Staat van de goederen. 3.1 De te leveren Goederen worden gedefinieerd in een tussen de partijen overeengekomen nadere beschrijving met een unieke identificatiecode.
Staat van de goederen. Artikel 3 De Concessiehouder verklaart de in concessie gegeven Goederen bezichtigd te hebben, ze goed te kennen en akkoord te gaan met de staat waarin ze zich bevinden. De Concessiehouder verbindt er zich toe deze Goederen bij het einde van de Concessieovereenkomst in dezelfde staat of in betere staat achter te laten met uitzondering van de normale slijtage waarvoor de Concessiehouder niet aansprakelijk is. Bij de aanvang (sluiting) van de Concessieovereenkomst en bij het einde van deze Concessieovereenkomst zullen daarom in aanwezigheid van beide Partijen en een deskundige, op tegensprekelijke wijze, een plaatsbeschrijving en een inventaris opgemaakt worden. Bij het einde van de Concessieovereenkomst wordt de plaatsbeschrijving en de inventaris opgemaakt nadat de Concessiehouder de Goederen volledig heeft ontruimd en uiterlijk op de laatste dag van de Concessieovereenkomst (de Einddatum). De deskundige wordt in gemeenschappelijk overleg tussen Partijen aangeduid en dit, voor wat betreft het opmaken van de plaatsbeschrijving en de inventaris op de Einddatum, ten laatste drie (3) maanden voor het einde van de Concessieovereenkomst. Bij gebrek aan akkoord tussen Partijen over de aan te stellen deskundige, zal de deskundige op verzoek van de meest gerede Partij door de vrederechter worden benoemd. De deskundige zal de opdracht krijgen de schade (waarvoor de Concessiehouder aansprakelijk is / wordt geacht door de Concessiegever) en de waarde ervan vast te stellen, alsmede de eventuele schadevergoeding wegens onbeschikbaarheid van de betrokken Goederen. Zowel bij de aanvang als bij het einde van de Concessieovereenkomst is de beslissing van de deskundige, welke door Partijen of de vrederechter werd aangeduid, definitief bindend. De plaatsbeschrijving en de inventaris opgesteld bij de aanvang van de Concessieovereenkomst, zullen een integrerend bestanddeel uitmaken van de Concessieovereenkomst (Appendix 2). Eventuele verborgen gebreken in de geconcedeerde Goederen dienen binnen zes (6) maanden na de sluiting van de Concessieovereenkomst door de Concessiehouder aan het AGB Willebroek gesignaleerd te worden. Indien belangrijke wijzigingen worden aangebracht nadat de plaatsbeschrijving is opgemaakt, kan elke Partij eisen dat een nieuwe plaatsbeschrijving wordt opgemaakt, hetgeen alsdan geschiedt op kosten van de Partij die zulks eist.
Staat van de goederen. Artikel 2 De concessiehouder heeft het gedeelte van het gebouw dat in concessie gegeven wordt voor de uitoefening van de concessie “uitbating cafetaria-activiteiten”, bezichtigd en gaat akkoord met de staat waarin het zich bevindt en aanvaardt het als zodanig. Hij verbindt er zich toe de goederen bij het einde van de overeenkomst in dezelfde staat of beter achter te laten met uitzondering van de normale slijtage waarvoor de concessiehouder niet aansprakelijk is of aansprakelijk kan worden gesteld. Bij de inwerkingtreding en bij het einde van deze concessiesovereenkomst wordt in aanwezigheid van beide partijen en op tegensprekelijke wijze een staat van bevinding en een inventaris opgemaakt. Beide documenten zullen een integrerend bestanddeel uitmaken van deze concessiesovereenkomst.
