Faling Voorbeeldclausules

Faling. De faling, ook wel faillissement genoemd, is de veroordeling van een ondernemer (natuurlijke persoon of rechtspersoon) waardoor de onderneming of het bedrijf de facto ophoudt te bestaan, en waarbij het vermogen van de ondernemer wordt aangeslagen om door de curator te worden aangewend tot delging van de schulden. De procedure van de faling wordt doorgaans ingezet naar aanleiding van een klacht van een schuldeiser. In bepaalde gevallen, maar niet altijd, houdt het faillissement ook de veroordeling in van de verantwoordelijken. Dat is het geval bij frauduleus failliet of bedrieglijk bankroet. In principe houdt dit ook in dat men in de toekomst geen eigen zaak meer mag uitbaten. Daarnaast bestaat ook de mogelijkheid van de “kwijtschelding”. Als er overduidelijk geen enkel spoor is van bedrog, fraude of wanbeheer, wat bv het geval kan zijn wanneer het bedrijf van een leverancier wordt meegesleurd in het faillissement van een afnemer, kan verschoning worden verleend, waardoor het bedrijf in faling vereffend wordt, en – ongeacht of daarbij alle schulden gedelgd kunnen worden – de bedrijfsleider of de aandeelhouders van de rechtspersoon opnieuw met een schone lei een zaak kunnen opstarten. Onder de vroegere handelswetgeving was het begrip “faling” voor sommigen niet van toepassing, omdat zij geacht werden geen daden van koophandel te stellen. Dat was het geval voor sommige vrije beroepen, voor sommige landbouwers en voor particulieren die hun schulden niet (kunnen) betalen. In dat geval spreekt men niet over faling of faillissement, maar over “persoonlijk onvermogen”. Bij persoonlijk onvermogen worden doorgaans ook alle bezittingen van de onvermogende aangeslagen en te gelde gemaakt voor het delgen van de schulden. In tegenstelling tot het faillissement wordt bij persoonlijk onvermogen geen kwijtschelding verleend. De openstaande schulden blijven verschuldigd, en worden vereffend via bv een gerechtelijk bevolen “loonbeslag”. Met de recente goedkeuring van het Wetboek Economisch Recht werd hierin een belangrijke wijziging doorgevoerd. Alle landbouwers, vrije beroepen en ondernemingen vallen nu onder de definitie “onderneming” en kunnen derhalve in aanmerking komen voor het faillissement en dus ook voor de kwijtschelding van de niet meer te delgen schulden. De kwijtschelding (vroeger : “verschoning”) behoorde in de vroegere wetgeving tot de mogelijkheden, in de huidige wetgeving is dit een recht geworden. Met de belangrijke nuance dat dit recht niet de facto geldt,...
Faling. In geval van faling, gerechtelijk akkoord of onroerend beslag vervalt het verbod tot verkopen vermeld in artikel twaalf, mits de beslaglegger en de curator zich verbinden om het in artikel zestien bepaalde na te leven. 15. Voorwaarden te vervullen door de hypothecaire kredietverlener ten opzichte van de verkoper.

Related to Faling

  • Begripsbepaling In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:

  • Slotbepaling Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing.

  • Prijsbepaling Deze opdracht is een opdracht tegen globale prijs. De opdracht tegen globale prijs is een opdracht waarin een forfaitaire prijs alle prestaties van de opdracht of van elk van de posten dekt.

  • Loondoorbetaling De werknemer die wegens ziekte of arbeidsongeschiktheid niet in staat is de bedongen arbeid te verrichten, behoudt in het eerste ziektejaar: a. gedurende de eerste zes maanden doorbetaling van het loon tot 95% en b. gedurende de tweede zes maanden tot 90% van het loon. In het tweede ziektejaar behoudt de werknemer: c. gedurende de eerste zes maanden doorbetaling van het loon tot 85% en d. gedurende de tweede zes maanden tot 80% van het loon.

  • Uitkering De maatschappij betaalt de schade-uitkering aan de verzekeringnemer, tenzij deze een ander aanwijst of de polisvoorwaarden anders bepalen.

