitsluitend, verplicht de Opdrachtgever direct schriftelijk in te lichten over feiten en omstandigheden die kunnen leiden tot vertraging in de nakoming of waarmee in de Overeenkomst geen rekening is gehouden. 4.3. Uitsluitend na en alleen met voorafgaande schriftelijke goedkeuring van de Opdrachtgever, kan de Opdrachtnemer de uitvoering van de Overeenkomst geheel of gedeeltelijk laten uitvoeren door derden of uit de Overeenkomst voortvloeiende rechten en/of plichten overdragen aan derden of vorderingen uit de Overeenkomst met Opdrachtgever aan een derde cederen, verpanden et cetera. 4.4. De Opdrachtnemer garandeert ter zake van de Overeenkomst dat de Opdrachtnemer of Personeel van Opdrachtnemer of een met de Opdrachtnemer verbonden rechtspersoon en de onder hen werkzame personen niet betrokken zijn of zijn geweest bij overleg of afspraken met andere ondernemingen op een wijze die strijdig zou kunnen zijn met bepalingen van de Mededingingswet of artikelen 101 en 102 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, waaronder: (1) prijsvorming, (2) het afstemmen van Offerten, en/of (3) verdeling van werkzaamheden. 4.5. De Opdrachtnemer vrijwaart de Opdrachtgever voor strafrechtelijke boetes en bestuurlijke sancties (als bedoeld in artikel 5:2, eerste lid aanhef en onder a van de Algemene Wet Bestuursrecht, het eventuele kostenverhaal daaronder begrepen), die verband houden met de Overeenkomst en die de Opdrachtnemer of de Opdrachtgever krijgt opgelegd, indien en voor zover deze boetes en sancties het gevolg zijn van handelingen die aan Opdrachtnemer toegerekend kunnen worden. 4.6. De Opdrachtnemer zal bij de uitvoering van de Overeenkomst alle van toepassing zijnde voorschriften bij of krachtens de wet gesteld naleven en de Overeenkomsten die de Opdrachtgever met derden heeft gesloten, voor zover deze Overeenkomsten bekend zijn bij de Opdrachtnemer, in acht nemen. Indien de Opdrachtnemer genoodzaakt is om contact op te nemen met derden, zal de Opdrachtnemer dit eerst voorleggen aan de Opdrachtgever. 4.7. De Opdrachtnemer draagt zelf de verantwoordelijkheid om de door hem ingeschakelde derden te informeren over de afspraken die gelden tussen de Opdrachtnemer en de Opdrachtgever bij de uitvoering van de Overeenkomst. 4.8. Slechts voor zover de Opdrachtnemer expliciet en schriftelijk is gemachtigd door de Opdrachtgever zal de Opdrachtnemer optreden als gemachtigde van de Opdrachtgever. Eventuele gevolgen die door het in strijd handelen met het bepaalde in de voorgaande zin zijn ontstaan, komen voor rekening en risico van de Opdrachtnemer. 4.9. De Opdrachtnemer stelt Opdrachtgever op diens verzoek in de gelegenheid de Prestatie te controleren of toegang te verlenen, controles of inspecties uit te – doen – voeren, dan wel tekeningen en documenten in te zien. Deze controles, inspecties of inzage betekenen niet dat de Opdrachtgever daarmee enige verantwoordelijkheid op zich neemt. Opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de nakoming van de Overeenkomst. Opdrachtgever maakt van die mogelijkheid op een voor Opdrachtnemer minst belastende wijze gebruik. 4.10. Aan eventuele overeengekomen afwijkingen van deze Inkoopvoorwaarden kan Opdrachtnemer bij vervolgovereenkomsten geen rechten ontlenen. 4.11. Opdrachtnemer zal gedurende de looptijd van de Overeenkomst haar kwaliteitsborging-systeem hanteren. Daarnaast kan Opdrachtgever in de Overeenkomst aanvullende kwaliteitseisen stellen, al dan niet door het hanteren van een label. Opdrachtgever kan van een Opdrachtnemer verlangen een certificaat over te leggen of te hebben waaruit blijkt dat de leverancier voldoet aan bepaalde kwaliteitseisen. Opdrachtnemer zal Opdrachtgever of gevolmachtigden vrije toegang verlenen om kwaliteitsonderzoek(en) te verrichten. Opdrachtnemer zal op geen enkele wijze een in de Overeenkomst door Opdrachtgever als zodanig aangeduid kwaliteitslabel in gevaar brengen.

  • Wat zijn mijn verplichtingen? Als u de verzekering aanvraagt of u hebt schade, dient u onze vragen eerlijk te beantwoorden. U moet zoveel mogelijk doen om de schade te voorkomen en beperken. Meld schade zo snel mogelijk en geef veranderingen in uw situatie zo snel mogelijk door.

  • Verplichtingen huurder 1. De huurder moet met het voertuig omgaan zoals een goed huurder betaamt en er voor zorgen dat het voertuig overeenkomstig zijn bestemming wordt gebruikt. Het is bijvoorbeeld verboden om het voertuig te gebruiken op een circuit, op een terrein waarvoor het voertuig niet geschikt is, of op een terrein waarvan het betreden op eigen risico is. 2. Huurder moet het voertuig inleveren in dezelfde staat als hij het heeft ontvangen. Dat betekent bijvoorbeeld dat de huurder eventuele veranderingen en toevoegingen aan het voertuig ongedaan moet maken. Huurder heeft geen recht op vergoeding. 3. Huurder moet de bagage aan en in het voertuig zorgvuldig vastmaken. 4. Huurder moet er voor zorgen dat het voertuig niet wordt bestuurd door iemand die onbevoegd is of kennelijk geestelijk of lichamelijk ongeschikt. Alleen personen die als bestuurder op de huurovereenkomst zijn vermeld, mogen het voertuig besturen of anders over het voertuig beschikken. 5. Huurder mag het voertuig niet doorverhuren. 6. Het is huurder toegestaan het voertuig buiten de landsgrenzen van Nederland te brengen indien het landen betreft die op de groene kaart van het voertuig vermeld staan, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen met verhuurder. 7. In geval van voor huurder kenbare of waarneembare schade of defecten aan het voertuig, is het huurder niet toegestaan het voertuig te gebruiken indien dat kan leiden tot verergering van de schade of van de defecten, of tot vermindering van de verkeersveiligheid. 8. Huurder is verplicht om bestuurders, passagiers en andere personen die hij het voertuig laat gebruiken te wijzen op de regels van de verhuur en er voor te zorgen dat deze zich hier ook aan houden. 9. Huurder dient onder meer zorgvuldig om te gaan met de bij het voertuig behorende sleutels, de bediening van de alarminstallatie en de bij het voertuig behorende documenten (zoals het kentekenbewijs en de grensdocumenten). 10. Huurder mag het voertuig niet gebruiken voor rijles of voor vervoer van personen tegen betaling anders dan voor carpooling. Met het voertuig mag huurder geen wedstrijden rijden, of snelheids-, rijvaardigheids- of betrouwbaarheidstesten doen.

  • Onderzoek De ondernemingsraad of de personeelsvertegenwoordiging heeft het recht onderzoek te laten doen naar de werkdruk, als de werkgever hiervoor toe- stemming geeft. Als de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging om een derge- lijk onderzoek vraagt en de werkgever weigert dit, dan is er een beroepsmo- gelijkheid bij de Vaste Commissie (zie artikel 61).