Oorlogsrisico. 1. Vanaf het tijdstip waarop in de toekomst in Nederland een actieve oorlogstoestand intreedt, zal de navolgende bepaling gelden, ongeacht of de Verzekerde op dat tijdstip al dan niet in krijgsdienst is: de verzekerde bedragen zullen zijn teruggebracht tot 90% van de op dat tijdstip verzekerde bedragen.
2. Het in het vorige lid bepaalde wordt geacht niet in werking te zijn getreden indien binnen zes maanden na beëindiging van de oorlogstoestand, doch uiterlijk bij het opeisbaar worden van enig verzekerd bedrag, ten genoegen van de Maatschappij wordt aangetoond dat de Verzekerde op het in de aanvang van dat lid vermelde tijdstip en verder tijdens de gehele duur van de oorlogstoestand verblijf hield in een of meer andere landen dan Nederland, waar gedurende die tijd geen actieve oorlogstoestand heeft geheerst.
3. De Maatschappij zal uiterlijk negen maanden na het einde van het boekjaar waarin de actieve oorlogstoestand is beëindigd op de groep Polissen waarop deze of in hoofdlijnen daarmede overeenstemmende oorlogsbepalingen in werking zijn getreden, de reeds ingehouden kortingen alsnog geheel of gedeeltelijk uitbetalen en de voor de toekomst opgelegde kortingen geheel of gedeeltelijk laten vervallen, voor zover de aan het einde van bedoeld boekjaar berekende waarde van de gezamenlijke kortingen de totale waarde op dat tijdstip van de op rekening van de oorlog te stellen extra sterfteverliezen van genoemde groep overschrijdt.
4. Zowel de aanwezigheid als het tijdstip van intreden en beëindigen van een actieve oorlogstoestand zullen bindend worden vastgesteld door De Nederlandsche Bank. De overheid kan op grond van de Noodwet financieel verkeer beperkingen opleggen als het in Nederland oorlog is. Daarnaast kan de overheid de regels veranderen voor het verzekerde risico, de uitkeringen en wijzigingen van deze verzekering.
Oorlogsrisico. Op grond van de Noodwet financieel verkeer kan de overheid ingeval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden met betrekking tot alle lopende levensverzekeringen beperkingen opleggen en nadere voorschriften geven ten aanzien van onder meer het verzekerde risico, uitkeringen en mutaties. Deze beperkingen en nadere voorschriften gelden dan voor deze verzekering.
Oorlogsrisico. Onder oorlogsrisico wordt verstaan: – oorlog en op oorlog gelijkende handelingen, burgeroorlog, revolutie en opstand; – uitwerking van daaruit achtergebleven torpedo’s, mijnen, bommen en dergelijke oorlogswerktuigen ook indien de schade in vredestijd is ontstaan; – inbeslagneming en aanhouding op last van hoger hand.
Oorlogsrisico. 1. Vanaf het tijdstip waarop in enig gebiedsdeel van het Koninkrijk der Nederlanden een actieve oorlogstoestand intreedt zullen, ongeacht of de verzekerde op dat tijdstip al dan niet in krijgsdienst is, de verzekerde bedragen zijn teruggebracht tot 90% van de op dat tijdstip verzekerde bedragen. De eventuele premievrije bedragen zullen zijn verminderd met de bedragen van de voorgaande kortingen.
2. Binnen negen maanden na het einde van het boekjaar waarin de actieve oorlogstoestand is geëindigd beslist de verzekeraar of de opgelegde korting wordt gehandhaafd, of met terugwerkende kracht geheel of gedeeltelijk komt te vervallen. Deze beslissing is afhankelijk van het verschil tussen de aan het einde van het boekjaar berekende waarde van de gezamenlijke verminderingen en de extra sterfteverliezen als gevolg van de oorlogstoestand.
3. De aanwezigheid en de tijdstippen van intreden en beëindiging van een actieve oorlogstoestand zullen bindend worden vastgesteld door de Nederlandsche Bank.
Oorlogsrisico. 1. Vanaf het tijdstip waarop in de toekomst in Nederland een actieve oorlogstoestand intreedt worden de Verzekerde bedragen teruggebracht tot 90% van de op dat tijdstip Verzekerde bedragen. Dit geldt ongeacht of de Verzekerde op dat tijdstip wel of niet in het leger zit.
2. De bepaling in het vorige lid geldt niet als binnen zes maanden na beëindiging van de oorlogstoestand, maar uiterlijk bij het opeisbaar worden van een uitkering aan de Maatschappij wordt aangetoond dat de Verzekerde tijdens de oorlogstoestand buiten Nederland verbleef, in een land waar toen geen actieve oorlogstoestand heeft geheerst.
3. De Maatschappij betaalt uiterlijk negen maanden na het einde van het boekjaar waarin de oorlog is beëindigd ingehouden kortingen alsnog (deels) uit.
