Scholingsbudget. 5. Door werkgevers wordt gedurende de looptijd van de cao 1% van de loonsom, berekend over het ongemaximeerde sociaal verzekeringsloon, beschikbaar gesteld om op individuele basis te investeren in opleiding om de inzetbaarheid van werknemers te vergroten.
Scholingsbudget. 5. Werkgever stelt jaarlijks 1% van de loonsom (ongemaximeerd sociaal verzekeringsloon) beschikbaar voor een scholingsbudget om op individuele basis de inzetbaarheid van werknemers te vergroten.
Scholingsbudget. Voor scholing en/of opleiding die geen direct verband houdt met de functie die de medewerker op dat moment vervult of op korte termijn zal vervullen, maar die de loopbaan en ontwikkelingsmogelijkheden op de arbeidsmarkt bevordert, stelt de werkgever een budget ter beschikking van 250 euro per medewerker per jaar. De medewerker kan dit bedrag maximaal 5 jaar sparen tot een maximum van 1250 euro, is alleen te besteden aan scholing en/of opleiding en uitbetaling is niet mogelijk. Het opgebouwde saldo vervalt bij uitdiensttreding. Besteding van het persoonlijke budget vindt plaats bij een door het ministerie erkend instituut naar keuze, van dit standpunt kan afgeweken worden in overleg met HR.
Scholingsbudget. Het scholings-/ontwikkelingsbudget is minimaal 2% van de totale loonsom. Als je werkt in een functie waarvoor een verplichting tot (her)registratie geldt op grond van de Wet BIG, dan vergoedt je werkgever alle noodzakelijke kosten die voor de (her)registratie gemaakt moeten worden. Je maakt met je werkgever afspraken over welke activiteiten en kosten als noodzakelijk moeten worden beschouwd voor (her)registratie. De daarvoor benodigde tijd wordt als werktijd beschouwd.
Scholingsbudget. 5. Gedurende de looptijd van de cao wordt door werkgevers 1% van de loonsom, berekend over het ongemaximeerde sociaal verzekeringsloon, beschikbaar gesteld om op individuele basis te investeren in opleiding om de inzetbaarheid van werknemers te vergroten.