Wat gebeurt er met het pensioenvermogen. 28.5a Als de deelnemer overlijdt vóór de pensioendatum? Voor deelnemers werkzaam bij werkgever BP Raffinaderij geldt het volgende: Bij overlijden van de deelnemer vóór de pensioendatum zal het pensioenkapitaal worden overgedragen aan een verzekeraar of aan een ander pensioenfonds naar keuze van de nagelaten partner en/of kinderen ter inkoop van pensioenuitkeringen aldaar en met inachtneming van de wettelijke bepalingen dienaangaande. De keuze zal door de betrokkenen binnen zes maanden na het overlijden aan het bestuur schriftelijk moeten worden bekend gemaakt. Indien deze keuze niet binnen de gestelde termijn is gemaakt, zal het bestuur het saldo van de pensioenspaarrekening aanwenden voor inkoop van pensioenaanspraken bij een door het bestuur te kiezen verzekeraar. Voor deelnemers werkzaam bij werkgever BP Europa SE - BP Nederland geldt het volgende: Bij overlijden van de deelnemer vóór de pensioendatum, wordt het tot dat moment opgebouwde pensioenvermogen – behoudens het pensioenvermogen dat op basis van vrijwillige stortingen bijeen is gebracht - aangewend voor een verhoging van het levenslange partnerpensioen, het tijdelijk partnerpensioen en het wezenpensioen uit hoofde van de regeling zoals vastgelegd in de artikelen 7, 8 en 9. Voor zover het saldo van de pensioenspaarrekening bij overlijden bestemd is voor bijzonder partnerpensioen, dient dit bij overlijden van de deelnemer voor de pensioendatum door de gewezen partner te worden aangewend voor een levenslang bijzonder partnerpensioen ten behoeve van de gewezen partner. De inkoopfactoren zijn opgenomen in bijlage 2. Het pensioenvermogen dat op basis van vrijwillige storting bijeen is gebracht dient te worden aangewend bij een verzekeraar voor aankoop van extra partnerpensioen en/of wezenpensioen op basis van de door de verzekeraar gehanteerde factoren die voor mannen en vrouwen gelijk zijn. Voor deelnemers werkzaam bij werkgever Castrol Nederland geldt het volgende: Bij overlijden van de deelnemer vóór de pensioendatum, wordt het tot dat moment opgebouwde pensioenvermogen – behoudens het pensioenvermogen dat op basis van vrijwillige stortingen bijeen is gebracht – aangewend voor een verhoging van het levenslange partnerpensioen, het tijdelijk partnerpensioen en het wezenpensioen uit hoofde van de regeling zoals vastgelegd in de artikelen 7, 8 en 9. Voor zover het saldo van de pensioenspaarrekening bij overlijden bestemd is voor bijzonder partnerpensioen, dient dit bij overlijden van de deelnemer voor...