Aanvaardbaarheid. Gezien de beperkte effecten is zandwinning voor wat betreft effecten van geluid aanvaardbaar.
Aanvaardbaarheid. De zandwinning is aanvaardbaar voor dit onderdeel.
Aanvaardbaarheid. Dit project is aanvaardbaar voor wat betreft de effecten op zeezoogdieren.
Aanvaardbaarheid. Het bestuur gaat akkoord met de in het MER gemaakte conclusies. De effecten op zeevogels worden als gering negatief beoordeeld. Dit project is aanvaardbaar voor wat betreft de effecten op zeevogels.
Aanvaardbaarheid. De verwachte effecten van de activiteit op andere menselijke activiteiten zijn aanvaardbaar.
Aanvaardbaarheid. Draagvlak 3 Geschiktheid
Aanvaardbaarheid. De criteria van de KRMS met betrekking tot hydrodynamica en sedimentologie zijn belangrijk in het beoordelen van de aanvaardbaarheid van zandwinning, zoals ook voorgesteld in het MER. Hydrodynamica is gerelateerd aan hydrografische condities (D7 van de KRMS). Voor de Belgische implementatie van deze descriptor moeten veranderingen in de bodemschuif- spanning geëvalueerd worden. Dergelijke veranderingen zijn vooral aan de orde bij groot- schalige verlaging van zandbanken. Het nieuwe referentieniveau, van kracht vanaf 1 januari 2021, moet ervoor zorgen dat de invloed van de verondieping op de bodemspanning (Van den Eynde, 2017) en op de kustverdediging (Van den Eynde et al., 2019b) beperkt en aan- vaardbaar blijft. Turbiditeit werd onderzocht als parameter van veranderingen (Fettweis et al., 2020). Onzekerheid op de metingen blijft echter te groot om dit op te nemen als indicator binnen de KRMS. Voor de verdieping van de bathymetrie, verandering van de sedimentsamenstelling en moge- lijke veranderingen in de slib- en zandhuishouding in het nabije en verre veld, worden ver- anderingen in zeebodemintegriteit bestudeerd (D6 van de KRMS). Biologische effecten hier buiten beschouwing gelaten, is dit gerelateerd aan het inschatten van fysisch verlies en fysische verstoring als gevolg van extractie. Het is duidelijk dat extractie het fysische milieu in directe mate verstoort in het nabije veld. Continue verstoring kan leiden tot fysisch verlies van een habitat (verandering in de grote sedimenttypes). Hoewel dit werd aangetoond ter hoogte van de Thorntonbank, blijft dit verlies heel lokaal. In het nabije veld is dergelijke verandering vooral aan de orde als oudere geologische lagen worden aangesneden. Met het nieuwe referentieniveau kan worden verwacht dat veranderingen in sedimentsamenstelling minimaal gehouden worden (D6.2). In het ver-veld wordt de inschatting sterk bemoeilijkt door een gefragmenteerde kennis van de natuurlijke variabiliteit en de effecten van andere menselijke activiteiten zoals boomkorvisserij, de constructie en exploitatie van windparken, baggeren en het storten van baggerspecie. Het is evenwel zo dat kleine veranderingen in de zand- en slibhuishouding kunnen leiden tot significante veranderingen in sedimentologische gesteld- heid met ultiem fysisch verlies van een habitat als gevolg (e.g., grind naar zandhabitat). In de KRMS wordt op basis van multibeam-terugverstrooiingswaarden de ratio hard versus zacht substraat in twee relatief kleine gri...
Aanvaardbaarheid. Mits het toepassen van de wetgeving m.b.t. erfgoed onder water, is de activiteit aanvaardbaar voor wat betreft cultureel erfgoed. Daarbij kan het protocol voor het melden van archeologische vondsten tijdens werkzaamheden op zee (Xxx Xxxxxx et al., 2016) als leidraad dienen. De voorwaarden m.b.t. meldingen zijn beschikbaar in de BaZ 1 (en toekomstige updates). BaZ 1 (2021) vermeldt in hoofdstuk 1 / 7 V2o:ndste“n op zee dienen vanaf 1 juni 2014 verplicht gemeld te worden aan de gouverneur van West-Vlaanderen via xxxxxxxxxx@xxxx-xxxxxxxxxx.xx of via de website xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx. Het gaat om alle vondsten waarvan vermoed kan worden dat zij cultureel erfgoed onder water kunnen zijn. Dit voor alle vondsten, ongeacht de leeftijd, in de Belgische territoriale zee en alle vondsten die zich meer dan 100 jaar onder water bevinden in het Belgisch Continentaal Plat en de Belgische Exclusieve Economische Zone” V. erder worden bepalingen opgenomen in het KB Procedure (Art. 41), gewijzigd door Art. 29 van het KB van 19 april 2014.
Aanvaardbaarheid. De zandwinning is aanvaardbaar v o o r w a t b e t r e f ,tmitsrheit nsalei vecn ovan’ esen aaentanl voorwaarden.
Aanvaardbaarheid. De zandwinning zoals aangevraagd is aanvaardbaar voor wat betreft mogelijke gevolgen op benthos en vis. Indien de zeebodemintegriteit bewaard blijft, dan is de impact op benthos en vis beperkt. Gelet o p d e n i e u w e I H D ’ s-gebivedo, woorden hweel etxtra Nvoaortwauardr ean opg2el0eg0d v0oor extractie in controlezones 2 en 4; deze worden in meer detail toegelicht in de passende beoordeling (BMM, 2022). Een aantal doelstellingen bij het vastleggen van het nieuwe referentieniveau zijn rechtstreeks ook voor benthos belangrijk: • Het behoud van de aard van de sedimenten om de integriteit van de zeebodem zo goed mogelijk te behouden; • Het maximaal gebruik van het beschikbare zand in de mobiele structuren zoals zandgolven; • Een beperking van de impact op de hydrodynamische condities.