Werkloosheid. 1. In dit artikel wordt verstaan onder werkloze werknemer: een werknemer die van het UWV op de eerste werkloosheidsdag een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW), ontvangt of in plaats daarvan op de eerste werkloosheidsdag een uitkering krachtens de Ziektewet ontvangt of uitsluitend op grond van het bepaalde in artikel 29, tweede lid onder b of c ZW over de eerste twee dagen van de ongeschiktheid tot werken geen uitkering ontvangt. 2. De werkloze werknemer die in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao heeft bij ontstaan van recht op een WW-uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering in plaats van deze WW-uitkering, recht op betaling van een aanvulling op de WW/ZW-uitkering in de vorm van een eenmalige bijdrage van € 394,- bruto in 2013 en € 239,- bruto in 2014. 3. Een werkloze werknemer die in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en die, als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op een vakantiewaarde, heeft jegens het fonds recht op betaling van een vast bedrag van € 130,- bruto in 2013 en € 79,- bruto in 2014 bij aanvang van de werkloosheid. Indien de werknemer vervolgens 8 weken onafgebroken werkloos blijft heeft de werknemer jegens het fonds recht op een vast bedrag van € 260,- bruto in 2013 en € 157,50 bruto in 2014. 4. Een werkloze werknemer die in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en die als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op betaling van vakantietoeslag, heeft bij ontstaan van recht op een WW uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering in plaats van deze WW-uitkering jegens het fonds recht op betaling van een aanvulling op de vakantietoeslag in de WW/ZW-uitkering in de vorm van een éénmalige uitkering van € 177,- bruto in 2013 en € 107,- bruto in 2014. 5. Het recht genoemd in de leden 2, 3 en 4 kan voor een werknemer slechts opnieuw ontstaan indien na een betaling van een in lid 2 genoemde éénmalige uitkering aan desbetreffende werknemer weer 100 dagen in de sector gewerkt is. 6. Een werknemer dient zelf een verzoek tot betaling van de in de leden 2 en 3, respectievelijk lid 4 genoemde uitkering binnen zes maanden na ontstaan van de werkloosheid in te dienen bij het O&O fonds en dient alle informatie te verstrekken die het fonds verlangt. 7. De uitvoering van de regeling wordt verzorgd door het O&O-fonds dat de administratie heeft opgedragen aan A&O Services.
Appears in 5 contracts
Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement
Werkloosheid. 1. In dit artikel wordt verstaan onder werkloze werknemer: een werknemer die van het UWV op de eerste werkloosheidsdag een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW), ontvangt of in plaats daarvan op de eerste werkloosheidsdag een uitkering krachtens de Ziektewet ontvangt of uitsluitend op grond van het bepaalde in artikel 29, tweede lid onder b of c ZW over de eerste twee dagen van de ongeschiktheid tot werken geen uitkering ontvangt.
2. De werkloze werknemer die in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao heeft bij ontstaan van recht op een WW-uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering in plaats van deze WW-uitkering, recht op betaling van een aanvulling op de WW/ZW-uitkering in de vorm van een eenmalige bijdrage van € 394,- bruto in 2013 en € 239,- bruto in 2014478,- bruto.
3. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en lid 1 die, als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op een vakantiewaarde, heeft jegens het fonds recht op betaling van een vast bedrag van € 130,- 158,- bruto in 2013 en € 79,- bruto in 2014 bij aanvang van de werkloosheid. Indien de werknemer vervolgens 8 weken onafgebroken werkloos blijft heeft de werknemer jegens het fonds recht op een vast bedrag van € 260,- bruto in 2013 en € 157,50 bruto in 2014315,- bruto.
4. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en lid 1 die als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op betaling van vakantietoeslag, heeft bij ontstaan van recht op een WW uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-ZW- uitkering in plaats van deze WW-uitkering jegens het fonds recht op betaling van een aanvulling op de vakantietoeslag in de WW/ZW-uitkering in de vorm van een éénmalige uitkering van € 177,- bruto in 2013 en € 107,- bruto in 2014214,- bruto.
