BIJ UITGIFTE VAN DE OBLIGATIELENING Voorbeeldclausules

BIJ UITGIFTE VAN DE OBLIGATIELENING. De Uitgevende Instelling, De Jong Energie B.V. is een losstaande entiteit. ▪ De Uitgevende Instelling is 100% eigenaar van het Zonnepark. ▪ Op haar beurt is de Uitgevende Instelling 100% eigendom van de familie X. X. xx Xxxx, waarvan 52% van de aandelen eigendom is van (natuurlijk persoon) dhr. X.X. xx Xxxx. De rest van de aandelen, 48%, is in eigen- dom bij familie. De UBO van de Uitgevende Instelling is dhr. X.X. xx Xxxx. ▪ Het bestuur van de Uitgevende Instelling wordt gevoerd door dhr. X. X. xx Xxxx. ▪ Het bedrijf van de Uitgevende Instelling wordt uitgeoefend in overeenstemming met de statuten en met het Nederlands recht. De Nederlandse Corporate Governance Code is niet op de Uitgevende Instelling van toe- passing en wordt daarom niet toegepast. ▪ De Uitgevende Instelling heeft geen andere commerciële activiteiten dan de exploitatie van het Zonnepark en zal gedurende de Looptijd geen andere activiteiten ontwikkelen. ▪ De Uitgevende Instelling is met GroenLeven een engineering, procurement and construction agreement (EPC) aangegaan waaronder GroenLeven het Zonnepark tegen vooraf overeengekomen voorwaarden en prijs oplevert. Daarnaast is tevens met GroenLeven een Operations and Maintenance (O&M) contract en een commercial managementcontract getekend met een looptijd gelijk aan de technische levensduur van het Zonnepark.
BIJ UITGIFTE VAN DE OBLIGATIELENING. De Uitgevende Instelling, FP Lux VB Solar Netherlands Plegt-Vos B.V. maakt deel uit van een groep van bedrijven zoals hieronder is afgebeeld: ▪ De Uitgevende Instelling is 100% eigenaar van het Zonnepark. ▪ Op haar beurt is de Uitgevende Instelling een 100% dochtervennootschap van FP Lux VB Solar Netherlands Floatings Holding B.V, FP Lux VB Solar Netherlands Floatings Holding B.V is een houdstermaatschappij van verschillende projectentiteiten (SPV’s). ▪ Het bestuur van de Uitgevende Instelling wordt gevoerd (allen gezamelijk bevoegd) door dhr. T.G. Staudinger, mvr. A. Spannaus en dhr. H. J. Witsenburg. ▪ Het bedrijf van de Uitgevende Instelling wordt uitgeoefend in overeenstemming met de statuten en met het Nederlands recht. De Nederlandse Corporate Governance Code is niet op de Uitgevende Instelling van toe- passing en wordt daarom niet toegepast. ▪ De Uitgevende Instelling heeft geen andere commerciële activiteiten dan de exploitatie van het Zonne- stroomproject en zal gedurende de Looptijd geen andere activiteiten ontwikkelen. ▪ De Uitgevende Instelling is met GroenLeven een engineering, procurement and construction agreement (EPC) aangegaan waaronder GroenLeven het Zonnepark tegen vooraf overeengekomen voorwaarden en prijs op- levert. Daarnaast is met Baywa een Operations and Maintenance (O&M) contract en een commercial mana- gementcontract getekend met een looptijd gelijk aan de technische levensduur van het Zonnepark.
BIJ UITGIFTE VAN DE OBLIGATIELENING. Onderstaande tabel toont de pro-forma balans van de Uitgevende Instelling na uitgifte van de Obligatielening. Zonnepark 15.934 Eigen vermogen -66 Ontmantelingskosten 154 Lening Groenleven 4.777 Debiteuren en nog te ontvangen bedragen 11 Lening moedermaatschappij 100 BTW 162 Afschrijvingen 107 VPB 46 Obligatielening 785 Liquide middelen 912 Voorzieningen 173 BTW 170 Crediteuren nog te ontvangen facturen 11.168 Kortlopende schuld 5 ▪ De post ‘Zonnepark’ betreft de boekwaarde van alle activa – waaronder de zonnepanelen, omvormers en bekabeling verbonden aan het Zonnepark bij uitgifte van de Obligatielening. ▪ De post ‘Ontmantelingskosten’ betreft een voorziening waarmee de ontmantelingskosten van het Zonnepark aan het einde van de looptijd mee gedekt worden. ▪ De post ‘Debiteuren en nog te ontvangen bedragen’ betreffen inter company debiteuren en overige nog te ontvangen bedragen. ▪ De post ‘BTW’ (Activa) betreft de vooruitbetaalde BTW. ▪ De post ‘VPB’ betreft een belastingslatentie op geleden verliezen. ▪ De post ‘Liquide middelen’ betreft de liquide middelen welke de Uitgevende Instelling in kas heeft op moment na uitgifte van de Obligatielening. ▪ De post ‘Eigen vermogen’ betreft het door de aandeelhouders van de Uitgevende Instelling ingebrachte ver- mogen en het te verwerken exploitatieresultaat over de voorgaande 5 kwartalen. ▪ De post ‘Lening Groenleven’ betreft een lening verstrekt door Xxxxxxxxxx welke zal worden afgelost middels een verhoging van de lening van de moedermaatschappij en het aantrekken van de Projectfinanciering. ▪ De post ‘Lening moedermaatschappij’ betreft een door de moedermaatschappij van de Uitgevende Instelling verstrekte, aan de Obligatielening achtergestelde lening. ▪ De post ‘Afschrijvingen’ betreft de afschrijving op het Zonnepark en de ontmantelingskosten. ▪ De post ‘Obligatielening’ betreft de Obligatielening zoals beschreven in dit Informatiememorandum. Indien de opbrengst van de uitgifte van de Obligatielening lager uitvalt dan verwacht zal deze post lager uitvallen. ▪ De post ‘Voorzieningen’ betreft een voorziening voor de ontmantelingskosten en groot onderhoud aan het Zonnepark. ▪ De post ‘BTW’ (Passiva) betreft de nog af te dragen BTW. ▪ De post ‘Crediteuren nog te ontvangen facturen’ betreft de uitstaande facturen welke de Uitgevende Instel- ling aan Groenleven dient te voldoen voor het opleveren van het Zonnepark en overige crediteuren.
BIJ UITGIFTE VAN DE OBLIGATIELENING. De Uitgevende Instelling, FP Lux REIO PV Netherlands Exloo B.V., maakt deel uit van een groep van bedrijven zoals hieronder is afgebeeld: ▪ De Uitgevende Instelling is 100% eigenaar van het Zonnepark. ▪ Op haar beurt is de Uitgevende Instelling een 100% dochtervennootschap van FP Lux REIO PV Netherlands Exloo Holding B.V. welke op haar beurt een 100% dochtervennootschap is van RE Infrastructure Opportunities Holding S.à r.l., RE Infrastructure Opportunities Holding S.à r.l. is een houdstermaatschappij van verschillende projecten- titeiten (SPV’s). ▪ Het bestuur van de Uitgevende Instelling wordt gevoerd (allen gezamenlijk bevoegd) door dhr. T.G. Staudinger, mvr. A. Spannaus en dhr. H. J. Witsenburg. ▪ Het bedrijf van de Uitgevende Instelling wordt uitgeoefend in overeenstemming met de statuten en met het Nederlands recht. ▪ De Uitgevende Instelling heeft geen andere commerciële activiteiten dan de exploitatie van het Zonnepark en zal gedurende de Looptijd geen andere activiteiten ontwikkelen.

Related to BIJ UITGIFTE VAN DE OBLIGATIELENING

  • VERGADERING VAN OBLIGATIEHOUDERS 12.1 Een vergadering van Obligatiehouders (“Vergadering van Obligatiehouders”) zal worden gehouden (i) indien de Stichting dit wenselijk acht, (ii) op schriftelijk verzoek van de Uitgevende Instelling, (iii) op schriftelijk verzoek van de houders van ten minste 30% (dertig procent) van het totale nominale bedrag aan uitstaande Obligaties of (iv) ingeval zich een omstandigheid als bedoeld in Artikel 10.1 heeft voorgedaan. Een schriftelijk verzoek als hiervoor bedoeld, moet de te behandelen onderwerpen bevatten. 12.2 De Vergadering van Obligatiehouders zal in beginsel worden uitgeschreven door de Uitgevende Instelling. De Uitgevende Instelling roept de Vergadering van Obligatiehouders uiterlijk binnen één (1) maand, na ontvangst van het schriftelijke verzoek daartoe, bijeen. Obligatiehouders zullen ten minste vijftien (15) dagen voor de dag waarop de vergadering wordt gehouden een oproepingsbrief voor de Vergadering van Obligatiehouders ontvangen. De oproepingsbrief moet de te bespreken onderwerpen bevatten, de plaats waar de Vergadering van Obligatiehouders zal worden gehouden alsmede een begeleidende toelichting daarop. 12.3 In spoedeisende gevallen (waaronder mede wordt verstaan in geval zich een omstandigheid als bedoeld in Artikel 10.1 heeft voorgedaan), zulks ter beoordeling van de Uitgevende Instelling of de Stichting, kan de oproepingstermijn ten aanzien van de Vergadering van Obligatiehouders worden teruggebracht tot vijf (5) dagen, de dag van de vergadering en van de oproeping niet meegerekend. 12.4 Indien de Uitgevende Instelling in gebreke blijft met het bijeenroepen van een Vergadering van Obligatiehouders, als bedoeld in artikel 12.1, heeft de Stichting casu quo hebben de verzoekende Obligatiehouders zelf het recht een Vergadering van Obligatiehouders uit te schrijven met inachtneming van de hiervoor in Artikel 12.1 tot en met 12.3 omschreven termijnen en formaliteiten. 12.5 De Vergadering van Obligatiehouders wordt voorgezeten door een door de Uitgevende Instelling aan te wijzen persoon. Indien de door de Uitgevende Instelling aangewezen persoon niet ter vergadering aanwezig is of de Uitgevende Instelling geen persoon heeft aangewezen, wordt de Vergadering van Obligatiehouders voorgezeten door een door de vergadering uit haar midden aan te wijzen persoon. 12.6 Op een Vergadering van Obligatiehouders zal door middel van stembriefjes worden gestemd. Elke Obligatie geeft de houder ervan recht op één stem in de vergadering van Obligatiehouders. 12.7 Tenzij het een Gekwalificeerd Besluit (als gedefinieerd in Artikel 12.8 hierna) betreft, worden besluiten in de Vergadering van Obligatiehouders genomen met een absolute meerderheid van stemmen. 12.8 In het geval dat de besluiten van de Vergadering van Obligatiehouders betrekking hebben op onderwerpen zoals hieronder beschreven, kunnen deze slechts genomen worden met een meerderheid van drie/vierde (3/4) gedeelte van de uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin ten minste drie/vierde (3/4) gedeelte van het totaal aantal uitstaande Obligaties aanwezig of vertegenwoordigd is (“Gekwalificeerd Besluit”). Deze onderwerpen hebben betrekking op: (a) het veranderen van de Looptijd en/of het veranderen van de Rentebetalingsdatum; of (b) het verminderen van de uitstaande Hoofdsom anders dan door Aflossing en/of het verminderen van de Rente; (c) het veranderen van de Obligatievoorwaarden die betrekking hebben op het onmiddellijk betalen van Hoofdsom en Rente door de Uitgevende Instelling op een manier die nadelig is voor de Obligatiehouders; (d) het aantrekken van andere financieringen dan de Obligatielening (waaronder begrepen maar niet beperkt tot bancaire financieringen en niet-bancaire geldleningen van derden) voor welke financieringen zekerheden worden gegeven; of 12.9 Behoudens ingeval er sprake is van een noodsituatie (waarmee wordt bedoeld een omstandigheid als bedoeld in Artikel 12.3 of waarbij het voortbestaan van de Uitgevende Instelling onmiddellijk wordt bedreigd) zal in een Vergadering van Obligatiehouders ten minste 2/3 (twee/derde) gedeelte van het aantal uitstaande Obligaties aanwezig of vertegenwoordigd moeten zijn om rechtsgeldige besluiten te kunnen nemen. Ingeval het quorum niet wordt gehaald zal –met inachtneming van dezelfde oproepingsformaliteiten als van de eerste vergadering van Obligatiehouders – binnen vier (4) weken daarna een tweede Vergadering van Obligatiehouders moeten worden gehouden, waarin opnieuw een Gekwalificeerd Besluit kan worden genomen, ongeacht het aanwezige quorum. 12.10 Besluiten van de Vergadering van Obligatiehouders kunnen buiten vergadering worden genomen, mits (a) met medeweten van de Stichting, (b) schriftelijk en (c) met unanieme stemmen, waarbij iedere Obligatiehouder zijn stem heeft kunnen uitbrengen of heeft medegedeeld daarvan af te zien.

  • Wijziging van de opdracht 15-1 Wijzigingen in de oorspronkelijke order, van welke aard ook, schriftelijk of mondeling door of namens de opdrachtgever aangebracht, die hogere kosten veroorzaken dan waarop bij de prijsopgave kon worden gerekend, worden de opdrachtgever extra in rekening gebracht. 15-2 Door de opdrachtgever, na het verstrekken van de opdracht, alsnog verlangde wijzigingen in de uitvoering daarvan, moeten door de opdrachtgever tijdig en schriftelijk aan Xxxx ter kennis zijn gebracht. Worden ze mondeling of per telefoon opgegeven dan is het risico voor de tenuitvoerlegging van de wijzigingen voor rekening van de opdrachtgever. 15-3 Aangebrachte wijzigingen kunnen tot gevolg hebben, dat de voor de veranderingen overeengekomen levertijd door Asci buiten haar verantwoordelijkheid wordt overschreden.

  • Tussentijdse beëindiging van de opdracht 12.1 Partijen kunnen de overeenkomst voortijdig eenzijdig beëindigen, indien één van hen van mening is dat de opdrachtuitvoering niet meer kan plaatshebben conform de overeenkomst van opdracht en eventuele latere additionele overeenkomsten. Dit dient gemotiveerd en schriftelijk aan de wederpartij te worden bekendgemaakt. B&T dan wel de opdrachtgever mogen van de bevoegdheid tot voortijdige beëindiging slechts gebruikmaken als ten gevolge van feiten en omstandigheden die zich aan de invloed van de beëindigende partij onttrekken of hem niet zijn toe te rekenen, voltooiing van de opdracht in redelijkheid niet kan worden gevergd. B&T behoudt daarbij aanspraak op betaling van de declaraties voor tot dan toe verrichte werkzaamheden, waarbij aan de opdrachtgever indien mogelijk en onder voorbehoud de voorlopige resultaten van de tot dan toe verrichte werkzaamheden ter beschikking zullen worden gesteld. Voor zover dit extra kosten met zich meebrengt, worden deze in rekening gebracht. 12.2 Ingeval één van beide partijen in staat van faillissement geraakt, surseance van betaling aanvraagt of de bedrijfsvoering staakt, heeft de andere partij het recht de opdracht zonder inachtneming van een opzegtermijn te beëindigen, één en ander met behoud van rechten.

  • Totstandkoming van de opdracht De opdracht komt tot stand door aanvaarding van het algemeen of het persoonlijk aanbod door de consument.

  • Einde van de aanvulling 4.1 Wanneer heeft de verzekerde geen recht (meer) op een aanvulling? 4.2 Wat zijn de gevolgen voor de aanvulling als de module wordt beëindigd? 4.3 Wat zijn de gevolgen voor de aanvulling als uw arbeidsongeschikte verzekerde uit dienst gaat?

  • Wijziging van de opdracht c.q. meerwerk De opdrachtgever aanvaardt dat de tijdsplanning van de opdracht kan worden beïnvloed, indien partijen tussentijds overeenkomen de aanpak, werkwijze of omvang van de opdracht en/of de daaruit voortvloeiende werkzaamheden uit te breiden of te wijzigen. Indien de tussentijdse wijziging in de opdracht of opdrachtuitvoering ontstaat door toedoen van de opdrachtgever, zal Smart Group de noodzakelijke aanpassingen aanbrengen, indien de kwaliteit van de dienstverlening dit vergt. Indien zo n aanpassing leidt tot meerwerk, zal dit als een aanvullende opdracht aan de opdrachtgever worden bevestigd.

  • Omvang van de dekking Deze verzekering geeft dekking voor de op het polisblad van toepassing verklaarde rubrieken.

  • Verplichtingen van de consument tijdens de bedenktijd 1. Tijdens de bedenktijd zal de consument zorgvuldig omgaan met het product en de verpakking. Hij zal het product slechts uitpakken of gebruiken in de mate die nodig is om de aard, de kenmerken en de werking van het product vast te stellen. Het uitgangspunt hierbij is dat de consument het product slechts mag hanteren en inspecteren zoals hij dat in een winkel zou mogen doen. 2. De consument is alleen aansprakelijk voor waardevermindering van het product die het gevolg is van een manier van omgaan met het product die verder gaat dan toegestaan in lid 1. 3. De consument is niet aansprakelijk voor waardevermindering van het product als de ondernemer hem niet voor of bij het sluiten van de overeenkomst alle wettelijk verplichte informatie over het herroepingsrecht heeft verstrekt.

  • Einde van de dekking Bij verkoop en alle eigendomsovergang anders dan krachtens algemene titel, gepaard gaande met feitelijke bezitsverschaffing van de motorrijtuigen, tot dan eigendom van: 1. de verzekeringnemer; 2. de levenspartner van de verzekeringnemer, aan anderen dan de genoemde verzekerden, eindigt terstond de dekking.

  • Wijziging van de opdracht, meerwerk 1. Opdrachtgever aanvaardt dat de tijdsplanning van de opdracht kan worden beïnvloed als partijen tussentijds besluiten te wijzigen van aanpak, werkwijze of omvang van de opdracht en de daaruit voortkomende werkzaamheden. Wanneer door opdrachtgever tussentijds wijzigingen ontstaan in de uitvoering van de opdracht, brengt opdrachtnemer de noodzakelijke aanpassingen aan in opdracht van opdrachtgever. Leidt dit tot meerwerk, dan brengt hij dit als een aanvullende opdracht aan opdrachtgever in rekening. Opdrachtnemer mag de extra kosten voor wijziging van de opdracht bij opdrachtgever in rekening brengen. 2. In afwijking van lid 1, brengt opdrachtnemer geen meerkosten in rekening als de wijziging of aanvulling van de opdracht het gevolg is van omstandigheden die aan opdrachtnemer kunnen worden toegerekend.