Corporate responsibility Voorbeeldclausules

Corporate responsibility. 1. Leverancier voldoet aan alle toepasselijke wet- geving inzake milieubescherming, arbeidsvoor- waarden en gezonde en veilige arbeidsomstan- digheden. 2. Leverancier garandeert dat geen van de Produc- ten en/of Diensten en/of Deliverables die door Leverancier aan NOC*NSF worden geleverd, zijn gemaakt en/of geleverd door gebruik te ma- ken van kinderarbeid en/of dwangarbeid, één en ander in overeenstemming met IAO-stan- daarden. 3. Leverancier garandeert dat de lonen en overige primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden staan voor een rechtvaardige en eerlijke be- loning, transparante betalingsvoorwaarden kennen, binnen het kader van overheidsbeleid vallen en in overeenstemming zijn met toepasse- lijke IAO-standaarden. 4. Leverancier voorkomt, of indien dit onmogelijk is, minimaliseert en beperkt, uitstoot in de lucht en lozingen in het water, en gaat zorgvuldig om met vast afval en bijproducten, in de zin dat Leverancier deze veilig behandelt, opslaat, ver- voert, gebruikt en afvoert.
Corporate responsibility. Corporate Responsibility is verweven met alle activiteiten, projecten en plannen van Eindhoven Airport N.V.. Eindhoven Airport N.V. heeft vier Corporate Responsibility thema’s waaraan zij op strategisch niveau invulling geeft: 1. Klimaatvriendelijke luchthaven. We verminderen de CO2 uitstoot op onze luchthaven en wekken duurzame energie op. 2. Circulaire economie. We gaan bewust om met grondstoffen en materialen t.b.v. lange termijn waardecreatie.

Related to Corporate responsibility

  • Governance 1. Periodiek treden Partijen in overleg over de onderlinge samenwerking in het kader van de Regio Deal Natuurinclusieve Landbouw Noord-Nederland en met andere samenwerkingspartners waaronder de AgroAgenda Noord-Nederland. Dit overleg zorgt voor het gezamenlijk uitwerken van de afspraken uit deze Regio Deal Natuurinclusieve Landbouw Noord-Nederland en voor het volgen van de voortgang, inclusief de in artikel 8 bedoelde monitoring. 2. Het in lid één bedoelde overleg bestaat uit de volgende vertegenwoordigers: a. Vanuit Provincies i. Gedeputeerde landbouw, provincie Groningen ii. Gedeputeerde landbouw, Provincie Fryslân iii. Gedeputeerde landbouw, Provincie Drenthe b. Vanuit de ministeries van het Rijk i. Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit; ii. Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; iii. Onderwijs, Cultuur en Wetenschap; 3. Het overleg heeft geen (beslissings-)bevoegdheden, maar zorgt voor afstemming tussen Partijen. Hierbij kunnen ook programmatische en financiële ontwikkelingen besproken worden en indien gewenst adviseert het overleg hierover aan de Partijen. 4. Het overleg voorziet in zijn eigen werkwijze. Voor de uitvoering van de Regio Deal Natuurinclusieve Landbouw Noord-Nederland maakt het overleg hiertoe nadere werkafspraken en legt deze vast. 5. Provincies en LNV vormen samen een Regioteam dat de uitvoering coördineert van de pijlers zoals genoemd in artikel 5, besprekingen van het in het eerste lid bedoelde overleg voorbereidt en het secretariaat voert van dat overleg.

  • Secretariaat Het secretariaat van de commissie is gevestigd: Xxxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxx

  • Functiedoel Ontwikkelen en realiseren van het sponsoring- en fondsenwervingsbeleid van de organisatie.

  • Functiewaardering 1 De functie van de werknemer is op basis van het door de werkgever gehanteerde systeem van functiewaardering eFuwa of de Hay- methodiek ingedeeld in één van de functiegroepen 1 tot en met 18. Deze functiegroepen zijn tevens salarisgroepen. 2 De indeling van de functies vindt plaats binnen de in het Conversie- bestand Hoger Beroepsonderwijs vastgelegde verhoudingen van de functiezwaarte. De samenvatting van het Conversiebestand in de functiematrix waarin deze verhoudingen zijn vastgelegd is opgenomen in bijlage IX van deze cao. 3 De werknemer kan te allen tijde bezwaar maken tegen de waardering van zijn functie. Het ‘Landelijke bezwarenreglement functie ordenen hbo’ zoals opgenomen in bijlage V is van toepassing. 4 Vanaf 1 september 2023 geldt dat functies waarvan onderwijsgevende taken deel uitmaken (docentfuncties6 ), waarvoor het hebben van een volledige en overdraagbare basiskwalificatie didactische bekwaamheid (hierin is de basiskwalificatie examinering geïntegreerd) vereist is (of vergelijkbare functie-eisen7), minimaal op functieschaal 11 moeten worden gewaardeerd. 5 Zo snel mogelijk, maar uiterlijk per 1 september 2025 zijn alle docentfuncties op schaal 10-niveau opnieuw beoordeeld. Docenten waarvan in de huidige taakuitoefening een rol verwacht wordt in de onderwijsontwikkeling en/of die taken verrichten waarvoor de volledige en overdraagbare basiskwalificatie didactische bekwaamheid (hierin is de basiskwalificatie examinering geïntegreerd) vereist is (of vergelijkbare functie-eisen7), worden in schaal 11 ingedeeld. Cao- partijen hebben de tabel in bijlage XV als onderscheidende criteria hiervoor opgesteld. 6 Functies die niet voldoen aan de criteria in het vorige lid krijgen een andere functiebenaming dan “docent”. Vanaf 1 oktober 2023 krijgen nieuwe werknemers in schaal 10 of lager een functienaam die niet het woord ‘docent’ of ‘lecturer’ is of bevat. Het staat de hogeschool vrij een benaming te kiezen. Hogescholen kunnen werknemers in schaal 10 die voor 1 oktober 2023 de functienaam ‘docent’ reeds hebben, en die ook naar de maatstaven van de huidige cao in schaal 10 behoren te blijven, de benaming docent laten behouden.

  • Verantwoording 25.1 Aanbieder informeert de Gemeente jaarlijks over het aantal klachten, met de daarbij behorende analyse over de aard van de klachten, de trends en de verbetermaatregelen voor de kwaliteit van de Ondersteuning. 25.2 Aanbieder informeert de Gemeente jaarlijks over zijn bijdrage aan de transformatie en innovatie. Aanbieder benoemt hierbij op welke wijze hij: - zijn aanbod heeft doorontwikkeld; en - samen met het voorliggend veld de duur van de Ondersteuning verkort en de kwaliteit geoptimaliseerd heeft. 25.3 Aanbieder voegt de informatie zoals bedoeld is in de leden 1 en 2 toe aan de jaarverantwoording.

  • Nevenfuncties De werknemer dient in alle gevallen zijn voornemen tot het uitoefenen van een gehonoreerde nevenfunctie schriftelijk te melden aan de werkgever. Indien een gehonoreerde nevenfunctie leidt tot een vermindering van het aantal contracturen en/of verminderde inzetbaarheid voor dienst- en/of beschikbaarheid rooster(s), en/of de nevenfunctie kan worden beschouwd als strijdig met of schadelijk voor de vervulling van zijn functie, is de werknemer verplicht de werkgever schriftelijk toestemming te vragen bij zijn voornemen een gehonoreerde nevenfunctie te gaan verrichten dan wel uitbreiding te accepteren in een bestaande gehonoreerde nevenfunctie. Dit geldt ook voor het uitoefenen van publieke functies zoals raadslid of wethouder. Als het verrichten van deze werkzaamheden of de uitbreiding daarvan niet geoorloofd is, dient de werkgever dit binnen een maand na verzending van bedoeld verzoek om toestemming schriftelijk en gemotiveerd aan de werknemer mee te delen.

  • Functiegroepen Voor het uitoefenen van het vak van beveiliger is een diploma nodig, tenzij de werknemer een permanente ontheffing van de Minister van Justitie heeft. Het vak van beveiliger wordt uitgeoefend binnen 6 functiegroepen, welke gebaseerd zijn op zogenaamde beroepsprofielen. Deze functiegroepen (of beroepsprofielen) zijn: 1. Objectbeveiliger/receptionist 2. Mobiel surveillant 3. Winkelsurveillant 4. Brandwacht

  • Planning 10.1 Partijen hebben ter verzekering van een goede voortgang van de werkzaamheden een Planning met bijbehorende toelichting vastgesteld, die bij de Overeenkomst is gevoegd als Bijlage 3, waarop is aangegeven binnen welke termijnen welke werkzaamheden door de daarbij aangegeven Partij dienen te worden verricht. De nakoming van de Planning heeft het karakter van een inspanningsverplichting, behoudens de in de Overeenkomst opgenomen resultaatsverplichtingen. Indien overschrijding van de in deze Planning opgenomen tijdstippen dreigt, zal de meest gerede partij de wederpartij daarvan tijdig op de hoogte stellen en zullen partijen overleggen over de alsdan te nemen maatregelen. Partijen kunnen in onderling overleg de planning aanpassen. 10.2 Naast bovengenoemde planning, waarbij slechts een inspanningsverplichting van toepassing is, geldt bij de volgende termijnen een resultaatsverplichting: 1. Binnen 6 maanden na feitelijke levering van de bouwkavel conform het gestelde in artikel 8.5 en 8.6 dient Wooncompagnie aan te vangen met de realisatie van het Bouwplan, danwel opdracht hebben verstrekt aan de aannemer voor de realisatie van het Bouwplan. Wooncompagnie dient daarbij in één gestaag tempo door te bouwen; 2. Binnen 24 maanden na feitelijke levering van de bouwkavel conform het gestelde in artikel 8.5 en 8.6 dient het Bouwplan in zijn geheel te zijn voltooid, conform de verleende omgevingsvergunning en deze overeenkomst. 10.3 Indien duidelijk is dat een termijn als bedoeld in artikel 10.2 niet wordt gehaald, dient de Wooncompagnie de gemeente daarvan onverwijld op de hoogte te stellen. Mogelijk afwijken van de bovengenoemde termijnen kan enkel om zwaarwegende redenen en met schriftelijke goedkeuring van de gemeente. Bij een overschrijding van een termijn met niet meer dan drie maanden zal de gemeente een dergelijke goedkeuring niet op onredelijk te achten gronden, die geen verband houden met het voldoende verzekerd zijn van de uiteindelijke realisatie van het Project, weigeren. Als zwaarwegende reden wordt in ieder geval beschouwd de situatie waarin de Wooncompagnie ondanks voldoende en concrete pogingen daartoe niet in staat is om derde-partijen contracteren die noodzakelijk zijn om het project fysiek uit te kunnen voeren (zoals (onder)aannemers, bouwers, etc.). 10.4 Mocht Wooncompagnie een of meer van de in dit artikel genoemde termijnen niet nakomen en de gemeente deze overschrijding niet heeft goedgekeurd, dan kan de gemeente onmiddellijk tot ontbinding van de Overeenkomst overgaan, verdere medewerking aan het Project weigeren en/of het voor het Project vastgestelde bestemmingsplan herzien en/of de voor het Project verleende omgevingsvergunning intrekken, een en ander onverlet het recht van de gemeente op betaling van de kosten als bedoeld in artikel 9.10. Wooncompagnie verklaart dat hij in dat geval geen verzoek om schadevergoeding, in welke vorm dan ook (zoals bijvoorbeeld een verzoek om tegemoetkoming in schade als bedoeld in artikel 6.1 Wro) in zal dienen bij de gemeente.

  • Informatie-uitwisseling De provincie Antwerpen verbindt zich ertoe om gegevens die nuttig zijn voor het uitoefenen van de opdrachten van het EVAP aan het EVAP ter beschikking te stellen.

  • Training 1. Onder ‘ training ‘ wordt in het kader van deze algemene voorwaarden verstaan: alle trainingen, workshops en/ of andere bijeenkomsten die door Professional Organizer worden verzorgd. 2. Professional Organizer behoudt zich het recht voor inschrijvingen voor trainingen zonder opgave van redenen te weigeren. 3. Professional Organizer behoudt zich het recht voor in geval van onvoldoende inschrijvingen een training af te lasten dan wel deelnemersgroepen samen te voegen. Professional Organizer zal opdrachtgever in een voorkomend geval daarvan tijdig op de hoogte stellen. 4. Indien een training specifiek voor één opdrachtgever wordt verzorgd, kan Professional Organizer desgewenst het voor de training gebruikte materiaal (presentatie, lesmateriaal, enz.) aan (de or- ganisatie van) de opdrachtgever aanpassen. Het is opdrachtgever toegestaan hierin eenmaal wij- zigingen te laten aanbrengen door Professional Organizer. 5. Tenzij uitdrukkelijk anders overeengekomen zijn de door Professional Organizer voor trainingen gehanteerde tarieven exclusief omzetbelasting. Het door opdrachtgever aan Professional Organi- zer verschuldigde bedrag aan deelnamekosten is bij vooruitbetaling verschuldigd en dient voor aanvang van de training op de factuur aangegeven bankrekening van Professional Organizer te zijn bijgeschreven. Indien de betaling niet tijdig heeft plaatsgevonden, heeft Professional Organi- zer het recht deelname aan de training te weigeren.