Huidige vergunningsituatie Voorbeeldclausules

Huidige vergunningsituatie. Bij besluit van 23 januari 2002 (kenmerk 0034/53) heeft het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Groningen een vergunning ingevolge artikel 8.4 van de Wet milieubeheer (Wm) verleend aan voormalige Smurfit Kappa Solid Board B.V. voor het in werking hebben en wijzigen van een inrichting bedoeld voor de productie van karton te Hoogkerk. • Met ons besluit van 12 oktober 2004 (kenmerk 2004/22.971/42, MV) is voor de inrichting een veranderingsvergunning (artikel 8.1 Wm) verleend voor de plaatsing van een zuurstoftank en de verplaatsing van de opslag van gevaarlijke stoffen in emballage. Met dit besluit is tevens voornoemde revisievergunning ambtshalve gewijzigd (artikel 8.23 Wm), waarbij gewijzigde voorschriften met betrekking tot bodembescherming en de opslag van gevaarlijke stoffen aan de vergunning zijn verbonden. • Bij besluit van 16 mei 2006 is een veranderingsvergunning verleend (kenmerk 2006-9.203/20, MV) voor de uitbreiding van de inrichting met een op- en overslagterrein voor containers met oud papier. • Bij besluit van 9 maart 2010 is een veranderingsvergunning verleend (kenmerk 2010-19.034/10, MV) voor de uitbreiding van de inrichting met een bovengrondse gekoelde stationaire tank voor de opslag van 5 m³ vloeibare kooldioxide. • Bij besluit van 15 maart 2011 (nr. 2011-11.354, MV) hebben wij voornoemde vergunning ambtshalve gewijzigd waarbij gewijzigde/aanvullende voorschriften met betrekking tot bodem, opslag gevaarlijke stoffen, emissie van geur en utilities aan de vigerende vergunningen zijn verbonden en wij niet meer van toepassing zijnde voorschriften hebben laten vervallen. • Voornoemde vergunningen worden op grond van artikel 1.2 lid 1 sub e van de overgangsrechtelijke bepalingen van de Wabo gelijkgesteld met een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 1.1 van de Wabo. • In verband met diverse wijzigingen binnen de inrichting zijn door de vergunninghouder in de periode 2002 tot heden twee meldingen ex artikel 8.19 van de Wm bij ons ingediend. • Verder zijn in de periode 1 oktober 2010 tot heden 2 omgevingsvergunningen verleend voor bouwwerkzaamheden en 3 meldingen voor sloopwerkzaamheden door ons geaccepteerd. • Bij besluit van 21 augustus 2012 (kenmerk 2012-37.965/34, MV) hebben wij voor onderhavige inrichting een omgevingsvergunning in het kader van de Wabo verleend voor de acceptatie en verwerking van vezelhoudende reststromen. • Bij besluit van 13 december 2016 (kenmerk 2016-74561) hebben wij voor onderhavige inrichting ...
Huidige vergunningsituatie. Op 24 juli 2007 is een revisievergunning verieend aan Teijin Aramid B.V. Op 12 juli 2007 (kenmerk DNN 2007/3046) is een watervergunning verieend aan Teijin Aramid B.V. Vanaf de inwerkingtreding van de Waterwet (22 december 2009) is het bevoegd gezag voor de indirecte lozing overgegaan naar Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen.
Huidige vergunningsituatie. Voor de inrichting is eerder op 12 juni 2009 een revisievergunning ingevolge de Wm verleend. Op 8 februari 2010 is een melding ex artikel 8.19 Wet milieubeheer geaccepteerd. Voor alle bouwwerken zijn nog niet de bouwvergunningen verleend, omdat een gedeelte van de op te richten gebouwen onder andere de nieuwe brijvoerkeuken achter stal 1 buiten het bouwblok is gelegen. Door de inrichtinghouder is reeds een procedure opgestart om het bouwblok aan te passen. Omdat het nog niet duidelijk is wanneer de bouwblokvergroting geheel goed is gekeurd en afgewerkt is bij de beoordeling uitgegaan van de inwerking getreden vergunning van 5 april 2006. De zeugenstal is niet gerealiseerd binnen 3 jaar en zodoende reeds vervallen volgens artikel 8.18 lid 1a Wet milieubeheer. Dit betekent dat de inrichting nu over een Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) vergunning beschikt conform artikel 1.2 lid 1 van de Invoeringswet Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Huidige vergunningsituatie. Voor de inrichting zijn eerder de volgende Wm-vergunningen verleend: a. Oprichtingsvergunning d.d. 21-09-2001; b. Veranderingsvergunning d.d. 28 september 2005; c. Wijziging vergunning (op verzoek) d.d. 20 juli 2007; d. Wijziging vergunning (op verzoek) d.d. 9 april 2008; e. Veranderingsvergunning d.d. 18 september 2009. Verder hebben wij op 28 januari 2003 een melding verandering inrichting ex artikel 8.19 Wm geaccepteerd.

