Overdracht van activiteiten Voorbeeldclausules

Overdracht van activiteiten. CAO-partijen zijn overeengekomen dat gedurende de looptijd van deze CAO geen overdracht van activiteiten zal plaatsvinden door één van bij tot de Sociale Eenheid betrokken vennootschap- pen aan een andere vennootschap waarin NS zeggenschap heeft dan wel zal verkrijgen, dan wel via een minderheidsdeelneming of gehele verkoop, alvorens er tussen CAO-partijen behorende bij de Sociale Eenheid resultaatgericht overleg is gevoerd over overgangsmaatregelen. Tevens is met de nieuwe werkgever resultaatgericht overleg gevoerd over de arbeidsverhoudingen, de arbeidsvoorwaardenvorming en arbeidsvoorwaarden in het kader van de overgang.
Overdracht van activiteiten. A ProRail krijgt zeggenschap in een andere vennootschap: Partijen hebben afgesproken dat er geen overdracht van activiteiten of gehele verkoop zal plaatsvinden aan een andere vennootschap tijdens de looptijd van de cao, tenzij er resultaatgericht overleg plaatsvindt over overgangsmaatregelen. Deze overgangsmaatregelen moeten betrekking hebben op onder andere: – de arbeidsverhoudingen, – de arbeidsvoorwaardenvorming en – de arbeidsvoorwaarden in het kader van de overgang. B ProRail krijgt geen zeggenschap in een andere vennootschap: Gaan er activiteiten over naar een andere vennootschap waar ProRail geen zeggenschap heeft of zal verkrijgen, dan heeft ProRail de intentie te bevorderen dat de betrokken partijen zoveel mogelijk handelen volgens de hierboven genoemde uitgangspunten.
Overdracht van activiteiten. Het kan zijn dat de werkgever gedurende de looptijd van deze CAO zeggenschap heeft gekregen of zal krijgen in een andere vennootschap. De partijen hebben afgesproken, dat in die omstandigheden geen overdracht van activiteiten of gehele verkoop zal plaatsvinden aan die andere vennootschap. Zo’n overdracht of verkoop kan alleen indien partijen resultaat- gericht overleg hebben gevoerd over overgangsmaatregelen. Die moeten betrekking hebben op onder meer de arbeidsverhoudingen, de arbeidsvoorwaardenvorming en arbeidsvoor- waarden in het kader van de overgang. Wanneer de feiten en omstandigheden dit toestaan, hebben bij het overgaan van personeel naar die andere vennootschap de volgende categorieën een voorkeurspositie: vrijwilligers onder de medewerkers in de bedrijfseenheid die zal overgaan; vrijwilligers onder de medewerkers die gewoonlijk de over te dragen werkzaamheden verrichten. Xxxx activiteiten over naar een werkgever waar XxxXxxx geen zeggenschap heeft en ook niet zal verkrijgen, dan heeft ProRail de intentie om te bevorderen dat de betrokken partijen zoveel mogelijk volgens het bovenstaande handelen.
Overdracht van activiteiten. ProRail krijgt zeggenschap in een andere vennootschap: Partijen hebben afgesproken dat er geen overdracht van activiteiten of gehele verkoop zal plaatsvinden aan een andere vennootschap tijdens de looptijd van de cao, tenzij er resul- taatgericht overleg plaatsvindt over overgangsmaatregelen. Deze overgangsmaatregelen moeten betrekking hebben op onder andere: – de arbeidsverhoudingen, – de arbeidsvoorwaardenvorming en – de arbeidsvoorwaarden in het kader van de overgang.

Related to Overdracht van activiteiten

  • Activiteiten De activiteiten die bijdragen tot het bereiken van de omzet* van de verzekerde* en die in de bijzondere voorwaarden beschreven zijn.

  • HOOFDACTIVITEIT Algemene overheidsdiensten

  • Einde dienstverband Het dienstverband eindigt:

  • Aanvullende diensten 6.1. Een Aanvullende Dienst kan slechts worden afgenomen indien Klant beschikt over het voor de desbetreffende Aanvullende Dienst vereiste hollandsnieuwe Abonnement. 6.2. Indien een Aanvullende Dienst in combinatie met een Abonnement wordt afgenomen is de minimale duur van de Aanvullende Dienst gelijk aan de minimale duur van het Abonnement, tenzij anders overeengekomen. 6.3. Tegen het einde van de minimumduur kan de Overeenkomst inzake een Aanvullende Dienst wederzijds worden opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste een maand. Ten aanzien van een opzegging is tevens artikel 19 van overeenkomstige toepassing. 6.4. Opzegging of ontbinding van een Aanvullende Dienst heeft geen gevolgen voor de Overeenkomst voor hollandsnieuwe Abonnement. Opzegging of ontbinding van hollandsnieuwe Overeenkomst betekent de automatische beëindiging van de Aanvullende Diensten.

  • Faciliteiten De toekenning en gebruikmaking van faciliteiten hebben betrekking op: a. De terbeschikkingstelling van publicatiemogelijkheden voor: • het doen van mededelingen van zakelijke en informatieve aard; • het bekendmaken van de namen van vertegenwoordigers of contactpersonen van vakorganisaties; • het aankondigen van vergaderingen van vakorganisaties; • het publiceren van beknopte verslagen van deze vergaderingen; • de kandidaatstelling van leden van de Ondernemingsraad. Een exemplaar van de te publiceren berichten en mededelingen wordt vooraf ter kennis van de ANWB gebracht. De directeur HRM is daarbij de contactpersoon voor de vakorganisaties; b. De terbeschikkingstelling van vergaderruimte ten behoeve van vergaderingen en in het algemeen ten behoeve van het onderhouden van contacten met de leden van vakorganisaties. Het gebruik van deze vergaderruimte geschiedt in beginsel binnen de normale kantoortijden, op basis van een tijdig ingediende aanvraag; c. Het gebruik in voorkomende gevallen van de interne postdienst voor de interne verspreiding van geadresseerde stukken van de vertegenwoordigers of contactpersonen van vakorganisaties; d. AWVN-werkgeversbijdrage Het door de ANWB betalen van de zogenoemde AWVN- werkgeverbijdrage-regeling volgens de tussen AWVN en de vakorganisaties overeengekomen procedure, waarbij de Stichting Fonds Industriële Bonden is belast met de inning, verantwoording en verdeling van de bijdrage. De bijdrage wordt jaarlijks geïndexeerd. e. Het bieden van een doorklikmogelijkheid op het Intranet van de ANWB naar de website van de vakorganisaties.

  • Illegale activiteiten Onder illegale activiteiten verstaan wij alle wettelijk niet toegestane activiteiten, zoals:

  • Onzekerheidsvereiste Deze overeenkomst beantwoordt – tenzij partijen uitdrukkelijk anders zijn overeengekomen – aan het vereiste van onzekerheid als bedoeld in artikel 7:925 BW, indien en voor zover de door verzekerde of een derde geleden schade, op vergoeding waarvan jegens MS Xxxxx respectievelijk een verzekerde aanspraak wordt gemaakt, het gevolg is van een gebeurtenis of een handelen of nalaten waarvan voor partijen ten tijde van het sluiten van de verzekering onzeker was dat daaruit schade voor de verzekerde of een derde was ontstaan of naar de normale gang van zaken nog zou ontstaan.

  • Opzegtermijnen De door de werkgever in acht te nemen termijn van opzegging bedraagt bij een arbeidsovereenkomst die op de dag van opzegging: - korter dan vijf jaar heeft geduurd: één maand; - vijf jaar of langer, maar korter dan tien jaar heeft geduurd: twee maanden; - tien jaar of langer, maar korter dan vijftien jaar heeft geduurd: drie maanden; - vijftien jaar of langer heeft geduurd: vier maanden. De door de werknemer in acht te nemen termijn van opzegging bedraagt één maand. Bij schriftelijke overeenkomst kan tussen werkgever en werknemer een langere wederzijdse opzeggingstermijn worden overeengekomen: voor de werknemer tot een maximum van 6 maanden en voor de werkgever zodanig dat deze niet korter is dan het dubbele van de termijn voor de werknemer.

  • Feiten Op 2 juli 2012 (datum van het ontvangstbewijs) dient de tussenkomende partij bij het college van burgemeester en schepenen van de stad Aalst een aanvraag in voor een stedenbouwkundige vergunning voor “de uitbreiding van een bestaand woon- en zorgcentrum”. De percelen zijn volgens de bestemmingsvoorschriften van het bij koninklijk besluit van 30 mei 1978 vastgestelde gewestplan „Aalst-Ninove-Geraardsbergen-Zottegem‟ gelegen in woongebied. De percelen zijn eveneens gelegen binnen de grenzen van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan „Afbakening regionaalstedelijk gebied Aalst‟, vastgesteld met een besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2003. De percelen zijn niet gelegen in een gebied waarvoor een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg geldt, noch binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde, niet-vervallen verkaveling. Tijdens het openbaar onderzoek, georganiseerd van 2 augustus 2012 tot en met 31 augustus 2012, dient de verzoekende partij een bezwaarschrift in. De dienst leefmilieu van de stad Aalst brengt, met betrekking tot de Vlarem-wetgeving en de groenaanleg, op 31 juli 2012 een voorwaardelijk gunstig advies uit. De GECORO van de stad Aalst verleent op 5 september 2012 het volgende gunstig advies: Het college van burgemeester en schepenen van de stad Aalst verleent op 5 november 2012 een stedenbouwkundige vergunning aan de tussenkomende partij en motiveert zijn beslissing als volgt: De verzoekende partij tekent tegen deze beslissing op 13 december 2012 administratief beroep aan bij de verwerende partij. De provinciale stedenbouwkundige ambtenaar adviseert in zijn verslag van 27 februari 2013 om dit beroep niet in te willigen en een stedenbouwkundige vergunning, onder voorwaarden, te verlenen. Na de hoorzitting van 26 februari 2013 beslist de verwerende partij op 28 maart 2013 om het beroep niet in te willigen en een stedenbouwkundige vergunning onder voorwaarden te verlenen. De verwerende partij motiveert haar beslissing als volgt: − Het advies van de stedelijke Brandweer van 10 augustus 2012 dient stipt gevolgd te worden. − Het advies van de stedelijke dienst Leefmilieu m.b.t. de Vlarem-Wetgeving dient stipt gevolgd te worden: De bepalingen van het milieuvergunningendecreet en zijn uitvoeringsbesluiten moeten nageleefd worden en voor de toevoeging dient een milieuvergunning te worden verkregen. In de stedenbouwkundige vergunning moet uitdrukkelijk naar de koppeling bouw- en milieuvergunning worden verwezen. − De stedenbouwkundige verordening inzake de afvoer van hemelwater en afvalwater (GR van 04-09-2001, goedkeuring door de BD van 14-02-2002 en publicatie in het BS van 16-04-2002) moet stipt worden nageleefd. − Het advies van Intergem van 23 augustus 2012 dient stipt gevolgd te worden. − Gelet op het advies van de Vlaamse Overheid, Onroerend Erfgoed Oost- Vlaanderen van 13 augustus 2012 is de meldingsplicht van toepassing bij eventuele archeologische vondsten. Archeologische vondsten moeten altijd aangegeven worden bij het Vlaams Instituut voor het Onroerend Erfgoed (xxxx://xxx.xxxx.xx/xxx-xxxxxx-xxxxxx/, tel 02/000.00.00). Dit is de bestreden beslissing.

