Beoordeling van de klacht Voorbeeldclausules

Beoordeling van de klacht. 4.1. De klacht zoals hiervoor weergegeven, betreft het optreden van betrokkene in haar hoedanigheid van administratie-en belastingdeskundige, lid van NOAB. Als zodanig is zij onderworpen aan het voor de NOAB leden geldende tuchtrecht. Bij de beoordeling van de klacht is dit het uitgangspunt van het Tuchtcollege. 4.2.1. De aard van de door betrokkene ten behoeve van klagers te verrichten werkzaamheden, voor zover in casu van belang, is voldoende duidelijk voor het Tuchtcollege komen vast te staan. Het standpunt van klager komt hierop neer dat de aan de desbetreffende werkzaamheden verbonden kosten door betrokkene niet extra in rekening kunnen worden gebracht aangezien die kosten zijn begrepen in de vaste prijsafspraak tussen partijen zoals die gold vanaf 1999. Betrokkene weerspreekt niet – sterker nog: erkent herhaaldelijk - dat bedoelde werkzaamheden (en dus ook de daaraan verbonden kosten) aanvankelijk inderdaad onder die overeenkomst vielen, maar betrekt de stelling dat de overeenkomst nadien – naar haar bijstaat met ingang van het jaar 2002 en in overleg met dan wel met stilzwijgende instemming van klager - is gewijzigd in die zin, dat met betrekking tot die werkzaamheden voortaan wel extra kosten aan klager in rekening konden worden gebracht. 4.2.2. Voor wat betreft deze laatste door betrokkene opgeworpen stelling, die overigens door klager wordt betwist, stelt het Tuchtcollege voorop dat deze civielrechtelijk van aard is. Het is aan de civiele rechter om te beoordelen of klager uitdrukkelijk dan wel stilzwijgend heeft ingestemd met de wijziging van de in 1999 overeengekomen prijsafspraken. Het Tuchtcollege is derhalve niet bevoegd om hierover te oordelen. 4.3.1. Het Tuchtcollege is vervolgens van oordeel dat een NOAB administratie-en belastingdeskundige moet zorgen dat tussen hem en zijn cliënt duidelijkheid bestaat met betrekking tot hun financiële relatie. Het behoort derhalve tot de zorgplicht van een NOAB administratie-en belastingdeskundige dat hij de met zijn cliënt overeengekomen prijsafspraken en/of de wijzigingen daarvan op een duidelijke manier schriftelijk vastlegt. De ratio van deze regel is dat de NOAB administratie-en belastingdeskundige dient te voorkomen dat er onzekerheid, misverstanden of geschillen ontstaan over de gemaakte prijsafspraken en/of de wijzigingen daarvan. Het NOAB tuchtrecht is van toepassing op de vraag of een NOAB administratie-en belastingdeskundige al dan niet aan deze zorgplicht heeft voldaan. 4.3.2. Nu betrokkene ...
Beoordeling van de klacht. Het standpunt van klagers betreft - samengevat en in hoofdzaak - het volgende: Klagers hebben een overeenkomst gesloten met de opdrachtgeefster van verweerster, XXX. Verweerster heeft zelf - middels een transactieoverzicht - aangegeven dat klagers geen schuld meer hebben aan de bank sedert 2016. Desondanks schrijft verweerster klagers aan om te betalen en gaat daarbij ervan uit dat klagers een groot bedrag maandelijks zouden kunnen betalen om de gestelde schuld te voldoen. De incassoprocedure is ‘on hold’ gesteld, maar recentelijk hervat, terwijl de klacht bij de Raad aanhangig is.Verweerster reageert niet inhoudelijk op de brieven van xxxxxxx en komt toezeggingen niet na. Bovendien hebben klagers herhaalde malen gevraagd om toezending van de opdracht van de XXX aan verweerster en een brief die XXX - kennelijk ter zake van de betwiste schuld - volgens verweerster aan klagers zou hebben gezonden. Klagers hebben echter nooit enig bericht van XXX ontvangen, hetgeen telefonisch door XXX is bevestigd, evenals het feit dat incasso- opdrachten schriftelijk worden gegeven, met overlegging van alle tot het dossier behorende correspondentie. Verweerster kan echter de opdracht niet tonen en geen stukken overleggen die de vordering staven. Overigens wordt wat betreft de vaststelling van de aflossingsruimte onvoldoende rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van klagers. Voorts zijn klagers op één dag meerdere malen door verschillende medewerksters van verweerster telefonisch benaderd, wat strijdig is met een maatschappelijk verantwoorde incassoprocedure. Xxxxxxxxx heeft verweerster de incasso-activiteiten niet opgeschort tijdens de behandeling van de klacht.
