Common use of Afkoop van kleine pensioenen Clause in Contracts

Afkoop van kleine pensioenen. 1. De Stichting is, voor zover het deelnemerschap is beëindigd op of na 1 januari 2018, na beëindiging van het deelnemerschap bevoegd om de in artikel 21, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van de gewezen deelnemer met instemming van de gewezen deelnemer af te kopen: a) op de pensioendatum, voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet; b) vóór de pensioendatum voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet en de Stichting na beëindiging van het deelnemerschap ten minste vijf maal tevergeefs heeft gepoogd de opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van een gewezen deelnemer over te dragen aan een andere pensioenuitvoerder op grond van artikel 21, lid 4 van dit reglement; 2. De Stichting heeft in beginsel het recht, voor zover het deelnemerschap is beëindigd vóór 1 januari 2018, de in artikel 21, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van de gewezen deelnemer af te kopen, voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet. 3. De Stichting heeft het recht om de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen af te kopen op de ingangsdatum van het partner- of wezenpensioen voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet. 4. De Stichting heeft het recht om bij scheiding een aanspraak op bijzonder partnerpensioen af te kopen, voor zover de aanspraak op bijzonder partnerpensioen op de ingangsdatum van het bijzonder partnerpensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet.

Appears in 2 contracts

Samples: Pensioenreglement, Pensioenreglement

Afkoop van kleine pensioenen. 1. De Stichting is, voor zover Het Fonds heeft het deelnemerschap is beëindigd recht om op of zijn vroegst twee jaar na 1 januari 2018, na de datum van beëindiging van het deelnemerschap bevoegd om de als bedoeld in artikel 2115, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van de gewezen deelnemer met instemming van de gewezen deelnemer aanspraak op ouderdomspensioen af te kopen: a) , indien de uitkering van het totale ouderdomspensioen op de pensioendatum, voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen jaarbasis minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 6666 PW. Ligt de reguliere ingangsdatum van het ouderdomspensioen binnen de genoemde termijn van twee jaar, dan heeft het Fonds het recht het ouderdomspensioen bij ingang af te kopen. Een bijbehorende aanspraak op partner- en wezenpensioen wordt eveneens afgekocht. 2. Indien het Fonds gebruik wenst te maken van het in lid 1, eerste volzin bedoelde recht, informeert het Fonds de gewezen deelnemer hierover binnen zes maanden na afloop van de periode van twee jaar na de datum van beëindiging van het deelnemerschap en gaat het Fonds binnen die termijn van zes maanden over tot de uitbetaling van de afkoopwaarde aan de gewezen deelnemer. Indien het Fonds gebruik wenst te maken van het in lid 1, tweede volzin bedoelde recht, informeert het Fonds de gepensioneerde hierover binnen zes maanden na de ingang van het ouderdomspensioen en gaat het Fonds binnen die termijn van zes maanden over tot de uitbetaling van de afkoopwaarde aan de gepensioneerde. 3. Het Fonds heeft het recht het partner- of wezenpensioen dat niet conform het bepaalde in lid 1 is afgekocht af te kopen, mits de uitkering van het totale partnerpensioen of wezenpensioen op jaarbasis op de Pensioenwet; b) vóór de pensioendatum voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen ingangdatum minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet en de Stichting na beëindiging van 66 PW. 4. Het Fonds heeft het deelnemerschap ten minste vijf maal tevergeefs heeft gepoogd de opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van een gewezen deelnemer over te dragen aan een andere pensioenuitvoerder op grond van artikel 21, lid 4 van dit reglement; 2. De Stichting heeft in beginsel recht het recht, voor zover het deelnemerschap is beëindigd vóór 1 januari 2018, de in artikel 21, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van de gewezen deelnemer bijzonder partnerpensioen af te kopen, voor zover mits dat pensioen op de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen datum van scheiding minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 6666 PW. 5. Indien het Fonds gebruik wenst te maken van het in de leden 3 en 4 bedoelde recht, lid 1 informeert het Fonds de pensioen- of aanspraakgerechtigde over zijn besluit hieromtrent binnen zes maanden na de ingangsdatum respectievelijk datum van scheiding en gaat over tot de uitbetaling van de Pensioenwetafkoopwaarde binnen die termijn van zes maanden. 