  • Bekendmaking 1. De werkgever informeert de werknemer over de inhoud van de cao door de werknemer (een link naar) de volledige digitale cao en bijlagen te sturen. 2. De werkgever informeert tijdens een sollicitatieprocedure de geselecteerde eindkandidaten over de inhoud van de cao door hen (een link naar) de volledige digitale cao en bijlagen te sturen. 3. Van deze cao is een Engelse vertaling beschikbaar, welke digitaal is te raadplegen. Alleen de Nederlandse tekst heeft rechtskracht.

  • Arbeidsduurverkorting In het kader van de overeengekomen arbeidsduur voor de voltijdwerknemer in dagdienst, tweeploegendienst en drieploegendienst is de werktijd per werknemer/per afdeling in overleg met de Ondernemingsraad zodanig aangepast, dat de gemiddelde arbeidsduur 36 uur per week op jaarbasis bedraagt. Dit gemiddelde wordt verkregen door het toekennen van 24 adv-dagen (of 192 adv-uren) op jaarbasis, indien roostermatig 40 uur per week arbeid wordt verricht. 9.8.1 Deeltijdwerkers hebben geen aanspraak op adv, doch op een uurloon gebaseerd op een 36-urige werkweek. Voor zover het in overleg tussen werkgever en werknemer vast te stellen objectieve rechtvaardigingsgronden zijn. 9.8.2 Per afdeling worden de adv-dagen of -uren in onderling overleg ingeroosterd, c.q. opgenomen, waarvoor in principe alle dagen van de week beschikbaar zijn waarbij een kwalitatieve minimale bezetting leidraad is. Per kwartaal zal door de afdelingsleiding het adv-opnamepatroon worden geïnventariseerd teneinde cumulatie van adv-dagen/-uren te voorkomen. 9.8.3 De hier bedoelde vrijkomende uren zullen − met behoud van het overeengekomen maandinkomen − door de werknemer daadwerkelijk worden genoten, wat impliceert dat die dagen niet in enig bedrag in geld worden uitgekeerd, tenzij er sprake is van zgn. koopdagen. 9.8.4 Werknemer kan maximaal 12 adv-dagen laten uitbetalen. Werknemer heeft de keuze tussen: A – of een toeslag per maand op basis van 5,12% per adv-dag van het maandinkomen*). De werknemer geeft deze keuze aan het einde van het voorafgaande kalenderjaar door aan de werkgever. B – of het verkopen van niet opgenomen adv-dagen aan het einde van het kalenderjaar. De afrekening vindt plaats in januari daaraanvolgend op basis van 5,12% per adv-dag van het maandinkomen*). *) maandinkomen: maandsalaris plus eventuele ploegendiensttoeslag. 9.8.5 Indien de werknemer niet in staat is de aldus door de werkgever aangewezen vrijkomende uren te genieten, zullen deze uren vervallen, tenzij de werkgever de werknemer verplicht heeft op die uren werkzaam te zijn. 9.8.6 Indien de werknemer per kalendermaand meer dan 10 werkdagen onafgebroken arbeidsongeschikt is, worden 8 adv-uren afgeboekt. Bij een onafgebroken arbeidsongeschiktheid van meer dan 20 werkdagen binnen een kalendermaand, worden 2 adv-dagen (of 16 uren) afgeboekt.

  • Bedrijfshulpverlening Medewerkers die op verzoek van de werkgever naast hun werkzaamheden tevens bedrijfshulpverlener (BHV-er) zijn, krijgen hiervoor een vergoeding van maximaal € 75,- bruto/jaar bij het behalen of het verlengen van het certificaat.

  • Eenmalige uitkering Over de periode 1 januari 2020 tot 1 juli 2020 wordt een eenmalige uitkering uitbetaald van 3% over de verdiende maandsalarissen in deze periode. Deze eenmalige uitkering telt mee voor de vakantietoeslag en eindejaarsuitkering en is niet pensioengevend. Deze eenmalige uitkering wordt in juli 2020 uitbetaald gelijktijdig met de salarisverhoging. Of bij uitdiensttreding als een medewerker tussen 1 januari en 1 juli uit dienst treedt.

  • JAARREKENING BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA OPRICHTINGSKOSTEN VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa