Uitkering van het aanvullend partnerpensioen. 4.1 Het aanvullend partnerpensioen gaat in op de dag volgend op de dag waarop de deelnemer overlijdt.
4.2 Het aanvullend partnerpensioen wordt uitgekeerd tot en met de maand waarin de partner van de overleden deelnemer overlijdt, onder inhouding van de wettelijk verplichte bedragen.
4.3 De uitbetaling van het aanvullend partnerpensioen geschiedt bij achterafbetaling in termijnen van een maand, telkens voor het einde van die maand.
4.4 Op een ingegane uitkering van aanvullend partnerpensioen wordt geen toeslag verleend.
4.5 Een onjuiste pensioenuitkering kan door de verzekeraar worden herzien. De herziening kan plaatsvinden met terugwerkende kracht. Indien een pensioenuitkering in het nadeel van de pensioengerechtigde wordt herzien dan vordert de verzekeraar het onverschuldigd betaalde pensioen terug. Indien een pensioenuitkering in het voordeel van de pensioengerechtigde wordt herzien dan betaalt de verzekeraar het te weinig betaalde pensioen na.