Related to Huidige vergunningsituatie

  • Pensioengrondslag De pensioengrondslag is gelijk aan het pensioengevend inkomen minus de franchise. Peildatum voor de pensioengrondslag is 1 januari. Voor part- timers wordt de pensioengrondslag naar evenredigheid berekend.

  • Lijfsieraden Sieraden, inclusief horloges, die zijn vervaardigd om op of aan het lichaam te dragen en die geheel of ten dele bestaan uit (edel)-metaal, gesteente, mineraal, ivoor, (bloed)koraal of andere dergelijke stoffen alsmede parels. Onder deze begripsomschrijving vallen eveneens de lijfsieraden, die aan de oorspronkelijke bestemming zijn onttrokken, zoals bijvoorbeeld de lijfsieraden die als beleggingsobject worden beschouwd.

  • Risicofactoren Elke belegging in effecten houdt, per definitie, aanzienlijke risico's in. In dit hoofdstuk worden, als aanvulling op en met verwijzing naar Hoofdstuk 1 van het Registratiedocument, bepaalde risico's omschreven met betrekking tot de economische conjunctuur, de Vennootschap, de regelgeving, de Aandelen, de Onherleidbare Toewijzingsrechten, de Scrips en het Aanbod. De beleggers worden verzocht de hierna beschreven risico's, de onzekerheden en alle andere relevante informatie gegeven in het Prospectus in overweging te nemen alvorens een beleggingsbeslissing te nemen. Indien deze risico's zich daadwerkelijk zouden voordoen, zouden ze de activiteiten, de bedrijfsresultaten, de financiële situatie en de vooruitzichten van de Vennootschap negatief kunnen beïnvloeden, en dus ook de waarde van de Aandelen, de Onherleidbare Toewijzingsrechten, de Scrips en het dividend. Bijgevolg zouden ze ertoe kunnen leiden dat beleggers hun belegging volledig of gedeeltelijk verliezen. Een belegging in de Nieuwe Aandelen, de Onherleidbare Toewijzingsrechten en de Scrips is enkel geschikt voor beleggers die in staat zijn de risico’s van een dergelijke belegging te beoordelen, en die over voldoende middelen beschikken om de eventuele verliezen op te vangen die uit een dergelijke belegging kunnen voortvloeien. Toekomstige beleggers dienen het hele Prospectus zorgvuldig te lezen en dienen hun eigen standpunten te vormen en beslissingen te nemen over de verdiensten en de risico’s van een belegging in de Nieuwe Aandelen, de Onherleidbare Toewijzingsrechten of de Scrips in het licht van hun persoonlijke omstandigheden. Bovendien dienen beleggers hun financiële, juridische en fiscale adviseurs te raadplegen om de risico’s die gepaard gaan met een belegging in de Nieuwe Aandelen, Onherleidbare Toewijzingsrechten of Scrips zorgvuldig te beoordelen. Xxxxxxxxx worden erop gewezen dat de lijst van de risico's die hierna worden beschreven, niet exhaustief is, en dat deze lijst gebaseerd is op de informatie die gekend is op datum van deze Verrichtingsnota. Het is mogelijk dat er eveneens andere risico's bestaan die momenteel onbekend zijn, die onwaarschijnlijk zijn, of waarvan momenteel gemeend wordt dat ze in de toekomst geen negatieve invloed zullen hebben op de Vennootschap, haar activiteiten of haar financiële toestand. De volgorde waarin de risicofactoren hierna worden gepresenteerd houdt geen verband met de mate van waarschijnlijkheid dat zij voorkomen of de potentiële impact van hun financiële gevolgen.