Staat van de goederen. Artikel 2
Staat van de goederen. §1. Er wordt een plaatsbeschrijving opgemaakt door de concessieverlener die bij aanvang van deze overeenkomst door beide partijen dient te worden ondertekend. De concessiehouder verklaart de in concessie gegeven gebouwen bezichtigd te hebben, ze goed te kennen en akkoord te gaan met de staat waarin ze zich bevinden. Bij beëindiging van de concessie wordt een eindplaatsbeschrijving opgemaakt. De goederen dienen te worden teruggegeven in de staat waarin ze zich bevonden bij aanvang van de concessieovereenkomst, rekening houdende met de normale gebruiksslijtage. Eventuele schade kan worden verhaald op de concessiehouder en verrekend met de waarborg.
Staat van de goederen. Artikel 2 De huurder verklaart het in tijdelijke verhuur gegeven gebouw bezichtigd te hebben of goed te kennen om akkoord te gaan met de staat waarin het zich bevindt en het als zodanig te aanvaarden. De huurder verbindt er zich toe het gebouw en de bijhorende goederen bij het einde van de overeenkomst in dezelfde staat of beter achter te laten, met uitzondering van de normale slijtage waarvoor de huurder niet aansprakelijk is.
Staat van de goederen. De concessiehouder verklaart de in concessie gegeven ruimten bezichtigd te hebben, ze goed te kennen om akkoord te gaan met de staat waarin ze zich bevinden en ze als zodanig te aanvaarden. De concessiehouder erkent dat deze ruimten in goede staat zijn. Hij is verantwoordelijk voor het behoud van deze toestand en zal de ruimten zorgvuldig onderhouden en ze bij het einde van de concessie in dezelfde staat of beter achter laten met uitzondering van de normale slijtage waarvoor de concessiehouder niet aansprakelijk is. Aan de concessieovereenkomst wordt een lijst gehecht van de roerende goederen welke zich in de in concessie gegeven lokalen moeten bevinden en dewelke een exploitatie moeten mogelijk maken. De lijst blijft tijdens de duurtijd van wat hier wordt overeengekomen behouden. Bij de inwerkingtreding en bij het einde van deze overeenkomst zullen in de aanwezigheid van beide partijen en op tegensprekelijke wijze door een deskundige, aangesteld door de concessionaris en voor gemeenschappelijke rekening van de betrokken partijen, een staat van bevinding en een inventaris van de roerende goederen opgemaakt worden. Beide documenten zullen een integrerend bestanddeel uitmaken van deze overeenkomst.
Staat van de goederen. De concessienemer verklaart de in concessie gegeven goederen, zoals beschreven in artikel 1, bezichtigd te hebben, ze goed te kennen en akkoord te gaan met de staat waarin ze zich bevinden en ze als zodanig te aanvaarden. De concessienemer verbindt er zich toe deze goederen bij het einde van de overeenkomst in dezelfde staat of beter achter te laten met uitzondering van de normale slijtage waarvoor de concessienemer niet aansprakelijk is. Bijgevolg zullen bij de inwerkingtreding én bij het einde van deze overeenkomst in aanwezigheid van beide partijen en op tegensprekelijke wijze en op gemeenschappelijke kosten een plaatsbeschrijving en een inventaris opgemaakt worden. Beide documenten zullen integraal deel uitmaken van deze overeenkomst.
Staat van de goederen. De concessionaris verklaart de in concessie gegeven gebouwen bezichtigd te hebben, ze goed te kennen en akkoord te gaan met de staat waarin ze zich bevinden en ze als zodanig te aanvaarden. De concessionaris verbindt zich ertoe deze goederen bij het einde van de overeenkomst in dezelfde staat of beter achter te laten, uitgezonderd de normale slijtage, waarvoor de concessionaris niet aansprakelijk is. Bij inwerkingtreding en bij het einde van de overeenkomst zullen daarom in aanwezigheid van beide partijen en op tegensprekelijke wijze een plaatsbeschrijving en een inventaris worden opgemaakt. Beide documenten maken integraal deel uit van deze overeenkomst.
Staat van de goederen. §1. De concessiehouder verklaart de ter beschikking gestelde ruimtes en goederen bezichtigd te hebben en gaat akkoord met de inrichting ervan zoals voorzien in het interieurontwerp en de staat waarin deze goederen zich bevinden.