  • Verzekerde kosten 1. De Stichting draagt de kosten van het advies en de rechtsbijstand die medewerkers van de Stichting aan u geven. Er geldt geen maximum. 2. De Stichting vergoedt externe rechtshulp* tot maximaal het verzekerde bedrag dat op het polisblad staat. Dit maximum geldt per juridisch probleem voor alle verzekerden samen en voor alle kosten voor rechtshulp bij elkaar. 3. Op het polisblad staan twee verzekerde bedragen, het Verzekerd bedrag Hoog en het Verzekerd bedrag Laag. Het Verzekerd bedrag Laag geldt in de hieronder genoemde gevallen. In alle andere gevallen geldt het Verzekerd bedrag Hoog. a. Het is volgens de wet niet verplicht om een advocaat of een andere deskundige in te schakelen, maar op uw verzoek gebeurt dit toch. b. Verhaal van schade in landen die niet in Europa of niet aan de Middellandse Zee liggen. 4. De Stichting vergoedt voor externe rechtshulp alleen de kosten die redelijk en nodig zijn. De Stichting vraagt vooraf aan de advocaat of andere deskundige een opgave van zijn kosten. Voor en tijdens de werkzaamheden beoordeelt de Stichting of de kosten redelijk en nodig zijn. Hiervoor kan de Stichting een schatting bij twee andere advocaten of andere deskundigen vragen. De Stichting vergoedt in dat geval de kosten op basis van het gemiddelde van de schattingen. 5. Zo nodig boven het verzekerde bedrag vergoedt de Stichting de volgende kosten tot € 5.000,- voor alle kosten bij elkaar. a. De kosten voor andere deskundigen, zoals experts. b. Uw deel van de kosten van mediation. Dit geldt alleen als de Stichting hiervoor vooraf toestemming heeft gegeven. c. De proces- en gerechtskosten, de kosten van arbitrage of bindend advies. d. De kosten van getuigen en van de tegenpartij als u die van de rechter moet betalen. e. De kosten voor gerechtelijke tenuitvoerlegging van een uitspraak van de rechter. De Stichting vergoedt deze kosten tot maximaal vijf jaar na de datum van de uitspraak. f. De noodzakelijke reis- en verblijfkosten als u persoonlijk voor een rechter in het buitenland moet komen. 6. Bij een strafzaak in het buitenland kan de overheid vragen om een waarborgsom voor uw vrijlating of om de brommer terug te krijgen. Deze waarborgsom kan de Stichting renteloos voorschieten tot maximaal € 100.000,-. De Stichting wil dit geld binnen een jaar terug hebben. Als de buitenlandse overheid de waarborgsom terugbetaalt, dan moet u ervoor zorgen dat de Stichting het geld terugkrijgt. Als de buitenlandse overheid de waarborgsom niet terugbetaalt, dan moet u het geld zelf terugbetalen. 7. Als iemand aansprakelijk is voor uw schade, maar dat niet kan betalen, dan vergoedt de Stichting uw schade tot maximaal € 1.250,-. Dit geldt alleen als u recht heeft op rechtshulp voor het verhalen van uw schade en de schade niet op een andere manier vergoed kunt krijgen. 8. De Stichting vergoedt niet de btw die u kunt verrekenen of de kosten van rechtshulp als u die ergens anders vergoed kunt krijgen.