  • Belangrijke gegevens doorsturen U moet alle brieven en andere documenten die u ontvangt en die met de schade te maken hebben onbeantwoord naar ons doorsturen. Medewerking verlenen

  • BINNEN WELKE TERMIJN MOET U DE NIET VERZEKERDE KOSTEN TERUGBETALEN? 10.1 Hebben wij kosten voor u betaald die niet door de verzekering gedekt zijn? Dan moet u de rekening die wij daarvoor sturen binnen 30 dagen betalen. Doet u dit niet? Dan kunnen wij een incassobureau inschakelen.

  • Beveiligingsmaatregelen 6.1 Rekening houdend met de stand van de techniek, de uitvoeringskosten, alsook met de aard, de omvang, de context en de verwerkingsdoeleinden en de qua waarschijnlijkheid en ernst uiteenlopende risico's voor de rechten en vrijheden van personen, treft Verwerker passende technische en organisatorische maatregelen om een op het risico afgestemd beveiligingsniveau te waarborgen. De beveiligingsmaatregelen die thans zijn genomen, zijn in Annex 2 bepaald. 6.2 Verwerker zorgt voor maatregelen die er mede op gericht zijn onnodige verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen. 6.3 De Gegevens worden uitsluitend opgeslagen en verwerkt binnen de Europese Economische Ruimte.

  • Kortdurend zorgverlof De werknemer heeft recht op verlof voor de noodzakelijke verzorging in verband met ziekte van een persoon als bedoeld in het tweede lid.

  • In welke landen geldt deze verzekering? Uw verzekering geldt in ieder geval in Nederland. Bij ieder onderdeel van deze verzekering staat in welke landen dat onderdeel nog meer geldt. U kunt in deze landen alleen hulp krijgen als: - Het recht van één van deze landen geldt voor wat er gebeurd is én - De rechter van één van deze landen uw conflict mag behandelen.

  • Als arbeidsongeschiktheid van een medewerker te verwachten is Raakt een medewerker binnen zes maanden na de start van de module of van zijn dienstverband arbeidsongeschikt? En was zijn gezondheidstoestand bij de start van de module of van zijn dienstverband al zodanig dat u de arbeidsongeschiktheid had kunnen verwachten? Dan kunnen we de aanvulling tijdelijk of blijvend, geheel of gedeeltelijk weigeren. Had u direct voor de start van de module een soortgelijke verzekering, dan is bovenstaande bepaling bij de start van de module niet van toepassing. De bepaling is wel altijd van toepassing bij nieuwe medewerkers.

