Sociaal domein Voorbeeldclausules

Sociaal domein. In hoofdstuk IV. wordt de organisatie en (wijze van) samenwerken beschreven. Bijlage 1 omvat de feitelijke afspraken en de daarbij behorende rollen en verantwoordelijkheden (Wie is waarop aanspreekbaar?)
Sociaal domein. Goede zorg en ondersteuning voor wie nodig
Sociaal domein. Prestatiekader 2020 – 2024 Prestatieafspraken 2020 blijven wonen en zet middels een Wooncoach ook in op voorlichting en begeleiding. De Zes Kernen zet door fysieke ingrepen ook in op het levensloopbestendig maken van de voorraad. Maasdelta legt in hun 55+ complexen ook sterk de verbinding met aangesloten zorgdiensten en biedt huurders aan in dit kader kleine woningaanpassingen te doen. Dat laatste geldt ook voor Xxxxxxxx, die tevens enkele complexen aanwijzen als speciaal gebouw voor ouderen om aldaar te investeren in het bijzondere karakter van seniorencomplexen. senioren kan informeren en adviseren. Eind 2019 wordt geëvalueerd of de Wooncoach structureel wordt ingezet. De Xxxxx xxx Xxxxxx zorgt samen met Careyn voor programmering van de gemeenschappelijke ruimtes van onze complexen in samenspraak met de bewonerscommissies. • De Zes Kernen verbetert de levensloopbestendigheid van woningen op verzoek van bewoners, naar verwachting ca. 20 per jaar. • Maasdelta stimuleert een brede inzet van de ontmoetingsruimten, ook voor buurtbewoners. In de praktijk lukt dit goed als vanaf de start een dergelijke opzet is gehanteerd met een professionele organisatie die dit trekt. Soms vindt uitwisseling plaats van contacten met andere ontmoetingslocaties in de wijk, bv. Groenewoud. • De complexen van Maasdelta met een goede toe- en doorgankelijkheid en ontmoetingsruimte (Puttesteijn, Hof van Noord, Xxxxxx Xxxxxxxxx, Serreburgh en Hart van Groenewoud) blijven een 55+label houden en worden ook benut voor zelfstandig of begeleid wonen met zorgdiensten binnen bereik. • Maasdelta biedt haar huurders aan kleine woningaanpassingen te laten doen waardoor mensen langer zelfstandig kunnen blijven wonen. • Xxxxxxxx is voornemens om met kleine woningaanpassingen mensen langer zelfstandig te laten wonen. • Woonbron heeft twee gebouwen in Nissewaard aangewezen als speciaal gebouw. In de M.A. de Ruijterstraat en het Pagininihof wordt geïnvesteerd in het bijzondere karakter als seniorencomplex. • Woonbron zal de komende jaren in de ouderencomplexen aan Paganinihof, M.A. de Ruijterstraat, Lobeliastraat en Heijermansflat de collectieve stallingen voor scootmobielen aan alle brandveiligheidseisen aanpassen, maar zal ook in andere complexen gaan handhaven op scootmobielen in collectieve ruimten. Woonbron gaat in 2020 met de gemeente in gesprek over welke grenzen worden gesteld aan de mogelijkheid om scootmobielen in wooncomplexen te stallen en over de uitbreidingsmogelijkheden daarvan.
Sociaal domein. 6.4 Begeleide Participatie 12.545 12.507 13.422 13.427 13.494 13.330 -72 97 Voor een nadere toelichting op de verschillende afwijkingen wordt verwezen naar de toelichting bij de verschillende posten in de paragraaf 2.3.3 Toelichting op het overzicht van baten en lasten.
