Vakantieverlof. a. De werknemer kan kiezen voor toepassing van één van de volgende mogelijkheden om de werkweek in te vullen: - een werkweek van 40 uur; - een werkweek van 38 uur; - een werkweek van 36 uur; - een werkweek van 36,86 uur. Het vakantieverlof bedraagt7: - bij een werkweek van 40 uur 427 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 38 uur 322 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36 uur 218 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36,86 uur 263 uur verlof per jaar. Het vakantieverlof is inclusief de arbeidsduurverkorting en de algemeen erkende feestdagen zoals ge- noemd in de begripsbepaling. b. Het verlof wordt bij voorkeur in de schoolvakantie verleend. Indien een werknemer een verlofdag op- neemt wordt de omvang van deze verlofdag bepaald op basis van de spreiding van de arbeidsuren over de week. 2. De duur van het verlof wordt met 8 uren verlengd indien de werknemer een salaris ontvangt dat gelijk is aan of hoger dan het maximum van salarisschaal 8 zoals vermeld in bijlage A3 van deze CAO. 3. De ingevolge het eerste en tweede lid vastgestelde duur van het vakantieverlof wordt afhankelijk van de leef- tijd, die de werknemer in het desbetreffende kalenderjaar bereikt, uitgebreid waarbij de normjaartaak wordt verkleind op basis van de onderstaande tabel: 7 1 De berekening is als volgt tot stand gekomen: Een jaar heeft 365 dagen:7 = 52,14 weken; 52,14 x 40 = 2086-1659 = 427 uur verlof per jaar; 52,14 x 38 = 1981-1659 = 322 uur verlof per jaar; 52,14 x 36 = 1877-1659 = 218 uur verlof per jaar; 52,14 x 36,86 = 1922-1659 = 263 uur verlof per jaar. 18 jaar (en jonger) 24 uren 19 jaar 16 uren 20 jaar 8 uren van 30 t/m 39 jaar 8 uren van 40 t/m 44 jaar 16 uren van 45 t/m 49 jaar 24 uren van 50 t/m 54 jaar 32 uren van 55 t/m 59 jaar 40 uren 60 jaar en ouder 48 uren 4. Met ingang van de dag waarop de werknemer gebruik maakt van de Regeling bevordering arbeidspartici- patie ouderen, wordt zijn aanspraak op vakantieverlofuren verminderd in verhouding tot de vermindering van zijn werktijd. 5. Op verzoek van de werknemer, en voor zover de werkzaamheden aan de instelling dit toelaten, wordt hem het vakantieverlof ononderbroken verleend. Bij splitsing wordt ten minste de helft van het vakantieverlof aaneen- gesloten verleend.
Appears in 4 contracts
Samples: Collective Labor Agreement (Cao), Collective Labor Agreement for Primary Education, Collective Labor Agreement for Primary Education
Vakantieverlof. a. De werknemer kan kiezen voor toepassing van één van de volgende mogelijkheden om de werkweek in te vullen: - een werkweek van 40 uur; - een werkweek van 38 uur; - een werkweek van 36 uur; - een werkweek van 36,86 uur. Het vakantieverlof bedraagt7bedraagt10: - bij een werkweek van 40 uur 427 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 38 uur 322 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36 uur 218 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36,86 uur 263 uur verlof per jaar. Het vakantieverlof is inclusief de arbeidsduurverkorting en de algemeen erkende feestdagen zoals ge- noemd in de begripsbepaling.
b. Het verlof wordt bij voorkeur in de schoolvakantie verleend. Indien een werknemer een verlofdag op- neemt wordt de omvang van deze verlofdag bepaald op basis van de spreiding van de arbeidsuren over de week.
2. De duur van het verlof wordt met 8 uren verlengd indien de werknemer een salaris ontvangt dat gelijk is aan of hoger dan het maximum van salarisschaal 8 zoals vermeld in bijlage A3 van deze CAO.
3. De ingevolge het eerste en tweede lid vastgestelde duur van het vakantieverlof wordt afhankelijk van de leef- tijd, die de werknemer in het desbetreffende kalenderjaar bereikt, uitgebreid waarbij de normjaartaak wordt verkleind op basis van de onderstaande tabel:
7 10 1 De berekening is als volgt tot stand gekomen: Een jaar heeft 365 dagen:7 = 52,14 weken; 52,14 x 40 = 2086-1659 = 427 uur verlof per jaar; 52,14 x 38 = 1981-1659 = 322 uur verlof per jaar; 52,14 x 36 = 1877-1659 = 218 uur verlof per jaar; 52,14 x 36,86 = 1922-1659 = 263 uur verlof per jaar. 18 jaar (en jonger) 24 uren 19 jaar 16 uren 20 jaar 8 uren van 30 t/m 39 jaar 8 uren van 40 t/m 44 jaar 16 uren van 45 t/m 49 jaar 24 uren van 50 t/m 54 jaar 32 uren van 55 t/m 59 jaar 40 uren 60 jaar en ouder 48 uren
4. Met ingang van de dag waarop de werknemer gebruik maakt van de Regeling bevordering arbeidspartici- patie ouderen, wordt zijn aanspraak op vakantieverlofuren verminderd in verhouding tot de vermindering van zijn werktijd.
5. Op verzoek van de werknemer, en voor zover de werkzaamheden aan de instelling dit toelaten, wordt hem het vakantieverlof ononderbroken verleend. Bij splitsing wordt ten minste de helft van het vakantieverlof aaneen- gesloten verleend.
Appears in 3 contracts
Samples: Collective Labor Agreement for Primary Education, Collectieve Arbeidsovereenkomst Voor Het Primair Onderwijs, Collective Labor Agreement for Primary Education
Vakantieverlof. a. 1. De werknemer kan kiezen voor toepassing heeft per kalenderjaar bij een arbeidsduur van één gemid- deld 36 uur per week, en afhankelijk van de volgende mogelijkheden om leeftijd die de werkweek werkne- mer in te vullenhet betreffende kalenderjaar bereikt, recht op het navolgende aantal uren (vakantie)verlof met behoud van salaris: - een werkweek van Leeftijd Aantal uren 18 jaar 271 uren 19 jaar 263 uren 20 jaar 256 uren 21 tot en met 29 jaar 249 uren 30 tot en met 39 jaar 256 uren 40 uur; - een werkweek van 38 uur; - een werkweek van 36 uur; - een werkweek van 36,86 uur. Het vakantieverlof bedraagt7: - bij een werkweek van 40 uur 427 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 38 uur 322 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36 uur 218 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36,86 uur tot en met 44 jaar 263 uur verlof per jaar. Het vakantieverlof is inclusief de arbeidsduurverkorting uren 45 tot en de algemeen erkende feestdagen zoals ge- noemd in de begripsbepaling.
b. Het verlof wordt bij voorkeur in de schoolvakantie verleend. Indien een werknemer een verlofdag op- neemt wordt de omvang van deze verlofdag bepaald op basis van de spreiding van de arbeidsuren over de week.met 49 jaar 271 uren 50 tot en met 54 jaar 278 uren 55 tot en met 64 jaar 342 uren
2. De duur werknemer die gedurende een gedeelte van het verlof kalenderjaar in dienst is, geen volledig dienstverband heeft of op wie artikel 10, lid 20 3 en/of lid 4 wordt met 8 toegepast, heeft naar evenredigheid aanspraak op uren verlengd indien de werknemer een salaris ontvangt dat gelijk is aan (vakantie)verlof. Het aantal uren (vakantie)verlof wordt naar boven afgerond op halve of hoger dan het maximum van salarisschaal 8 zoals vermeld in bijlage A3 van deze CAOhele uren.
3. De ingevolge tijdstippen van aanvang en einde van een vakantie dienen door de werkgever tijdig in overleg met de werknemer te worden bepaald. De werkgever zal de werknemer op zijn verzoek in de gelegenheid stellen om 15 aaneengesloten werkdagen vakantie op te nemen met inbegrip van vier weekeinden. Bij vakanties die korter duren dan 15 aaneengesloten werkdagen stelt de werkgever de werknemer op diens verzoek in de gelegenheid om ten minste 9 dagen achtereen, inclusief twee weekeinden, afwezig te zijn.
4. Het (vakantie)verlof is mede bedoeld voor situaties waarin de werk- nemer verlof wenst op te nemen in verband met bijzondere persoon- lijke omstandigheden dan wel het eerste kunnen voldoen aan wettelijke ver- plichtingen, en tweede lid vastgestelde duur treedt aldus in de plaats van dergelijke rechten op basis van het vakantieverlof wordt afhankelijk Burgerlijk Wetboek. Onder bijzondere persoonlijke omstandigheden worden in elk geval begrepen: huwelijk, registratie van partnerschap, verhuizing, de bevalling van de leef- tijdechtgenote van de werknemer of zijn geregistreerde partner, adoptie, huwelijksjubilea en het overlijden van een van zijn huisgenoten of een van zijn bloed- en aanverwanten in de rechte lijn en in de tweede graad van de zij- lijn. Het verlof is mede bedoeld voor die persoonlijke gebeurtenis waarbij de werknemer aangeeft in verband met het overlijden van een van zijn huisgenoten of een van zijn bloed- of aanverwanten in de rechte lijn en in de tweede graad van de zijlijn rouwverlof te wil- len opnemen. De werkgever is verplicht om in situaties waarin het door de aard van de persoonlijke gebeurtenis niet mogelijk is om het (vakantie)verlof tijdig in overleg vast te stellen, de werknemer in het desbetreffende kalenderjaar bereiktde gelegenheid te stellen om toch (vakantie)verlof op te nemen, uitgebreid waarbij in een op de normjaartaak wordt verkleind op basis van de onderstaande tabel:
7 1 De berekening is als volgt tot stand gekomen: Een jaar heeft 365 dagen:7 = 52,14 weken; 52,14 x 40 = 2086-1659 = 427 uur verlof per jaar; 52,14 x 38 = 1981-1659 = 322 uur verlof per jaar; 52,14 x 36 = 1877-1659 = 218 uur verlof per jaar; 52,14 x 36,86 = 1922-1659 = 263 uur verlof per jaar. 18 jaar (en jonger) 24 uren 19 jaar 16 uren 20 jaar 8 uren van 30 t/m 39 jaar 8 uren van 40 t/m 44 jaar 16 uren van 45 t/m 49 jaar 24 uren van 50 t/m 54 jaar 32 uren van 55 t/m 59 jaar 40 uren 60 jaar en ouder 48 uren
4. Met ingang van de dag waarop de werknemer gebruik maakt van de Regeling bevordering arbeidspartici- patie ouderen, wordt zijn aanspraak op vakantieverlofuren verminderd in verhouding tot de vermindering van zijn werktijdpersoonlijke gebeurtenis afgestemde redelijke omvang.
5. Het (vakantie)verlof is voorts mede bedoeld voor verlof op feest- en gedenkdagen, te weten Nieuwjaarsdag, Eerste en Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Eerste en Tweede Pinksterdag, Eerste en Tweede Kerstdag, Koninginnedag, 5 mei en andere als zodanig door de Rijksoverheid erkende nationale feest- en gedenkdagen. De werkne- mer kan ervoor kiezen om in plaats van genoemde dagen verlof op te nemen op andere bij de godsdienst of de levensbeschouwing van de werknemer passende dagen. Dit lid laat de mogelijkheid onverlet, dat uit de aard van de werkzaamheden kan voortvloeien, dat het onmogelijk is dat de werknemer op genoemde dagen verlof opneemt, echter met inachtneming van artikel 12, lid 4. De werknemer die in een vast patroon gedurende (maximaal) drie dagen per week werkt en die in ieder geval op maandag en/of donderdag werkzaam is en waarbij deze werkdag(en) samenvalt (samenvallen) met een feest- of gedenkdag, heeft het recht om in de gelegenheid gesteld te worden om op (een) andere dag(en) zijn werkzaamheden te verrichten. Op verzoek deze wijze wordt het opnemen van verlofuren voor de betreffende feest- of gedenkdag voorkomen.
6. Werkgever en werknemer kunnen overeenkomen dat de werknemer, met inachtneming van hetgeen de vakantiewetgeving en voor zover fiscale wet- geving mogelijk maakt, (vakantie)verlof spaart, dan wel dat deze rechten worden omgezet in loonbetaling. Daarbij kunnen tevens wor- den betrokken de werkzaamheden aan spaaruren die voortvloeien uit de instelling dit toelatentoepassing van artikel 13, lid 2, sub e.
7. De werknemer die gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, behoudt recht op opbouw van (vakantie)verlof als ware hij volledig arbeidsgeschikt. Bij opname van verlof gedurende een periode van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid, wordt hem het vakantieverlof ononderbroken verleend. Bij splitsing wordt ten minste opgenomen verlof verrekend, als ware de helft van het vakantieverlof aaneen- gesloten verleendwerknemer volledig arbeidsgeschikt.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)
Vakantieverlof. a. (Tot en met 31 december 2001)
1. De werknemer kan kiezen voor toepassing heeft per kalenderjaar bij een arbeidsduur van één gemid- deld 36 uur per week, en afhankelijk van de volgende mogelijkheden om leeftijd die de werkweek werkne- mer in te vullenhet betreffende kalenderjaar bereikt, recht op het navolgende aantal uren (vakantie)verlof met behoud van salaris: - een werkweek van Leeftijd Aantal uren 18 jaar 224 uren 19 jaar 216 uren 20 jaar 209 uren 21 tot en met 29 jaar 202 uren 30 tot en met 39 jaar 209 uren Leeftijd Aantal uren 40 uur; - een werkweek van 38 uur; - een werkweek van 36 uur; - een werkweek van 36,86 uur. Het vakantieverlof bedraagt7: - bij een werkweek van 40 uur 427 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 38 uur 322 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36 uur 218 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36,86 uur 263 uur verlof per jaar. Het vakantieverlof is inclusief de arbeidsduurverkorting tot en de algemeen erkende feestdagen zoals ge- noemd in de begripsbepaling.
b. Het verlof wordt bij voorkeur in de schoolvakantie verleend. Indien een werknemer een verlofdag op- neemt wordt de omvang van deze verlofdag bepaald op basis van de spreiding van de arbeidsuren over de week.met 44 jaar 216 uren 45 tot en met 49 jaar 224 uren 50 tot en met 54 jaar 231 uren 55 tot en met 64 jaar 295 uren
2. De duur werknemer die gedurende een gedeelte van het verlof kalenderjaar in dienst is, geen volledig dienstverband heeft of op wie artikel 10, lid 3 en/of lid 4 wordt met 8 toegepast, heeft naar evenredigheid aanspraak op uren verlengd indien de werknemer een salaris ontvangt dat gelijk is aan (vakantie)verlof. Het aantal uren (vakantie)verlof wordt naar boven afgerond op halve of hoger dan het maximum van salarisschaal 8 zoals vermeld in bijlage A3 van deze CAOhele uren.
3. Met ingang van 1 juli 2001 dan wel periode 8 van 2001: De ingevolge tijdstippen van aanvang en einde van een vakantie dienen door de werkgever tijdig in overleg met de werknemer te worden bepaald. De werkgever zal de werknemer op zijn verzoek in de gelegenheid stellen om 15 aaneengesloten werkdagen vakantie op te nemen met inbegrip van vier weekeinden. Bij vakanties die korter duren dan 15 aaneengesloten werkdagen stelt de werkgever de werknemer op diens verzoek in de gelegenheid om ten minste 9 dagen achtereen, inclusief twee weekeinden, afwezig te zijn.
4. Het (vakantie)verlof is mede bedoeld voor situaties waarin de werk- nemer verlof wenst op te nemen in verband met bijzondere persoon- lijke omstandigheden dan wel het eerste kunnen voldoen aan wettelijke ver- plichtingen, en tweede lid vastgestelde duur treedt aldus in de plaats van dergelijke rechten op basis van het vakantieverlof wordt afhankelijk Burgerlijk Wetboek. Onder bijzondere persoonlijke omstandigheden worden in elk geval begrepen: huwelijk, registratie van partnerschap, verhuizing, de bevalling van de leef- tijdechtgenote van de werknemer of zijn geregistreerde partner, die adoptie, huwelijksjubilea en het overlijden van één van zijn huisgenoten of één van zijn bloed- en aanverwanten in de rechte lijn en in de tweede graad van de zij- lijn. De werkgever is verplicht om in situaties waarin het door de aard van de persoonlijke gebeurtenis niet mogelijk is om het (vakantie)verlof tijdig in overleg vast te stellen, de werknemer in het desbetreffende kalenderjaar bereiktde gelegenheid te stellen om toch (vakantie)verlof op te nemen, uitgebreid waarbij in een op de normjaartaak wordt verkleind op basis van de onderstaande tabel:
7 1 De berekening is als volgt tot stand gekomen: Een jaar heeft 365 dagen:7 = 52,14 weken; 52,14 x 40 = 2086-1659 = 427 uur verlof per jaar; 52,14 x 38 = 1981-1659 = 322 uur verlof per jaar; 52,14 x 36 = 1877-1659 = 218 uur verlof per jaar; 52,14 x 36,86 = 1922-1659 = 263 uur verlof per jaar. 18 jaar (en jonger) 24 uren 19 jaar 16 uren 20 jaar 8 uren van 30 t/m 39 jaar 8 uren van 40 t/m 44 jaar 16 uren van 45 t/m 49 jaar 24 uren van 50 t/m 54 jaar 32 uren van 55 t/m 59 jaar 40 uren 60 jaar en ouder 48 uren
4. Met ingang van de dag waarop de werknemer gebruik maakt van de Regeling bevordering arbeidspartici- patie ouderen, wordt zijn aanspraak op vakantieverlofuren verminderd in verhouding tot de vermindering van zijn werktijdpersoonlijke gebeurtenis afgestemde redelijke omvang.
5. Op verzoek van Werkgever en werknemer kunnen overeenkomen dat de werknemer, met inachtneming van hetgeen de vakantie wetgeving en voor zover fiscale wet- geving mogelijk maakt, (vakantie)verlof spaart, dan wel dat deze rechten worden omgezet in loonbetaling. Daarbij kunnen tevens wor- den betrokken de werkzaamheden aan spaaruren die voortvloeien uit de instelling dit toelatentoepassing van artikel 13, wordt hem het vakantieverlof ononderbroken verleend. Bij splitsing wordt ten minste de helft van het vakantieverlof aaneen- gesloten verleend.lid 2, sub e.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)
Vakantieverlof. a. (Met ingang van 1 januari 2002)
1. De werknemer kan kiezen voor toepassing heeft per kalenderjaar bij een arbeidsduur van één gemid- deld 36 uur per week, en afhankelijk van de volgende mogelijkheden om leeftijd die de werkweek werkne- mer in te vullenhet betreffende kalenderjaar bereikt, recht op het navolgende aantal uren (vakantie)verlof met behoud van salaris: - een werkweek van Leeftijd Aantal uren 18 jaar 271 uren 19 jaar 263 uren 20 jaar 256 uren 21 tot en met 29 jaar 249 uren 30 tot en met 39 jaar 256 uren 40 uur; - een werkweek van 38 uur; - een werkweek van 36 uur; - een werkweek van 36,86 uur. Het vakantieverlof bedraagt7: - bij een werkweek van 40 uur 427 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 38 uur 322 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36 uur 218 uur verlof per jaar; - bij een werkweek van 36,86 uur tot en met 44 jaar 263 uur verlof per jaar. Het vakantieverlof is inclusief de arbeidsduurverkorting uren 45 tot en de algemeen erkende feestdagen zoals ge- noemd in de begripsbepaling.
b. Het verlof wordt bij voorkeur in de schoolvakantie verleend. Indien een werknemer een verlofdag op- neemt wordt de omvang van deze verlofdag bepaald op basis van de spreiding van de arbeidsuren over de week.met 49 jaar 271 uren 50 tot en met 54 jaar 278 uren 55 tot en met 64 jaar 342 uren
2. De duur werknemer die gedurende een gedeelte van het verlof kalenderjaar in dienst is, geen volledig dienstverband heeft of op wie artikel 10, lid 3 en/of lid 4 wordt met 8 toegepast, heeft naar evenredigheid aanspraak op uren verlengd indien de werknemer een salaris ontvangt dat gelijk is aan (vakantie)verlof. Het aantal uren (vakantie)verlof wordt naar boven afgerond op halve of hoger dan het maximum van salarisschaal 8 zoals vermeld in bijlage A3 van deze CAOhele uren.
3. De ingevolge tijdstippen van aanvang en einde van een vakantie dienen door de werkgever tijdig in overleg met de werknemer te worden bepaald. De werkgever zal de werknemer op zijn verzoek in de gelegenheid stellen om 15 aaneengesloten werkdagen vakantie op te nemen met inbegrip van vier weekeinden. Bij vakanties die korter duren dan 15 aaneengesloten werkdagen stelt de werkgever de werknemer op diens verzoek in de gelegenheid om ten minste 9 dagen achtereen, inclusief twee weekeinden, afwezig te zijn.
4. Het (vakantie)verlof is mede bedoeld voor situaties waarin de werk- nemer verlof wenst op te nemen in verband met bijzondere persoon- lijke omstandigheden dan wel het eerste kunnen voldoen aan wettelijke ver- plichtingen, en tweede lid vastgestelde duur treedt aldus in de plaats van dergelijke rechten op basis van het vakantieverlof wordt afhankelijk Burgerlijk Wetboek. Onder bijzondere persoonlijke omstandigheden worden in elk geval begrepen: huwelijk, registratie van partnerschap, verhuizing, de bevalling van de leef- tijdechtgenote van de werknemer of zijn geregistreerde partner, die adoptie, huwelijksjubilea en het overlijden van één van zijn huisgenoten of één van zijn bloed- en aanverwanten in de rechte lijn en in de tweede graad van de zij- lijn. De werkgever is verplicht om in situaties waarin het door de aard van de persoonlijke gebeurtenis niet mogelijk is om het (vakantie)verlof tijdig in overleg vast te stellen, de werknemer in het desbetreffende kalenderjaar bereiktde gelegenheid te stellen om toch (vakantie)verlof op te nemen, uitgebreid waarbij in een op de normjaartaak wordt verkleind op basis van de onderstaande tabel:
7 1 De berekening is als volgt tot stand gekomen: Een jaar heeft 365 dagen:7 = 52,14 weken; 52,14 x 40 = 2086-1659 = 427 uur verlof per jaar; 52,14 x 38 = 1981-1659 = 322 uur verlof per jaar; 52,14 x 36 = 1877-1659 = 218 uur verlof per jaar; 52,14 x 36,86 = 1922-1659 = 263 uur verlof per jaar. 18 jaar (en jonger) 24 uren 19 jaar 16 uren 20 jaar 8 uren van 30 t/m 39 jaar 8 uren van 40 t/m 44 jaar 16 uren van 45 t/m 49 jaar 24 uren van 50 t/m 54 jaar 32 uren van 55 t/m 59 jaar 40 uren 60 jaar en ouder 48 uren
4. Met ingang van de dag waarop de werknemer gebruik maakt van de Regeling bevordering arbeidspartici- patie ouderen, wordt zijn aanspraak op vakantieverlofuren verminderd in verhouding tot de vermindering van zijn werktijdpersoonlijke gebeurtenis afgestemde redelijke omvang.
5. Op verzoek Het (vakantie)verlof is voorts mede bedoeld voor verlof op feest- en gedenkdagen, te weten Nieuwjaarsdag, Eerste en Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Eerste en Tweede Pinksterdag, Eerste en Tweede Kerstdag, Koninginnedag, 5 mei en andere als zodanig door de Rijksoverheid erkende nationale feest- en gedenkdagen. De werkne- mer kan ervoor kiezen om in plaats van genoemde dagen verlof op te nemen op andere bij de godsdienst of de levensbeschouwing van de werknemer passende dagen. Dit lid laat de mogelijkheid onverlet, dat uit de aard van de werkzaamheden kan voortvloeien, dat het onmogelijk is dat de werknemer op genoemde dagen verlof opneemt, echter met inachtneming van artikel 12, lid 4.
6. Werkgever en werknemer kunnen overeenkomen dat de werknemer, met inachtneming van hetgeen de vakantiewetgeving en voor zover fiscale wet- geving mogelijk maakt, (vakantie)verlof spaart, dan wel dat deze rechten worden omgezet in loonbetaling. Daarbij kunnen tevens wor- den betrokken de werkzaamheden aan spaaruren die voortvloeien uit de instelling dit toelatentoepassing van artikel 13, lid 2, sub e.
7. De werknemer die gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, behoudt recht op opbouw van (vakantie)verlof als ware hij volledig arbeidsgeschikt. Bij opname van verlof gedurende een periode van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid, wordt hem het vakantieverlof ononderbroken verleend. Bij splitsing wordt ten minste opgenomen verlof verrekend, als ware de helft van het vakantieverlof aaneen- gesloten verleendwerknemer volledig arbeidsgeschikt.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)