De procedure Voorbeeldclausules
De procedure. Voordat je een bezwaarprocedure kunt starten moet je je geschil eerst binnen drie weken nadat het is ontstaan bespreken met je leidinggevende. Jij en/of je leidinggevende kan de personeelsadviseur vragen bij dit gesprek als bemiddelaar aanwezig te zijn.
De procedure. 1. Uitgaande van het werkpakket van een vestiging stelt de werkgever een dienstenpakket op.
2. Uitgaande van de voor de dienstuitvoering noodzakelijke inzet gebaseerd op het dienstenpakket (rijdiensten en reserve) stelt de werkgever per vestiging of groep voor het dienstregelingsjaar een concept basisrooster op van blokken waarbinnen de diensten ingedeeld kunnen worden. In het dienstrooster worden reserveblokken opgenomen om mutaties (ziekte, verlof e.d.) op te vangen. Binnen de onderneming worden dagelijks reservediensten gesteld om bij calamiteiten te kunnen worden ingezet.
3. De blokken omvatten raamtijden waarbinnen diensten ingedeeld worden.
4. De werknemers geven voor het dienstregelingsjaar op basis van hun arbeidsovereenkomst en eventuele tijdelijke aanpassingen aan welke werkdagen en blokken zij willen werken. Bij deze keuze wordt rekening gehouden met 9 diensten per 14 dagen. De werkgever dient bij de vaststelling van het basisrooster rekening te houden met 80 % van de vakantieaanvragen betrekking hebbend op dat dienstregelingsjaar met inachtneming van de op bedrijfsniveau afgesproken vakantieregeling.
5. Het overige verlof wordt op basis van aanvragen in de loop van het jaar toegekend.
6. Vanuit de inschrijvingen en rekening houdend met de wensen van de werknemers stelt de werkgever een definitief individueel basisrooster op. Bij de presentatie van het individuele basisrooster wordt aangegeven op welke wijze eventuele afwijkingen tussen persoonlijke voorkeuren en het basisrooster zijn verwerkt. Indien werknemers vooraf aangeven een voorkeur te hebben voor het vastzetten van de reeks 4 – 5 (in een aaneengesloten periode van 14 dagen) en dit vervolgens consequent invoeren in het systeem en na matching blijkt dat zij voornoemd patroon niet geheel conform hun wens toegekend hebben gekregen, dan zullen werkgevers zich tot het uiterste inspannen om voor hen alsnog het 4 – 5 patroon te optimaliseren.
7. Dit individuele basisrooster omvat per werknemer een overzicht van de voor hem vastgestelde blokken tijdens de looptijd van de dienstregeling waarin per week diensten ingedeeld worden en blokken die met reserve aangemerkt worden.
8. De regels die bij dit proces van concept tot definitief individueel basisrooster aangehouden worden, dienen goedgekeurd te worden door de ondernemingsraad.
De procedure. 1.1 De commissie beslist op basis van haar reglement en op basis van de door partijen aan Kifid ingestuurde documenten inclusief bijlagen. Het gaat om: 1) de klachtbrief van de consument;
De procedure. 1.1 Eisers hebben op 7 april 2016 deze procedure aanhangig gemaakt onder indiening van een memorie van eis. Daarin hebben zij het Scheidsgerecht verzocht om bij arbitraal vonnis:
1. de tussen partijen geldende – in de memorie van eis benoemde – overeenkomsten te ontbinden met ingang van een datum, gelegen zes maanden na de datum van de uitspraak van het scheidsgerecht;
2. voor recht te verklaren dat het MSB gehouden is de aan A. toekomende vergoeding uit hoofde van de met hem gesloten overeenkomst volledig en zonder enige korting door te betalen tot de datum van de sub 1 uit te spreken ontbinding van de overeenkomst;
3. voor recht te verklaren dat het MSB gehouden is op de datum als krachtens het onder 1 gevorderde bepaald aan A. een vergoeding te betalen op de voet van artikel 7 van de Ledenovereenkomst, te betalen op de in die overeenkomst voorgeschreven wijze, te vermeerderen met wettelijke handelsrente vanaf die datum tot aan de dag van algehele betaling;
4. aan B. een vergoeding toe te kennen terzake de voortijdige beëindiging van de overeenkomsten, tot een bedrag van € 1.050.000, althans een door het Scheidsgerecht in goede justitie te bepalen bedrag, te verhogen met wettelijke handelsrente vanaf de datum van indiening van deze memorie van eis tot aan de dag van algehele betaling;
5. het MSB te veroordelen aan B. een bedrag te betalen van € 22.455, verhoogd met wettelijke handelsrente vanaf de dag van verschuldigdheid, althans vanaf heden, en verhoogd met alle eventuele verdere onterechte inhoudingen vanaf 1 april 2016 tot de datum van ontbinding, eveneens verhoogd met rente zoals gevorderd;
6. alles met veroordeling van de stichting in de kosten van deze procedure, de kosten van de raadsman van ▇. en de buitengerechtelijke kosten daaronder begrepen. Bij de memorie van eis zijn producties gevoegd (genummerd 1–66).
1.2 Op 23 mei 2016 heeft de stichting een memorie van antwoord ingezonden. Zij heeft daarbij geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring, althans afwijzing, van alle vorderingen zoals ingesteld door eisers jegens de stichting, met veroordeling van eisers hoofdelijk in de kosten van dit arbitraal geding, de volledige kosten van rechtsbijstand daaronder begrepen, dan wel een door het Scheidsgerecht redelijk geachte tegemoetkoming in de kosten daarvan. Bij deze memorie van antwoord zijn producties gevoegd (genummerd 1–12, waarbij productie 1, zijnde een ‘historisch overzicht’, bestaat uit een aantal afzonderlijke producties genummerd 1–74).
...
De procedure. 1.1 Eisers hebben met een brief van 7 december 2018 van hun gemachtigde dit kort geding aanhangig gemaakt. Met een memorie van eis van diezelfde datum hebben zij verzocht dat het Scheidsgerecht bij arbitraal vonnis in kort geding, voor zoveel mogelijk uitvoer- baar bij voorraad:
1) het tussen partijen overeengekomen non-concurrentiebeding met betrekking tot eisers, geheel of gedeeltelijk schorst, althans geheel of gedeeltelijk buiten wer- king stelt op een door het Scheidsgerecht in goede justitie te bepalen wijze welke tot gevolg heeft dat het non-concurrentiebeding hen niet belemmert om vanaf 1 januari 2019, althans vanaf een door het Scheidsgerecht in goede justitie te bepa- len datum werkzaamheden voor D. te verrichten;
2) verweerster veroordeelt om te gehengen en te gedogen dat eisers vanaf 1 januari 2019 werkzaamheden voor D. gaan verrichten;
3) verweerster veroordeelt in de kosten van de procedure, met voorwaardelijke ver- oordeling van verweerster in de wettelijke rente over de uit te spreken kosten- veroordeling, indien en voor zover betaling van de proceskostenveroordeling niet binnen twee dagen na betekening van het te wijzen vonnis heeft plaatsgevonden. Bij deze memorie zijn tien producties (genummerd 1-10) gevoegd.
1.2 Met een brief van 13 december 2018 heeft de gemachtigde van ▇▇▇▇▇▇ een nadere pro- ductie (genummerd 11) ingezonden.
1.3 Verweerster heeft met een brief van 13 december 2018 een productie (genummerd 1) ingezonden.
1.4 De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden te Utrecht op 18 december 2018. Aan de zijde van eisers waren aanwezig: E. en F. (bestuurders van eiseres 1 respectieve- lijk eiseres 2), met de gemachtigde. Aan de zijde van verweerster waren aanwezig haar bestuurders G. (anesthesioloog) en H. (anesthesioloog-pijnspecialist), met de gemach- tigde. De gemachtigden hebben het woord gevoerd mede aan de hand van pleitaante- keningen, die aan het Scheidsgerecht zijn overgelegd. Verweerster heeft geconclu- deerd tot afwijzing dan wel niet-ontvankelijkverklaring van de vorderingen, met ver- oordeling van eisers in de kosten van de procedure, waaronder de kosten van rechtsbij- stand, uitvoerbaar bij voorraad.
1.5 Aan het einde van de mondelinge behandeling hebben partijen verklaard de mogelijk- heid van een minnelijke regeling nader te onderzoeken. Nadien heeft elk van de ge- machtigden aan het Scheidsgerecht bericht dat er geen regeling is tot stand gekomen en dat partijen een vonnis wensen. Met een e-mailbericht van 22 dece...
De procedure. 6.1 Rekening houdend met het genoemde onder de punten 4 en 5 kan de werknemer jaarlijks opgeven hoeveel vakantiedagen hij wenst te sparen in tijd of wenst uit te laten betalen. De opgave dient schriftelijk voor 15 december van ieder jaar, bij de afdeling Personeels- en salarisadministratie middels het daarvoor ter beschikking gesteld formulier.
6.2 Indien het maximum spaarsaldo van 100 dagen is bereikt, kunnen geen dagen meer worden gespaard.
6.3 De tussen werkgever en werknemer gemaakte afspraken in het kader van de cao à la Carte worden vastgelegd in het personeelsdossier van de betrokken werknemer.
De procedure. 1. De melder heeft het recht de melding toe te lichten, te controleren en/of te corrigeren voordat de melding verder in behandeling wordt genomen.
2. De melding wordt schriftelijk vastgelegd. De melder heeft het recht het verslag te controleren en/of te corrigeren.
3. Na schriftelijk akkoord op de vastlegging van de melding, wordt de provinciesecretaris of de hoogst leidinggevende onmiddellijk geïnformeerd, tenzij deze onderwerp is van de melding. Is dat het geval dan wordt de melding extern gedaan.
4. Nadat de provinciesecretaris of de hoogst leidinggevende is geïnformeerd is de melder beschermd tegen benadeling en start de termijn als bedoeld in 2.3 lid 2.
5. Binnen 8 weken na schriftelijke vastlegging van de melding neemt de werkgever schriftelijk en gemotiveerd een standpunt in. Als dit niet mogelijk is, dan wordt de melder schriftelijk geïnformeerd over de nieuwe termijn waarbinnen het standpunt wordt ingenomen. Indien de totale termijn meer dan twaalf weken is, dan dient dit te worden gemotiveerd.
6. De melder wordt in de gelegenheid gesteld op het standpunt van de werkgever te reageren. Artikel 2.5: De uitvoering van het onderzoek
1. Er wordt geen onderzoek ingesteld als de melding niet gebaseerd is op redelijke gronden of op voorhand duidelijk is dat de melding geen betrekking heeft op een misstand in de zin van de wet. De melder wordt hier, binnen 14 dagen na het doen van de melding, schriftelijk en gemotiveerd over geïnformeerd.
2. De provinciesecretaris of de hoogst leidinggevende wordt van het instellen van een onderzoek naar de melding geïnformeerd. De melder ontvangt daar informatie over, inclusief een kopie van de onderzoeksopdracht mits dit het onderzoek niet schaadt.
3. Uitvoering van het onderzoek wordt gedaan door de functionarissen die zijn aangewezen bij het meldkanaal of zij adviseren dit op te dragen aan externe onderzoekers.
4. De persoon of de personen die (mogelijk) betrokken zijn bij het onderwerp van de melding voeren het onderzoek niet uit maar worden, indien dit het onderzoek niet schaadt, geïnformeerd over de melding.
De procedure. De procedure voor het behandelen van de klacht is:
1. De directie van EBN Certification bevestigt binnen 1 week de ontvangst van de klacht. In geval van een mondelinge klacht zal EBN Certification de bevestiging aanvullen met de omschrijving van de klacht.
2. De klacht wordt binnen 8 weken na ontvangst afgehandeld. Afschrift van de klacht wordt verstrekt aan degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, met behoudt van vertrouwelijkheid.
3. Door de directie wordt een persoon aangesteld, die op geen enkele wijze betrokken is bij het onderwerp van de klacht. Deze persoon wordt belast met de behandeling van de klacht. De naam van deze persoon wordt vermeld in de bevestiging van de klacht.
4. De persoon stelt een onderzoek in waarbij hij de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, in de gelegenheid stelt te worden gehoord. Van het horen wordt een verslag gemaakt.
5. De bevindingen, vergezeld van advies en aanbevelingen, worden gerapporteerd aan de directie van EBN Certification.
6. De directie van EBN Certification stelt de klager schriftelijk en gemotiveerd op de hoogte van de bevindingen van het onderzoek naar de klacht en van de eventuele conclusies die zij daaraan verbindt.
7. In overleg met de klant besluiten of de klacht gepubliceerd wordt. De directie van EBN Certification is verantwoordelijk voor alle beslissingen op elk niveau van het proces van behandeling van klachten en beroepszaken, het verzamelen en verifiëren van alle noodzakelijke informatie voor het valideren van de klacht- en of beroepszaak en draagt er zorg voor dat de eventuele conclusies volgend uit punt 6 opgevolgd worden door de hiervoor verantwoordelijke personen binnen EBN Certification.
De procedure. 1.1 Eisers hebben bij brief van 5 april 2013 met drie bijlagen dit geding aanhangig gemaakt. Hun gemachtigde heeft op 17 mei 2013 de memorie van eis met producties (genummerd 1 t/m 17) ingediend. Eisers vorderen de kliniek te veroordelen om “Tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de maatschap de goodwill, behorende bij het achterblijvende praktijkdeel van de maatschap in H., vastgesteld door en op basis van de geldende regels van de Orde van Medisch Specialisten, althans een goodwillvergoeding naar billijkheid, bedragende zoveel als het Scheidsgerecht, oordelende als goede mannen naar billijkheid zal bepalen;” en de kliniek te veroordelen “in de kosten van het Scheidsgerecht alsmede die van juridische bijstand aan de zijde van de maatschap en de wettelijke rente over de gevorderde bedragen van de datum van het arbitraal vonnis”.
1.2 De kliniek heeft op 27 juni 2013 een memorie van antwoord met producties (genummerd 1 t/m 6) ingediend. Zij concludeert tot afwijzing van de vorderingen van eisers met veroordeling van eisers in de kosten van deze procedure.
1.3 Bij brief van 4 oktober 2013 heeft de gemachtigde van ▇▇▇▇▇▇ nog een aanvullende productie toegezonden.
1.4 De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden te Utrecht op 10 oktober 2013. Namens eisers zijn verschenen mevrouw ▇. en de heer ▇., bijgestaan door hun gemachtigde mr. C.W.M. Verberne. Namens de kliniek zijn verschenen de heer ▇., algemeen directeur, en de heer ▇., medisch directeur, bijgestaan door haar gemachtigde ▇▇. ▇. ▇▇ Boer. Beide partijen hebben ter zitting, mede aan de hand van pleitaantekeningen, het woord gevoerd.
De procedure. 1.1 De commissie beslist op basis van haar reglement en op basis van de door partijen aan Kifid ingestuurde documenten inclusief bijlagen. Het gaat om: 1) het klachtformulier van de consument; 2) het verweerschrift van de uitvoerder en 3) de repliek van de consument.
1.2 Partijen zijn opgeroepen voor een digitale hoorzitting op 17 juni 2021. Partijen hebben hieraan deelgenomen.
1.3 De consument en de verzekeraar hebben gekozen voor een bindend advies. Dit betekent dat partijen elkaar aan de uitspraak kunnen houden.
