Dienstreis Voorbeeldclausules

Dienstreis. De werkgever kan de werknemer opdragen een dienstreis te maken. Voor een werknemer in een van de functiegroepen 4 tot en met 14 gelden de uren waarin hij reist en/of arbeid verricht, en die buiten de volgens het rooster vastgestelde werktijden vallen, waardoor de duur van de nor- male werktijd wordt overschreden, als overwerk.
Dienstreis. Een reis en verblijf buiten de standplaats van de werknemer, in opdracht van werkgever of ter redelijke uitvoering van de aan de werknemer opgedragen taak, niet behorende tot zijn normale tewerkstelling.
Dienstreis. Een reis en verblijf in opdracht van de KLM buiten de standplaats van de werknemer, niet zijnde stati- onering, , tewerkstelling in Frankrijk, uitzending of detachering.
Dienstreis. 1. De kosten van een dienstreis worden vergoed als de medewerker de dienstreis in opdracht van RFH moet maken. 2. De medewerker die met het eigen vervoer reist, ontvangt een dienstreisvergoeding van € 0,29 per kilometer op basis van de gebruikelijke route. Een deel van de vergoeding is onbelast en een deel belast. Noot: de eventuele schade aan de eigen auto tijdens de dienstreis wordt niet door RFH vergoed. In de dienstreisvergoeding zit ook een vergoeding voor een zelf af te sluiten allrisk autoverzekering. 3. De medewerker die met het openbaar vervoer reist, kan de werkelijk gemaakte kosten (met betalingsbewijs) op basis van het laagste tarief declareren. 4. De medewerker kan een dienstreis met een poolauto (bestickerde RFH-auto) maken. De medewerker mag geen dienstreisvergoeding declareren. 5. De medewerker die een leaseauto heeft mag geen dienstreiskilometers declareren.
Dienstreis. Een dienstreis is een zakelijke reis die u maakt in opdracht van uw leidinggevende. U maakt een dienstreis naar een andere plek dan uw dagelijkse werkplek/standplaats. Dit is wat anders dan woon-werkverkeer.
Dienstreis. In principe worden dienstreizen met het openbaar vervoer gemaakt. Met instemming van de direct leidinggevende kan met de auto worden gereisd. Voor dienstreizen met het openbaar vervoer worden de werkelijk gemaakte kosten, indien van toepassing, vergoed op basis van openbaar vervoer tweede klas, tenzij voorafgaande toestemming verkregen is om op basis van openbaar vervoer eerste klas te reizen. De vergoeding voor dienstreizen per auto bedraagt € 0,28 netto per kilometer. Tolgelden, veergelden, etc. worden geacht in de vergoeding te zijn inbegrepen. Het aantal kilometers wordt berekend vanaf de standplaats als begin- en eindpunt van de dienstreis. In geval de kortste route van de dienstreis niet via de standplaats loopt, wordt de woonplaats van de werknemer als begin- en eindpunt van de reis beschouwd. Dienstreizen kunnen, indien de werknemer hiervoor kiest, in plaats van maandelijks , tweemaal per jaar gedeclareerd en uitbetaald te worden. Voor die werknemers die veelvuldig reizen of die onder bijzondere omstandigheden moeten reizen, kan de werkgever een afzonderlijke regeling treffen (leaseautoregeling).