Beoordeling van de klacht. Het standpunt van klager betreft - samengevat en in hoofdzaak - het volgende: Gemachtigde (verder te noemen: “klager”) dient de klacht in namens zijn zoon X, van wie nakoming wordt gevorderd ter zake van het aangaan van een mobiele telefoonabonnement, waarvan xxxxxx stelt dat zijn zoon dit abonnement niet heeft gesloten. Zijn zoon heeft het abonnement niet afgesloten en klager stelt dat zijn zoon zijn identiteitsbewijs is kwijt geraakt en een derde op naam van zijn zoon een abonnement heeft gesloten. Voorts stelt klager (samengevat) het volgende: - verweerster reageert niet tijdig op brieven en mails; - verweerster heeft geen behoorlijk fraudeonderzoek gedaan; - zij legt de door de zoon xxxxxx aangifte naast zich neer; - zij sommeert terwijl geen acht wordt geslagen op de fraude; - er is geen zelfreflectie of fatsoen om fouten toe te geven; - verweerster is ten onrechte niet bereid om een persoonlijk gesprek aan te gaan.
Beoordeling van de klacht. Het standpunt van klaagster betreft - samengevat en in hoofdzaak - het volgende: Klaagster stelt dat verweerster een vordering op haar geldend tracht te maken, betreffende een contract dat zij heeft gehad met Opdrachtgeefster. Klaagster geeft aan weliswaar een contract met Opdrachtgeefster te hebben gehad, maar dit contract is per 15 februari 2007 beëindigd. Dat is echter kennelijk door een fout bij Opdrachtgeefster niet verwerkt. Klaagster stelt van de beëindiging van de overeenkomst ook bewijzen te hebben. Niettemin gaat verweerster door met het aanschrijven van klaagster, zonder na te gaan of het standpunt van klaagster juist is. Verweerster neemt in dat verband ook niet de moeite bewijzen bij klaagster op te vragen. Klaagster vindt deze handelwijze nalatig en onzorgvuldig. Daarbij komt dat verweerster klaagster ten onrechte heeft aangemeld bij het BKR.
Beoordeling van de klacht. Vaststaande feiten Geschilpunt
Beoordeling van de klacht a. Indien geen bemiddeling plaatsvindt of als deze niet tot resultaat leidt binnen de gestelde termijn voor bemiddeling, gaat de Klachtencommissie over tot beoordeling van de klacht. De Ethische Commissie wordt hiervan in kennis gesteld. b. De beoordeling van de klacht vindt plaats op grond van de uitgangspunten in de Ethische Code en/of wat je in zijn algemeenheid van een bekwaam begeleider mag verwachten. c. De Klachtencommissie beoordeelt of de klacht gegrond en bewezen is. d. Gegrond betekent dat onderzoek door de Klachtencommissie heeft uitgewezen dat de klacht terecht is. Ongegrond betekent dat de Klachtencommissie op grond van de verzamelde gegevens van mening is dat de klacht niet terecht is, óf dat er geen – of onvoldoende – gegevens beschikbaar zijn waarop de Klachtencommissie haar oordeel kan baseren. De Klachtencommissie motiveert in haar uitspraak altijd waarom zij tot dit oordeel is gekomen. e. Bewezen betekent dat de Klachtencommissie het voldoende aannemelijk vindt dat hetgeen de klager beweert ook daadwerkelijk is gebeurd. f. Indien de Klachtencommissie de klacht gegrond en bewezen acht, doet zij een uitspraak en legt mogelijk een sanctie op. Deze uitspraak is bindend. g. De Klachtencommissie brengt klager, beklaagde en Ethische commissie van de Uitspraak, inclusief beoordeling en opgelegde sanctie, op de hoogte in een Uitspraakbrief.