36. Het in de leden 1 en 2 bepaalde is niet van toepassing indien de gewezen deelnemer het Fonds binnen twee jaar na de datum van beëindiging van het deelnemerschap schriftelijk heeft meegedeeld dat de gewezen deelnemer een procedure tot waardeoverdracht is gestart. 7. De Stichting heeft hoogte van de afkoopwaarde wordt door het recht om Fonds vastgesteld op basis van door het Bestuur – gehoord de actuaris – vastgestelde afkoopfactoren. De opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen af pensioenaanspraken kennen voor mannen en vrouwen dezelfde afkoopfactor. De toe te kopen op de ingangsdatum passen afkoopfactoren zijn vastgelegd in bijlage VI van het partner- Pensioenreglement 2006. Deze afkoopfactoren zijn geldig tot het moment dat het Bestuur, op advies van de actuaris, de afkoopfactoren wijzigt. De in een periode geldende afkoopfactoren zijn van toepassing op alle gevallen waarin in die periode krachtens dit artikel het pensioenrecht of wezenpensioen voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen minder bedraagt dan het bedrag pensioenaanspraak wordt vervangen door een afkoopwaarde. 8. In geval van afkoop als bedoeld in artikel 66dit artikel, lid 1 vervallen alle aanspraken van de Pensioenwetaanspraakgerechtigde of pensioengerechtigde jegens het Fonds. 49. De Stichting heeft Het Fonds kan de in de voorgaande leden bedoelde pensioenen eveneens afkopen na de in de leden 2 en 5 genoemde termijnen, mits de gewezen deelnemer, gepensioneerde, partner of gewezen partner daarmee instemt en aan de desbetreffende eisen in de artikelen 66 tot en met 68 PW is voldaan. 10. Het Fonds vergoedt rente over de periode tussen het recht om bij scheiding een aanspraak op bijzonder partnerpensioen af te kopen, voor zover de aanspraak op bijzonder partnerpensioen op de ingangsdatum van het bijzonder partnerpensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 vervallen van de Pensioenwetpensioenaanspraken of –rechten in verband met de afkoop en de uitkering van de afkoopwaarde.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Afkoop van kleine pensioenen. 1. De Stichting is, voor zover Het Pensioenfonds heeft de bevoegdheid om af te kopen indien sprake is van een: x. xxxxx ouderdomspensioen; b. een klein Partnerpensioen en / of wezenpensioen; c. een klein Bijzonder Partnerpensioen bij Scheiding; d. fiscaal bovenmatig pensioen. 2. Met betrekking tot het deelnemerschap is beëindigd op of klein ouderdomspensioen kan het Pensioenfonds in de periode tussen 2 en 2 jaar en 6 maanden na 1 januari 2018, na beëindiging het einde van het deelnemerschap bevoegd om over te gaan tot afkoop. Indien de in artikel 21Pensioenrichtdatum, lid dan wel de eerdere Ingangsdatum binnen 2 jaar na het einde van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken het deelnemerschap valt, kan het Pensioenfonds tot afkoop over gaan binnen 6 maanden na de Pensioenrichtdatum dan wel de eerdere Ingangsdatum. Voor afkoop na de periode van de gewezen deelnemer met 2 jaar en 6 maanden is instemming van de gewezen deelnemer af te kopen: a) op de pensioendatum, voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt Gewezen Deelnemer dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet; b) vóór de pensioendatum voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet en de Stichting na beëindiging van het deelnemerschap ten minste vijf maal tevergeefs heeft gepoogd de opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van een gewezen deelnemer over te dragen aan een andere pensioenuitvoerder op grond van artikel 21, lid 4 van dit reglement; 2. De Stichting heeft in beginsel het recht, voor zover het deelnemerschap is beëindigd vóór 1 januari 2018, de in artikel 21, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van de gewezen deelnemer af te kopen, voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwetwel Gepensioneerde nodig. 