4. De Nederlandsche Bank bepaalt of er een actieve oorlogstoestand is en op welk tijdstip deze is begonnen en beëindigd. Hiervan kan niet worden afgeweken. De overheid kan op basis van de Noodwet Financieel Verkeer beperkingen opleggen als het in Nederland oorlog is. Daarnaast kan de overheid de regels veranderen voor het Verzekerde risico, de uitkeringen en wijzigingen van deze Verzekering.
Oorlogsrisico oorlog, oorlogsgeweld, gewapende internationale actie, burgeroorlog en oproer, revolutie, muiterij, opstand of de daaruit ontstane burgerlijke onlusten of elke vijandige daad gepleegd door of tegen een oorlogvoerende macht; - kaping, inbeslagneming, arrest, onder dwangbevel plaatsen of detentie welke het gevolg zijn van de hiervoor opgesomde gebeurtenissen, alsook de gevolgen ervan van iedere poging daartoe; - uitwerking van daaruit achtergebleven torpedo's, mijnen, bommen en dergelijke oorlogswerktuigen, ook indien de schade in vredestijd is ontstaan; - inbeslagneming en aanhouding op last van en ingevolge besluit van een Belgische of vreemde overheid.
Oorlogsrisico. Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade als gevolg van een oorlogsrisico.
Oorlogsrisico de schade is veroorzaakt door of ontstaan uit gewapend conflict, burgeroorlog, opstand, binnenlandse onlusten, oproer en muiterij. De 6 genoemde vormen van molest, alsmede de definities van deze vormen van molest vormen een onderdeel van de tekst, die door het Verbond van Verzekeraars op 2 november 1981 ter griffie van de Rechtbank te ‘s-Gravenhage is gedeponeerd.
Oorlogsrisico. Tijdens een oorlogstoestand in Nederland geldt een aantal beperkingen. Het maakt daarbij niet uit of een (gewezen) deelnemer of pensioengerechtigde wel of niet in krijgsdienst is. Wij stellen vast wanneer een oorlogstoestand begint en eindigt, tenzij De Nederlandsche Bank (DNB) dit doet. Gedurende de oorlogstoestand zijn: - verzekerde bedragen verminderd met 10%; - premievrije waarden verminderd met het bedrag waarmee de verzekerde bedragen zijn verminderd; - afkoopwaarden en overdrachtswaarden verminderd in dezelfde verhouding als de premievrije waarden. Deze verminderingen gelden niet als de (gewezen) deelnemer of pensioengerechtigde gedurende de gehele oorlogstoestand niet in Nederland verbleef. Maar in één of meer landen die gedurende die tijd niet in oorlog waren en waar ook geen oorlogshandelingen plaatsvonden. De (gewezen) deelnemer of pensioengerechtigde moet aantonen of dit voor hem van toepassing was. Dit moet hij doen binnen zes maanden nadat het einde van de oorlogstoestand is vastgesteld. Maar uiterlijk op het moment van opeisbaar worden van een uitkering, dan wel bij premievrijmaking of waardeoverdracht. Nadat het einde van de oorlogstoestand is vastgesteld, berekenen wij of het bedrag van de beperkingen hoger is dan het bedrag van de extra sterfteverliezen door de oorlogstoestand. Als dit het geval is, regelen wij uiterlijk negen maanden na het einde van het oorlogsjaar waarin de oorlogstoestand eindigde het volgende: - kortingen maken wij geheel of gedeeltelijk ongedaan; - eerder ingehouden kortingen betalen wij geheel of gedeeltelijk uit; - opgelegde kortingen voor de toekomst vervallen geheel of gedeeltelijk. De Minister van Financiën kan ons verplichten om andere beperkingen te gebruiken. Dan kan hij doen als de Noodwet Financieel Verkeer geldt. Dan vervallen de beperkingen in deze paragraaf.
Oorlogsrisico. Het overlijden van de verzekerde, als gevolg van een oorlogsgebeurtenis (= een gebeurtenis die het rechtstreeks of onrechtstreeks gevolg is van een offensieve of defensieve actie van een oorlogvoerende mogendheid) of van welke andere gebeurtenis van militaire aard ook is niet gedekt. Deze uitsluiting wordt tot elk overlijden uitgebreid, welke er ook de oorzaak van is, wanneer de verzekerde aan de vijandelijkheden actief deelneemt. Indien het overlijden van de verzekerde in een vreemd land gebeurt waar vijandelijkheden aan de gang zijn, dient er een onderscheid te worden gemaakt tussen twee gevallen: - indien het conflict losbarst tijdens het verblijf van de verzekerde, krijgt de verzekeringsnemer dekking van het oorlogsrisico voor zover de verzekerde niet actief aan de vijandelijkheden deelneemt; - indien de verzekerde zich naar een land begeeft waar een gewapend conflict bestaat, is de dekking van het oorlogsrisico altijd uitgesloten.