Sleutelfuncties. 1. Het fonds stelt de volgende sleutelfuncties in: een risicobeheerfunctie, interne auditfunctie en actuariële functie. Hierbij kan het fonds onderscheid maken tussen de houder en de vervuller(s) van een sleutelfunctie. De invulling van de sleutelfuncties, de taken en verantwoordelijkheden behorende bij de afzonderlijke functies, de escalatielijnen en de wijze waarop de rapportages plaatsvinden, worden vastgelegd in de actuariële en bedrijfstechnische nota van het fonds. 2. Sleutelfunctiehouders verrichten hun taken op een objectieve, eerlijke en onafhankelijke manier. Zij zijn geschikt voor hun functie en hun betrouwbaarheid staat buiten twijfel. De sleutelfunctiehouder wordt uit zijn taak ontheven als de sleutelfunctiehouder niet meer voldoet aan de geschiktheids- en betrouwbaarheidseisen. 3. De sleutelfunctiehouder wordt niet uit zijn functie ontheven vanwege de behoorlijke uitoefening van de sleutelfunctie.
Appears in 3 contracts
Sleutelfuncties. 1. Het fonds stelt de volgende sleutelfuncties in: een risicobeheerfunctie, interne auditfunctie en actuariële functie. Hierbij kan het fonds is onderscheid maken gemaakt tussen de houder en de vervuller(s) vervuller van een sleutelfunctie. De invulling van de sleutelfuncties, sleutelfuncties en de taken en verantwoordelijkheden behorende bij de afzonderlijke functies, functies worden samen met de escalatielijnen en de wijze waarop de rapportages plaatsvinden, worden plaatsvinden ten aanzien van de sleutelfuncties vastgelegd in de actuariële en bedrijfstechnische nota van het fonds.
2. Sleutelfunctiehouders De houder en vervuller verrichten hun taken op een objectieve, eerlijke en onafhankelijke manier. Zij zijn geschikt voor hun functie dienen te voldoen aan de deskundigheids- en hun betrouwbaarheid staat buiten twijfelbetrouwbaarheidseisen zoals opgenomen in het door het bestuur opgestelde functieprofiel dan wel taakomschrijving. De sleutelfunctiehouder houder dan wel de vervuller wordt uit zijn taak functie ontheven als de sleutelfunctiehouder hij niet meer voldoet aan de geschiktheids- gestelde deskundigheids- en betrouwbaarheidseisen.
3. De sleutelfunctiehouder wordt niet uit zijn functie ontheven vanwege incidentenregeling van het pensioenfonds is van toepassing op de behoorlijke uitoefening houder en de vervuller van de sleutelfunctie.
Appears in 1 contract
Samples: Statuten