  • Wezenpensioen 1. Het wezenpensioen gaat voor ieder pensioengerechtigd kind in op de 1e van de maand waarin de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde overlijdt. Het wezenpensioen wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de 21e verjaardag van het kind valt. Als het kind studeert of invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de 27e verjaardag van het kind valt. Als het kind eerder overlijdt, ophoudt met studeren of niet meer invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot het einde van de betreffende maand. Een studerend kind is een kind dat voor het grootste deel van de voor werkzaamheden beschikbare tijd onderwijs of een beroepsopleiding volgt. De toets of een kind invalide is, gebeurt tot de 21-jarige leeftijd van het kind volgens de normen van de Wajong en daarna volgens de normen van de WIA. 2. Pensioengerechtigde kinderen zijn: a. kinderen die tot de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde in familierechtelijke betrekking staan; b. kinderen die tot de partner in familierechtelijke betrekking staan, die behoren tot de gezamenlijke huishouding en voor wie de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde of de partner een uitkering ontvangt op grond van de Algemene Kinderbijslagwet of die studeren of invalide zijn; c. pleegkinderen van de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde (volgens de normen van de Algemene Kinderbijslagwet). Niet pensioengerechtigd zijn kinderen die na de standaard-pensioendatum of de eerdere pensioendatum zijn geboren of geadopteerd, of kinderen die na deze datum de status van pleegkind hebben gekregen of tot het huishouden van de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde zijn gaan behoren. Als er echter recht op partnerpensioen bestaat op grond van een partnerrelatie die al bestond vóór de standaard-pensioendatum of de eerdere pensioendatum en het kind na deze datum geboren wordt uit deze relatie, is het kind wel pensioengerechtigd. 3. Het wezenpensioen op jaarbasis bedraagt per pensioengerechtigd kind 14% van het volgens artikel 9 vastgestelde ouderdomspensioen (inclusief reeds verleende toeslagen). Het betreft uitsluitend het tijdens het deelnemerschap aan dit reglement opgebouwde ouderdomspensioen. 4. Bij overlijden van een deelnemer wordt het krachtens lid 3 vastgestelde wezenpensioen (14% van het totaal opgebouwde ouderdomspensioen op het tijdstip van overlijden) verhoogd met 14% van het ouderdomspensioen dat de deelnemer fictief had kunnen behalen indien hij/zij vanaf de datum van overlijden tot de standaard-pensioendatum (67 jaar) zou hebben deelgenomen op basis van de laatst vastgestelde gegevens. Dit betekent dat voor de toekomstige (fictieve) pensioenopbouw wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag, het parttimepercentage zoals geldend op het tijdstip van overlijden en, indien van toepassing, het afwijkende jaarlijkse opbouwpercentage ouderdomspensioen indien de werkgever hiervoor heeft gekozen op grond van het bepaalde in artikel 9, lid 3 en hoofdstuk IV van dit reglement. 5. Bij overlijden van een aspirant-deelnemer is het wezenpensioen op jaarbasis gelijk aan 14% van het ouderdomspensioen dat de aspirant-deelnemer had kunnen behalen indien hij/zij vanaf de eerste dag van de maand waarin hij/zij de 21-jarige leeftijd zou bereiken tot de standaard-pensioendatum zou hebben deelgenomen op basis van de laatst vastgestelde gegevens. Dit betekent dat voor de toekomstige pensioenopbouw wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag, het parttimepercentage zoals geldend op het tijdstip van overlijden en, indien van toepassing, het afwijkende jaarlijkse opbouwpercentage ouderdomspensioen indien de werkgever hiervoor heeft gekozen op grond van het bepaalde in artikel 9, lid 3 en hoofdstuk IV van dit reglement. 6. Het wezenpensioen wordt verdubbeld als de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde overlijdt zonder een partner na te laten of op de 1e van de maand waarin de partner overlijdt. Hierbij geldt het bepaalde in artikel 22, lid 6. 7. Het wezenpensioen heeft het karakter van een uitkeringsovereenkomst in de zin van de Pensioenwet. Dat betekent dat het vooraf wordt vastgesteld in concrete pensioenbedragen. Alle pensioenaanspraken en pensioenrechten inzake wezenpensioen worden in euro’s en bruto jaarbedragen vastgesteld. Op de pensioenaanspraken en pensioenrechten inzake wezenpensioen is een voorwaardelijke toeslagregeling van toepassing (zie artikel 13).