Common use of Bijstand op verzoek Clause in Contracts

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip van informatie betreffende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte autoriteit haar mede of goederen die uit het grondgebied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving overtreden of overtreden hebben; b. de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgeving; c. goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld dat zij aanlei- ding kunnen geven tot overtredingen van de douanewetgeving; d. vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake terzake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgevingdouanewetgving, met inbegrip van informatie betreffende betref- fende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving wet- geving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte aan- gezochte autoriteit haar mede mee of goederen die uit het grondgebied grondge- bied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend voor- komend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen goede- ren zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, aan- gezochte autoriteit ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan waar- van een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving douanewet- geving overtreden of overtreden hebben; b. b) de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht bijeengebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingwetgeving van de andere partij; c. c) goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld meegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot ernstige overtredingen van de douanewetgeving; d. d) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden vermoe- den bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake terzake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip van informatie betreffende betref- fende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving wet- geving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte aan- gezochte autoriteit haar mede mee of goederen die uit het grondgebied grondge- bied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerduitge- voerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling douanerege- ling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte aan- gezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan waar- van een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving douanewet- geving overtreden of overtreden hebben; b. b) de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht bijeengebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingdoua- newetgeving; c. c) goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld meegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot overtredingen van de douanewetgevingdouane- wetgeving; d. d) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden vermoe- den bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake terzake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip van informatie betreffende betref- fende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving wet- geving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte aan- gezochte autoriteit haar mede mee of goederen die uit het grondgebied grondge- bied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend voor- komend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen goede- ren zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, aan- gezochte autoriteit ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan waar- van een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving douanewet- geving overtreden of overtreden hebben; b. b) de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht bijeengebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingwet- geving van de andere partij; c. c) goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld meegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot ernstige overtredingen van de douanewetgeving; d. d) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden vermoe- den bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake terzake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip van informatie betreffende betref- fende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving wetge- ving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte aan- gezochte autoriteit haar mede of goederen die uit het grondgebied grond- gebied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerduit- gevoerd, op regelmatige wijze in op het grondgebied van de andere partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte aan- gezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan waar- van een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving douanewet- geving overtreden of overtreden hebben; b. b) de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht bijeengebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingdou- anewetgeving; c. c) goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld meegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot overtredingen van de douanewetgevingdou- anewetgeving; d. d) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden vermoe- den bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake terzake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip van informatie betreffende betref- fende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving wet- geving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte aan- gezochte autoriteit haar mede mee of goederen die uit het grondgebied grond- gebied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerduit- gevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerdinge- voerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling dou- aneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte aan- gezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan waar- van een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving douanewet- geving overtreden of overtreden hebben; b. b) de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht bijeengebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingdou- anewetgeving; c. c) goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld meegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot overtredingen van de douanewetgevingdou- anewetgeving; d. d) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden vermoe- den bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake terzake dienende informatie die deze nodig heeft voor om erop toe te zien dat de correcte toepassing van de douanewetgevingdouanewetgeving correct wordt toegepast, met inbegrip van informatie betreffende voorgenomen of vastgestelde of voorgenomen transacties handelingen die op met deze wetgeving inbreuk maken in strijd zijn of zouden kunnen makenzijn. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte autoriteit haar mede of goederen die uit het grondgebied van een der overeenkomstsluitende partijen over- eenkomstsluitende partij zijn uitgevoerd, uitgevoerd op regelmatige wijze in de andere overeenkomstsluitende partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt partij neemt de aangezochte autoriteit, binnen in het kader van haar wetgeving, de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat toezicht wordt gehouden uitgeoefend op: a. (a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat van wie redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij handelingen verrichten of hebben verricht die met de douanewetgeving overtreden of overtreden hebbenin strijd zijn; b. de plaats (b) plaatsen waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht worden opgeslagen dat er redenen redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bedoeld zijn om aan bij handelingen in strijd met de douanewetgeving te nemen worden gebruikt; (c) goederenbewegingen waarover is bericht dat zij bestemd zijn voor transacties die aanleiding kunnen geven tot handelingen in strijd zijn met de douanewetgeving; c. goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld (d) vervoermiddelen waarvan redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij aanlei- ding kunnen geven tot overtredingen van de douanewetgeving; d. vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op bij handelingen in strijd met de douanewetgeving worden ge- bruikt, werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft ver- schaft de aange- zochte aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter ter- zake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip inbe- grip van informatie betreffende vastgestelde verrichtingen die gecon- stateerd of voorgenomen transacties gepland zijn en die op deze wetgeving inbreuk maken een overtreding vormen of zouden kunnen makenvormen van deze wetgeving. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte autoriteit haar mede of goederen die uit het grondgebied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, autoriteit ervoor dat toezicht wordt gehouden gehou- den op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat redelijkerwijs mag worden aangenomen dat zij de douanewetgeving overtreden of overtreden hebbenheb- ben; b. de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht dat er redenen zijn om aan te nemen b) goederenbewegingen waarvan wordt bericht dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgeving; c. goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot ernstige overtredingen van de douanewetgeving; d. c) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat redelijkerwijs mag worden aangenomen dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt ge- bruikt of zouden kunnen worden gebruikt; d) plaatsen waar voorraden goederen zo zijn samenge- bracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bedoeld zijn voor leveranties ten behoeve van transac- ties die in strijd zijn met de douanewetgeving van de andere partij.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip van informatie betreffende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving inbreuk maken, lijken te maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte autoriteit haar mede of goederen die uit het grondgebied van een der overeenkomstsluitende partijen Par- tijen zijn uitgevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij Partij zijn ingevoerdinge- voerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, autoriteit ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving overtreden of overtreden hebben; b. de plaats plaatsen waar voorraden goederen op zodanige wijze zo zijn bijeen- gebracht samengebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd bedoeld zijn voor leveranties ten behoeve van transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingdouanewetgeving van de andere partij; c. goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld dat zij aanlei- ding kunnen geven tot overtredingen van de douanewetgeving; d. vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake terzake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip van informatie betreffende betref- fende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving wet- geving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte aan- gezochte autoriteit haar mede of goederen die uit het grondgebied grond- gebied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerduit- gevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerdinge- voerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling dou- aneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte aan- gezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan waar- van een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving douanewet- geving overtreden of overtreden hebben; b. b) de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht bijeengebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingdou- anewetgeving; c. c) goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot overtredingen van de douanewetgevingdou- anewetgeving; d. d) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden vermoe- den bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake terzake dienende informatie die deze nodig heeft voor de correcte toepassing van de douanewetgeving, met inbegrip van informatie betreffende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte autoriteit haar mede mee of goederen die uit het grondgebied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling douanere- geling waaronder deze goederen zijn geplaatst.geplaatst.‌ 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt de aangezochte autoriteit, binnen het kader van haar wetgeving, autoriteit ervoor dat toezicht wordt gehouden op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan een gegrond ge- grond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving overtreden of overtreden hebben; b. b) de plaats waar voorraden goederen op zodanige wijze zijn bijeen- gebracht dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingwetgeving van de andere partij; c. c) goederenbewegingen waarover wordt medegedeeld meegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot ernstige overtredingen van de douanewetgeving; d. d) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat be- staat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.

Bijstand op verzoek. 1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte aangezochte autoriteit eerstgenoemde alle ter zake dienende informatie die deze nodig heeft voor om ervoor te zorgen dat de correcte toepassing van de douanewetgevingdouanewetgeving wordt nageleefd, met inbegrip van informatie betreffende vastgestelde of voorgenomen transacties die op deze wetgeving inbreuk maken of zouden kunnen maken. 2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte aange­ zochte autoriteit haar mede of goederen die uit het grondgebied van een der overeenkomstsluitende partijen zijn uitgevoerd, op regelmatige wijze in de andere partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst. 3. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit zorgt neemt de aangezochte aan­ gezochte autoriteit, binnen in het kader van haar wetgeving, ervoor dat de nood­ zakelijke maatregelen voor speciaal toezicht wordt gehouden op: a. a) natuurlijke personen of rechtspersonen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden bestaat dat zij de douanewetgeving overtreden of overtreden hebben; b. de plaats b) plaatsen waar voorraden goederen op zodanige wijze goederen zijn bijeen- gebracht opgeslagen dat er redenen zijn om aan te nemen dat zij die goederen bestemd zijn voor transacties die in strijd zijn met de douanewetgevingdou­ anewetgeving; c. c) goederenbewegingen waarover wordt ten aanzien waarvan de aangezochte autoriteit is medegedeeld dat zij aanlei- ding aanleiding kunnen geven tot overtredingen van de douanewetgeving; d. d) vervoermiddelen ten aanzien waarvan een gegrond vermoeden vermoe­ den bestaat dat zij voor het plegen van inbreuken op de douanewetgeving werden zijn gebruikt, worden gebruikt of zouden kunnen worden gebruikt.