Sociaal domein. De afgelopen bestuursperiode heeft het sociaal domein vooral in het teken gestaan van het ‘financieel op orde brengen’. In de komende vier jaren kan de inhoud weer meer centraal gesteld worden. Dat betekent overigens niet dat daarmee de financiële risico’s van de baan zijn. De open einde financiering, het onzekere rijksbeleid en onvoorzienbare lokale omstandigheden zullen ook de komende periode ervoor zorgen dat het sociaal domein binnen de gemeentebegroting de meest onzekere begrotingspost is. Mochten hierdoor financiële problemen ontstaan, dan zullen binnen de gehele gemeentebegroting hiervoor oplossingen gevonden moeten worden. De ‘sociale’ uitvoering van het sociaal domein van de afgelopen jaren zetten we voort. Het recht op zorg en inkomen blijft onverminderd van kracht. De inwoners van onze gemeente die ondersteuning nodig hebben om volwaardig te kunnen participeren in onze samenleving, kunnen op ons rekenen. Immers, iedereen verdient het om mee te doen in de samenleving. Preventief beleid en het verbeteren van de (gemeentelijke) dienstverlening staan daarbij centraal. Ook in het sociaal domein is voorkomen beter dan genezen. Het preventief beleid zal daarom meer aandacht krijgen. In de voorjaarsnota is reeds extra geld opgenomen voor het jongerenwerk en het sociaal maatschappelijk werk op scholen. De verbetering van de (gemeentelijke) dienstverlening kent vele facetten. De doorontwikkeling van het jeugdteam, het opzetten van een sociaal wijkteam en (onderzoek naar) het afschaffen van de gesloten jeugdzorg maken daar een belangrijk onderdeel van uit. Het prioriteit geven aan meer preventief beleid en het verbeteren van de (gemeentelijke) dienstverlening zal ook een financiële consequentie hebben. In de komende bestuursperiode zullen hiertoe specifieke voorstellen worden ontwikkeld. Elk voorstel wordt per geval bezien en beoordeeld, met name in het licht van de (totale) financiële positie van de gemeentebegroting. De positie van de dorpshuizen en de relatie met ‘Xx Xxxxxx’ vergt een nadere oriëntatie. Meer samenwerking is nodig om ook in de kernen buiten Monnickendam tot een volwaardig sociaal- cultureel werk te kunnen komen en om tot een oplossing te kunnen komen voor de financiële problematiek van een aantal dorpshuizen. In deze bestuursperiode bekijken we de mogelijkheden om de bibliotheek te transformeren van een klassieke bibliotheek naar een bibliotheek met een brede maatschappelijke functie, waar ook media, programmering, events en online cursu...
Sociaal domein. Programma Sociaal Domein‌ Ontwikkeling / inhoud Gemeenten staan met inwoners, cliëntenraden, Wmo-raden, woningcorporaties, zorgverzekeraars, publiek en private dienstverleners voor de uitdaging om een passend antwoord te vinden op verschillende vraagstukken binnen het Sociaal Domein. Met de Jeugdwet, Participatiewet en Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) zijn gemeenten per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor nieuwe taken en doelgroepen. Gemeenten hebben tot op zekere hoogte de vrijheid om zelf te bepalen op welke wijze de gemeenten de (nieuwe) behoeften van inwoners willen behartigen. Al jaren werken de regiogemeenten vanuit de Regio Gooi en Vechtstreek intensief samen om verschillende (nieuwe en oude) taken gezamenlijk uit te voeren. Op deze wijze wordt de schaal van de regio (lees de samenwerking) optimaal benut. Het kader c.q. de basis van deze samenwerking varieert. Soms is het een wettelijke vereiste, soms gaat het om het optimaal benutten van de (regionale) schaal en soms vormt de mate van expertise het vertrekpunt. De komende jaren zal het accent opschuiven van (beleidsmatige) voorbereiding naar het organiseren van goede beheerstructuren. (marktmeesterschap, monitoring, contractbeheer) Daarnaast zal er vanuit de regionale samenwerking aandacht zijn voor het optimaliseren van de werkprocessen met de lokale uitvoering. Taken 1. RVE Programmasturing: uitvoering geven aan en het ontwikkelen en realiseren van programma’s en plannen met gemeenten. 2. RVE GGD: uitvoering geven aan alle kerntaken die op grond van de Wet Publieke Gezondheid tot het werkterrein van de regionale gezondheidsdiensten behoren. 3. RVE Jeugdgezondheidszorg: ouders en kinderen worden voorzien van informatie, advies en ondersteuning voor wat betreft Jeugdgezondheidszorg. 4. RVE Maatschappelijke dienstverlening: gemeentelijke dienstverlening aan burgers, namelijk uitvoering van de regionale urgentieregeling tot invulling steunpunt huiselijk geweld. 5.RVE inkoop en contractbeheer: ontwikkelen en realiseren van inkooptrajecten en het uitvoeren van het contractbeheer voor de individuele voorzieningen
Sociaal domein. Het sociaal domein gaat over alles wat mensen in hun directe bestaan raakt. Het heeft primair betrekking op zorg, welzijn, arbeid, onderwijs, gezondheidszorg en vrije tijdsbesteding. Het sociaal domein gaat dus om mensen en de wijze waarop zij in staat zijn om deel te nemen aan de samenleving. Een veilige leefomgeving is een belangrijke randvoorwaarde hiervoor.
Sociaal domein. De ambitie in de Woonzorgvisie Leidschendam-Voorburg 2022 t/m 2030 is het realiseren van voldoende en kwalitatief geschikte woningen voor verschillende doelgroepen met waar nodig passende begeleiding. De maatschappelijke partners in Leidschendam-Voorburg die zich bezighouden met welzijn, wonen, zorg en ondersteuning van thuiswonende ouderen, hebben de ambitie te komen tot een sterk netwerk voor de realisatie van een dekkende voorzieningenstructuur voor thuiswonende ouderen[1]. Samen met de woningcorporaties en de huurdersorganisaties zet de gemeente zich blijvend in voor vroegtijdige signalering van schuldenproblematiek om o.a. uithuiszettingen te voorkomen. Omwille van de doorstroming en het tijdig verhuizen van senioren zetten de woningcorporaties zoveel mogelijk in op het realiseren van en aanpassen naar geschikte woningen voor senioren, waar mogelijk geclusterd. Dit is in lijn met de Nationale prestatieafspraken. Woonvormen met een mix van jong en oud kunnen langer thuis bevorderen overeenkomstig het Reisadvies Oud en zelfstandig in 2030. Daarnaast faciliteert de gemeente ontmoeting en welzijnsvoorzieningen. De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting van statushouders, de uitstroom uit zorginstellingen en de maatschappelijke opvang van inwoners die dakloos zijn of dreigen te worden. De taakstelling vanuit het Rijk voor de huisvesting van statushouders wederom neemt fors toe in 2024. Gezien het lagere aantal verhuringen zijn er minder geschikte woningen (grootte, huurprijs, labeling) beschikbaar voor de aandachtsgroepen, waaronder statushouder en uitstromers, naast de reguliere woningzoekenden. Uit de cijfers van de SVH blijkt dat 46% van de grote woningen en 39% van de kleine woningen in de regio Haaglanden in de periode 2022 tot halverwege 2023 zijn toegewezen aan urgente groepen (statushouders, medisch en sociaal urgenten en zorguitstromers via convenantwoningen). Dit betekent een verdere afname van het vrijkomende aanbod aan woningen. In het wetsvoorstel Versterking Regie Volkshuisvesting – verwacht in 2024 – is voorgesteld een afgebakend deel van de aandachtsgroepen verplichte urgentie te geven. De huisvesting van statushouders verloopt in dit wetsvoorstel niet via urgentieregeling, maar via huidige wettelijke taakstelling statushouders. Daarvoor is aanpassing van de Huisvestingsverordening noodzakelijk en moeten daarop aansluitend prestatieafspraken worden gemaakt.

Related to Sociaal domein

  • Sociaal beleid 1. Het sociaal beleid is geïntegreerd in het ondernemingsbeleid. 2. Ter voldoening van het in lid 1 gestelde zal de werkgever zich verbinden op basis van de Wet op de Ondernemingsraden, ter beoordeling van het gevoerde sociaal beleid in de onderneming, één maal per jaar een sociaal jaarverslag uit te brengen aan de ondernemingsraad. 3. Een schriftelijk uitgebracht jaarverslag zal tevens aan vakverenigingen worden verstrekt en op aanvraag aan iedere werknemer.

  • Sociaal Fonds Cao-partijen hebben in 2012 een cao Sociaal Fonds Huisartsenzorg, SSFH afgesloten, voor het eerst algemeen verbindend verklaard bij besluit van 22 maart 2013 van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Stcrt 2013, 5130) en voor het laatst gewijzigd en algemeen verbindend verklaard op 31 januari 2022 (Stcrt 2022, 297). Het fonds heeft tot doel het ontwikkelen en ondersteunen van activiteiten op het gebied van arbeidsmarkt, scholing en sociaal beleid in de huisartsenzorg. Werkgevers die onder de werkingssfeer van de cao SSFH vallen zijn jaar- lijks een bijdrage verschuldigd aan de SSFH. Tot 1 april 2016 zijn de werkgevers jaarlijks een bijdrage verschuldigd van 0,8% van het totale pensioengevend salaris op jaar- basis van alle in het voorafgaande jaar in dienst zijnde werknemers. Met ingang van 1 april 2016 bedraagt de bijdrage aan SSFH 0,7% van het pensioengevend salaris. Vanaf 1 april 2016 draagt de werknemer, door een bijdrage aan de werkgever van 0,1% van zijn vigerende pensioen- gevend salaris van die maand, bij aan de jaarlijkse bijdrage aan de stichting. De werkgever houdt hiertoe deze afdracht maandelijks in op het brutosalaris van de werknemer. Voor 2022 geldt het volgende. De premieafdracht aan SSFH blijft 0,7%, maar eenmalig voor 2022 wordt hierop een korting aangebracht van 0,1%. Voor de werkgever bedraagt derhalve de premieafdracht aan SSFH in 2022 0,6% van het totale pensioengevend salaris op jaarbasis van alle in het voorafgaande jaar in dienst zijnde werk- nemers. In 2022 kan de werkgever maandelijks maximaal 0,086% inhouden op het brutosalaris van de werknemer als werknemersbijdrage voor bovengenoemde 0,6% van het pensioengevend salaris.

  • Kortdurend zorgverlof De werknemer heeft recht op verlof voor de noodzakelijke verzorging in verband met ziekte van een persoon als bedoeld in het tweede lid.

  • Het verzekerde motorrijtuig De schade aan het verzekerde motorrijtuig is uitgesloten.

  • Langdurend zorgverlof 1. Is het noodzakelijk dat de medewerker zorgt voor een persoon die ziek is? En gaat het om een persoon zoals bedoeld in artikel 5:1 lid 2 van de Wet arbeid en zorg (WAZO)? Dan heeft de medewerker recht op langdurend zorgverlof. 2. Wil de medewerker gebruik maken van haar recht op langdurend zorgverlof? Dan gelden daarvoor de volgende regels in aanvulling op de WAZO. Of in afwijking van deze wet. a. De medewerker kan het zorgverlof alleen krijgen als ze al minstens 1 jaar bij de werkgever werkt. b. Het maximale aantal uur zorgverlof waar de medewerker recht op heeft is 13 keer het aantal uur dat de medewerker gemiddeld per week werkt. c. Tijdens het zorgverlof betaalt de werkgever 25% van het salaris van de medewerker door. Dit doet de werkgever maximaal tot de helft van het aantal uur dat de medewerker volgens haar arbeidsovereenkomst gemiddeld per week werkt. De doorbetaling geldt voor een periode van maximaal 6 maanden. En alleen in de volgende situatie: • De medewerker zorgt voor één of meer van de volgende personen: o Partner o Ouders, stiefouders, pleegouders of schoonouders o Kinderen, stiefkinderen, pleegkinderen of aangetrouwde kinderen • Deze persoon of personen zijn ernstig ziek en • Uit een schriftelijke verklaring van een behandelend arts blijkt dat het noodzakelijk is dat de medewerker deze persoon of personen thuis verzorgt. d. Blijft de medewerker vrijwillig pensioen opbouwen? Dan betaalt de werkgever het werkgeversdeel van de pensioenpremie door. De doorbetaling geldt voor een periode van maximaal 6 maanden. e. De medewerker neemt haar verlof per week op in een periode van maximaal 6 maanden zonder onderbreking. De medewerker mag verlof opnemen voor maximaal de helft van het aantal uur dat ze per week werkt. f. De medewerker kan de werkgever vragen of het verlof langer dan 6 maanden mag duren. Of ze kan vragen of ze meer uren verlof mag opnemen dan de helft van het aantal uur dat ze per week werkt. De werkgever stemt in met het verzoek van de medewerker, tenzij ze een heel belangrijke reden heeft om dit verzoek te weigeren.

  • Tegenstrijdigheid en wijziging Verwerkersovereenkomst 1. In het geval van tegenstrijdigheid tussen de bepalingen uit deze Verwerkersovereenkomst en de bepalingen van de Product- en Dienstenovereenkomst, dan zullen de bepalingen van deze Verwerkersovereenkomst leidend zijn. 2. Indien Partijen van de artikelen in de Model Verwerkersovereenkomst door omstandigheden moeten afwijken, of deze willen aanvullen, dan zullen deze wijzigingen en/of aanvullingen door Partijen worden beschreven en gemotiveerd in een overzicht dat als Bijlage 3 aan deze Verwerkersovereenkomst zal worden gehecht. Het bepaalde in dit lid geldt niet voor aanvullingen en/of wijzigingen van de Bijlagen 1 en 2. 3. Bij belangrijke wijzigingen in het product en/of de (aanvullende) diensten die van invloed zijn op de Verwerking van de Persoonsgegevens wordt, alvorens de Onderwijsinstelling de keuze hiertoe aanvaardt, de Onderwijsinstelling in begrijpelijke taal geïnformeerd over de consequenties van deze wijzigingen. Onder belangrijke wijzigingen wordt in ieder geval verstaan: de toevoeging of wijziging van een functionaliteit die leidt tot een uitbreiding ten aanzien van de te Verwerken Persoonsgegevens en de doeleinden waaronder de Persoonsgegevens worden Verwerkt. De wijzigingen zullen in Bijlage 1 worden opgenomen. 4. Wijzigingen in de artikelen van de Verwerkersovereenkomst kunnen uitsluitend in gezamenlijkheid worden overeengekomen. 5. In het geval enige bepaling van deze Verwerkersovereenkomst nietig, vernietigbaar of anderszins niet afdwingbaar is of wordt, blijven de overige bepalingen van deze Verwerkersovereenkomst volledig van kracht. Partijen zullen in dat geval met elkaar in overleg treden om de nietige, vernietigbare of anderszins niet afdwingbare bepaling te vervangen door een uitvoerbare alternatieve bepaling. Daarbij zullen partijen zoveel mogelijk rekening houden met het doel en de strekking van de nietige, vernietigde of anderszins niet afdwingbare bepaling.

