Uitkeringsduur. Dit is de maximale periode waarover u recht heeft op een uitkering voor arbeidsongeschiktheid. De uitkeringsduur begint direct na afloop van de eigenrisicoperiode. Hoe lang deze periode is, hangt af van de duur die u gekozen heeft: 2 jaar (is 104 weken), 3 jaar (is 156 weken) of 5 jaar (is 260 weken). Wilt u uw gekozen uitkeringsduur veranderen? Dan kan dit alleen per contractvervaldatum van het verzekeringscontract.
Uitkeringsduur. Keuze Maximaal aantal uitkeringen per claim
Uitkeringsduur. Keuze Maximaal aantal uitkeringen per schade
Uitkeringsduur. Is de maximale periode waarover in geval van arbeidsongeschiktheid recht bestaat op uitkering, gerekend vanaf de eerste dag van arbeidsongeschiktheid. De eigenrisicoperiode maakt deel uit van de totale uitkeringsduur.
Uitkeringsduur. 8.1 De ingangsdatum is uiterlijk 31 december van het 5de kalenderjaar na het jaar waarin u uw AOW- leeftijd heeft bereikt. Wanneer u gebruik maakt van de ‘wettelijk bedenktermijn’ dan is de ingangsdatum uiterlijk 31 december van het 6de kalenderjaar waarin u uw AOW- leeftijd heeft bereikt. Kiest u een latere ingangsdatum dan overtreedt u de wet. Vraag uw adviseur om advies.
8.2 U bepaalt een uitkeringsduur die aan de voorwaarden van de wet voldoet en voordat de eerste termijn vastgesteld wordt. Vraag uw adviseur om advies bij het bepalen van de uitkeringsduur.
8.3 NNEK kan voorwaarden stellen ten aanzien van een minimale uitkeringsduur.
8.4 Als de inleg afkomstig is van een andere toegelaten aanbieder waar u al een uitkering van een lijfrentekapitaal ontvangt dan kan NNEK voorwaarden stellen aan de minimale resterende uitkeringsduur welke per beleggingsdienst of beleggingsbeleid kan verschillen.
Uitkeringsduur bij arbeidsongeschiktheid
22.1 De uitkeringsduur per schade is afhankelijk van de gekozen uitkeringsduur met aftrek van de gekozen Eigen risicoperiode. De uitkeringsduur die van toepassing is op deze verzekering staat vermeld op het polisblad.
Uitkeringsduur. Keuze: Maximale uitkering: 2 jaar 2 jaar met aftrek van de gekozen eigen risico periode 5 jaar 5 jaar met aftrek van de gekozen eigen risico periode 10 jaar 10 jaar met aftrek van de gekozen eindigt op grond van artikel 4.3 of
Uitkeringsduur. 4.1. De duur van de uitkering is gebaseerd op de leeftijd van de betrokken predikant op het moment van het ontstaan van het recht op uitkering en bedraagt:
4.2. In afwijking van het in het vorige lid bepaalde, bedraagt de uitkeringsduur in maanden nooit meer dan 2 maal het aantal volle jaren dat de predikant, te rekenen tot aan het moment van het ontstaan van het recht op uitkering, in de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland dienst heeft gedaan, zulks met een minimum van 6 maanden.
4.3. Op de met inachtneming van lid 1 en lid 2 berekende uitkeringsduur komt de duur van een wacht- gelduitkering of een uitkering krachtens een sociale verzekeringswet, als bedoeld in artikel 3 lid 2 in mindering.
Uitkeringsduur. 11.1. De duur van de uitkering bedraagt zes maanden, te rekenen vanaf het moment van afzetting of over- gang tot een andere staat des levens.
11.2. De in het vorige lid vermelde termijn wordt verlengd tot maximaal12 maanden voor de betrokkene die op het moment van het besluit tot afzetting of overgang tot een andere staat des levens tussen dertig en veertig jaar oud is en tot maximaal 24 maanden voor de betrokkene die op dat moment de leeftijd van 40 jaar heeft bereikt, mits hij tot op het moment van afzetting of overgang tot een andere staat des levens minimaal 5 jaren in de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland dienst heeft gedaan.
11.3. In afwijking van het in lid 2 bepaalde bedraagt de uitkeringsduur in maanden maximaal 2 maal het aantal volle jaren dat de betrokkene als predikant in de Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland heeft dienstgedaan.
Uitkeringsduur. U kunt kiezen voor een uitkering van minimaal 1 tot maximaal 7,5 jaar.