3. De Stichting heeft het recht om de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen af te kopen op de ingangsdatum Het Pensioenfonds kan tevens bij ingang van het partner- of wezenpensioen voor zover ouderdomspensioen het klein ouderdomspensioen afkopen indien de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen minder bedraagt Gewezen Deelnemer dan het bedrag als bedoeld wel de Gepensioneerde daarmee in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwetstemt. 4. De Stichting Het Pensioenfonds kan een klein Partnerpensioen en / of wezenpensioen afkopen binnen 6 maanden na ingang van deze pensioenen. Voor afkoop buiten deze periode is de instemming van de Achterblijvende Partner vereist. 5. Een klein Bijzonder Partnerpensioen bij Scheiding kan door het Pensioenfonds afgekocht worden binnen 6 maanden na de Scheidingsdatum. Voor afkoop buiten deze periode is instemming van de Gewezen Partner vereist. 6. Indien het Pensioenfonds wil afkopen op of na de Pensioenrichtdatum en het moment waarop het Pensioenfonds wil afkopen ligt voor de datum waarop het ouderdomspensioen op grond van de Algemene Ouderdomswet ingaat, dan heeft de Gewezen Deelnemer het recht om bij scheiding een aanspraak op bijzonder partnerpensioen af ervoor te kopenkiezen dat het ouderdomspensioen waarop de afkoop betrekking heeft, voor zover de aanspraak op bijzonder partnerpensioen ingaat op de ingangsdatum eerste dag van de maand volgend op de maand waarop het ouderdomspensioen op grond van de Algemene Ouderdomswet ingaat. Het pensioenfonds koopt af op het moment dat het ouderdomspensioen waarop de afkoop betrekking heeft ingaat. 7. Het Pensioenfonds kan alleen overgaan tot afkoop indien de hoogte van het bijzonder partnerpensioen minder bedraagt betreffende pensioen op jaarbasis per 1 januari van dat jaar lager is dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 € 520,35 per jaar (niveau 2022). 8. Het Pensioenfonds waarborgt bij de vaststelling van de Pensioenwetafkoopwaarde door vaststelling van een afkoopvoet dat geen onderscheid gemaakt wordt tussen mannen en vrouwen, waarbij voldaan wordt aan het vereiste van collectieve actuariële gelijkwaardigheid.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Afkoop van kleine pensioenen. 1. De Stichting is, voor zover Het Fonds heeft het deelnemerschap recht om de premievrije aanspraak op ouderdomspensioen als bedoeld in artikel 14 die is beëindigd op of na 1 januari 2018, na ontstaan wegens beëindiging van het deelnemerschap bevoegd om vóór 1 januari 2007, op zijn vroegst twee jaar na de beëindiging van het deelnemerschap of per de eerdere reguliere ingangsdatum van het ouderdomspensioen af te kopen, indien de uitkering van het totale ouderdomspensioen op jaarbasis op de reguliere ingangsdatum, getoetst per 1 januari van dat jaar lager is dan het bedrag als bedoeld in artikel 2166 PW, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van tenzij de gewezen deelnemer met instemming van de gewezen deelnemer af te kopen: a) op de pensioendatum, voor zover de opgebouwde premievrije of gepensioneerde hiertegen bezwaar maakt. Een bijbehorende aanspraak op ouderdomspensioen partner- en wezenpensioen wordt eveneens afgekocht. 2. Het Fonds heeft het recht het partnerpensioen dat vóór 1 januari 2007 is ingegaan en indien de uitkering van het totale partnerpensioen op jaarbasis, getoetst op het tijdstip van ingang minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 6666 PW, lid af te kopen, mits de pensioengerechtigde daarmee instemt. Een bijbehorend recht op wezenpensioen wordt eveneens afgekocht. 3. Het Fonds heeft het recht het bijzonder partnerpensioen dat door het Fonds in verband met een scheiding van vóór 1 januari 2007 is toegekend, af te kopen indien de uitkering van het bijzonder partnerpensioen op jaarbasis, getoetst op het tijdstip van de Pensioenwet; b) vóór de pensioendatum voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen scheiding, minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet 66 PW en de Stichting na beëindiging van het deelnemerschap ten minste vijf maal tevergeefs heeft gepoogd de opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van een gewezen deelnemer over te dragen aan een andere pensioenuitvoerder op grond van artikel 21, lid 4 van dit reglement; 2. De Stichting heeft in beginsel het recht, voor zover het deelnemerschap is beëindigd vóór 1 januari 2018, de in artikel 21, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van de gewezen deelnemer af te kopen, voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet. 3. De Stichting heeft het recht om de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen af te kopen op de ingangsdatum van het partner- of wezenpensioen voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwetpartner hiermee instemt. 