5. Het recht genoemd in de leden 2, 3 en 4 lid 1 kan voor een werknemer slechts opnieuw ontstaan indien na een betaling van een in lid 2 1 genoemde éénmalige uitkering aan desbetreffende werknemer weer 100 dagen in de sector gewerkt is.
6. Een werknemer dient zelf een verzoek tot betaling van de in de leden 2 en 3, respectievelijk lid 4 genoemde uitkering binnen zes maanden na ontstaan van de werkloosheid in te dienen bij het O&O fonds en dient alle informatie te verstrekken die het fonds verlangt.
7. De uitvoering van de regeling wordt verzorgd door het O&O-fonds dat de administratie heeft opgedragen aan A&O Services.
Appears in 2 contracts
Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement
Werkloosheid. 1. In dit artikel wordt verstaan onder werkloze werknemer: een werknemer die van het UWV op de eerste werkloosheidsdag een loongerelateerde WW-uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW)als bedoeld in artikel 42, lid 1 WW ontvangt of in plaats daarvan op de eerste werkloosheidsdag een uitkering krachtens de Ziektewet ontvangt of uitsluitend op grond van het bepaalde bepaal- de in artikel 29, tweede lid onder b of c ZW over de eerste twee dagen van de ongeschiktheid onge- schiktheid tot werken geen uitkering ontvangt.
2. De werkloze werknemer die in de twee drie jaren voor de werkloosheid 280 420 dagen werkzaam werk- zaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao CAO heeft bij ontstaan van recht op een WW-uitkering loongerelateerde WW of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag werkloosheids- dag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering uitkerng in plaats van deze loongerelateer- de WW-uitkering, recht op betaling van een aanvulling op de WW/ZW-uitkering in de vorm van een eenmalige bijdrage van € 394,- bruto in 2013 en € 239,- bruto in 2014e 455,-.
3. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en lid 1 die, als hij niet werkloos zou zijn gewordengewor- den, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op een vakantiewaarde, heeft jegens het fonds recht op betaling van een vast bedrag van € 130,- bruto in 2013 en € 79,- bruto in 2014 e 150,- bij aanvang van de werkloosheid. Indien de werknemer vervolgens 8 weken onafgebroken werkloos blijft heeft de werknemer jegens het fonds recht op een vast bedrag van € 260,- bruto in 2013 en € 157,50 bruto in 2014e 300,-.
4. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en artikel 1 die als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op betaling van vakantietoeslagvakantietoe- slag, heeft bij ontstaan van recht op een loongerelateerde WW uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering in plaats van deze loongerelateerde WW-uitkering jegens het fonds recht op betaling van een aanvulling op de vakantietoeslag in de WW/ZW-uitkering in de vorm van een éénmalige uitkering van € 177,- bruto in 2013 en € 107,- bruto in 2014.e 204,-
5. Het recht genoemd in de leden 2, 3 en 4 lid 1 kan voor een werknemer slechts opnieuw ontstaan indien na een betaling van een in lid 2 1 genoemde éénmalige uitkering aan desbetreffende werknemer weer 100 dagen in de sector gewerkt is.
6. Een werknemer dient zelf een verzoek tot betaling van de in de leden 2 en 3, respectievelijk respec- tievelijk lid 4 genoemde uitkering binnen zes maanden na ontstaan van de werkloosheid in te dienen bij het AWS en vanaf 1 januari 2006 bij het O&O fonds en dient alle informatie te verstrekken die het fonds verlangt.
7. De uitvoering van de regeling wordt verzorgd door het AWS en met ingang van 1 januari 2006 het O&O-fonds dat die de administratie heeft hebben opgedragen aan A&O Services.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement
Werkloosheid. 1. In dit artikel wordt verstaan onder werkloze werknemer: een werknemer die van het UWV op de eerste werkloosheidsdag een loongerelateerde WW-uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW)als bedoeld in artikel 42, lid 1 WW ontvangt of in plaats daarvan op de eerste werkloosheidsdag een uitkering krachtens de Ziektewet ontvangt of uitsluitend op grond van het bepaalde bepaal- de in artikel 29, tweede lid onder b of c ZW over de eerste twee dagen van de ongeschiktheid onge- schiktheid tot werken geen uitkering ontvangt.
2. De werkloze werknemer die in de twee drie jaren voor de werkloosheid 280 420 dagen werkzaam werk- zaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao CAO heeft bij ontstaan van recht op een WW-uitkering loongerelateerde WW of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag werkloosheids- dag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering uitkerng in plaats van deze loongerelateer- de WW-uitkering, recht op betaling van een aanvulling op de WW/ZW-uitkering in de vorm van een eenmalige bijdrage van € 394,- bruto in 2013 en € 239,- bruto in 2014455,- bruto.
3. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en lid 1 die, als hij niet werkloos zou zijn gewordengewor- den, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op een vakantiewaarde, heeft jegens het fonds recht op betaling van een vast bedrag van € 130,- 50,- bruto in 2013 en € 79,- bruto in 2014 bij aanvang van de werkloosheid. Indien de werknemer vervolgens 8 weken onafgebroken werkloos werk- loos blijft heeft de werknemer jegens het fonds recht op een vast bedrag van € 260,- bruto in 2013 en € 157,50 bruto in 2014300,- bruto.
4. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en artikel 1 die als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op betaling van vakantietoeslagvakantie- toeslag, heeft bij ontstaan van recht op een loongerelateerde WW uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering uitke- ring in plaats van deze loongerelateerde WW-uitkering jegens het fonds recht op betaling beta- ling van een aanvulling op de vakantietoeslag in de WW/ZW-uitkering in de vorm van een éénmalige uitkering van € 177,- bruto in 2013 en € 107,- bruto in 2014204,- bruto.
5. Het recht genoemd in de leden 2, 3 en 4 lid 1 kan voor een werknemer slechts opnieuw ontstaan indien na een betaling van een in lid 2 1 genoemde éénmalige uitkering aan desbetreffende werknemer weer 100 dagen in de sector gewerkt is.
6. Een werknemer dient zelf een verzoek tot betaling van de in de leden 2 en 3, respectievelijk respec- tievelijk lid 4 genoemde uitkering binnen zes drie maanden na ontstaan van de werkloosheid werkloos- heid in te dienen bij het O&O fonds en dient alle informatie te verstrekken die het fonds verlangt.
7. De uitvoering van de regeling wordt verzorgd door het O&O-fonds dat de administratie administra- tie heeft opgedragen aan A&O Services.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)
Werkloosheid. 1. In dit artikel wordt verstaan onder werkloze werknemer: een werknemer die van het UWV op de eerste werkloosheidsdag een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW), ontvangt of in plaats daarvan op de eerste werkloosheidsdag een uitkering krachtens de Ziektewet ontvangt of uitsluitend op grond van het bepaalde in artikel 29, tweede lid onder b of c ZW over de eerste twee dagen van de ongeschiktheid tot werken geen uitkering ontvangt.
2. De werkloze werknemer die in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao heeft bij ontstaan van recht op een WW-uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering in plaats van deze WW-uitkering, recht op betaling van een aanvulling op de WW/ZW-uitkering in de vorm van een eenmalige bijdrage van € 394,- bruto in 2013 en € 239,- bruto in 2014478,– bruto.
3. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en lid 1 die, als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op een vakantiewaarde, heeft jegens het fonds recht op betaling van een vast bedrag van € 130,- 158,– bruto in 2013 en € 79,- bruto in 2014 bij aanvang van de werkloosheid. Indien de werknemer vervolgens 8 weken onafgebroken werkloos blijft heeft de werknemer jegens het fonds recht op een vast bedrag van € 260,- bruto in 2013 en € 157,50 bruto in 2014315,– bruto.
4. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en lid 1 die als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op betaling van vakantietoeslag, heeft bij ontstaan van recht op een WW uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-ZW- uitkering in plaats van deze WW-uitkering jegens het fonds recht op betaling van een aanvulling op de vakantietoeslag in de WW/ZW-uitkering in de vorm van een éénmalige uitkering van € 177,- bruto in 2013 en € 107,- bruto in 2014214,– bruto.
5. Het recht genoemd in de leden 2, 3 en 4 lid 1 kan voor een werknemer slechts opnieuw ontstaan indien na een betaling van een in lid 2 1 genoemde éénmalige uitkering aan desbetreffende werknemer weer 100 dagen in de sector gewerkt is.
6. Een werknemer dient zelf een verzoek tot betaling van de in de leden 2 en 3, respectievelijk lid 4 genoemde uitkering binnen zes maanden na ontstaan van de werkloosheid in te dienen bij het O&O fonds en dient alle informatie te verstrekken die het fonds verlangt.
7. De uitvoering van de regeling wordt verzorgd door het O&O-fonds dat de administratie heeft opgedragen aan A&O ServicesServices .
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)
Werkloosheid. 1. In dit artikel wordt verstaan onder werkloze werknemer: een werknemer die van het UWV op de eerste werkloosheidsdag een loongerelateerde WW-uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW)als bedoeld in artikel 42, lid 1 WW ontvangt of in plaats daarvan op de eerste werkloosheidsdag een uitkering krachtens de Ziektewet ontvangt of uitsluitend op grond van het bepaalde in artikel 29, tweede lid onder b of c ZW over de eerste twee dagen van de ongeschiktheid tot werken geen uitkering ontvangt.
2. De werkloze werknemer die in de twee drie jaren voor de werkloosheid 280 420 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao heeft bij ontstaan van recht op een WW-uitkering loongerelateerde WW of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering in plaats van deze loongerelateerde WW-uitkering, recht op betaling van een aanvulling op de WW/ZW-uitkering in de vorm van een eenmalige bijdrage van € 394,- bruto in 2013 en € 239,- bruto in 2014478,– bruto.
3. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en lid 1 die, als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op een vakantiewaarde, heeft jegens het fonds recht op betaling van een vast bedrag van € 130,- 158,– bruto in 2013 en € 79,- bruto in 2014 bij aanvang van de werkloosheid. Indien de werknemer vervolgens 8 weken onafgebroken werkloos blijft heeft de werknemer jegens het fonds recht op een vast bedrag van € 260,- bruto in 2013 en € 157,50 bruto in 2014315,– bruto.
4. Een werkloze werknemer die als bedoeld in de twee jaren voor de werkloosheid 280 dagen werkzaam is geweest in een dienstverband vallend onder de cao en artikel 1 die als hij niet werkloos zou zijn geworden, jegens zijn werkgever recht zou hebben gehad op betaling van vakantietoeslag, heeft bij ontstaan van recht op een loongerelateerde WW uitkering of ingeval van ziekte op de eerste werkloosheidsdag bij het ontstaan van recht op een ZW-uitkering in plaats van deze loongerelateerde WW-uitkering jegens het fonds recht op betaling van een aanvulling op de vakantietoeslag in de WW/ZW-ZW- uitkering in de vorm van een éénmalige uitkering van € 177,- bruto in 2013 en € 107,- bruto in 2014214,– bruto.
5. Het recht genoemd in de leden 2, 3 en 4 lid 1 kan voor een werknemer slechts opnieuw ontstaan indien na een betaling van een in lid 2 1 genoemde éénmalige uitkering aan desbetreffende werknemer weer 100 dagen in de sector gewerkt is.
6. Een werknemer dient zelf een verzoek tot betaling van de in de leden 2 en 3, respectievelijk lid 4 genoemde uitkering binnen zes drie maanden na ontstaan van de werkloosheid in te dienen bij het O&O fonds en dient alle informatie te verstrekken die het fonds verlangt.
7. De uitvoering van de regeling wordt verzorgd door het O&O-fonds dat de administratie heeft opgedragen aan A&O Services.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)