  • Beschikbaarheid en onderhoud 6.1 Onverminderd het bepaalde in de sla, geldt het volgende voor wat betreft de beschikbaarheid van de dienst en eventuele onderbrekingen. 6.2 Leverancier neemt technische en organisatorische maatregelen om er voor te zorgen dat de dienst beschikbaar zal zijn. Leverancier kan echter niet garanderen dat deze genomen maatregelen te allen tijde doeltreffend zullen zijn. 6.3 Opdrachtgever is er zich van bewust dat de dienst afhankelijk is van een stabiele internetverbinding op de locatie waar opdrachtgever gebruik maakt van de dienst. Leverancier kan geen invloed uitoefenen op de internetverbinding, netwerk, apparatuur of alle andere diensten/apparaten die niet geleverd zijn door Leverancier. 6.4 In aanvulling op het vorige lid kan Leverancier ondersteuning leveren op de werking van de dienst en de daaraan gerelateerde diensten van derden. Leverancier is echter afhankelijk van de medewerking van opdrachtgever. De garanties zoals gegeven in de sla kunnen enkel worden gehaald in het geval dat opdrachtgever haar volledige en tijdige medewerking verleent. 6.5 Leverancier heeft het recht om haar dienst, bijbehorende websites of gedeelten daarvan tijdelijk buiten gebruik te stellen ten behoeve van onderhoud, aanpassing of verbetering daarvan, en of onderhoud, aanpassing of verbetering van de bijbehorende programmatuur of andere faciliteiten. Leverancier spant zich in dergelijke buitenge bruikstellingen zoveel mogelijk buiten kantooruren te laten plaatsvinden en opdrachtgever tijdig op de hoogte te stellen van de geplande buitengebruikstelling. In het geval dat Leverancier van mening is dat een buitengebruik stelling van de dienst – al dan niet tijdens kantooruren – noodzakelijk is voor de goede werking van de dienst, is zij gerechtigd de dienst per direct buiten gebruik te stellen zonder voorafgaande kennisgeving aan opdrachtgever. Leverancier is echter nooit gehouden tot enige vergoeding van schade in verband met zodanige buitengebruikstelling.

  • Welke schade is niet verzekerd? Schade door gevaarlijke, verontreinigende of vervuilende stoffen. Schade doordat uw computersysteem in beslag wordt genomen.

  • Welke schade is verzekerd? Schade aan zaken van een ander. Schade aan andere personen.

  • Welke kosten zijn verzekerd? ARAG betaalt alle kosten die verbonden zijn aan de behandeling van uw zaak door haar medewerkers; de zogenaamde interne kosten. Daarnaast vergoedt ARAG de volgende externe kosten tot een maximum van € 50.000,- all in per gebeurtenis. Voor de module A geldt binnen Nederland geen limiet. Buiten Europa en de niet-Europese landen grenzend aan de Middellandse Zee geldt hiervoor een limiet van € 10.000,-. Als er sprake is van een gerechtelijke of administratieve procedure waarbij het volgens de wet- en regelgeving niet verplicht is om een advocaat in te schakelen maar op uw verzoek de zaak wel aan een advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige in behandeling wordt gegeven, vergoedt ARAG de volgende externe kosten tot een maximum van € 6.000,- all in per gebeurtenis. Zijn er verschillende, met elkaar samenhangende gebeurtenissen, dan gelden deze kosten voor de reeks van gebeurtenissen tezamen: a. De kosten van een advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige, mits de kosten als normale en gebruikelijke kosten zijn te beschouwen. Het is bijvoorbeeld niet gebruikelijk meer kosten te maken dan het belang van de zaak. b. De kosten van één externe deskundige die ARAG namens u inschakelt. c. Uw deel van de kosten van mediation (een vorm van geschiloplossing door middel van een onafhankelijke en deskundige bemiddelaar), als in overleg met ARAG geprobeerd wordt een geschil door mediation op te lossen. d. De noodzakelijke reis- en verblijfkosten als u persoonlijk voor een buitenlandse rechter moet verschijnen. e. Griffierecht en kosten van namens u opgeroepen getuigen en deskundigen. f. De gerechtelijke kosten van de tegenpartij, voor zover de rechter heeft bepaald dat u die dient te betalen. Indien de tegenpartij wordt veroordeeld tot betaling van de gerechtelijke kosten, komen die aan ARAG toe. g. De kosten van het tenuitvoerleggen van een rechterlijke uitspraak, gedurende maximaal vijf jaar na de datum van de uitspraak.