Aanvraag subsidie Voorbeeldclausules

Aanvraag subsidie. 1. Een kennisinstelling kan de eerste keer voor 1 juni 2023 subsidie aanvragen. In de periode 2024 tot en met 2029 kan zij jaarlijks voor 1 maart subsidie aanvragen. Aanvragen die worden ingediend na afloop van de genoemde termijnen worden afgewezen. 2. De kennisinstelling, bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel j, toont in de aanvraag aan dat zij: a. een rechtspersoon is gelieerd aan een universiteit, hogeschool of academisch ziekenhuis als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdelen a en b; b. van deze instelling financiële middelen ontvangt voor het doen van onderzoek; en c. onderzoek verricht zonder winstoogmerk. 3. De kennisinstelling, bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel k, toont in de eerste aanvraag aan dat zij: a. eigen rechtspersoonlijkheid bezit, niet zijnde de Staat; b. structurele financiering van de rijksoverheid ontvangt voor het doen van wetenschappelijk onderzoek; en c. door de Europese Commissie voor Horizon Europe is geregistreerd als ‘secondary or higher education establishment’ of als ‘research organisation’. 4. De kennisinstelling maakt bij haar aanvraag gebruik van het aanvraagformulier dat is bekendgemaakt op de website xxx.xxx.xx.
Aanvraag subsidie. 1. De subsidieaanvraag gaat in ieder geval vergezeld van één of meerdere topografische kaarten met een schaal van ten hoogste 1:10.000 waarop de grenzen van de landbouwgrond waarvoor de subsidie wordt aangevraagd zijn aangegeven, alsmede de op die landbouwgrond gelegen wegen en paden. 2. Indien dit nodig is voor de beoordeling van de aanvraag kunnen Gedeputeerde Staten de aanvrager om aanvullende informatie vragen. 3. Indien op de landbouwgrond waarvoor een subsidie functieverandering is aangevraagd een recht van hypotheek is gevestigd, gaat een aanvraag tot subsidieverlening vergezeld van een verklaring van geen bezwaar van de natuurlijke of rechtspersoon die het recht van hypotheek toekomt. 4. Bij de in het eerste lid bedoelde aanvraag wordt een realisatieplan gevoegd indien die aanvraag niet tevens vergezeld gaat van een aanvraag voor een investeringssubsidie als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel a of b, voor de betreffende landbouwgrond. 5. In het realisatieplan beschrijft de begunstigde in ieder geval op welke wijze hij voornemens is het na de functieverandering ontstane natuurterrein, het aan te leggen landschapsbeheertype te ontwikkelen en te beheren. Gedeputeerde Staten kunnen nadere eisen stellen aan het realisatieplan. 6. Gedeputeerde Staten kunnen bepalen dat een aanvraag voor subsidie functieverandering als bedoeld in artikel 15 pas kan worden ingediend indien die aanvraag vergezeld gaat van een positieve prétoets omtrent de wenselijkheid, alsmede de efficiëntie en effectiviteit van de functieverandering.
Aanvraag subsidie. 1. De aanvraag bestaat uit een omschrijving van de aanpak, het beoogde resultaat, het beoogde effect en een begroting van de uitgaven en de inkomsten. 2. De aanvraag wordt ingediend met behulp van het door het college vastgestelde aanvraagformulier. 3. Per aanvrager worden per kalenderjaar maximaal drie aanvragen in behandeling genomen.
Aanvraag subsidie. 1. Een aanvraag tot subsidieverlening voor een investeringssubsidie als bedoeld in artikel 8, eerste en derde lid gaat vergezeld van een investeringsplan bestaande uit: a. een beschrijving van de uitgangssituatie; b. een vermelding welk van de in artikel 8 bedoelde investeringsdoelen het betreft; c. een omschrijving van de te treffen inrichtingsmaatregelen; d. de oppervlakte waarop de maatregelen zullen worden uitgevoerd; e. de motivering voor het treffen van de maatregelen; f. de met de maatregelen beoogde eindsituatie van het terrein, waarbij minimaal het beoogde beheertype en de oppervlakte daarvan wordt aangegeven; g. een beschrijving van de in stand te houden, te verbeteren, aan te leggen, of te verwijderen wegen en paden; h. een tijdplanning waarbinnen de inrichtingsmaatregelen worden gerealiseerd i. een gespecificeerde begroting; en j. één of meerdere topografische kaarten met een schaal van ten hoogste 1:10.000 waarop de grenzen van het natuurterrein of het landschapsbeheertype waarvoor de subsidie wordt aangevraagd is aangegeven. 2. Indien dit nodig is voor de beoordeling van de aanvraag kunnen Gedeputeerde Staten de aanvrager om aanvullende informatie vragen. 3. Indien de aanvraag voor een investeringssubsidie als bedoeld in artikel 8 niet wordt ingediend door de eigenaar, gaat de aanvraag vergezeld van een verklaring van geen bezwaar van de eigenaar en van de eventuele erfpachter. 4. Een aanvraag tot subsidieverlening voor een investeringssubsidie door een begunstigde als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onderdeel a, onder v., of een samenwerkingsverband als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onderdeel b, waar een hiervoor bedoelde begunstigde deel van uitmaakt, dient voor het betreffende natuurterrein tevens vergezeld te gaan van een overeenkomst met de Landinrichtingscommissie. 5. Een aanvraag tot subsidieverlening voor een investeringssubsidie als bedoeld in artikel 8, vierde lid gaat vergezeld van: a. een lijst van de natuurterreinen of landschapsbeheertypen ten behoeve waarvan de bedoelde investeringen worden verricht; b. een vermelding van de natuurbeheertypes of landschapsbeheertypen waarop de investeringen betrekking hebben, bij voorkeur per natuurterrein of landschapsbeheertype; c. een vermelding welk van de in artikel 8, eerste lid, bedoelde investeringsdoelen het betreft, bij voorkeur per natuurterrein of landschapsbeheertype; d. een vermelding van de natuurterreinen waarop een investering als bedoeld in artikel 8, derde lid, onderdee...
Aanvraag subsidie. Een belangrijke reden voor de explicitering van de wijze waarop de concessie wordt gefinancierd in dit artikel is gelegen in de Richtlijn tot instelling van één Europese Spoorwegruimte, richtlijn nr. 2012/34/EU. Daaruit volgt dat vooraf voor de gehele duur van de concessie de structuur van de betalingen ter financiering van ProRail wordt overeengekomen. Met deze bepaling wordt daaraan tegemoet gekomen. De financiering van de uitvoering van de concessie pleegt in beginsel via subsidiëring op grond van paragraaf 4 van het Besluit Infrastructuurfonds plaats te vinden. Uit die paragraaf volgt dat de concessieverlener jaarlijks aan ProRail een subsidie verstrekt voor “de kapitaallasten voortvloeiende uit de investeringen in de spoorweginfrastructuur, voor de bediening en voor het onderhoud van die spoorweginfrastructuur”. Hoewel aldus in het Besluit infrastructuurfonds geen expliciete connectie wordt gelegd met de concessietaken, zijn de subsidies op grond van paragraaf 4 daar wel voor bedoeld. Door in de concessie te bepalen dat ProRail voor die taken een subsidie aanvraagt op grond van paragraaf 4 wordt dit benadrukt en wordt in de concessie een transparante connectie gemaakt met de financieringswijze van deze concessie. De tweedeling in de totstandkoming van het beheerplan en de bijhorende subsidieaanvraag vormt daarbij een formalisering van de huidige praktijk. ProRail dient op basis van paragraaf 4, van het Besluit Infrastructuurfonds op 1 september een subsidieaanvraag te doen. Deze aanvraag vormt een bijlage bij het beheerplan. Gegeven de doorlooptijd van de totstandkoming van het beheerplan wordt in artikel 16, vijfde lid, gesproken van de hoofdlijnen van het ontwerpbeheerplan (dat inhoudelijk ook is afgestemd met het ontwerpvervoerplan). ProRail dient vervolgens voor 1 oktober een ontwerpbeheerplan in. Op basis van het in artikel 16, dertiende lid, bedoelde overleg met de concessieverlener over het ontwerpbeheerplan stelt ProRail vervolgens een definitief beheerplan op met daarbij een definitieve subsidieaanvraag. Met deze constructie wordt voldaan aan de bepalingen in het Besluit Infrastructuurfonds en krijgt ProRail de ruimte om overeenkomstig de wet een beheerplan op te stellen. Ten aanzien van de transparantie is ook het onderscheid tussen enerzijds onderhoud en vervanging en anderzijds uitbreiding van belang. De kosten van onderhoud en vervanging vallen over het algemeen onder de regulier te verlenen subsidie op grond van paragraaf 4 van het Beslu...
Aanvraag subsidie. 1. De aanvraag wordt ingediend conform de geldende ASV. 2. Aanbieders kunnen subsidie aanvragen voor peuters die gebruik maken van een kindercentrum dat met VE in het LRK in de gemeente Dronten is geregistreerd. 3. Voor de aanvraag worden twee door het college vastgestelde formulieren gebruikt: het aanvraagformulier activiteitensubsidie en het format subsidieaanvraag peuteropvang en VE 2025 Dronten. 4. Voor de peuteraantallen in het subsidiejaar wordt in de aanvraag uitgegaan van het aantal geplaatste peuters op 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar. In uitzonderlijke gevallen kan een aanbieder hiervan afwijken. Dit dient dan expliciet onderbouwd te worden en vooraf afgestemd te worden met het college. 5. De aanvraag moet vóór 1 november van het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar worden ingediend. Het college kan besluiten om aanvragen die na 1 november zijn ingediend toch in behandeling te nemen. 6. Op het moment dat gedurende het subsidiejaar blijkt dat voor meer peuters subsidie nodig is, kan de aanbieder tot uiterlijk 1 oktober van het lopende jaar een aanvraag voor een aanvullende subsidie indienen.
Aanvraag subsidie. 1 Een aanvraag tot subsidieverlening gaat vergezeld van een investeringsplan bestaande uit: a een beschrijving van de uitgangssituatie; b een vermelding welk van de in artikel 8 bedoelde investeringsdoelen het betreft; c een omschrijving van de te treffen inrichtingsmaatregelen;
Aanvraag subsidie. 1. ProRail dient op grond van paragraaf 4 van het Besluit Infrastructuurfonds jaarlijks een aanvraag in voor een subsidie ten behoeve van de uitvoering van de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, voor het eerstvolgende kalenderjaar. De aanvraag bestaat uit: a. een jaarlijks voor 1 september in te dienen conceptsubsidieaanvraag; b. een jaarlijks voor 15 november in te dienen definitieve subsidieaanvraag. 2. Ten behoeve van de uitbreiding van de hoofdspoorweginfrastructuur, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel b, kan ProRail op grond van paragraaf 2 van het Besluit Infrastructuurfonds een aanvraag doen voor een aanvullende subsidie. Onverminderd het bepaalde in het Besluit Infrastructuurfonds voldoet de aanvraag aanhet MIRT-spelregelkader4.
Aanvraag subsidie. SBOH is verantwoordelijk en draagt zorg voor het jaarlijks tijdig en volledig aanvragen van de Subsidie.
Aanvraag subsidie a) Het bestuur van Ondernemersfonds Assen heeft middels de brief van 16 september 2013 een schriftelijk verzoek ingediend bij het college van burgemeester en wethouders voor een subsidie voor de jaren 2014, 2015 en 2016; b) In het voorjaar van 2014 zal dit verzoek worden voorzien van een per jaar onderverdeeld plan van aanpak en begroting; c) Jaarlijks zal tegelijkertijd bij het indienen van de tussentijdse voortgangsrapportage (zie artikel 9) het plan van aanpak en de begroting worden geactualiseerd;