Related to Beoordeling van de klacht

  • Duur en afsluiting van de opdracht 11.1 De duur van de opdracht hangt af van de soort dienstverlening en wordt zoveel mogelijk tevoren overeengekomen in de opdrachtbevestiging. In de opdrachtbevestiging wordt indien mogelijk een inschatting van de duur van de opdracht en van het aantal te houden sessies gegeven. 11.2 Na het verstrijken van de duur van de opdracht kan geen aanspraak meer gemaakt worden op niet of nog niet opgenomen onderdelen van de opdracht zoals coachingsuren en lesmateriaal in welke vorm dan ook.

  • Regeling van de schade De verzekeraar belast zich met de regeling en vaststelling van de schade en heeft het recht de benadeelden rechtstreeks schadeloos te stellen en met hen schikkingen te treffen. Bestaat de te betalen schadevergoeding uit periodieke uitkeringen en is de waarde van deze uitkeringen met inachtneming van eventuele andere schadevergoedingen hoger dan het verzekerd bedrag, dan wordt de duur of de hoogte van deze uitkeringen naar evenredigheid verminderd.

  • Inschakeling van derden Leverancier is gerechtigd bij de uitvoering van de Overeenkomst derden in te schakelen. Zij is tevens gerechtigd rechten en verplichtingen welke voortvloeien uit de Overeenkomst aan derden over te dragen.

  • Beëindiging van de arbeidsovereenkomst 1. Een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan tussentijds worden beëindigd. 2. Het tussentijds beëindigen van een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dan wel het beëindigen van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, geschiedt: a. door opzegging; b. door onverwijlde opzegging wegens een voor de werkgever of de werknemer dringende reden als bedoeld in art. 7:678 c.q. art. 7:679 van het Burgerlijk Wetboek; c. door ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van art.7:671b c.q. artikel 7:671c dan wel wegens wanprestatie als bedoeld in art. 7:686 van het Burgerlijk Wetboek; d. met wederzijds goedvinden op het door de werkgever en werknemer overeengekomen tijdstip; e. op verzoek van de werknemer voor het geheel of een gedeelte van de voor hem geldende betrekkingsomvang met het oog op een uitkering als bedoeld in het pensioenreglement van de Stichting ABP of een FPU-uitkering, zoals geregeld in het FPU-reglement van het VUT-fonds. 3. Van rechtswege eindigt: a. de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd door het verstrijken van de tijd waarvoor het is aangegaan; b. de arbeidsovereenkomst van de werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt een en ander met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin voornoemde leeftijd is bereikt, met dien verstande dat de werkgever in overleg met de werknemer deze ontslagdatum telkenmale met maximaal een jaar kan opschorten; c. de arbeidsovereenkomst bij overlijden van de werknemer;

  • Aanvaarding van de opdracht 1. Opdrachtgever dient het aanbod expliciet en schriftelijk te aanvaarden. Indien opdrachtgever dit nalaat, maar er desondanks mee instemt, of althans die indruk wekt, dat fotograaf werk verricht in het kader van de overeenkomst, dan wordt het aanbod als aanvaard beschouwd. 2. Fotograaf houdt zich het recht voor een opdracht te weigeren indien na aanvaarding nieuwe informatie beschikbaar komt die uitvoering voor fotograaf onaanvaardbaar maken. 3. Na aanvaarding kan de overeenkomst slechts met wederzijdse instemming worden gewijzigd. Fotograaf is in dat geval gerechtigd de voor de overeenkomst verschuldigde prijs aan te passen.

  • Wijziging van de opdracht 15-1 Wijzigingen in de oorspronkelijke order, van welke aard ook, schriftelijk of mondeling door of namens de opdrachtgever aangebracht, die hogere kosten veroorzaken dan waarop bij de prijsopgave kon worden gerekend, worden de opdrachtgever extra in rekening gebracht. 15-2 Door de opdrachtgever, na het verstrekken van de opdracht, alsnog verlangde wijzigingen in de uitvoering daarvan, moeten door de opdrachtgever tijdig en schriftelijk aan Xxxx ter kennis zijn gebracht. Worden ze mondeling of per telefoon opgegeven dan is het risico voor de tenuitvoerlegging van de wijzigingen voor rekening van de opdrachtgever. 15-3 Aangebrachte wijzigingen kunnen tot gevolg hebben, dat de voor de veranderingen overeengekomen levertijd door Asci buiten haar verantwoordelijkheid wordt overschreden.

  • Betaling van de uitkering 1. In geval van overlijden (rubriek A) Bij overlijden van een verzekerde binnen 3 jaar na een ongeval, keert de verzekeraar het voor hem verzekerde bedrag uit. Heeft de verzekeraar xxxxxxx van hetzelfde ongeval reeds uitkering verleend wegens blijvende invaliditeit, dan wordt laatstgenoemde uitkering in mindering gebracht op de uitkering bij overlijden. Is de reeds verleende uitkering wegens blijvende invaliditeit echter hoger dan de uitkering bij overlijden, dan zal de verzekeraar het verschil niet terugvorderen. De schade-uitkering wordt in geval van overlijden overgemaakt op rekening van verzekerde of diens executeur testamentair. 2. In geval van blijvende invaliditeit (rubriek B) De mate van blijvende invaliditeit wordt vastgesteld zodra naar medisch oordeel sprake is van een onveranderlijke toestand, doch uiterlijk binnen 3 jaar na melding van het ongeval. Na deze periode zal de mate van blijvende invaliditeit worden bepaald op basis van de dan bestaande invaliditeit, waarbij uitdrukkelijk wordt bepaald, dat nadien optredende wijzigingen géén aanleiding kunnen vormen om aanspraken te doen op aanvullende uitkeringen. De schade-uitkering wordt in geval van blijvende invaliditeit overgemaakt op rekening van verzekerde.

  • Uitvoering van de werkzaamheden 15.1 Leverancier zal de computerservice met zorg verrichten overeenkomstig de met Cliënt schriftelijk vastgelegde procedures en afspraken. 15.2 Alle door Leverancier te verwerken gegevens zullen overeenkomstig de door Leverancier te stellen voorwaarden door Cliënt worden geprepareerd en worden aangeleverd. Tenzij anders is overeengekomen, zal Cliënt de te verwerken gegevens brengen naar en de resultaten van de verwerking ophalen van de plaats waar Leverancier de computerservice uitvoert. Transport geschiedt voor rekening en risico van Cliënt, ook indien dit door Leverancier wordt uitgevoerd of verzorgd. 15.3 Cliënt staat er voor in dat alle door hem aan Leverancier ter uitvoering van de computerservice ter beschikking gestelde materialen, gegevens, programmatuur, procedures en instructies steeds juist en volledig zijn en dat alle aan Leverancier verstrekte informatiedragers voldoen aan de specificaties van Leverancier. 15.4 Alle door Leverancier bij de computerservice te gebruiken apparatuur, programmatuur en andere materialen blijven het eigendom respectievelijk voorwerp van intellectuele en industriële eigendom van Leverancier, ook indien Cliënt een vergoeding betaalt voor het ontwikkelen of aanschaffen ervan door Leverancier. Leverancier kan de van Cliënt ontvangen produkten en gegevens en de resultaten van de verwerking onder zich houden totdat Cliënt alle aan Leverancier verschuldigde bedragen betaald heeft. 15.5 Leverancier kan wijzigingen in de inhoud of omvang van de computerservice aanbrengen. Indien dergelijke wijzigingen een verandering van de bij Cliënt geldende procedures tot gevolg hebben, zal Leverancier Cliënt hierover zo tijdig mogelijk inlichten en komen de kosten van deze verandering voor rekening van Cliënt. In zodanig geval kan Cliënt de overeenkomst schriftelijk door opzegging beëindigen tegen de datum waarop de wijziging in werking treedt, tenzij deze wijziging verband houdt met wijzigingen in relevante wetgeving of andere door bevoegde instanties gegeven voorschriften of Leverancier de kosten van deze wijziging voor zijn rekening neemt. 15.6 Leverancier zal zich er naar beste kunnen voor inspannen dat de door hem bij de uitvoering van de computerservice gebruikte programmatuur voor zover mogelijk wordt aangepast aan wijzigingen in relevante wetgeving of andere door bevoegde instanties gegeven voorschriften. Desverzocht zal Leverancier tegen de bij hem gebruikelijke tarieven Cliënt adviseren over de gevolgen van deze aanpassingen voor Cliënt.

  • Uitvoering van de opdracht 5.1 Opdrachtnemer bepaalt de wijze waarop en door welke perso(o)n(en) de Opdracht wordt uitgevoerd, maar neemt daarbij de door Opdrachtgever kenbaar gemaakte wensen zoveel mogelijk in acht. 5.2 Opdrachtnemer heeft het recht bepaalde werkzaamheden, zonder kennisgeving aan en uitdrukkelijke toestemming van Opdrachtgever, te laten verrichten door een door Opdrachtnemer aan te wijzen persoon of derde, als dat naar het oordeel van Opdrachtnemer wenselijk is. Opdrachtnemer is in dat kader voorts gerechtigd de voor deze werkzaamheden relevante van Opdrachtgever afkomstige (persoons)gegevens aan deze derde door te geven. De ingeschakelde derde wordt voor wat betreft de wetgeving in de zin van de geldende privacyregelgeving als (sub)verwerker aangemerkt. Opdrachtnemer staat er voor in dat de verplichtingen die op grond van artikel 10 van de Overeenkomst op Opdrachtnemer rusten zoveel mogelijk ook op deze derde komen te rusten. 5.3 Opdrachtnemer zal de werkzaamheden naar beste vermogen en als een zorgvuldig handelend beroepsbeoefenaar uitvoeren; Opdrachtnemer kan evenwel niet instaan voor het bereiken van enig beoogd resultaat. 5.4 De Opdracht wordt uitgevoerd met inachtneming van de toepasselijke (beroeps)regelgeving en hetgeen bij of krachtens de wet wordt geëist. Opdrachtgever verleent telkens en volledig medewerking aan de verplichtingen die hieruit voor Opdrachtnemer voortvloeien. 5.5 Opdrachtgever is ermee bekend dat Opdrachtnemer op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft): a) verplicht kan zijn om een onderzoek naar de identiteit van Opdrachtgever en/of cliënt te doen; b) verplicht kan zijn om bepaalde transacties te melden aan de daarvoor van overheidswege ingestelde autoriteiten. 5.6 Onder (beroeps)regelgeving wordt in ieder geval verstaan het Reglement Beroepsuitoefening van het Register Belastingadviseurs. 5.7 Opdrachtnemer sluit iedere aansprakelijkheid uit voor schade die ontstaat ten gevolge van het voldoen door Opdrachtnemer aan de voor hem geldende wet- en (beroeps)regelgeving. 5.8 Opdrachtnemer houdt ter zake van de Opdracht een werkdossier aan met daarin kopieën van relevante stukken, dat eigendom is van Opdrachtnemer. 5.9 Opdrachtnemer kan gebruik maken van elektronische communicatiemiddelen. Als gevraagd stemt Opdrachtgever in met het gebruik door Opdrachtnemer van een elektronische handtekening als bedoeld in artikel 3:15a Burgerlijk Wetboek. Tijdens de uitvoering van de Opdracht kunnen Opdrachtgever en Opdrachtnemer door middel van elektronische middelen met elkaar communiceren en/of gebruik maken van elektronische opslag (zoals cloud-toepassingen). Behoudens voor zover schriftelijk anders is overeengekomen, mogen partijen ervan uitgaan dat verzending van correct geadresseerde faxberichten, e-mails (met inbegrip van e-mails die via internet worden verstuurd) en voicemailberichten ongeacht of deze vertrouwelijke informatie of stukken bevatten die op de Opdracht betrekking hebben, over en weer worden aanvaard. Hetzelfde geldt voor andere door de andere partij gebruikte of aanvaarde communicatiemiddelen. 5.10 Opdrachtgever en Opdrachtnemer zijn jegens elkaar niet aansprakelijk voor schade die eventueel bij één of ieder van hen voortvloeit uit het gebruik van elektronische middelen van communicatie, netwerken, applicaties, elektronische opslag, of overige systemen waaronder – maar niet beperkt tot – schade ten gevolge van niet-aflevering of vertraging bij de aflevering van elektronische communicatie, omissies, vervorming, onderschepping of manipulatie van elektronische communicatie door derden of door programmatuur/apparatuur gebruikt voor verzending, ontvangst of verwerking van elektronische communicatie, overbrenging van virussen en het niet of niet goed functioneren van het telecommunicatienetwerk of andere voor elektronische communicatie benodigde middelen, behoudens voor zover de schade het gevolg is van opzet of grove schuld. Het voorgaande geldt eveneens voor het gebruik dat Opdrachtnemer daarvan maakt in haar contacten met derden. 5.11 In aanvulling op het vorige lid aanvaardt Opdrachtnemer geen aansprakelijkheid voor enige schade ontstaan door of in verband met het elektronisch verzenden van (elektronische) jaarstukken en het digitaal deponeren daarvan bij de Kamer van Koophandel. 5.12 Zowel Opdrachtgever als Opdrachtnemer zullen al hetgeen redelijkerwijs van ieder van hen verwacht mag worden doen of nalaten ter voorkoming van het optreden van voornoemde risico’s. 5.13 De data-uittreksels uit de computersystemen van Opdrachtnemer zijn bepalend en leveren dwingend bewijs op van (de inhoud van) de door Opdrachtnemer verzonden elektronische communicatie en (de inhoud van) de door Opdrachtnemer van of namens Opdrachtgever ontvangen elektronische communicatie, een en ander behoudens tegenbewijs door Opdrachtgever.

  • Wijziging van de opdracht, meerwerk 1. Opdrachtgever aanvaardt dat de tijdsplanning van de opdracht kan worden beïnvloed als partijen tussentijds besluiten te wijzigen van aanpak, werkwijze of omvang van de opdracht en de daaruit voortkomende werkzaamheden. Wanneer door opdrachtgever tussentijds wijzigingen ontstaan in de uitvoering van de opdracht, brengt opdrachtnemer de noodzakelijke aanpassingen aan in opdracht van opdrachtgever. Leidt dit tot meerwerk, dan brengt hij dit als een aanvullende opdracht aan opdrachtgever in rekening. Opdrachtnemer mag de extra kosten voor wijziging van de opdracht bij opdrachtgever in rekening brengen. 2. In afwijking van lid 1, brengt opdrachtnemer geen meerkosten in rekening als de wijziging of aanvulling van de opdracht het gevolg is van omstandigheden die aan opdrachtnemer kunnen worden toegerekend.