Betaald verlof. 1. Iedere werknemer als bedoeld in artikel 1A sub e. van de CAO Bedrijfstakeigen Regelingen voor de Bitumineuze en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven, verder in dit reglement aangeduid als ‘werknemer’, heeft met inachtneming van de in artikel 2 genoemde voorwaarden gedurende 10 dagen recht op betaald verlof ten behoeve van de stervensbegeleiding van een persoon in de terminale fase als hieronder bedoeld: x. xx xxxxxxxx(o)t(e) of de persoon waarmee een werknemer een gezamenlijke huishouding voert en dit door middel van een notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst en/of partnerregistratie en/of door middel van een beschikking van de belastinginspecteur aan de werkgever bekend heeft gemaakt. b. Een bloed- of aanverwant in de eerste of tweede graad ( in de zin van boek 1 van het Burgerlijk Wetboek) of een kind dan wel de ouders van de persoon waarmee een werknemer een gezamenlijke huishouding voert en dit door middel van een notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst en/of door middel van een beschikking van de belastinginspecteur aan de werkgever bekend heeft gemaakt. c. Een pleegkind dat blijkens verklaringen uit de gemeentelijke basisadministratie op hetzelfde adres woont als de werknemer en door hem in diens gezin duurzaam wordt verzorgd en opgevoed op basis van een pleegcontract als bedoeld inartikel 5.2 eerste lid van de Jeugdwet. 2. Geen recht op betaald verlof als genoemd in lid 1 bestaat indien de onder a, b, of c bedoelde persoon binnen twaalf maanden vanaf de eerste dag van stervensbegeleiding opnieuw begeleiding bij sterven behoeft. 3. Iedere werknemer heeft met inachtneming van hetgeen is bepaald in artikel 3 gedurende 10 dagen recht op betaald rouwverlof in verband met de verwerking van het overlijden een persoon als bedoeld in lid 1 a t/m c. 4. Indien sprake is van deeltijdarbeid bestaat naar rato van de arbeidsduur richt op verlof voor stervensbegeleiding en op rouwverlof.
Appears in 2 contracts
Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement
Betaald verlof. 1. Iedere werknemer als bedoeld in artikel 1A sub e. van de CAO Bedrijfstakeigen Regelingen voor de Bitumineuze en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven, verder in dit reglement aangeduid als ‘werknemer’, heeft met inachtneming van de in artikel 2 genoemde voorwaarden gedurende 10 dagen recht op betaald verlof ten behoeve van de stervensbegeleiding van een persoon in de terminale fase als hieronder bedoeld:
x. xx xxxxxxxx(o)t(e) of de persoon waarmee een werknemer een gezamenlijke huishouding voert en dit door middel van een notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst en/of partnerregistratie en/of door middel van een beschikking van de belastinginspecteur aan de werkgever bekend heeft gemaakt.
b. Een bloed- of aanverwant in de eerste of tweede graad ( in de zin van boek 1 van het Burgerlijk Wetboek) of een kind dan wel de ouders van de persoon waarmee een werknemer een gezamenlijke huishouding voert en dit door middel van een notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst en/of door middel van een beschikking van de belastinginspecteur aan de werkgever bekend heeft gemaakt.
c. Een pleegkind dat blijkens verklaringen uit de gemeentelijke basisadministratie op hetzelfde adres woont als de werknemer en door hem in diens gezin duurzaam wordt verzorgd en opgevoed op basis van een pleegcontract als bedoeld inartikel 5.2 eerste lid van de Jeugdwet.
2. Geen recht op betaald verlof als genoemd in lid 1 bestaat indien de onder a, b, of c bedoelde persoon binnen twaalf maanden vanaf de eerste dag van stervensbegeleiding opnieuw begeleiding bij sterven behoeft.
3. Iedere werknemer heeft met inachtneming van hetgeen is bepaald in artikel 3 gedurende 10 15 dagen recht op betaald rouwverlof in verband met de verwerking van het overlijden van een persoon als bedoeld in lid 1 a t/m c.
4. Indien sprake is van deeltijdarbeid bestaat naar rato van de arbeidsduur richt op verlof voor stervensbegeleiding en op rouwverlof.
Appears in 2 contracts
Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement
Betaald verlof. 1. Iedere werknemer als bedoeld in artikel 1A 1 sub e. c. van de CAO Bedrijfstakeigen Regelingen voor de Bitumineuze en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven, verder in dit reglement aangeduid als ‘werknemer’, heeft met inachtneming van de in artikel 2 genoemde voorwaarden gedurende 10 dagen recht op betaald verlof ten behoeve van de stervensbegeleiding van een persoon in de terminale fase als hieronder bedoeld:
x. xx xxxxxxxx(o)t(e) of de persoon waarmee een werknemer een gezamenlijke huishouding voert en dit door middel van een notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst en/of partnerregistratie en/of door middel van een beschikking van de belastinginspecteur belastingsinspecteur aan de werkgever bekend heeft gemaakt.
b. Een bloed- of aanverwant in de eerste of tweede graad ( in de zin van boek 1 van het Burgerlijk Wetboek) of een kind dan wel de ouders van de persoon waarmee een werknemer een gezamenlijke huishouding voert en dit door middel van een notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst en/of door middel van een beschikking van de belastinginspecteur aan de werkgever bekend heeft gemaakt.
c. Een pleegkind dat blijkens verklaringen uit de gemeentelijke basisadministratie op hetzelfde adres woont als de werknemer en door hem in diens gezin duurzaam wordt verzorgd en opgevoed op basis van een pleegcontract als bedoeld inartikel 5.2 eerste in artikel 22 lid van 1 Wet op de JeugdwetJeugdzorg.
2. Geen recht op betaald verlof als genoemd in lid 1 bestaat indien de onder a, b, of c bedoelde persoon binnen twaalf maanden vanaf de eerste dag van stervensbegeleiding opnieuw begeleiding bij sterven behoeft.
3. Iedere werknemer heeft met inachtneming van hetgeen is bepaald in artikel 3 gedurende 10 dagen recht op betaald rouwverlof in verband met de verwerking van het overlijden een persoon als bedoeld in lid 1 a t/m c.
4. Indien sprake is van deeltijdarbeid bestaat naar rato van de arbeidsduur richt op verlof voor stervensbegeleiding en op rouwverlof.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement