Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. [verhuurder/zorgverlener] exploiteert een zorgboerderij met dagbesteding, verzorging en begeleiding aan mensen met een verstandelijke beperking. In dat kader wordt ook woonruimte ter beschikking gesteld. Voor alle bewoners geldt dat zij niet zelfstandig kunnen wonen en aldus afhankelijk zijn van de te beiden zorg. Voorwaarde voor plaatsing is een CIZ-indicatie. [huurder/zorgbehoevende] is een 35-jarige vrouw met het Downsyndroom. [huurder/zorgbehoevende] en [verhuurder/zorgverlener] zijn een zorgovereenkomst ten aanzien van dagbesteding aangegaan en een zorgovereenkomst ten aanzien van begeleid wonen. Op dezelfde datum is ook een huurovereenkomst gesloten. Allemaal voor onbepaalde tijd. Bij de huurovereenkomst is een proeftijd van zes maanden overeengekomen. De huurovereenkomst bepaald hoe opzegging dient te geschieden. Voordat [huurder/zorgbehoevende] daadwerkelijk in de woning was ingetrokken alsmede kort daarna hebben er incidenten plaatsgevonden tussen de ouders van [huurder/zorgbehoevende] en een medebewoner. Naar aanleiding hiervan heeft er een gesprek plaatsgevonden tussen de ouders en de begeleiders van [huurder/zorgbehoevende] en een medebewoner. Dit vond plaats in een tijdsbestek van ongeveer anderhalve maand. Vervolgens heeft [verhuurder/zorgverlener] een brief verstuurd naar de ouders van [huurder/zorgbehoevende] waarin hen een toegangsverbod werd opgelegd. De ouders hebben hier bij brief op gereageerd met de mededeling dat zij het daar niet mee eens waren. Ouders hebben zich vervolgens tot de klachtencommissie voor verzorging, verpleging en gehandicaptenzorg Friesland gewend. Het toegangsverbod bleef gedurende die periode intact. Ouders hebben op enig moment [huurder/zorgbehoevende] opgehaald uit het gehuurde/de zorginstelling. De klachtencommissie had de klacht van de ouders gegrond verklaard. Echter ondanks de beoordeling en motivering van de klachtencommissie heeft [verhuurder/zorgverlener] de huurovereenkomst opgezegd binnen de proefperiode van zes maanden.
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. [verhuurder/zorgverlener] verleent zorg alsmede woonzorgvoorzieningen aan mensen met een verstandelijke beperking. [huurder/zorgbehoevende] aanvaard zo weinig zorg dat (ruimschoots) niet aan de indicatiestelling kan worden voldaan. Zij weigert mee te werken aan het gezamenlijk opstellen van een ondersteuningsplan. Tevens is er sprake van dusdanige overlast en is de woning ernstig vervuild. Nu de geïndiceerde zorg niet geboden kan worden en er sprake is van de hiervoor genoemde bijkomende omstandigheden, kan volgens [verhuurder/zorgverlener] niet langer van haar gevergd worden de zorgovereenkomst gestand te doen. Op 2 maart 2012 is [huurder/zorgbehoevende] aangehouden door de politie. Toen [huurder/zorgbehoevende] terugkeerde naar het terrein van [verhuurder/zorgverlener] wordt haar de toegang tot de woning ontzegd. Op 28 maart 2012 heeft [verhuurder/zorgverlener] schriftelijk aan [huurder/zorgbehoevende] medegedeeld dat [verhuurder/zorgverlener] de tussen partijen bestaande zorgrelatie per 1 mei 2012 beëindigd. [huurder/zorgbehoevende] verblijft in de crisisopvang.
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. [verhuurder] en [zorgverlener] hebben een samenwerkingsverband. Een van de voorwaarden voor [verhuurder] om de huurovereenkomst met [huurder/zorgbehoevende] aan te gaan was dat er tussen [zorgverlener] en [huurder/zorgbehoevende] een begeleidingsovereenkomst tot stand zou komen die tot doel had woonbegeleiding te bieden teneinde te komen tot zelfstandig wonen. De huurovereenkomst is aangegaan voor de duur van de begeleidingsovereenkomst met een maximum van 12 maanden en de mogelijke eenmalige verlenging met 12 maanden. Uit coulance heeft [verhuurder] in samenspraak met de burgemeester aan [huurder/zorgbehoevende] een laatste kans huurovereenkomst in de zin van artikel 48 Woningwet juncto artikel 22a RTIV juncto artikel 7:271 BW voor de duur van één jaar aangeboden. De tussen [zorgverlener] en [huurder/zorgbehoevende] gesloten begeleidingsovereenkomst is met ingang van 1 maart 2017 met één jaar verlengd. [zorgverlener] heeft bij brief van 17 oktober 2017 de begeleidingsovereenkomst ontbonden vanwege – kort gezegd – het niet goed doorlopen van de begeleidingscontacten en evaluatiemomenten, hetgeen een belangrijk onderdeel uitmaakt van de afspraken in de begeleidingsovereenkomst.
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. Huur- en woonbegeleidingsovereenkomst zijn op dezelfde dag aangegaan. Wegens overlast heeft [verhuurder] gewaarschuwd dat indien de overlast niet ophoudt rechtsmaatregelen zullen worden getroffen. Enige tijd later heeft [zorgverlener] de woonbegeleidingsovereenkomst per direct beëindigd. [verhuurder] heeft de huurovereenkomst opgezegd waarbij werd gesommeerd de woning te ontruimen.
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. De huurovereenkomst tussen [hoofdverhuurder] en [onderverhuurder/zorgverlener] is voor eenzelfde periode aangegaan als de gemengde huur- en begeleidingsovereenkomst met [huurder/zorgbehoevende]. Hierbij is bepaald dat het goed verlopen van het woon-/leertraject [hoofdverhuurder] verplicht is de woning te verhuren aan [huurder/zorgbehoevende]. 🡪 Zgn. ‘omklap’-woning. In strijd met hetgeen in de begeleidingsovereenkomst was bepaald heeft [huurder/zorgbehoevende] harddrugs gebruikt, zichzelf van begeleiding onttrokken en geen dagbesteding gehad. [onderverhuurder/zorgverlener] heeft de huurovereenkomst met [hoofdverhuurder] opgezegd en de gemengde huur- en begeleidingsovereenkomst met [huurder/zorgbehoevende] buitengerechtelijk ontbonden en [huurder/zorgbehoevende] gesommeerd de woning te ontruimen.
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. [verhuurder/zorgverlener] stelt zich onder meer ten doel het beheren van woningen voor thuis- en daklozen en het bieden van begeleiding aan de naar haar oordeel daarvoor in aanmerking komende cliënten, in ieder geval bestaande uit het ondersteunen bij het zelfstandig bewonen van woonruimte. De begeleidingsovereenkomst is aangegaan voor de duur dat de huurovereenkomst van kracht is. [huurder/zorgbehoevende] is onder andere verplicht huur te betalen, begeleiding te accepteren en redelijke aanwijzingen op te volgen. Op enig moment blijkt dat er sprake is van het uitblijven van een structurele huurbetaling en alsmede dat [huurder/zorgbehoevende] aanwijzingen van de begeleiding niet opvolgt. Als gevolg hiervan heeft [verhuurder/zorgverlener] afspraken als voor stel voorgelegd. Deze zijn door [huurder/zorgbehoevende] niet geaccepteerd. Dientengevolge heeft [verhuurder/zorgverlener] de huurovereenkomst opgezegd met één maand opzegtermijn. In reactie hierop hebben partijen alsnog overeenstemming bereikt over de door [verhuurder/zorgverlener] gestelde voorwaarden. Wederom voldoet [huurder/zorgbehoevende] hier niet aan. Een aantal maanden later zegt [verhuurder/zorgverlener] de overeenkomst weer op met als toelichting (kort gezegd) het niet betaling van de huur alsmede het voornemen van [huurder/zorgbehoevende] de huurachterstand niet over te maken.
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. Kleinschalig woonproject voor jongvolwassenen die met enige zorgondersteuning zelfstandig kunnen wonen. Huurovereenkomst is aangegaan voor onbepaalde tijd.
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. [huurder/zorgbehoevende] heeft een verstandelijke beperking. [verhuurder/zorgverlener] ondersteunt en verzorgt deze mensen door middel van dagbesteding, verzorging en begeleiding. [huurder/zorgbehoevende] ziet zich in een ander kort geding geconfronteerd met een vordering tot ontruiming van de woning op de grond dat hij niet de contractueel voorgeschreven zorgovereenkomst met [verhuurder/zorgverlener] heeft.
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. [huurder/zorgbehoevende] is rolstoelafhankelijk en huurt sinds 1995 van [verhuurder] een zogenoemde ‘Focus-woning’. Dit is een woning tot stand gekomen op basis van overheidssubsidie en op basis van een samenwerkingsovereenkomst met [zorgverlener] speciaal bedoel voor mensen die behoefte hebben aan ADL-hulp. Op grond van de voor het realiseren van dit type woning ontvangen subsidies zijn [verhuurder] en [zorgverlener] verplicht deze te reserveren voor lichamelijk gehandicapte personen die voor het wonen met ADL-assistentie zijn geïndiceerd en geregistreerd. Sinds enige tijd neemt [huurder/zorgbehoevende] geen zorg meer af van [zorgverlener] en verkrijgt zij de door haar benodigde ADL-hulp via mantelzorg. [huurder/zorgbehoevende] heeft een nieuwe huurovereenkomst getekend voor een andere aangepaste woning. De geschiktheid hiervan is getoetst. [huurder/zorgbehoevende] heeft de woning nooit betrokken aangezien het advies van haar ergotherapeut luidt dat het de woning niet geschikt is voor [huurder/zorgbehoevende].
Bijkomende feiten en omstandigheden Kort geding. Huurovereenkomst tussen [hoofdverhuurder] en [onderverhuurder/zorgverlener] en huurovereenkomst met [huurder/zorgbehoevende] beide aangegaan voor de duur van 24 maanden met de mogelijkheid van verlenging van 24 maanden. Bij brief heeft [onderverhuurder/zorgverlener] onder meer het volgende aan [huurder/zorgbehoevende] geschreven: ‘’Het einde van de overeengekomen huurperiode eindigt en wij moeten helaas vaststellen dat u de gemaakte afspraken niet (goed) bent nagekomen. U hebt zich niet gehouden aan de voorwaarden die staan genoemd in het zorgcontract, te weten (…). Zo is ons gebleken dat u de afgelopen periode ernstige overlast heeft veroorzaakt waarvan vier eker melding is gemaakt bij de politie. (…) Gezien het voorgaande zijn wij niet voornemens onze begeleiding in het kader van huren onder voorwaarden aan u te verlengen en eindigt daarmee aan u dan ook zoals eerder afgesproken op 1 mei a.s. Voor zover nodig zeggen wij hierbij ons zorgcontract met u op tegen 1 mei a.s. Krachtens artikel 3.2 van uw huurovereenkomst eindigt daarmee ook uw huurovereenkomst van rechtswege op 1 mei a.s. en dient u zoals gezegd het gehuurde alsdan krachtens artikel 5.2 van uw huurovereenkomst te ontruimen en te verlaten onder inlevering van de sleutels bij ons.’’ [huurder/zorgbehoevende] heeft de woning niet verlaten.