Common use of Variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen Clause in Contracts

Variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen. 1. De (gewezen) deelnemer heeft de mogelijkheid om op de pensioendatum te kiezen voor eerst een periode een hoger ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een lager of eerst een periode een lager ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een hoger. 2. De eerste periode wordt bepaald in hele maanden nauwkeurig, gerekend vanaf de gekozen pensioendatum, en duurt tot uiterlijk de eerste van de maand volgend op de maand waarin de 70-jarige leeftijd wordt bereikt. 3. Het lage pensioenbedrag mag niet lager zijn dan 75% van het hoge pensioenbedrag. 4. Bij variatie van de hoogte van het ouderdomspensioen blijft het bijbehorende tot 1 januari 2020 opgebouwde partnerpensioen ongewijzigd.

Variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen. 1. De (gewezenGewezen) deelnemer Deelnemer heeft de mogelijkheid keuze om op vanaf de pensioendatum te kiezen voor Pensioendatum eerst een periode (maximaal 10 jaar) een hoger hoog ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een lager laag of juist eerst een periode (maximaal 10 jaar) een lager laag ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een hogerhoog. 2. De eerste periode wordt bepaald in hele maanden nauwkeurigmaanden, gerekend vanaf de gekozen pensioendatum, en duurt tot uiterlijk de eerste van de maand volgend op de maand waarin de 70-jarige leeftijd wordt bereiktPensioendatum. 3. Het lage pensioenbedrag ouderdomspensioen mag niet lager zijn dan 75% van het hoge pensioenbedragouderdomspensioen. 4. Bij variatie De keuze van het eerste lid heeft geen invloed op de hoogte van het ouderdomspensioen blijft het bijbehorende tot 1 januari 2020 opgebouwde eventueel meeverzekerde partnerpensioen ongewijzigden wezenpensioen.

Variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen. 1. De (gewezenGewezen) deelnemer Deelnemer heeft de mogelijkheid keuze om op vanaf de pensioendatum te kiezen voor Pensioendatum eerst een periode (maximaal 10 jaar) een hoger hoog ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een lager laag of juist eerst een periode (maximaal 10 jaar) een lager laag ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een hogerhoog. 2. De eerste periode wordt bepaald in hele maanden nauwkeurigmaanden, gerekend vanaf de gekozen pensioendatum, en duurt tot uiterlijk de eerste van de maand volgend op de maand waarin de 70-jarige leeftijd wordt bereiktPensioendatum. 3. Het lage pensioenbedrag ouderdomspensioen mag niet lager zijn dan 75% van het hoge pensioenbedragouderdomspensioen. 4. Bij variatie De keuze van het eerste lid heeft geen invloed op de hoogte van het ouderdomspensioen blijft het bijbehorende tot 1 januari 2020 opgebouwde partnerpensioen ongewijzigdeventueel meeverzekerde partner en wezenpensioen.

Variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen. 1. De (gewezenGewezen) deelnemer Deelnemer heeft de mogelijkheid keuze om op vanaf de pensioendatum te kiezen voor Pensioendatum eerst een periode van maximaal 10 jaar een hoger hoog ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een lager laag of juist eerst een periode van maximaal 10 jaar een lager laag ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een hogerhoog. 2. De eerste periode wordt bepaald in hele maanden nauwkeurigmaanden, gerekend vanaf de gekozen pensioendatum, en duurt tot uiterlijk de eerste van de maand volgend op de maand waarin de 70-jarige leeftijd wordt bereiktPensioendatum. 3. Het lage pensioenbedrag ouderdomspensioen mag niet lager zijn dan 75% van het hoge pensioenbedragouderdomspensioen. 4. Bij variatie De keuze van het eerste lid heeft geen invloed op de hoogte van het ouderdomspensioen blijft het bijbehorende tot 1 januari 2020 opgebouwde partnerpensioen ongewijzigdeventueel meeverzekerde partner- en wezenpensioen.

Variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen. 1. De (gewezenGewezen) deelnemer Deelnemer heeft de mogelijkheid keuze om op vanaf de pensioendatum te kiezen voor Pensioendatum eerst een periode van maximaal 10 jaar een hoger hoog ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een lager laag of juist eerst een periode van maximaal 10 jaar een lager laag ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een hogerhoog. 2. De eerste periode wordt bepaald in hele maanden nauwkeurigmaanden, gerekend vanaf de gekozen pensioendatum, en duurt tot uiterlijk de eerste van de maand volgend op de maand waarin de 70-jarige leeftijd wordt bereiktPensioendatum. 3. Het lage pensioenbedrag ouderdomspensioen mag niet lager zijn dan 75% van het hoge pensioenbedragouderdomspensioen. 4. Bij variatie De keuze van het eerste lid heeft geen invloed op de hoogte van het ouderdomspensioen blijft het bijbehorende tot 1 januari 2020 opgebouwde eventueel meeverzekerde partnerpensioen ongewijzigden wezenpensioen.

Variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen. 1. De (gewezenGewezen) deelnemer Deelnemer heeft de mogelijkheid keuze om op vanaf de pensioendatum te kiezen voor Pensioendatum eerst een periode (maximaal 10 jaar) een hoger hoog ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een lager laag of juist eerst een periode (maximaal 10 jaar) een lager laag ouderdomspensioen te ontvangen en daarna een hogerhoog. 2. De eerste periode wordt bepaald in hele maanden nauwkeurigmaanden, gerekend vanaf de gekozen pensioendatum, en duurt tot uiterlijk de eerste van de maand volgend op de maand waarin de 70-jarige leeftijd wordt bereiktPensioendatum. 3. Het lage pensioenbedrag ouderdomspensioen mag niet lager zijn dan 75% van het hoge pensioenbedragouderdomspensioen. 4. Bij variatie De keuze van het eerste lid heeft geen invloed op de hoogte van het ouderdomspensioen blijft het bijbehorende tot 1 januari 2020 opgebouwde partnerpensioen ongewijzigdeventueel meeverzekerde partner- en wezenpensioen.

Variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen. 1. De (gewezen) deelnemer heeft de mogelijkheid keuze om op vanaf de pensioendatum te kiezen voor eerst een periode (minimaal één jaar, maximaal 10 jaar) een hoger ouderdomspensioen hoog pensioen te ontvangen en daarna een lager laag pensioen of juist eerst een periode een lager ouderdomspensioen laag pensioen te ontvangen en daarna een hogerhoog pensioen. 2. De eerste periode wordt bepaald in hele maanden nauwkeurig, gerekend vanaf de gekozen pensioendatum, en duurt tot uiterlijk de eerste van de maand volgend op de maand waarin de 70-jarige leeftijd wordt bereikt. 3. Het lage pensioenbedrag pensioen mag niet lager zijn dan 75% van het hoge pensioenbedragpensioen (fiscale voorwaarde). 43. Bij variatie van in de hoogte van het ouderdomspensioen blijft (hoog-laag of laag-hoog) wijzigt het bijbehorende tot 1 januari 2020 opgebouwde partnerpensioen ongewijzigdpartner- en wezenpensioen niet. 4. De tarieven voor de variatie in de hoogte van het ouderdomspensioen worden jaarlijks vastgesteld met inachtneming van het bepaalde in artikel 6.1, lid 4, en zijn in bijlage 5 bij dit pensioenreglement opgenomen. 5. Het verevend deel van het ouderdomspensioen dat op grond van artikel 8.4 is toegekend aan een gewezen partner, wordt op gelijke wijze variabel uitgekeerd.