4. De Stichting heeft Indien het recht om bij scheiding een aanspraak op bijzonder partnerpensioen af Fonds gebruik wenst te kopen, voor zover de aanspraak op bijzonder partnerpensioen op de ingangsdatum maken van het bijzonder partnerpensioen minder bedraagt dan in de leden 1, 2 en 3 bedoelde recht, informeert het bedrag Fonds de pensioen- of aanspraakgerechtigde over zijn besluit hieromtrent en gaat over tot de uitbetaling van de afkoopwaarde binnen een termijn van zes maanden. 5. De hoogte van de afkoopwaarde wordt door het Fonds vastgesteld op basis van door het Bestuur - gehoord de actuaris - vastgestelde afkoopfactoren. De opgebouwde pensioenaanspraken kennen voor mannen en vrouwen dezelfde afkoopfactor. De toe te passen afkoopfactoren zijn vastgelegd in bijlage VI van het Pensioenreglement 1994. Deze afkoopfactoren zijn geldig tot het moment dat het Bestuur, op advies van de actuaris, de afkoopfactoren wijzigt. De in een periode geldende afkoopfactoren zijn van toepassing op alle gevallen waarin in die periode krachtens dit artikel het pensioenrecht of de pensioenaanspraak wordt vervangen door een afkoopwaarde. 6. In geval van afkoop als bedoeld in artikel 66dit artikel, lid 1 vervallen alle aanspraken van de Pensioenwetaanspraakgerechtigde of pensioengerechtigde jegens het Fonds. 7. Het Fonds vergoedt rente over de periode tussen het vervallen van de pensioenaanspraken of –rechten in verband met de afkoop en de uitkering van de afkoopwaarde.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement

Afkoop van kleine pensioenen. 11 Als bij ingang van het ouderdomspensioen dit pensioen lager is dan de wettelijke grens die daarvoor op dat moment geldt, heeft het pensioenfonds het recht om dit pensioen en de bijbehorende pensioenaanspraken af te kopen, mits de pensioengerechtigde met de afkoop instemt. De Stichting isafkoopwaarde wordt uitgekeerd aan de pensioengerechtigde. 2 Als bij beëindiging van de partnerrelatie de aanspraak op bijzonder partnerpensioen lager is dan de wettelijke grens die daarvoor op dat moment geldt, voor zover heeft het pensioenfonds het recht tot afkoop van de aanspraak op bijzonder partnerpensioen, zonder instemming van de gewezen partner. De afkoopwaarde wordt uitgekeerd aan de gewezen partner. 3 Als het deelnemerschap tussentijds is beëindigd in 2016 en 2017 en de opgebouwde aanspraak op of na 1 januari 2018ouderdomspensioen was op dat moment (datum einde deelnemerschap) lager dan de wettelijke grens die daarvoor op dat moment gold, na beëindiging van heeft het deelnemerschap bevoegd pensioenfonds het recht om deze pensioenaanspraak en de in artikel 21, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije bijbehorende pensioenaanspraken zonder instemming van de gewezen deelnemer af te kopen gedurende zes maanden nadat er twee jaar zijn verstreken na de tussentijdse beëindiging van het deelnemerschap. Deze afkoop vindt niet plaats als de gewezen deelnemer een procedure tot waardeoverdracht is gestart en de waarde wordt overgedragen naar de nieuwe pensioenuitvoerder. De afkoopwaarde wordt uitgekeerd aan de gewezen deelnemer. Als het deelnemerschap tussentijds is beëindigd in 2018 of later en de opgebouwde aanspraak op ouderdomspensioen is op dat moment (datum einde deelnemerschap) lager dan de wettelijke grens die daarvoor op dat moment gold, heeft het pensioenfonds het recht om deze pensioenaanspraak en de bijbehorende pensioenaanspraken met instemming van de gewezen deelnemer af te kopen:kopen na vijf vergeefse pogingen tot automatische waardeoverdracht van kleine pensioenen, maar niet eerder dan na vijf jaar na einde van het deelnemerschap en ook niet voor 1 januari 2024. De afkoopwaarde wordt uitgekeerd aan de gewezen deelnemer. a4 Als bij overlijden van een (gewezen) deelnemer het partnerpensioen en/of het wezenpensioen lager blijken te zijn dan de wettelijke grens, heeft het pensioenfonds een recht tot afkoop van deze pensioenen zonder instemming van de gerechtigden op het nabestaandenpensioen. De afkoopwaarde wordt dan uitgekeerd aan de pensioengerechtigde partner of het pensioengerechtigde kind. 5 Het in de voorgaande leden bedoelde bedrag voor afkoop van klein pensioen wordt jaarlijks per 1 januari krachtens de Pensioenwet vastgesteld. Per 1 januari 2014 bedraagt het bedrag voor afkoop van klein pensioen € 458,06 (op jaarbasis). 