Common use of Toekenningsmodaliteiten Clause in Contracts

Toekenningsmodaliteiten. Onverminderd de in de ondernemingen bestaande voordeliger toestanden wordt, samen met de loonafrekening van de maand december van de referteperiode, door de werkgevers een eindejaarspremie betaald aan. Artikel 3 Het bedrag van de eindejaarspremie wordt vastgesteld op 8,33 pct. van het effectieve brutoloon, uitbetaald aan 100 pct. tijdens de referteperiode en aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Artikel 4 Voor de toepassing van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst, dient onder “referteperiode” te worden verstaan: het beschouwde kalenderjaar. Artikel 5 Voor de berekening van de eindejaarspremie worden volgende periodes van schorsingen van de arbeidsovereenkomst gelijkgesteld met effectieve prestaties: - zwangerschapsverlof, bevallingsrust en geboorte-verlof; - ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval en tijdelijke werkloosheid (ook schoolverlaters in hun wachtperiode). Voor de berekening van de eindejaarspremie worden, vanaf 1 januari 2020, de periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst wegens profylactisch verlof, adoptieverlof, pleegouderverlof, verlof voor medische bijstand (maximum 3 maanden, per referteperiode, per arbeider) en palliatief verlof eveneens gelijkgesteld met effectieve prestaties. Per referteperiode wordt de gelijkstelling voor periodes van ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht en arbeidsongeval samen evenwel begrensd tot honderd twintig arbeidsdagen afwezigheid. Voor de periodes van tijdelijke werkloosheid wordt de gelijkstelling begrensd tot honderd twintig arbeidsdagen afwezigheid per referteperiode. In de berekening van de honderd twintig dagen wordt geen rekening gehouden met de schorsingen van de arbeidsovereenkomst waarvoor de werkgever gehouden is tot betaling van het loon aan 100 pct., noch met de tweede week gewaarborgd weekloon bij ziekte, noch met de jaarlijkse vakantiedagen. Het fictief loon dat in aanmerking genomen wordt voor de gelijkgestelde dagen, wordt berekend met inachtneming van het koninklijk besluit van 18 april 1974 en haar wijzigingen tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de Wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen. Artikel 6 In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag vóór 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 4, van het brutoloon uitbetaald tijdens de laatste zes maanden voor het vertrek. In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag na 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 3, van de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste twaalf maanden voor het vertrek. Artikel 7 In geval van overlijden van de arbeider, wordt de eindejaarspremie uitbetaald aan de rechthebbenden, volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6. §1. Er wordt een pro rata eindejaarspremie betaald naar rata van de geleverde en gelijkgestelde perioden tijdens de referteperiode, ongeacht de wijze waarop er een einde komt aan de arbeidsovereenkomst, behalve indien: - de arbeider ontslagen wordt wegens een dringende reden in zijnen hoofde; - de arbeider ontslag neemt en op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een anciënniteit van minder dan 3 jaar heeft in de onderneming. In toepassing van deze paragraaf wordt de pro rata eindejaarspremie betaald ten laatste gedurende de maand die volgt op deze tijdens dewelke de gebeurtenis zich heeft voorgedaan. Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding geeft recht op een pro rata eindejaarspremie. §2. De arbeiders met een contract van bepaalde duur, of voor duidelijk omschreven werk, of een vervangingsovereenkomst hebben eveneens recht op een pro rata eindejaarspremie. Zij genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Voor deze gevallen geldt de normale referteperiode niet. Wanneer het een contract van meer dan een jaar betreft, wordt per jaar een eindejaarspremie betaald, op basis van de dat jaar geleverde prestaties en waarbij de laatste afrekening ten laatste gebeurt op het ogenblik van het verlaten van de onderneming. Artikel 9 Deze eindejaarspremie mag niet worden gecumuleerd met de eindejaarsvoordelen welke eventueel op het vlak van de onderneming bestaan en die voordeliger zijn.

Appears in 3 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreements, Collective Labor Agreement

Toekenningsmodaliteiten. Onverminderd de in de ondernemingen bestaande voordeliger toestanden wordt, samen met de loonafrekening loon- afrekening van de maand december van de referteperiode, door de werkgevers een eindejaarspremie betaald aanaan alle arbeiders die minstens drie maanden anciënniteit tellen in de onderneming. Artikel 3 Het bedrag van de eindejaarspremie wordt vastgesteld op 8,33 pct. van het effectieve brutoloon, uitbetaald aan 100 pct. tijdens de referteperiode en aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Artikel 4 Voor de toepassing van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst, arbeidsovereenkomst dient onder “referteperiode” te worden verstaan: het beschouwde kalenderjaar. Artikel 5 Voor de berekening van de eindejaarspremie worden volgende periodes van schorsingen van de arbeidsovereenkomst gelijkgesteld met effectieve prestaties: - zwangerschapsverlof, bevallingsrust en geboorte-verlofgeboorteverlof; - ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval en tijdelijke werkloosheid (ook schoolverlaters in hun wachtperiode). Voor de berekening van de eindejaarspremie worden, vanaf 1 januari 2020, de periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst wegens profylactisch verlof, adoptieverlof, pleegouderverlof, verlof voor medische bijstand (maximum 3 maanden, per referteperiode, per arbeider) en palliatief verlof eveneens gelijkgesteld met effectieve prestaties. Per referteperiode wordt de gelijkstelling voor periodes van ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht en arbeidsongeval samen evenwel begrensd tot honderd twintig honderdtwintig arbeidsdagen afwezigheid. Voor de periodes van tijdelijke werkloosheid wordt de gelijkstelling begrensd tot honderd twintig honderdtwintig arbeidsdagen afwezigheid per referteperiode. In de berekening van de honderd twintig honderdtwintig dagen wordt geen rekening gehouden met de schorsingen van de arbeidsovereenkomst waarvoor de werkgever gehouden is tot betaling van het loon aan 100 pct., noch met de tweede week gewaarborgd weekloon bij ziekte, noch met de jaarlijkse vakantiedagen. Het fictief loon dat in aanmerking genomen wordt voor de gelijkgestelde dagen, wordt berekend met inachtneming van het koninklijk besluit van 18 april 1974 en haar wijzigingen tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de Wet wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen. Artikel 6 In geval van pensioen of stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vóór 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 4, 3 van het brutoloon uitbetaald tijdens de laatste zes maanden voor vóór het vertrek. In geval van pensioen of stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag na 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 3, 3 van de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste twaalf maanden voor vóór het vertrek. Artikel 7 In geval van overlijden van de arbeider, wordt de eindejaarspremie uitbetaald aan de rechthebbenden, rechthebbenden volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6. §1. Er Vanaf 1 juli 2017 wordt een pro rata eindejaarspremie betaald naar rata van de geleverde en gelijkgestelde perioden periodes tijdens de referteperiode, ongeacht de wijze waarop er een einde komt aan de arbeidsovereenkomst, behalve indien: - de arbeider ontslagen wordt wegens een dringende reden in zijnen hoofde; - de arbeider ontslag neemt en op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een anciënniteit van minder dan 3 jaar heeft in de onderneming. In toepassing van deze paragraaf wordt de pro rata eindejaarspremie betaald ten laatste gedurende de maand die volgt op deze tijdens dewelke de gebeurtenis zich heeft voorgedaan. Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding geeft recht op een pro rata eindejaarspremie. §2. De arbeiders met een contract van bepaalde duur, of voor duidelijk omschreven werk, of een vervangingsovereenkomst van minstens 3 maanden, hebben eveneens recht op een pro rata eindejaarspremie. Zij genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Voor deze gevallen geldt de normale referteperiode niet. Wanneer het een contract van meer dan een jaar betreft, wordt per jaar een eindejaarspremie betaald, op basis van de dat jaar geleverde prestaties en waarbij de laatste afrekening ten laatste gebeurt op het ogenblik van het verlaten van de onderneming. Artikel 9 Deze eindejaarspremie mag niet worden gecumuleerd met de eindejaarsvoordelen welke eventueel op het vlak van de onderneming bestaan en die voordeliger zijn.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreements, Collective Labor Agreement

Toekenningsmodaliteiten. Onverminderd de in de ondernemingen bestaande voordeliger toestanden wordt, samen met de loonafrekening van de maand december van de referteperiode, door de werkgevers een eindejaarspremie betaald aan. Artikel 3 Het bedrag van de eindejaarspremie wordt vastgesteld op 8,33 pct. van het effectieve brutoloon, uitbetaald aan 100 pct. tijdens de referteperiode en aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Artikel 4 Voor de toepassing van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst, dient onder “referteperiode” te worden verstaan: het beschouwde kalenderjaar. Artikel 5 Voor de berekening van de eindejaarspremie worden volgende periodes van schorsingen van de arbeidsovereenkomst gelijkgesteld met effectieve prestaties: - zwangerschapsverlof, bevallingsrust en geboorte-verlof; - ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval en tijdelijke werkloosheid (ook schoolverlaters in hun wachtperiode). Voor de berekening van de eindejaarspremie worden, vanaf 1 januari 2020, de periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst wegens profylactisch verlof, adoptieverlof, pleegouderverlof, verlof voor medische bijstand (maximum 3 maanden, per referteperiode, per arbeider) en palliatief verlof eveneens gelijkgesteld met effectieve prestaties. Per referteperiode wordt de gelijkstelling voor periodes van ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht en arbeidsongeval samen evenwel begrensd tot honderd twintig honderdtwintig arbeidsdagen afwezigheid. Voor de periodes van tijdelijke werkloosheid wordt de gelijkstelling begrensd tot honderd twintig honderdvijftig arbeidsdagen afwezigheid per referteperiode. In de berekening van de honderd twintig honderdvijftig dagen wordt geen rekening gehouden met de schorsingen van de arbeidsovereenkomst waarvoor de werkgever gehouden is tot betaling van het loon aan 100 pct., noch met de tweede week gewaarborgd weekloon bij ziekte, noch met de jaarlijkse vakantiedagen. Het fictief loon dat in aanmerking genomen wordt voor de gelijkgestelde dagen, wordt berekend met inachtneming van het koninklijk besluit van 18 april 1974 en haar wijzigingen tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de Wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen. Artikel 6 In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag vóór 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 43, van het brutoloon de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste zes maanden voor het vertrek. In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag na 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 3, van de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste twaalf maanden voor het vertrek. Artikel 7 In geval van overlijden van de arbeider, wordt de eindejaarspremie uitbetaald aan de rechthebbenden, volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6. §1. Er wordt een pro rata eindejaarspremie betaald naar rata van de geleverde en gelijkgestelde perioden tijdens de referteperiode, ongeacht de wijze waarop er een einde komt aan de arbeidsovereenkomst, behalve indien: - de arbeider ontslagen wordt wegens een dringende reden in zijnen hoofde; - de arbeider ontslag neemt en op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een anciënniteit van minder dan 3 jaar heeft in de onderneming. In toepassing van deze paragraaf wordt de pro rata eindejaarspremie betaald ten laatste gedurende de maand die volgt op deze tijdens dewelke de gebeurtenis zich heeft voorgedaan. Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding geeft recht op een pro rata eindejaarspremie. §2. De arbeiders met een contract van bepaalde duur, of voor duidelijk omschreven werk, of een vervangingsovereenkomst hebben eveneens recht op een pro rata eindejaarspremie. Zij genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Voor deze gevallen geldt de normale referteperiode niet. Wanneer het een contract van meer dan een jaar betreft, wordt per jaar een eindejaarspremie betaald, op basis van de dat jaar geleverde prestaties en waarbij de laatste afrekening ten laatste gebeurt op het ogenblik van het verlaten van de onderneming. Artikel 9 Deze eindejaarspremie mag niet worden gecumuleerd gecumu-leerd met de eindejaarsvoordelen welke eventueel op het vlak van de onderneming bestaan en die voordeliger zijn.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Toekenningsmodaliteiten. Onverminderd de in de ondernemingen bestaande voordeliger toestanden wordt, samen met de loonafrekening 2.1. De hoogste nominale waarde van de maand december van de referteperiode, door de werkgevers een eindejaarspremie betaald aanecocheque bedraagt _____ EUR. Artikel 3 2.2. Het totale bedrag van de eindejaarspremie wordt vastgesteld door de WERKGEVER toegekende ecocheques is gelijk aan twee honderd vijftig (250) EUR, op 8,33 pctjaarbasis voor een voltijdse tewerkstelling gedurende het volledig jaar. 3.3. Indien de WERKNEMER in de loop van een betreffende kalenderjaar in dienst is getreden van de WERKGEVER of hem heeft verlaten, gebeurt de berekening van het effectieve brutoloon, uitbetaald aantal aan 100 pct. tijdens de referteperiode en aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Artikel 4 Voor de toepassing hem toe te kennen ecocheques pro rata temporis van de bepalingen periodes gedurende welke hij op basis van deze collectieve arbeidsovereenkomst, dient onder “referteperiode” te worden verstaan: zijn arbeidsovereenkomst bij die WERKGEVER was tewerkgesteld tijdens het beschouwde betreffende kalenderjaar. Artikel 5 Voor 3.4. De gewone inactiviteitsdagen tussen twee tewerkstellingsperiodes moeten in aanmerking worden genomen. In geval van schorsing van de arbeidsovereenkomst gebeurt de berekening van het aantal toe te kennen ecocheques rekening houdend met het aantal dagen waarvoor de eindejaarspremie worden volgende periodes van schorsingen WERKNEMER loon heeft ontvangen. Worden ook in aanmerking genomen de dagen waarop de uitvoering van de arbeidsovereenkomst overeenkomst wordt geschorst ingevolge jaarlijkse vakantie, met of zonder betaling van een vakantiegeld. Xxxxxx bovendien gelijkgesteld met effectieve prestaties: - zwangerschapsverlofdagen waarvoor de WERKNEMER loon heeft ontvangen de dagen moederschapsverlof als bedoeld in artikel 39 van de arbeidswet van 16 maart 1971, bevallingsrust en geboorte-verlof; - de dagen arbeidsongeschiktheid gedekt door een vergoeding die wordt toegekend overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 12bis betreffende het toekennen van een gewaarborgd maandloon aan de werklieden in geval van arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval en tijdelijke werkloosheid (ook schoolverlaters of beroepsziekte aan de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten alsook de dagen arbeidsongeschiktheid gedekt door een vergoeding die wordt toegekend overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 13 bis betreffende het toekennen van een gewaarborgd maandloon aan sommige bedienden in hun wachtperiode). Voor de berekening geval van de eindejaarspremie worden, vanaf 1 januari 2020, de periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst wegens profylactisch verlof, adoptieverlof, pleegouderverlof, verlof voor medische bijstand (maximum 3 maanden, per referteperiode, per arbeider) en palliatief verlof eveneens gelijkgesteld met effectieve prestaties. Per referteperiode wordt de gelijkstelling voor periodes van arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht en recht, arbeidsongeval samen evenwel begrensd tot honderd twintig arbeidsdagen afwezigheid. Voor de periodes van tijdelijke werkloosheid wordt de gelijkstelling begrensd tot honderd twintig arbeidsdagen afwezigheid per referteperiode. In de berekening van de honderd twintig dagen wordt geen rekening gehouden met de schorsingen van de arbeidsovereenkomst waarvoor de werkgever gehouden is tot betaling van het loon aan 100 pct., noch met de tweede week gewaarborgd weekloon bij ziekte, noch met de jaarlijkse vakantiedagen. Het fictief loon dat in aanmerking genomen wordt voor de gelijkgestelde dagen, wordt berekend met inachtneming van het koninklijk besluit van 18 april 1974 en haar wijzigingen tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de Wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagenof beroepsziekte. Artikel 6 In geval van pensioen of stelsel werkloosheid 3.5. Indien de WERKNEMER deeltijds tewerkgesteld is, zal het aantal ecocheques berekend worden rekening houdend met bedrijfstoeslag vóór 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 4, van het brutoloon uitbetaald tijdens de laatste zes maanden voor het vertrek. In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag na 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 3, van de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste twaalf maanden voor het vertrekzijn werkregime (pro rata). Artikel 7 In geval van overlijden van de arbeider, wordt de eindejaarspremie uitbetaald aan de rechthebbenden, volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6. §1. Er wordt een pro rata eindejaarspremie betaald naar rata van de geleverde en gelijkgestelde perioden tijdens de referteperiode, ongeacht de wijze waarop er een einde komt aan de arbeidsovereenkomst, behalve indien: - de arbeider ontslagen wordt wegens een dringende reden in zijnen hoofde; - de arbeider ontslag neemt en op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een anciënniteit van minder dan 3 jaar heeft in de onderneming. In toepassing van deze paragraaf wordt de pro rata eindejaarspremie betaald ten laatste gedurende de maand die volgt op deze tijdens dewelke de gebeurtenis zich heeft voorgedaan. Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding geeft recht op een pro rata eindejaarspremie. §2. De arbeiders met een contract van bepaalde duur, of voor duidelijk omschreven werk, of een vervangingsovereenkomst hebben eveneens recht op een pro rata eindejaarspremie. Zij genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Voor deze gevallen geldt de normale referteperiode niet. Wanneer het een contract van meer dan een jaar betreft, wordt per jaar een eindejaarspremie betaald, op basis van de dat jaar geleverde prestaties en waarbij de laatste afrekening ten laatste gebeurt op het ogenblik van het verlaten van de onderneming. Artikel 9 Deze eindejaarspremie mag niet worden gecumuleerd met de eindejaarsvoordelen welke eventueel op het vlak van de onderneming bestaan en die voordeliger zijn.

Appears in 1 contract

Samples: Individuele Overeenkomst Met Betrekking Tot Ecocheques

Toekenningsmodaliteiten. Onverminderd de in de ondernemingen bestaande voordeliger toestanden wordt, samen met de loonafrekening van de maand december van de referteperiode, door de werkgevers een eindejaarspremie betaald aanaan alle arbeiders die minstens drie maanden anciënniteit tellen in de onderneming. Artikel 3 Het bedrag van de eindejaarspremie wordt vastgesteld op 8,33 pct. van het effectieve brutoloon, uitbetaald aan 100 pct. tijdens de referteperiode en aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Artikel 4 Voor de toepassing van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst, dient onder “referteperiode” referteperiode te worden verstaan: , het beschouwde kalenderjaar. Artikel 5 Voor de berekening van de eindejaarspremie worden volgende periodes van schorsingen van de arbeidsovereenkomst gelijkgesteld met effectieve prestaties: - zwangerschapsverlof, bevallingsrust en geboorte-verlof; vaderschapsverlof - ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval en tijdelijke werkloosheid (ook schoolverlaters in hun wachtperiode). Voor de berekening van de eindejaarspremie worden, vanaf 1 januari 2020, de periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst wegens profylactisch verlof, adoptieverlof, pleegouderverlof, verlof voor medische bijstand (maximum 3 maanden, per referteperiode, per arbeider) en palliatief verlof eveneens gelijkgesteld met effectieve prestaties. Per referteperiode wordt de gelijkstelling voor periodes van ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht en arbeidsongeval samen evenwel begrensd tot honderd twintig arbeidsdagen afwezigheid. Voor de periodes van tijdelijke werkloosheid wordt de gelijkstelling begrensd tot honderd twintig arbeidsdagen afwezigheid per referteperiode. In de berekening van de honderd twintig dagen wordt geen rekening gehouden met de schorsingen van de arbeidsovereenkomst waarvoor de werkgever gehouden is tot betaling van het loon aan 100 pct., noch met de tweede week gewaarborgd weekloon bij ziekte, noch met de jaarlijkse vakantiedagen. Het fictief loon dat in aanmerking genomen wordt voor de gelijkgestelde dagen, wordt berekend met inachtneming van het koninklijk besluit van 18 april 1974 en haar wijzigingen tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de Wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen. Artikel 6 In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag vóór 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 4, van het brutoloon uitbetaald tijdens de laatste zes maanden voor het vertrek. In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag na 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 3, van de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste twaalf maanden voor het vertrek. Artikel 7 In geval van overlijden van de arbeider, wordt de eindejaarspremie uitbetaald aan de rechthebbenden, volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6. Artikel 8 De arbeiders ontslagen om dringende redenen verliezen het recht op de eindejaarspremie. Artikel 9 In de gevallen, zoals bepaald in §1. Er wordt tot en met §.5., hebben de arbeiders recht op een pro rata eindejaarspremie betaald (naar rata van de geleverde en gelijkgestelde perioden tijdens prestaties gedurende de referteperiode): § 1. De arbeiders die de onderneming vrijwillig verlaten terwijl zij zich in een periode van tijdelijke werkloosheid bevinden, ongeacht in toepassing van artikel 51 van de wijze waarop er Wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, of wanneer zij gedurende hun opzeg een einde komt aan de arbeidsovereenkomsttegenopzeg geven, behalve indien: - de arbeider ontslagen voor zover deze arbeiders drie maanden anciënniteit tellen. § 2. De arbeiders waarvan het contract beëindigd wordt wegens een dringende reden in zijnen hoofde; - de arbeider ontslag neemt en op het ogenblik redenen van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een anciënniteit van minder dan 3 jaar heeft in de onderneming. In toepassing van deze paragraaf wordt de pro rata eindejaarspremie betaald ten laatste gedurende de maand die volgt op deze tijdens dewelke de gebeurtenis zich heeft voorgedaan. Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding geeft recht op een pro rata eindejaarspremieovermacht. §2§ 3. De arbeiders met een contract van bepaalde duur, of voor een duidelijk omschreven werk, of een vervangingsovereenkomst van minstens 3 maanden. § 4. De arbeiders die vrijwillig de onderneming verlaten in de loop van de referteperiode, en een anciënniteit van 5 jaar of meer hebben eveneens in de onderneming. § 5. De arbeiders die ontslagen worden in de loop van de referteperiode, om gelijk welke andere reden dan de dringende reden, en zelfs wanneer zij gedurende hun opzeg een tegenopzeg geven, genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding, geeft recht op een deze pro rata eindejaarspremie. Zij genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Voor deze gevallen geldt de normale referteperiode niet. Wanneer het een contract van bepaalde duur van meer dan een jaar betreft, wordt per jaar een eindejaarspremie betaald, op basis van de dat jaar geleverde prestaties en waarbij de laatste afrekening ten laatste gebeurt op het ogenblik van het verlaten van de onderneming. Artikel 9 10 Wordt de arbeidsovereenkomst beëindigd met onderlinge toestemming, dan wordt uiterlijk de laatste werkdag schriftelijk vastgelegd of de eindejaarspremie al dan niet verschuldigd is. Bij gebrek aan een dergelijk schriftelijk document is de eindejaarspremie niet verschuldigd. Artikel 11 Deze eindejaarspremie mag niet worden gecumuleerd met de eindejaarsvoordelen welke eventueel op het vlak van de onderneming bestaan en die voordeliger zijn.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Toekenningsmodaliteiten. Onverminderd de in de ondernemingen bestaande bestaan-de voordeliger toestanden wordt, samen met de loonafrekening van de maand december van de referteperiode, door de werkgevers een eindejaarspremie betaald aanaan alle arbeiders die minstens drie maanden anciënniteit tellen in de onderneming. Artikel 3 Het bedrag van de eindejaarspremie wordt vastgesteld vast-gesteld op 8,33 pct. van het effectieve brutoloon, uitbetaald aan 100 pct. tijdens de referteperiode en aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Artikel 4 Voor de toepassing van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst, dient onder “referteperiode” referteperiode te worden verstaan: , het beschouwde kalenderjaar. Artikel 5 Voor de berekening van de eindejaarspremie worden volgende periodes van schorsingen van de arbeidsovereenkomst gelijkgesteld met effectieve effec-tieve prestaties: - zwangerschapsverlof, bevallingsrust en geboorte-verlof; vaderschapsverlof - ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval en tijdelijke werkloosheid (ook schoolverlaters in hun wachtperiode). Voor de berekening van de eindejaarspremie worden, vanaf 1 januari 2020, de periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst wegens profylactisch verlof, adoptieverlof, pleegouderverlof, verlof voor medische bijstand (maximum 3 maanden, per referteperiode, per arbeider) en palliatief verlof eveneens gelijkgesteld met effectieve prestaties. Per referteperiode wordt de gelijkstelling voor periodes van ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht en arbeidsongeval samen evenwel begrensd tot honderd twintig arbeidsdagen afwezigheid. Voor de periodes van tijdelijke werkloosheid wordt de gelijkstelling begrensd tot honderd twintig arbeidsdagen afwezigheid per referteperiode. In de berekening van de honderd twintig dagen wordt geen rekening gehouden met de schorsingen van de arbeidsovereenkomst waarvoor de werkgever gehouden is tot betaling van het loon aan 100 pct., noch met de tweede week gewaarborgd weekloon bij ziekte, noch met de jaarlijkse vakantiedagen. Het fictief loon dat in aanmerking genomen wordt voor de gelijkgestelde dagen, wordt berekend met inachtneming van het koninklijk besluit van 18 april 1974 en haar wijzigingen tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de Wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen. Artikel 6 In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag vóór 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 4, van het brutoloon uitbetaald tijdens de laatste zes maanden voor het vertrek. In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag na 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 3, van de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste twaalf maanden voor het vertrek. Artikel 7 In geval van overlijden van de arbeider, wordt de eindejaarspremie uitbetaald aan de rechthebbendenrechthebben- den, volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6. Artikel 8 De arbeiders ontslagen om dringende redenen verliezen het recht op de eindejaarspremie. Artikel 9 In de gevallen, zoals bepaald in §1. Er wordt tot en met §.5., hebben de arbeiders recht op een pro rata eindejaarspremie betaald (naar rata van de geleverde en gelijkgestelde perioden tijdens prestaties gedurende de referteperiode): § 1. De arbeiders die de onderneming vrijwillig verlaten terwijl zij zich in een periode van tijdelijke werkloosheid bevinden, ongeacht in toepassing van artikel 51 van de wijze waarop er Wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, of wanneer zij gedurende hun opzeg een einde komt aan de arbeidsovereenkomsttegenopzeg geven, behalve indien: - de arbeider ontslagen voor zover deze arbeiders drie maanden anciënniteit tellen. § 2. De arbeiders waarvan het contract beëindigd wordt wegens een dringende reden in zijnen hoofde; - de arbeider ontslag neemt en op het ogenblik redenen van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een anciënniteit van minder dan 3 jaar heeft in de onderneming. In toepassing van deze paragraaf wordt de pro rata eindejaarspremie betaald ten laatste gedurende de maand die volgt op deze tijdens dewelke de gebeurtenis zich heeft voorgedaan. Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding geeft recht op een pro rata eindejaarspremieovermacht. §2§ 3. De arbeiders met een contract van bepaalde duur, of voor een duidelijk omschreven werk, of een vervangingsovereenkomst van minstens 3 maanden. § 4. De arbeiders die vrijwillig de onderneming verlaten in de loop van de referteperiode, en een anciënniteit van 5 jaar of meer hebben eveneens in de onderneming. § 5. De arbeiders die ontslagen worden in de loop van de referteperiode, om gelijk welke andere reden dan de dringende reden, en zelfs wanneer zij gedurende hun opzeg een tegenopzeg geven, genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding, geeft recht op een deze pro rata eindejaarspremie. Zij genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Voor deze gevallen geldt de normale referteperiode niet. Wanneer het een contract van bepaalde duur van meer dan een jaar betreft, wordt per jaar een eindejaarspremie betaald, op basis van de dat jaar geleverde prestaties en waarbij de laatste afrekening ten laatste gebeurt op het ogenblik van het verlaten van de onderneming. Artikel 9 10 Wordt de arbeidsovereenkomst beëindigd met onderlinge toestemming, dan wordt uiterlijk de laatste werkdag schriftelijk vastgelegd of de ein-dejaarspremie al dan niet verschuldigd is. Bij ge-brek aan een dergelijk schriftelijk document is de eindejaarspremie niet verschuldigd. Artikel 11 Deze eindejaarspremie mag niet worden gecumuleerd gecu-muleerd met de eindejaarsvoordelen welke eventueel even- tueel op het vlak van de onderneming bestaan en die voordeliger zijn.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreements