Bovenwettelijke vakantie Voorbeeldclausules

Bovenwettelijke vakantie. Je hebt recht op bovenwettelijke vakantie-uren. Je krijgt deze uren naar keuze in de vorm van tijd of geld.
Bovenwettelijke vakantie. Je hebt recht op 5 bovenwettelijke vakantiedagen per jaar; per gewerkt uur bouw je daardoor 0,0192 uur vakantie op.
Bovenwettelijke vakantie. De werknemer met een voltijddienstverband heeft, naast de wettelijke vakantie in artikel 4.3.1, recht op 7,2 bovenwettelijke uren. Bovenwettelijke vakantiedagen verjaren vijf jaar na het jaar waarin ze zijn opgebouwd (art. 7:642 BW).
Bovenwettelijke vakantie. Art. 10.2 Uitbetaling Art. 10.2.5 Buitendienstmedewerkers Definitie Art. 1.1.x Xxxx xxx-werknemers Art. 2.2.2 Regeling Bijlage 1
Bovenwettelijke vakantie. Je hebt recht op 5 bovenwettelijke vakantiedagen per jaar; per gewerkt uur bouw je daardoor 0,0192 uur vakantie op. 4. Berekeningswijze: Omgerekend met gemiddeld 7,6 uur per dag kom je uit op 38 vakantie-uren per jaar. Als je dit aantal deelt door 1.976 uren op jaarbasis, dan bouw je dus 0,0192 uur vakantie op per gewerkt uur. Je bouwt dus per gewerkt arbeidsuur (waarover je recht hebt op loon of recht op compensatie volgens de overwerkregeling of de feestdagenregeling) 0,096 vakantie-uren op (0,0768 en 0,0192 opgeteld). Let op: Je bouwt geen vakantie-uren op over de uren waarin feestdagentoeslag of overwerk in geld wordt gecompenseerd. Hier gelden ook: a. De wettelijke bepalingen over de opbouw en het vervallen van (wettelijke) vakantierechten over perioden dat je geen recht hebt op loon.
Bovenwettelijke vakantie. Naast het in het vorige artikel genoemde wettelijke vakantietegoed wordt aan de werknemer in elk kalenderjaar 7 dagen (vanaf 1 januari 2007: 56 uren) bovenwettelijk vakantietegoed toegekend. De leden 2 en 3 van het vorige artikel zijn van overeenkomstige toepassing.

Related to Bovenwettelijke vakantie

  • Duurzame inzetbaarheid 1. Werknemers van 55 jaar en ouder kunnen niet verplicht worden tot het werken in een ploegendienst. Werkgever en werknemer zullen in onderling overleg bepalen of hieraan uitvoering kan worden gegeven. De werknemer dient aan het begin van elk kalenderjaar aan te geven indien hij gebruik wenst te maken van deze uitzonderingsregeling. 2. Werknemers van 55 jaar en ouder kunnen niet verplicht worden tot het werken in de nacht (meer dan 1 uur tussen 00.00 en 06.00 uur). Werkgever en werknemer zullen in onderling overleg bepalen of hieraan uitvoering kan worden gegeven. De werknemer dient aan het begin van elk kalenderjaar aan te geven indien hij gebruik wenst te maken van deze uitzonderingsregeling. Bestaande afspraken gemaakt met werknemers die voorheen onder de CAO Goederenvervoer Nederland vielen, worden gerespecteerd. 3. Teneinde bij te dragen aan de duurzame inzetbaarheid van werknemers en die werknemers meer inzicht te geven daarin zal het Sectorinstituut Transport en Logistiek het gebruik van employability- en loopbaanscans en een vitaliteitsprogramma nader promoten. Werknemers kunnen 1x per 3 jaar gebruik maken van deze instrumenten.