6 Bij een eventuele afkoop worden de pensioenen en/of pensioenaanspraken vervangen door een uitkering ineens. De uitkering ineens is gelijk aan de contante waarde (actuariële waarde) van de af te kopen pensioenaanspraken (afkoopwaarde) verminderd met de wettelijk verplichte inhoudingen. De afkoopwaarde wordt op basis van collectief actuarieel gelijkwaardige factoren bepaald, dat wil zeggen dat de contante waarde gelijk is voor mannen en vrouwen. De hiervoor bedoelde afkoopfactoren (tarieven) worden door het bestuur van het pensioenfonds, gehoord de actuaris, op basis van collectief actuariële gelijkwaardigheid vastgesteld en zijn in bijlage 8 bij dit pensioenreglement opgenomen. Deze afkooptarieven kunnen jaarlijks (per kalenderjaar), door het bestuur van het pensioenfonds, gehoord de actuaris, worden aangepast. Tevens heeft het bestuur de bevoegdheid om, gehoord de actuaris, de afkooptarieven tussentijds aan te passen als gevolg van wijzigende marktomstandigheden. De afkooptarieven zoals geldend op de afkoopdatum zijn bepalend voor de vaststelling van de afkoopsom. Het pensioenfonds betaalt, bij of krachtens het in de Pensioenwet bepaalde, de uitkering ineens (afkoopwaarde minus wettelijke inhoudingen) op de pensioendatum, voor zover dag dat de opgebouwde premievrije aanspraak aanspraken of rechten vervallen in verband met de afkoop. 7 Als er op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, grond van lid 1 van de Pensioenwet; b) vóór de pensioendatum voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in dit artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet en de Stichting na beëindiging van het deelnemerschap ten minste vijf maal tevergeefs heeft gepoogd de opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van een gewezen deelnemer over te dragen aan een andere pensioenuitvoerder op grond van artikel 21, lid 4 van dit reglement; 2. De Stichting heeft in beginsel het recht, voor zover het deelnemerschap is beëindigd vóór 1 januari 2018, de in artikel 21, lid 2 van dit reglement bedoelde opgebouwde premievrije pensioenaanspraken van de gewezen deelnemer af te kopen, voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op ouderdomspensioen minder bedraagt dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet. 3. De Stichting heeft het recht om de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen af te kopen op de ingangsdatum van het partner- of wezenpensioen ouderdomspensioen afkoop kan plaatsvinden en de ingangsdatum van dit pensioen ligt voor zover de opgebouwde premievrije aanspraak op partner- of wezenpensioen minder bedraagt datum waarop voor de gewezen deelnemer c.q. pensioengerechtigde de uitkering ingevolge de AOW ingaat, dan het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 van de Pensioenwet. 4heeft deze gewezen deelnemer c.q. De Stichting heeft deze pensioengerechtigde het recht om bij scheiding een aanspraak op bijzonder partnerpensioen af het ouderdomspensioen waarop de afkoop betrekking heeft, later te kopen, voor zover laten ingaan. Deze latere ingangsdatum is dan gelijk aan de aanspraak op bijzonder partnerpensioen eerste dag van de maand volgend op de ingangsdatum datum waarop de uitkering ingevolge de AOW ingaat. Het ouderdomspensioen wordt dan verhoogd. Het tarief voor deze verhoging wordt in een voorkomende situatie door de actuaris van het bijzonder partnerpensioen minder bedraagt dan fonds vastgesteld op basis van collectieve actuariële gelijkwaardigheid. Vervolgens wordt het bedrag als bedoeld in artikel 66, lid 1 (verhoogde) ouderdomspensioen afgekocht op de latere ingangsdatum met inachtneming van de Pensioenwetbepalingen in lid 6.

Appears in 1 contract

Samples: Pensioenreglement