Levensloopverlofkorting Voorbeeldclausules

Levensloopverlofkorting. Voor elk jaar dat de deelnemer spaart, wordt het recht op een (nieuwe) heffingskorting opgebouwd: de levensloopverlofkorting. Zodra de deelnemer het tegoed uit de levensloopregeling opneemt, wordt deze heffingskorting verwerkt in de uitkering. De levensloopverlofkorting is gelijk aan het bedrag van de opname maar bedraagt maximaal € 201,- (2011) per kalenderjaar waarover is gespaard. Het bedrag wordt jaarlijks door de Belastingdienst vastgesteld.
Levensloopverlofkorting. Toelichting op de jaaropgaaf voor de werknemer Controleer uw persoonlijke gegevens. Als uw gegevens onjuist zijn, neem dan contact op met uw werkgever. Vraagt een instantie een opgaaf van uw loon, maak dan een fotokopie en bewaar het origineel, omdat dit maar eenmaal wordt verstrekt. Rubriek “BSN/sofinummer”. In 2007 verandert het sofinummer in het burgerservicenummer (BSN). Het BSN is hetzelfde nummer als uw sofinummer. Alleen de naam verandert. Het BSN geldt voor alle overheidsinstanties, dus ook voor de Belastingdienst. In de rubriek ”Loonheffingskorting” staat of de loonheffingskorting wel (code 1) of niet (code 0) is toegepast. Loonheffingskorting bestaat uit: de algemene heffingskorting en, als u daar recht op hebt, de arbeidskorting, de (alleenstaande-)ouderenkorting of de jonggehandicaptenkorting. In de rubriek ”Verrekende arbeidskorting” staat het bedrag aan arbeidskorting waarmee rekening is gehouden. In de rubriek ”Levensloopverlofkorting” staat het bedrag van de levensloopverlofkorting die uw werkgever heeft toegepast. De inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) is berekend over maximaal E 30.623. Model opgaaf gegevens voor de loonheffingen
Levensloopverlofkorting. 12. Ontvangen partneralimentatie of afkoopsommen daarvan.

Related to Levensloopverlofkorting

  • Levensloop 1. Na het genieten van levensloop heeft de werknemer het recht om terug te keren in zijn oude functie.

  • Zorgverlof De werkgever verleent de werknemer betaald zorgverlof in geval van ziekte en noodzakelijke verpleging van de partner, ouders of kinderen, stief-, schoon- of pleegfamilieleden van de werknemer of diens partner daaronder begrepen, voor ten hoogste tweemaal de werktijd per week per jaar. Indien blijkens een aan de werkgever te overleggen geneeskundige verklaring gedurende een langere termijn de voortdurende aanwezigheid van de werknemer bij de zieke noodzakelijk is, kan deze periode worden verlengd.

  • Levensloopregeling De werknemer overlegt met zijn leidinggevende voordat hij het gespaarde verlof uit de levensloopregeling opneemt. De werkgever kan zich verzetten tegen het moment van het opnemen op grond van zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang. Uitzondering hierop vormt ouderschapsverlof, zoals opgenomen in de Wet Arbeid en Zorg. De werkgever geeft de werknemer schriftelijk uitsluitsel binnen één maand, nadat hij het verzoek van de werknemer heeft ontvangen.

  • Kraamverlof De werknemer kan gedurende een tijdvak van vier weken twee dagen doorbetaald verlof opnemen als bedoeld in artikel 4:2 van de Wet arbeid en zorg ten behoeve van kraamverlof na bevalling van de echtgenote of geregistreerde partner met wie hij samenwoont of degene van wie hij het kind erkent.

  • Jaarrekening BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA OPRICHTINGSKOSTEN VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa

  • Kortdurend zorgverlof De werknemer heeft recht op verlof voor de noodzakelijke verzorging in verband met ziekte van:

  • Vakantie-uitkering 1. De werknemer heeft aanspraak op een vakantie-uitkering voor de tijd waarin hij salaris heeft ontvangen.

  • Ziekmelding a. De werknemer dient zich bij ziekte voor aanvangstijdstip van de werkzaamheden ziek te melden bij de directe chef. Dit dient telefonisch te geschieden. Melding moet hierbij worden gemaakt van de te verwachten duur en het verpleegadres (indien afwijkend van het woonadres).